17481 resultaten - Pagina 999 van 1166
... 987 - 988 - 989 - 990 - 991 - 992 - 993 - 994 - 995 - 996 - 997 - 998 - 999 - 1000 - 1001 - 1002 - 1003 - 1004 - 1005 - 1006 - 1007 - 1008 - 1009 - 1010 - 1011 - 1012 ...
[1] Nu vraagt Helena Mij heimelijk: 'Maar Heer, mijn liefste Jezus, U hebt tegen mij gezegd, dat U het eerst zou spreken. En nu spreken steeds de anderen en U zegt er eigenlijk helemaal niets op en verschijningen komen er ook niet. Wat moet ik daar nu van denken? Ik vraag U, legt U mij dat toch eens uit!'Hoofdstuk 80: Helena’s ongeduld wordt tot rust gebracht. Mozes en David spreken. Helena's tussenspraak en Davids narede - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] En zie, Ik kan met spreken beginnen wanneer Ik maar wil, en toch ben Ik steeds de Eerste en Mijn woord is eveneens altijd het eerste, omdat Ikzelf de Eerste ben! Begrijp je dat? Wees nu maar weer rustig en luister heel goed naar wat Mozes gaat zeggen. De verschijningen zullen naderhand als Ik ga spreken, wel te voorschijn komen. Kijk, Mozes staat al op; dus luisteren we nu naar wat hij gaat zeggen!'
Hoofdstuk 80: Helena’s ongeduld wordt tot rust gebracht. Mozes en David spreken. Helena's tussenspraak en Davids narede - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[17] Abraham ondervond een grote vreugde bij de aanblik van dit eerste hoopvolle, groene blad. Maar U, o Heer, behaagde het zijn vreugde te verstoren en zijn geloof te beproeven. U gebood hem mij te slachten en op de brandstapel te offeren. Dat deed U om de slang te tonen, hoe sterk het geloof van Uw zoon Abraham was! Toen echter Abraham door zijn gehoorzaamheid de macht van zijn geloof had bewezen, leidde U door het struikgewas van de berg een bok, een levend symbool van satan en diens heerszucht. Het gewei van de bok raakte bijna geheel verstrikt in het struikgewas, hetgeen een teken was van zijn weerspannigheid, zijn ongehoorzaamheid, zijn hoogmoed en zijn gretige heerszucht. Mijn vader moest toen deze bok grijpen, hem slachten en hem in mijn plaats op het brandende offeraltaar leggen.
Hoofdstuk 79: De plechtige raadsvergadering. De vraag van de Heer: wat moet er met de aarde gebeuren? Adam, Noach, Abraham, Isaak en Jakob spreken - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] Pas toen ik Jethro' s schapen weidde aan de voet van de berg Horeb, kwam een engel van U tot mij en gebood me met hem mee te gaan naar een doornstruik die hevig brandde. Hier gebood Uw stem mij mijn schoenen uit te trekken, omdat de plaats waar ik stond heilig was. Toen gaf U mij de heilige opdracht naar Egypte te trekken en Uw volk te bevrijden. U gaf mij een staf om daarmee zevenvoudig de Farao te slaan, wiens hart U zo verhard had, omdat hij U niet wilde erkennen.
Hoofdstuk 80: Helena’s ongeduld wordt tot rust gebracht. Mozes en David spreken. Helena's tussenspraak en Davids narede - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] O Heer, hoe lang nog zult U zulke gruwelen van verwoesting blijven aanzien? O Heer, verhef U toch eens, zoals U beloofd hebt! Geef mij de staf weer, waarmee U via mijn hand de hardvochtige Farao sloeg en Uw volk hebt gered! Ik, Uw oude, getrouwe Mozes, ben nu weer bereid op Uw wenk naar de aarde af te dalen om daar alle verharden en verstarden te slaan en Uw kinderen te redden uit hun al te grote nood! O Heer, verhoor Uw oude knecht Mozes en verhoor de beden van Uw bloedende kinderen! Uw naam worde geheiligd en Uw alleen heilige wil geschiede nu, zoals altijd en eeuwig op aarde, alsook in de hemelen!'
Hoofdstuk 80: Helena’s ongeduld wordt tot rust gebracht. Mozes en David spreken. Helena's tussenspraak en Davids narede - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] Na Mozes staat David meteen op en zegt: 'Heer, aldus sprak eens Uw geest tot mij, Uw knecht: 'Ga zitten aan Mijn rechterzijde, totdat Ik al Uw vijanden aan Uw voeten leg!' Heer, alles wat Uw geest mij openbaarde, is stipt in vervulling gegaan. Alleen de volledige bestrijding van Uw vijanden, de uiteindelijke vernietiging van de hoogmoed met al datgene wat hij veroorzaakt, hetgeen Uw geest mij eveneens heeft geopenbaard, wil maar niet in vervulling gaan. De mensen zijn nog steeds zoals ze waren: negentiende deel slecht en nauwelijks een tiende deel voor de helft goed!
Hoofdstuk 80: Helena’s ongeduld wordt tot rust gebracht. Mozes en David spreken. Helena's tussenspraak en Davids narede - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[12] O Heer, tijdens mijn regering stonden de zaken er ook niet mooi voor, maar zo erg is het nog nooit geweest! Want ik prees iedere wijze die mij de waarheid zei. Nu echter is alles omgekeerd. De wijze wordt vervolgd als een verscheurend dier, maar de leugenaar en huichelaar wordt met onderscheidingen getooid!
Hoofdstuk 80: Helena’s ongeduld wordt tot rust gebracht. Mozes en David spreken. Helena's tussenspraak en Davids narede - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[15] David zegt heel vriendelijk: 'Lieve Helena, jonge nakomelinge van mijn volk, je hebt volkomen gelijk. Ik moet je wijsheid prijzen, want je verlangt wat rechtvaardig en billijk is. _
Hoofdstuk 80: Helena’s ongeduld wordt tot rust gebracht. Mozes en David spreken. Helena's tussenspraak en Davids narede - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Het is wel waar dat uit deze aartshoer een groot aantal mooie kinderen is geboren, en daarom genoot ze gedurende meer dan duizend jaren ook min of meer ongestoord Uw grote geduld en toegeeflijkheid, en samen met mijn broeders heb ik daaraan zelfs oprechte vreugde beleefd.
Hoofdstuk 81: Petrus' scherpe oordeel over Rome. Paulus' heldere rede over de genade - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[11] Zeggen jullie mij eens, waarop kan die mooie vrouw daar aan Gods zijde zich beroemen? Welke verdienste heeft haar dan gerechtvaardigd voor Hem? En desondanks zit ze naast Hem, louter door Zijn genade! En welke verdienste had ik dan voor Hem, ik die degenen die in Hem geloofden vervolgde? Zie, ik was een boosdoener en was de ongerechtigheid zelf. Maar God stoorde zich niet aan mijn zonden, maar beriep mij alsof ik een rechtvaardige was. En ik volgde de roep van Zijn stem en werd meteen gerechtvaardigd door Zijn genade! Willen jullie God daarom nu van ongerechtigheid beschuldigen, omdat Hij mij genadig was?
Hoofdstuk 81: Petrus' scherpe oordeel over Rome. Paulus' heldere rede over de genade - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[27] Wie kan er iets aan doen, als iemand een verkeerd geloof meekrijgt vanuit een verkeerde leer? Ik zeg voor wie gelooft zoals hem werd geleerd, is zo'n geloof dan ook niet verkeerd, en hij zal genade vinden! Maar wee de leraar die een valse leer verkondigt! Want hij is een boosdoener en een verstoorder van de goddelijke ordening! Niet wij echter, maar de Heer alleen kan hem oordelen!
Hoofdstuk 81: Petrus' scherpe oordeel over Rome. Paulus' heldere rede over de genade - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[18] Wij hebben evenwel een nieuwe openbaring ontvangen, waarin ons zoals voorheen door de profeten en hun wetten wordt getoond, dat de mensen ook zonder toedoen van de wet kunnen komen tot die ware gerechtigheid, die als enige voor God geldt. Waarom roepen we dan desondanks: 'Heer, oordeel hen en geef hun het verdiende loon en verwijder hun namen uit het boek des levens!' Wel zeggen jullie altijd tot slot: 'Maar alleen Uw wil geschiede.' Maar dat verontschuldigt jullie harten niet! Waarlijk, eerder zou ik de dood in willen gaan dan tot de Heer zeggen: 'Heer, doe dit en doe dat!' Hebben wij dan de Heer het verstand gegeven, of hebben wij niet veeleer het verstand van Hem gekregen? En toch spreken we, alsof Hij onze raad nodig zou hebben! Als kinderen brabbelen zolang ze nog onmondig zijn, is zoiets wel te begrijpen, maar oude hemelburgers zouden naar mijn mening toch moeten weten wie zij zijn en wie de Heer is!
Hoofdstuk 81: Petrus' scherpe oordeel over Rome. Paulus' heldere rede over de genade - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[30] U, o Heer, dank ik omdat U deze woorden in mijn mond hebt gelegd. Mogen zij toch op aarde evenals in alle hemelen de beste vruchten dragen! U alleen zij eeuwig alle eer en alle lof! Amen!'
Hoofdstuk 81: Petrus' scherpe oordeel over Rome. Paulus' heldere rede over de genade - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[31] Ik zeg: 'Paulus, jij bent als Mijn rechterarm en Mijn rechteroog. Jou heb Ik tot Mijn werktuig uitverkoren en dat zul je ook eeuwig blijven. Jij hebt geheel juist gesproken en het is, zoals jij zegt!
Hoofdstuk 81: Petrus' scherpe oordeel over Rome. Paulus' heldere rede over de genade - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] Ik leg in mijn wens ook geen uitgesproken verzoek, omdat ik toch gevoeglijk moet aannemen dat voor U, o Heer, mijn beden en wensen zeker even onrijp zullen zijn als ikzelf als mens met mijn vragen en wensen nog ben tegenover U, o Heer! Maar dit denk ik bij mijzelf: een slechterik is hij die meer wil doen dan hij kan, maar nog slechter is hij die zijn talenten niet gebruikt! Wanneer echter iemand datgene wat hij vanuit zijn hart als goed en wenselijk beschouwt, ook al zijn broeders toewenst en dat ook probeert te bewerkstelligen, dan vind ik zo'n handelwijze goed en terecht. Want de goede wens en het daarop volgende handelen kunnen onmogelijk ergens anders vandaan komen dan uit de oprechte naastenliefde, die U, o Heer, als eerste gebod aan de mensen hebt gegeven!
Hoofdstuk 82: Blum en Jellinek geven hun mening. Het antwoord van de Heer - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)