Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2083 resultaten - Pagina 103 van 139

...  91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110 - 111 - 112 - 113 - 114 - 115 - 116  ...
[9] En deze verduistering geschiedde op hetzelfde ogenblik als waarop de ziel van Christus na de dood in de hel neerdaalde, om daar de geesten te verlossen, die in de oude wijsheid gevangen waren en om ze naar het nieuwe licht te brengen, dat uit de hereniging van de Zoon met de Vader alle oneindigheid begon te vervullen.
Hoofdstuk 17: 'Moest de Christus dit niet lijden en zo in Zijn heerlijkheid binnengaan?' (Luk.24:26) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[2] Nu gaan allen tot aan de rand van het grote balkon. Robert overziet eerst het grote glanzende beeld en zegt: 'Allermerkwaardigst! Dat is toch een volmaakte mensengestalte! De knie iets gebogen. De handen hangen onverschillig naar beneden. En het hoofd, iets voorovergebogen en voorzien van lang Absalom-haar, kijkt als dat van een treurende in de bodemloze diepte. De lendenen zijn met een gescheurde voorschoot maar nauwelijks bedekt. Om kort te gaan, de hele gestalte maakt op mij een weemoedige indruk! De kolossale grootte zou iemand op het idee kunnen brengen, dat dit de uiterlijke vorm van de alom werkende geest uit U zou zijn, o Heer. Maar de treurende gestalte zegt mij, dat dit onmogelijk het geval kan zijn. Ook zou er in Uw geest, o Heer, leven te bespeuren moeten zijn, maar van zoiets is bij deze kolossale gestalte geen spoor te ontdekken. Het lijkt eigenlijk slechts op een fosforescerend beeld dat door Uw almachtige ademtocht, o Heer, aan het onmetelijke firmament is geplaatst. Dit alles zal wel een belangrijke reden hebben, die behalve U zeker niemand zal kennen. Heer, alstublieft, verklaar ons dit beeld!'
Hoofdstuk 151: Uitzicht vanuit de tweede deuropening in de zuidelijke wand. Het totaalbeeld van de materiële schepping. De grote Scheppingsmens als de verloren zoon. Diens wezen en bestemming. Gods eindeloze scheppingsvermogen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[4] 'Ik wil u niet als wezen achterlaten!' wil niet zeggen: 'Ik wil u allerlei boeken en ook nog gebedshuizen vol met beeldhouwwerken en met Mijn heilige beeltenissen in alle mogelijke standen geschilderd en uitgesneden schenken, die in het heidendom thuishoren!'; want elke uiterlijke zienswijze behoort de wereld toe en is een belemmering voor het in zichzelf schouwen, zoals de mens die zijn ogen niet dicht doet, niet tot slapen komt en in de slaap nog minder tot een droom, die een innerlijke aanschouwing is van datgene, wat tot de wereld der geesten behoort.
Hoofdstuk 19: 'Ik zal u geen wezen laten blijven, Ik kom tot u!' (Joh.14:18) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[21] Alle geesten uit de hel leven in de grootste vrees voor Mij; Mij ook alleen maar uit de verte te zien of Mijn naam te horen, is het verschrikkelijkste wat hen kan overkomen. Welke dwaas zal echter beweren, dat de geesten uit de hel daarom goed zijn, omdat ze zo bang voor Mij zijn?
Hoofdstuk 27: 'Eer van mensen neem Ik niet aan'. (Joh. 5 : 41) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[6] Waarom vraagt de Heer hier aan de demon hoe hij heet, terwijl het aan de Alwetende toch zeker bekend was, dat in deze bezetene niet slechts één, maar een heel legioen boze demonen aanwezig was. De Heer vroeg dat toch zeker niet, omdat hij de naam van die boze geesten wilde leren kennen; maar waarom vroeg Hij er dan naar?
Hoofdstuk 29: 'En de duivelen smeekten Hem aldus: Zend ons in de varkens, opdat wij daarin gaan'. (Mark. 5 : 12) . - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[14] Ik zeg u: men kan zijn best doen en onderzoeken zoveel men wil om deze rol te onthullen; men kan alle mensen, geesten en engelen vragen, en toch zal men niets bereiken - , want Ik alleen ben de deur!
Hoofdstuk 36: 'En nadat Hij het boek had opgerold en aan de dienaar teruggegeven, ging Hij zitten, en de ogen van allen in de synagoge waren op Hem gericht' (Luk. 4 : 20) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[4] Het voor U liggende werk behoort tot de openbaringsgeschriften die de toestanden na de lichamelijke dood van de mens en zijn ontwikkelingsweg aan gene zijde beschrijven. Een voormalig bisschop gaat door de poort van de dood en we zien hoe zijn eigen sfeer zich vormt, aanvankelijk als een soort droomleven, dat nog geheel zijn aardse voorstellingen en wensen weerspiegelt. Wij zijn er getuige van hoe hij, - vaak met vallen en opstaan, maar begeleid door behulpzame geesten, - het pad van de kennis bewandelt en door louterende en leerzame ervaringen tot dieper inzicht en tenslotte tot geestelijk ontwaken komt.
Hoofdstuk 0: Woord vooraf - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] 'De wereld van de geesten is geheel en al hun eigen wereld, het werk van hun gedachten, ideeën, begeerten en hun wil’ (Grote Joh. Evang. VII/219,10)
Hoofdstuk 0: Woord vooraf - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[16] (De hier volgende 'geestelijke wenk' werd oorspronkelijk aan het slot van dit boek geplaatst. Omdat deze vermaning echter wezenlijk bijdraagt tot een beter begrip van het geheel, is zij hier aan het begin gegeven. De uitgever.)
Hoofdstuk 0: Woord vooraf - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[18] 'Wie deze speciaal beschreven taferelen uit het hiernamaals gelovig ter harte neemt, zal kunnen begrijpen, hoe het er met de mens na het afleggen van het aardse lichaam in het rijk der geesten uitziet en zal zich daarnaar kunnen richten. Een wereldmens echter zal deze evenals trouwens de hele Heilige Schrift, ongelovig verwerpen als een dwaas verhaal van een schrijver zonder verstand. Dat maakt werkelijk niets uit, want binnenkort zal hij immers toch daar aankomen, waar niemand buiten Mij hem zal kunnen helpen.
Hoofdstuk 0: Woord vooraf - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[20] Hoewel door deze onthulling de geestenwereld nagenoeg volledig is belicht wat betreft de zeer verschillende wijzen waarop zielen en geesten aan gene zijde geleid worden, moet u dit niet zien als een algemeen geldend geval van leiding. Dit is een speciaal en individueel geval van leiding, dat enkel de reiniging en voleinding van Martinus ten doel heeft. Nochtans zijn alle beschreven taferelen die zich rond Martinus afspelen als een gesloten geheel te beschouwen.
Hoofdstuk 0: Woord vooraf - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[10] BISSCHOP MARTINUS zegt: 'Wat paus, wat bisschop, wat monnik, wat Luther, wat Calvijn, wat Mohammed, wat Mozes, wat Brahma, of wat Zoroaster?! Dat heeft alleen maar in de domme wereld wat te betekenen; hier in het rijk van de zielen en geesten hebben al deze aardse, domme verschillen zo goed als helemaal geen betekenis meer! Hier bestaat maar één wachtwoord en dat is liefde! Alleen daarmee komt men hier verder; al het andere telt nog minder dan niets!
Hoofdstuk 23: Het eerste goede werk van barmhartigheid van bisschop Martinus aan de armen die hier zijn aangekomen - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] God vervult wel dergelijke mensen en geesten - de ene meer, de ander minder - met Zijn genadelicht. Maar daarom blijft er tussen God en mens nog altijd een oneindige kloof bestaan.
Hoofdstuk 28: Martinus als blinde rationalist in de val - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[4] Daarom nu wel verstandig zijn hier in het eeuwige rijk van de geesten! Het is genoeg dat wij op de wereld zo dom zijn geweest en brood, wijn en niet zelden beelden van houtsnijwerk voor godheden hebben versleten, terwijl wij in de zon de heerlijkste afbeelding van de Godheid hadden.
Hoofdstuk 28: Martinus als blinde rationalist in de val - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[3] Zeg mij nu, lieve vriend, hoe zit deze kwestie nu eigenlijk in elkaar? Waardoor komt het dat deze arme zielen of geesten omtrent u zo' n merkwaardig denkbeeld hebben? Ik zie nu ook werkelijk de bekende littekens aan uw handen en voeten en heb nu bijna geen twijfel meer, dat u de vroegere Heiland Jezus bent maar God? Jezus en God tegelijk? Dat, sta me toe, is wat te veel!
Hoofdstuk 29: De Heer laat de blinde Martinus zien, dat Hij Jezus is - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
...  91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110 - 111 - 112 - 113 - 114 - 115 - 116  ...