Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 1017 van 1088

...  1005 - 1006 - 1007 - 1008 - 1009 - 1010 - 1011 - 1012 - 1013 - 1014 - 1015 - 1016 - 1017 - 1018 - 1019 - 1020 - 1021 - 1022 - 1023 - 1024 - 1025 - 1026 - 1027 - 1028 - 1029 - 1030  ...
[13] Zo is het ook met het organisme van de meest onbeduidende plant, die eerst een uiterlijke omhulling moet hebben, binnen welke pas een geschikt organisme geplaatst kan worden, dat op zijn beurt werkzaam is vanuit het centrum van de plant, waar de levenwekkende kracht als het licht van een centraalzon door het gehele organisme heen levenbrengend werkzaam is tot aan de uiterlijke omhulling, waar deze naar buiten toe werkende kracht zichzelf weer gevangen neemt en naar het centrum terugkeert. Zou dit bewerkstelligt kunnen worden zonder een uiterlijke omhulling? Beslist niet. Want zonder een vat kan er nog geen druppel water in huis gebracht worden, laat staan een organisch leven in stand gehouden worden.
Hoofdstuk 6: Het etherische, omvattende omhulsel van hemellichamen en stelsels van hemellichamen. De grootste verzameling hemellichamen: een hulsglobe - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[15] Hetzelfde is het geval bij een planeet, en zonder die inrichting zou er ten eerste geen planeet denkbaar zijn, maar nog minder met zodanige eigenschappen, dat hij in staat zou zijn levensonderhoud te verschaffen aan een veelvormig leven. - Dit zou nog sterker het geval zijn bij een zon, die reeds een centraal punt van een heel planetair organisme is en dus eveneens een meervoudige omhulling moet hebben, zoals ook het hart in het menselijke lichaam - omdat haar organisme ten behoeve van de grotere werkzaamheid veel verscheidener en volmaakter moet zijn dan dat van een andere planeet. - En zo heeft ook zelfs ieder zonnestelsel, met een zon in het centrum, een eigen etherische omhulling, waarbinnen het hele stelsel beweegt, leeft en de delen ervan elkaar over en weer aantrekken, voortduwen en opwekken.
Hoofdstuk 6: Het etherische, omvattende omhulsel van hemellichamen en stelsels van hemellichamen. De grootste verzameling hemellichamen: een hulsglobe - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[11] Stel je nu de hele, enorm grote hoofdcentraalzon voor, overdekt met zulke uiterst intens lichtende vlammen, en oordeel dan, hoe ver haar stralen, die het uitzwermen van vrij geworden geesten zijn, wel niet zouden kunnen reiken! Dan zal het jullie waarschijnlijk wel duidelijk worden, hoe zo’n zon heel goed een algemene kroonluchter in het grote zonnewerelden-vertrek van een hulsglobe kan zijn. - Als jullie dat nu hebben begrepen, zullen jullie ook heel gemakkelijk begrijpen op welke wijze vervolgens ook iedere planetaire zon en ook iedere planeet een eigen licht kan ontwikkelen, waarbij de intensiteit van diens karakteristieke licht zich altijd richt naar de grootte van zijn volume en derhalve ook van zijn zwaartekracht.
Hoofdstuk 7: Het eigen licht van de zonnen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[7] Waar bestaat de materie eigenlijk uit? Jullie weten, dat de materie niets anders is dan een gevangenschap van het geestelijke ofwel de geesten. Maar reeds op aarde komen er door het tegen elkaar slaan van twee stenen dikwijls verscheidene streng gevangen geestelijke potenties tot uitbarsting. En waar in het inwendige van de aarde de druk van buitenaf te machtig wordt, doen zich ook direct of tenminste na niet al te lange tijd zulke hevige explosies voor, dat door de vurige activiteit daarvan dikwijls gehele, grote bergen en uitgestrekte landstreken in stukken gebroken en verwoest worden; en als jullie de oorzaak ervan willen achterhalen, zullen jullie een ruimte van nauwelijks meer dan enkele kubieke klafter vinden, waarin de in de materie ingesloten geestelijke potenties te sterk in verdrukking waren geraakt, hun barrières vernield en een uitweg gezocht hebben en toen op deze manier tevens een grote massa geesten tot een uitbarsting hebben gedwongen. - Wanneer zoiets dan met de aarde en op en in de aarde het geval is (wat hier evenals reeds eerder in een vergelijkende uitleg als conclusie werd vastgesteld), draag deze miniatuur-omstandigheid van jullie aarde dan nu eens over op de centraalzon. Daar zullen jullie zien, wat voor verdrukkingen de daarin gevangen geesten constant moeten verdragen, en wel om de erbarmende reden, dat zij als machtige gevangenen ook weer voortdurend door de machtige druk tot leven worden gewekt.
Hoofdstuk 7: Het eigen licht van de zonnen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[12] Op een planeet kunnen jullie bijvoorbeeld heel gemakkelijk naar de vlam van een kaars kijken. Waarom eigenlijk? - Omdat door het verbranden de in de pit en de vette materie gebonden geesten slechts in tamelijke geringe mate geprikkeld worden, door een geringe mate van vibratie de hun omgevende omhulsels heel gemakkelijke vernielen en daarna in een vrije activiteit overgaan. - In een smidsoven kunnen jullie niet meer zo gemakkelijk kijken, omdat de in de steenkool nog achtergebleven geesten reeds een sterkere prikkeling nodig hebben om zich door heviger vibraties uit hun kerkers vrij te maken. - Nog moeilijker zullen jullie het licht van die vlammen verdragen, die uit een vuurspuwende berg oplaaien en opsproeien, omdat die hun ontstaan te danken hebben aan een veel machtiger prikkeling, die de geesten in het inwendige van de aarde overkomt.
Hoofdstuk 7: Het eigen licht van de zonnen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[14] Deze voorname moeilijkheid hebben we dus ook overwonnen en daarmee de aan het begin gestelde vragen beantwoord. We kunnen nu dan ook, zoals reeds eerder opgemerkt, heel rustig op onze zon beginnen rond te wandelen en met verbazing naar haar wondere heerlijkheden gaan kijken.
Hoofdstuk 7: Het eigen licht van de zonnen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[1] Jullie zullen al wel vaker waargenomen hebben, dat de zon meestal op haar evenaar soms één of verscheidene, deels grote, deels kleinere vlekken vertoont, waar omheen zich aan het gewapende oog een walvormige rand toont, waarachter zich dan naar alle kanten golven van licht verspreiden, door sommige astronomen ‘fakkels’ genoemd. - Onder vele wereldse geleerden is al heel dikwijls de vraag opgeworpen, wat deze vlekken toch zouden kunnen zijn. - Deze vraag heeft ook al even zovele hypothetische antwoorden gekregen, maar nog nooit was daar een volkomen zeker antwoord bij.
Hoofdstuk 8: Oorzaak en wezen van de zonnevlekken - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[23] In de tweede plaats kan nog de volgende zeer belangrijke vraag opgeworpen worden: Wanneer de zon bij zulke gelegenheden zulke inwendige massa’s van zich afslingert, waar komen die dan terecht? En gaan zulke geweldige verliezen niet ten koste van het volume van de zon? Want men kan immers bij de grootste zonnevlekken wel aannemen, dat zo’n naar buiten geslingerde massa, naar de inhoud gerekend en in ronde getallen uitgedrukt, op zijn minst duizend planeten als de aarde groot is. Als we nu aannemen, dat de gehele zon wat het volume betreft een miljoen keer grotere inhoud heeft dan de aarde, dan moeten duizend van zulke grote, achter elkaar optredende vlekken de zon vanzelfsprekend volkomen uitputten!
Hoofdstuk 8: Oorzaak en wezen van de zonnevlekken - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[28] Met de vlekken zijn we nu dus helemaal klaar. - Binnenkort zullen we zelf samen met de bewoners van de zon naar een plek kijken, waar zo’n doorbraak plaatsvindt. En daarmee is het genoeg voor vandaag!
Hoofdstuk 8: Oorzaak en wezen van de zonnevlekken - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[12] Maar wat kan er desondanks toch gebeuren, wanneer zich op de reeds genoemde manier in de streek van de evenaar hier en daar onder het oppervlak van de zon als gevolg van de grote middelpuntvliedende kracht door de aandrang van binnenuit geweldige samenpersingen en dus ook een soort verhardingen hebben gevormd, die in zekere zin als een ziekte van de zon beschouwd kunnen worden? Want let wel: ook hemellichamen kunnen in fysiek opzicht ziek zijn. - Daardoor kan er niets anders gebeuren dan dat zulke verharde knollen tenslotte - door hun grote aandrang naar buiten toe en de (door deze aandrang) teweeggebrachte ontsteking - op een of ander punt de weliswaar taaie aardbodem van de zon stukscheuren en zich daarna met de grootste heftigheid nagenoeg eindeloos ver van het oppervlak van de zon verwijderen, of tenminste zover als de jullie bekende planeten van de zon verwijderd zijn.
Hoofdstuk 8: Oorzaak en wezen van de zonnevlekken - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[15] Deze wal is niets anders dan de op dat moment opgestuwde elastische zonnebodem, die door het uitbarsten van zo’n verharding uit elkaar gescheurd en daarna aan alle kanten opgeworpen is als een trechtervormige muur, die van boven smaller is dan onderaan. Als jullie voor het ontstaan van zo’n wal rond de zwarte vlek nog een duidelijker voorbeeld willen hebben, maak dan van taaie aarde, die nog de juiste zachtheid heeft, een halve bol die van binnen hol is, stoot er dan van binnen naar buiten met een stompe stok een gat in, dan zullen jullie aan de buitenkant direct de door deze stoot opgeworpen wal zien. Alleen zal de wal meer gescheurd zijn, omdat zulke leem in zijn delen toch een minder gelijksoortige samenhang bezit dan de aardbodem van de zon.
Hoofdstuk 8: Oorzaak en wezen van de zonnevlekken - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[19] O nee, Mijn beste vossen. Dat is juist uitstekend koren op onze molen. Want laten zij slechts zo goed zijn te bedenken, dat wij al direct aan het begin en tot nu toe, en wel om een zeer goede en goed gefundeerde reden, over een elastische aardbodem van de zon hebben gesproken. Deze zal na de doorbraak zeker niet voortdurend muurvast blijven staan, zoals de krater van een vulkaan op aarde, maar trekt zich als gevolg van die elastische eigenschap langzamerhand weer samen, en de door zo’n doorbraak ontstane wond geneest weer, net zoals een wond, die bijvoorbeeld door een steenpuist aan jullie lichaam is ontstaan, na het veretteren ervan weer kleiner wordt en tenslotte zo volkomen geneest, dat er na enige tijd absoluut niet meer te zien is uit welk deel van het lichaam die karbonkel etterend is doorgebroken.
Hoofdstuk 8: Oorzaak en wezen van de zonnevlekken - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[1] Aan het slot van de vorige mededeling is gezegd, dat wij samen met de zonnebewoners zo’n doorbraak willen bekijken, vanaf het eerste ontstaan tot aan, zoals vanzelf spreekt, tot aan de volledige afloop ervan. Dat zullen we dus ook doen.
Hoofdstuk 9: De mensenrassen van de zon en hun woongebieden. De zonnegordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[5] Dat is ook het geval met de mensen. - Dienovereenkomstig kunnen jullie op de zonneplaneet niet alleen alle mensensoorten van deze aarde, maar ook die van alle andere planeten en hun manen in de volmaakste zin aantreffen, met name wat de vorm betreft. Alleen is natuurlijk, evenals al het andere, ook de mens tot de hoogste volmaaktheid van vorm ontwikkeld, en wel zozeer, dat jullie op de hele aarde nergens zo’n mooie en volmaakte mensenvorm zouden kunnen aantreffen als op de zonneplaneet. Ja, jullie kunnen echt geloven, dat een man of een vrouw op de zon wat het lichaam betreft zo buitengewoon mooi is, dat jullie geen drie seconden lang naar die schoonheid zouden kunnen kijken, zonder het leven te verliezen. Want afgezien van de buitengewoon grote overvloed van pracht in de vorm is de lichamelijke straling van de zonnemensen op zichzelf al zo sterk, dat jullie, als een mens van de zon op een minstens tien mijl van jullie verwijderde berg zou staan, enkel door de lichtende glans toch niet in staat zouden zijn naar hem te kijken. Nog dichterbij zou zijn glans jullie vrijwel ogenblikkelijk tot as verbranden. - De vrouw is ook op de zon nog veel ronder en zachter dan de man; maar haar lichamelijke glans is minder dan die van de man.
Hoofdstuk 9: De mensenrassen van de zon en hun woongebieden. De zonnegordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[8] Wat de grootte van de zonnemensen betreft: deze is heel verschillend. - Op de evenaar of veeleer in het gebied van de evenaar wonen de kleinste mensen van de zon7, die niet veel groter zijn dan een zeer grote man bij jullie op aarde. Deze mensen zijn vrijwel allemaal wit gekleurd en zijn dus de mooiste op de gehele zonneplaneet. - Rond de polen van de zon wonen echter haar grootste mensen, bijna donkerrood van kleur, maar eveneens helder glanzend. Als zo’n mens op aarde ter hoogte van het zeeoppervlak zou staan, zou het hem helemaal niet moeilijk vallen om, zonder zijn hand naar boven te hoeven uitstrekken, de toppen van de Himalaya tussen duim en wijsvinger te pakken en naar de zuidpool van de aarde te slingeren. - Vanaf deze grootste mensensoort tot aan degenen, die aan de evenaar wonen, neemt de grootte af.
Hoofdstuk 9: De mensenrassen van de zon en hun woongebieden. De zonnegordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
...  1005 - 1006 - 1007 - 1008 - 1009 - 1010 - 1011 - 1012 - 1013 - 1014 - 1015 - 1016 - 1017 - 1018 - 1019 - 1020 - 1021 - 1022 - 1023 - 1024 - 1025 - 1026 - 1027 - 1028 - 1029 - 1030  ...