Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 998 van 1112

...  986 - 987 - 988 - 989 - 990 - 991 - 992 - 993 - 994 - 995 - 996 - 997 - 998 - 999 - 1000 - 1001 - 1002 - 1003 - 1004 - 1005 - 1006 - 1007 - 1008 - 1009 - 1010 - 1011  ...
[7] Doch Ik zeg je: Zie, Mijn kracht dreef de ene de deur uit zo snel als de snelste gedachte voorbij vliegt. En Mijn kracht gebood hem om in de zwijnen op aarde zijn intrek te nemen, opdat deze dan woedend zullen worden, in zo'n heerszuchtige woede naar het voorgebergte van de totale zelfzucht rennen en zich tenslotte van daaraf in de zee van de duistere waan storten en hierin verdrinken.
Hoofdstuk 120: Chanchah's ontwaken uit haar op een droom lijkende toestand - Uitleg van de Heer over de grote ontwikkelingsgangen en over Zichzelf - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[1] Chanchah valt nu aan Mijn voeten en huilt en snikt van al te grote vreugde en geluk. Ik echter sterk haar en zij richt zich op en bekijkt Mij met grote, verrukte ogen van top tot teen en kan maar niet genoeg naar Mij kijken. Alleen haar hart spreekt:
Hoofdstuk 121: Chanchah' s buitengewoon grote geluk en liefde voor de herkende Lama - Liefde en wijsheid - De Heer als Vader en Broeder - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] (CHANCHAH:) 'U, U, U bent het dus. U bent de almachtige, heilige Lama! U de Eeuwige! - U hebt de aarde, de maan, de zon, al die talloze sterren, de enorme zee, een onmetelijk leger van allerlei dieren in het water, op aarde en in de lucht en ons - de mensen - geschapen! O Lama, Lama, grote, heilige Lama! Wie kan U voldoende loven, prijzen en aanbidden. Welk hart is het waard om U, allerheiligste, te mogen liefhebben?!
Hoofdstuk 121: Chanchah' s buitengewoon grote geluk en liefde voor de herkende Lama - Liefde en wijsheid - De Heer als Vader en Broeder - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] Ik weet het wel dat U, o Lama, een Vader, ja zelfs een Broeder bent voor Uw schepselen, omdat U dat wilt zijn. Maar welk hart kan aan U alleen als Vader en Broeder denken en zich daarbij niet steeds herinneren, dat de Vader en Broeder ook de - ach de eeuwig heiligste, grote, almachtige Lama (God) is?! Daarom moet ik U immers wel liefhebben, omdat ik niet anders kan dan alleen U oneindig en voor eeuwig boven alles liefhebben! En geen wijsheid kan de liefde van mijn hart matigen!
Hoofdstuk 122: Een hemelse liefdesverklaring - De overwinning van de liefde - Gella's vreugde over Chanchah - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[5] IK zeg: 'Mijn allerliefste dochter! Werkelijk, Ik zeg je: Wie Mij liefheeft zoals jij, die is één met Mij en heeft niet één leven maar talloze levens in zich. Hoe zou hij kunnen vergaan? Houd daarom maar van Mij zoveel je kunt en vrees niets. Jouw liefde tot Mij zal je ook wijsheid geven en deze zal je hart ook groter maken, zodat je Mij steeds heviger zult kunnen liefhebben. Kom nu aan Mijn borst en laat je liefde de vrije loop!'
Hoofdstuk 122: Een hemelse liefdesverklaring - De overwinning van de liefde - Gella's vreugde over Chanchah - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] Bij deze woorden geeft Chanchah een kreet van verrukking en werpt zich bijna als bewusteloos aan Mijn borst.
Hoofdstuk 122: Een hemelse liefdesverklaring - De overwinning van de liefde - Gella's vreugde over Chanchah - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[4] EEN VAN HEN zegt daarop weer: 'Dat zal wel heel goed en eerlijk zijn en wij hopen dat ook van haar. Maar zal ze ons ook kunnen zeggen wat dat monster te betekenen heeft, dat u eerder zo plotseling de deur heeft gewezen, nadat hij bij de goede Martinus eerst allerlei ophef maakte, ja zich zelfs in een bekoorlijk vrouwelijk wezen veranderde, om de arme Martinus in de val te laten lopen? Was dat misschien een afgezant van Ahriman of zelfs Ahriman zelf?'
Hoofdstuk 123: Het geestelijk ontwaken van de andere Chinezen en de monniken - De jaloerse nonnen en hun vernedering - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[9] Ik zou het zelfs als een grote zonde beschouwen, van Michaël en zelfs van de Heer Jezus ook maar te vermoeden, dat Hij zo'n verliefd spel zou spelen en dan bovendien nog met een heidin. Dit domme grietje geneert zich ook niet in 't minst voor ons. Nee, zoals zij zich aan zijn borst drukt; wat moet dat een verliefde dwaas zijn!
Hoofdstuk 123: Het geestelijk ontwaken van de andere Chinezen en de monniken - De jaloerse nonnen en hun vernedering - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[20] MARTINUS zegt heel gelaten: 'Ja, ja - in bad met jullie! Baden maar, baden! Daar achter die witte wand zwemmen nu wel duizend hele vreemde vissen rond om zich te baden; daar is voor jullie ook nog plaats. Gaan jullie daarom nu maar heel goedmoedig daar naar toe en maak kennis met die badgasten, anders -!'
Hoofdstuk 123: Het geestelijk ontwaken van de andere Chinezen en de monniken - De jaloerse nonnen en hun vernedering - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] Ik zeg jullie, waar geen jaloersheid is, daar is ook geen liefde! Of hebben jullie op de wereld ooit gezien, dat onvruchtbare wilgen, sparren en dennen, pijnbomen en duizend andere onvruchtbare bomen door parasietplanten worden bezet? Zo'n vreemde soort parasiet hebben jullie beslist nooit gezien, maar wel parasieten die zich vaak in edele vruchtbomen nestelen.
Hoofdstuk 124: Wenken tot genezing van de ziel - Geestelijke natuurgeneesmethode - Crisis bij de Chinese geesten - Over het wezen van jaloezie - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[17] De grote, prachtige zuilen die de onbeschrijflijk mooie galerij dragen. Wat stralen ze, alsof ze uit de meest lichtgevende robijnen zijn vervaardigd, waarin duizend sterren als goudvisjes in het water rondzweven en daardoor steeds nieuwe, wondermooie lichtbeelden vormen!
Hoofdstuk 125: Borem en de nonnen, die ziek van hart zijn - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[21] Wat is dan meer: het oog of het hart? Kan het oog ook niet blind zijn en het hart toch in alle volheid van het liefdeleven zwelgen? Welk aards menselijk oog kan God zien? Zie, daarvoor is elk menselijk oog blind; maar het hart kan zich God voorstellen en het kan Hem liefhebben. Ja, het kan zelfs voor Hem, de Heer, een levende tempel worden, waarin Hij Zijn intrek neemt! Wat is dus meer, het oog of het hart?
Hoofdstuk 125: Borem en de nonnen, die ziek van hart zijn - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[1] Terwijl Borem, Martinus en Chorel zich met de vele vrouwen naar de zonnedeur begeven, worden de duizend badgasten uiterst onrustig in hun bad. Ze beginnen met het uitstoten van enorme lasteringen, zodat alle gereinigde hier aanwezige monniken en zelfs Chanchah en Gella het horen.
Hoofdstuk 126: Lastertaal van de badende aanhang van de draak – Geruststellende uiteenzetting van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] Die laatste twee vermannen zich al gauw vanuit hun zalige liefdesroes en luisteren nu opmerkzamer toe. Chanchah wil Mij juist vragen wat dit te betekenen heeft, als net honderd monniken naar Mij toe snellen en Mij dringend smeken deze gasten in het bad de mond te snoeren, omdat anders de zwakkeren onder hen zelf gemakkelijk zouden kunnen worden geërgerd.
Hoofdstuk 126: Lastertaal van de badende aanhang van de draak – Geruststellende uiteenzetting van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] Wie alleen maar scheldt, laat daardoor enkel zijn onmacht blijken. Als hij macht zou hebben, zou hij meteen handelen en nooit nutteloze woorden gebruiken, die niets anders zijn dan leeg lawaai. Wie onmachtig is, maar toch wil doen alsof hij macht heeft, die werpt zich op tot een valse rechter en vergrijpt zich daardoor moedwillig en booswillig aan de uitsluitende rechten van God. Hij schendt deze door zijn onmacht, terwijl toch God alleen alle macht en kracht en daarmee ook het uitsluitend recht om te oordelen bezit en ook moet bezitten vanwege de eeuwig noodzakelijke orde.
Hoofdstuk 126: Lastertaal van de badende aanhang van de draak – Geruststellende uiteenzetting van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
...  986 - 987 - 988 - 989 - 990 - 991 - 992 - 993 - 994 - 995 - 996 - 997 - 998 - 999 - 1000 - 1001 - 1002 - 1003 - 1004 - 1005 - 1006 - 1007 - 1008 - 1009 - 1010 - 1011  ...