Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 1016 van 1088

...  1004 - 1005 - 1006 - 1007 - 1008 - 1009 - 1010 - 1011 - 1012 - 1013 - 1014 - 1015 - 1016 - 1017 - 1018 - 1019 - 1020 - 1021 - 1022 - 1023 - 1024 - 1025 - 1026 - 1027 - 1028 - 1029  ...
[18] Nu zijn ook deze wegen jullie meegedeeld, en daarom kunnen wij, aangezien wij deze uiterlijke omstandigheden van de zon nu kennen, nu overgaan naar de inwendige inrichting van de zon en het aanschouwen van de heerlijkheden, waarbij jullie dingen zullen zien, die nog nooit in jullie gedachten opgekomen zijn. - Maar om het aanschouwen niet te snel te moeten onderbreken, zullen we dit alles voor de eerstvolgende mededelingen bewaren. Genoeg dus voor vandaag!
Hoofdstuk 3: De ontwikkelingsweg van de zonnemens – in strijd met of overeenkomstig de goddelijke orde - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[2] Wat is dit lichtende omhulsel eigenlijk, in natuurlijk opzicht beschouwd? Dit lichtende omhulsel is de eigenlijke, atmosferische dampkring rond de eigenlijke zonneplaneet en glanst alleen aan het meest uiterlijke oppervlak zo sterk; naar de kant van de planeet zelf toe wordt hij steeds donkerder, en wel zo, dat vanaf de eigenlijke zonneplaneet door deze kring van lichtstof even ongehinderd naar buiten de vrije kosmische ruimte in gekeken kan worden als vanaf welke andere planeet ook. En dit lichtende omhulsel, waar doorheen men vanaf geen enkele planeet op het eigenlijke zonnelichaam kan kijken, is vanaf de zonneplaneet zelf in zeer hoge mate doorzichtig.
Hoofdstuk 4: Leer van het zonlicht. De dampkring als lichtend omhulsel - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[3] Jullie zullen nu natuurlijk vragen: Hoe is dat eigenlijk mogelijk, dat men vanaf de eigenlijke zonneplaneet door deze zeer intense massa licht heen ongehinderd in de eindeloos wijden verten kan kijken, terwijl het toch absoluut onmogelijk is om van buitenaf door deze lichtmassa heen naar de inwendige zonneplaneet zelf te kijken?
Hoofdstuk 4: Leer van het zonlicht. De dampkring als lichtend omhulsel - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[4] De reden van dit verschijnsel is heel eenvoudig en ligt meer voor de hand dan jullie zouden willen geloven. Een heel eenvoudig, jullie welbekend natuurlijk voorbeeld zal jullie de kwestie volledig duidelijk maken. Laten we eens aannemen dat jullie voor het raam van een huis staan, vanwaar juist de daarop vallende zonnestralen naar jullie oog teruggekaatst worden; wat zien jullie dan? - Niets anders dan de schelle weerschijn van de zon in het raam, die voor jullie een onoverkomelijke hindernis is om te ontdekken wat zich achter het raam bevindt. Zal deze hindernis ook voor iemand, die achter het raam staat, een belemmering zijn om uit het raam naar buiten te kijken en alles, wat zich dichtbij en veraf buiten het raam bevindt, heel nauwkeurig waar te nemen - vooropgesteld, dat het glas van het raam volkomen schoon is? - O nee, niet in het minst! Terwijl jullie aan de buitenkant van het raam niets anders dan de wit glanzende glazen ruit zullen zien, zal iemand die aan de binnenkant van het raam staat met gemak jullie haren kunnen tellen.
Hoofdstuk 4: Leer van het zonlicht. De dampkring als lichtend omhulsel - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[7] Opdat jullie de ongegrondheid van deze bewering volledig en heel duidelijk inzien, zal Ik jullie weer door een voorbeeld op de juiste weg brengen. Stel je eens allerlei glazen bolletjes voor, waarvan het kleinste niet groter moet zijn dan een groot zandkorreltje; dan weer één, die zo groot is als een hennepzaadje; nog eentje, zo groot als een erwt, en nog weer één zo groot als een hazelnoot; dan nog weer één, zo groot als een echte noot; eentje als een gemiddeld grote appel; nog eentje zo groot als twee vuisten; eentje ter grootte van een menselijk hoofd; en zo steeds groter tot aan een bol, die een klafter5 in doorsnee meet. - Leg al deze bollen op een plek, die door de zon wordt beschenen, en onderzoek dan het weerkaatsende beeld van de zon op elk van deze verschillende glazen bollen. - Op het kleinste bolletje zullen jullie nauwelijks een glimmend puntje ontwaren; op de tweede zullen jullie een al iets sterker stralend puntje ontdekken; op de derde zal het vonkje jullie oog al feller treffen. Het beeld van de zon op het vierde bolletje zal voor jullie oog zelfs al een duidelijk waarneembare diameter krijgen, en jullie zullen er niet te lang naar kunnen kijken. Van de daarop volgende bolletjes zal het licht alweer feller, en de diameter van het verkleinde beeld van de zon aanzienlijk groter worden. Wanneer jullie bij het beschouwen aankomen bij de bol, zo groot als een mensenhoofd, zal het beeld van de zon als de diameter van een grote linze hebben, en zullen jullie niet meer in staat zijn er met het blote oog naar te kijken. Op de laatste en grootste bol zal het beeld van de zon echter al een doorsnede van een duim krijgen, en dan zullen jullie des te minder in staat zijn er met het blote oog naar te kijken.
Hoofdstuk 4: Leer van het zonlicht. De dampkring als lichtend omhulsel - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[8] Welnu, precies zoals het gaat met deze glazen bolletjes met betrekking tot het opnemen van het licht van de zon, zo gaat het ook bij de verschillende hemellichamen. Die vaste sterren ofwel ver verwijderde zonnen, die jullie vanaf jullie aarde enkel als glimmende puntjes zien, deze zelfde puntjes, en met name diegene ervan, die jullie vanaf jullie aarde als vaste sterren van de eerste, tweede en derde orde kennen, verschijnen aan de bewoners van Jupiter reeds even groot als bij jullie een zilveren muntstuk van twintig, tien en vijf Kreuzer. - Waarom is dat eigenlijk zo?
Hoofdstuk 4: Leer van het zonlicht. De dampkring als lichtend omhulsel - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[10] Neem nu aan, dat de zon meer dan een miljoen maal groter is dan jullie aarde, dan wordt het toch vanzelf duidelijk, dat daardoor alle nog zo ver verwijderde zonnen van dit zonnenal op het uitgestrekte luchtoppervlak van deze zon een aanzienlijk lichtbeeld tevoorschijn moeten roepen, en wel zo, dat daar zelfs de zonnen van ver verwijderde zonnegebieden, die zich op jullie aarde zelfs aan het sterk gewapende oog als een nevelvlek voordoen, een doorsnede van één, twee tot drie duim krijgen en zo sterk stralen, dat jullie daar vanwege de sterke glans nog geen seconde met het blote oog naar zouden kunnen kijken.
Hoofdstuk 4: Leer van het zonlicht. De dampkring als lichtend omhulsel - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[12] Kijk, dat is de eigenlijke oorzaak van het zonlicht, dat elke dag jullie planeet verlicht. Deze verklaring zal jullie het voorgaande ongetwijfeld duidelijker maken, en jullie zullen gemakkelijk inzien, hoe de bewoners van de zonneplaneet heel goed door het schijnbaar lichtende omhulsel van de zon heen kunnen kijken, terwijl het naar binnen kijken voor ieder vleselijk oog absoluut onmogelijk is.
Hoofdstuk 4: Leer van het zonlicht. De dampkring als lichtend omhulsel - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[1] Op welke manier alle zonnen bij elkaar en iedere zon op haar beurt zo gaan stralen, dat het licht van een zon op het luchtoppervlak van een andere zon weerspiegeld wordt, zal jullie eveneens door een gemakkelijk te begrijpen voorbeeld meegedeeld worden. Stel je een kamer voor, waarvan de muren enkel van gepolijst spiegelglas zijn, dat reeds van een metaallegering voorzien is en derhalve een volkomen zuivere spiegel vormt. Stel je bovendien de ruimte van deze kamer nog voor als volkomen rond, en wel zo, alsof de kamer een grote, holle bol was. Hang deze kamer of veeleer deze holle spiegelbol nu vol met allerlei grote en kleine spiegelglad gepolijste glazen of metalen bollen. Breng echter precies in het midden van deze holle ruimte een kroonluchter aan, die een sterk licht heeft. Wanneer dat allemaal gedaan is, kijk dan naar al die gepolijste bollen, die in deze holle ruimte hangen, en zie hoe ze allemaal zonder uitzondering van alle kanten zo verlicht zijn alsof het uit zichzelf stralende lichamen waren. - Waar komt dat eigenlijk door?
Hoofdstuk 5: De uit zichzelf stralende hoofdmiddenzon. Het spiegellicht van de ondergeschikte zonnen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[2] Dat is heel gemakkelijk te begrijpen. - De muren, die spiegelglad zijn, weerkaatsen het licht, dat van de kroonluchter uitgaat, niet verzwakt, maar gebundeld en derhalve versterkt terug naar de kroonluchter. Op deze wijze worden alle in de ruimte opgehangen bollen immers van alle kanten veelvuldig verlicht: ten eerste door het werkelijk zelfstandige licht van de kroonluchter, en ten tweede door het teruggekaatste licht van de spiegelwanden, die alle bij elkaar een holle spiegel vormen, die zijn brandpunt precies in het midden van zijn eigen ruimte heeft. En ten derde worden deze vrij hangende bollen verlicht door hun onderlinge weerkaatsing over en weer en door het weerkaatsen van hun opgenomen licht, dat eveneens door de spiegelwanden opgenomen en weer teruggekaatst wordt, en tenslotte nog door het algemene weerkaatsen van het licht van de wanden van de spiegel naar de tegenoverliggende spiegelwanden.
Hoofdstuk 5: De uit zichzelf stralende hoofdmiddenzon. Het spiegellicht van de ondergeschikte zonnen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[6] Dat jullie echter alle dingen door de hulsglobe-achtige inrichting van het oog slechts in sterk verkleinde afmetingen waarnemen, wordt toch al meer dan voldoende bewezen door het feit dat alle voorwerpen, hoe klein ze ook zijn, onder de glazen van een microscoop tot buitengewone afmetingen vergroot kunnen worden, welke vergroting op zichzelf niets anders is dan het steeds dichter benaderen van het geziene voorwerp ofwel veeleer van het lichtbeeld ervan tot de werkelijke grootte van het voorwerp zelf.
Hoofdstuk 6: Het etherische, omvattende omhulsel van hemellichamen en stelsels van hemellichamen. De grootste verzameling hemellichamen: een hulsglobe - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[7] Als dat niet zo zou zijn, zouden op zo’n vergroot voorwerp ook onmogelijk verrassend genoeg verscheidene volkomen regelmatig ontwikkelde delen ervan ontdekt kunnen worden, die het oog als zodanig nooit kan ontdekken. Maar vraag jezelf af, of zo’n ontdekking niet aantoont, dat het ongewapende oog de voorwerpen onmogelijk zelf ziet, maar enkel hun sterk verkleinde afbeeldingen, op de zojuist genoemde wijze? (Hoe zouden anders bijvoorbeeld hele massa’s infusie- en andere diertjes in een waterdruppel, nauwelijks zo groot als een speldenknop, ontdekt kunnen worden, als ze er niet zouden zijn?).
Hoofdstuk 6: Het etherische, omvattende omhulsel van hemellichamen en stelsels van hemellichamen. De grootste verzameling hemellichamen: een hulsglobe - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[12] Zouden de raderen van een klok op zichzelf eigenlijk wel datgene doen, wat ze doen, als de assen ervan niet in de eerste plaats een stevige boven- en onderlaag zouden hebben, als het ware een omhulling, waarbinnen zij geplaatst of gezet worden om te bewegen? Maar wanneer dit alles er al is, wat mankeert er dan nog om de raderen ordelijk te laten bewegen? - Een centraalzon mankeert er nog, en dat is de veer in de klok. De klok zou dus niet kunnen bestaan, wanneer ten eerste alle raderen geen omhulsel en ten tweede geen innerlijke aandrijvende kracht zouden hebben.
Hoofdstuk 6: Het etherische, omvattende omhulsel van hemellichamen en stelsels van hemellichamen. De grootste verzameling hemellichamen: een hulsglobe - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[19] Rest ons dus nog het stralen en vlammende branden van de centraalzon te bewijzen. Als we dat hebben gedaan, dan kunnen wij ons heel kalm en welgemoed op de velden en rond de vulkanen van onze zon gaan zitten en daar in alle rust de heerlijkheden en wonderen ervan bekijken.
Hoofdstuk 6: Het etherische, omvattende omhulsel van hemellichamen en stelsels van hemellichamen. De grootste verzameling hemellichamen: een hulsglobe - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[3] Wat gebeurt er nu eigenlijk, wanneer een kracht, die verborgen is onder het omhulsel van Mijn liefdeswil (al is die kracht nog zo gering), door welke omstandigheden of invloeden ook geprikkeld, wakker geschud of aangestoten wordt? - Ze wordt daardoor uit haar orde of, wat hetzelfde wil zeggen, uit haar evenwicht gebracht, voelt zich daardoor in het nauw gebracht en nadelig beïnvloed en probeert dan ofwel haar draaglijke, vroegere toestand weer te herstellen ofwel, wanneer ze te sterk geprikkeld is, snel haar hele orgaan stuk te scheuren en zodoende naar de puur geestelijke toestand over te gaan.
Hoofdstuk 7: Het eigen licht van de zonnen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
...  1004 - 1005 - 1006 - 1007 - 1008 - 1009 - 1010 - 1011 - 1012 - 1013 - 1014 - 1015 - 1016 - 1017 - 1018 - 1019 - 1020 - 1021 - 1022 - 1023 - 1024 - 1025 - 1026 - 1027 - 1028 - 1029  ...