Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 1035 van 1112

...  1023 - 1024 - 1025 - 1026 - 1027 - 1028 - 1029 - 1030 - 1031 - 1032 - 1033 - 1034 - 1035 - 1036 - 1037 - 1038 - 1039 - 1040 - 1041 - 1042 - 1043 - 1044 - 1045 - 1046 - 1047 - 1048  ...
[5] De grote betekenis ligt dan in de wordende mens als grondslag verborgen, waaruit hij zelf voortkomt, en die hij tenslotte door zijn ontwikkeling als zodanig in zichzelf herkent; en deze grondslag is het centrum, waarin alles zich verenigt op de manier, zoals Ik jullie voldoende heb laten zien.
Hoofdstuk 71: Voortplanting, huwelijk en sterven op het zevende gordelpaar - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[11] Als dat allemaal voorbij is, begeeft het hele gezelschap zich op die berg en brengt God eenstemmig lof en dank. Daarna gaan ze weer naar huis en zijn blij en opgewekt vanwege de grote genade, die God een broeder van hen heeft geschonken. - Deze handeling van het sterven is hetzelfde op de hele gordel, zowel op de eilanden als op het grote vasteland.
Hoofdstuk 71: Voortplanting, huwelijk en sterven op het zevende gordelpaar - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[2] Er is ook al gezegd, dat deze binnen-zonnen ook bewoond zijn. Nu is de vraag: wat voor mensen wonen er dan? - Zijn deze bewoners werkelijk lichamelijke mensen, of lijken ze enkel op jullie aardmannetjes en de zogeheten lucht-, vuur-, water- en aardegeesten? Of is het misschien zelfs een bijzonder soort wezens, die nergens anders dan alleen op de zon voorkomen? - Dat zijn dus drie mogelijkheden, waarvan noch de ene noch de andere verworpen en ook niet helemaal bevestigend beantwoord kan worden. Naar de uiterlijke vorm te oordelen vertonen ze wel overeenkomst met datgene, wat hierboven genoemd is, maar in werkelijkheid en qua innerlijke betekenis bestaat er geen overeenkomst.
Hoofdstuk 72: De inwendige zonnen en hun bewoners. - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[7] Wat zullen de wortels dan zijn? - Jullie hoeven niet zo diep te graven, maar alleen de vraag te beantwoorden: Voor welk doel of om welke reden verrijken de mensen hun verstand met allerlei wereldse kennis? - Dan zullen de wortels goed zichtbaar voor jullie opduiken. - Als jullie echter het moeilijke antwoord niet zouden vinden, kan Ik het jullie wel zeggen! - Onder de wortels worden namelijk alle wereldse belangen en voordelen verstaan. Deze verenigen zich tot een boomstam, die de eigenliefde van de mens aanduidt - welke zich dan in de takken en twijgen in allerlei nuttige verstandelijke wetenschappen uitbreidt om daardoor steeds meer voedsel voor hun eigen wezen te vinden.
Hoofdstuk 70: Innigheid met God als grondeigenschap van religie en leven op het zevende gordelpaar - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[13] Dit uitspreken luidt als volgt: God is liefde! Alles wat bestaat is een uitstraling van dit eeuwige Heiligdom. En dit Heiligdom bevindt zich eindeloos volmaakt in Zijn eindeloze alomvattendheid in zichzelf, evenals het zich in ons, Zijn evenbeeld, bevindt. - Door dit evenbeeld zijn wij als gevolg van het in onszelf ontdekte, enige heiligdom zelf één met het oereeuwige, in zichzelf allervolmaaktste Heiligdom, dat God, de enige Liefde is. - Op die manier hebben wij God lief, als we Zijn liefde hebben; want God laat zich met geen andere liefde liefhebben dan alleen met Zijn eigen, enige Liefde. - Wie God dus wil liefhebben, opdat hij eeuwig in Hem leeft, moet de liefde van God in zich hebben als een volmaakte eenwording met God, welke inhoudt: het terugbrengen tot de geheiligde Eenheid van al datgene, dat de eeuwige, enige Liefde als gevolg van Haar grote erbarmen in talloze stralen van genade uit zichzelf heeft uitgestrooid.
Hoofdstuk 70: Innigheid met God als grondeigenschap van religie en leven op het zevende gordelpaar - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[15] En zo geeft ook hun hele wezen dit grondbeginsel weer. - Ze zijn uiterlijk naakt, omdat ze aan het uiterlijke geen aandacht schenken. Maar des te beter gekleed zijn ze van binnen, omdat hun alles aan de geest gelegen is. - Ze hebben een groot lichaam, als een getuigenis dat zij al het uiterlijke grondig naar binnen leiden om het daar te verenigen. - Ze zijn verschillend van grootte, opdat zij deze uiterlijke verschillen in de geest opheffen en één maken. - Tevens zijn ze verschillend van kleur, wat overeenkomt met de breking van het licht of het uitwendige van de dingen - opdat al deze kleuren in hun geest tot één licht verenigd worden. - Ze bewonen de uiterste gordel van de zon, ten teken dat het uiterlijke naar het innerlijk gebracht en er daar één mee moet worden. - Evenzo leven ze van verschillende vruchten, deels van die, welke de vrij groeiende bomen hun opleveren, deels van de vruchten die hun wil aan de bodem ontlokt, en deels van die voedingsmiddelen, die de lucht als een wonder naar hen toe brengt - ten teken dat de mens de hele uitgestrooide volheid van genade uit de eeuwige liefde in zich moet opnemen.
Hoofdstuk 70: Innigheid met God als grondeigenschap van religie en leven op het zevende gordelpaar - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[9] Van een ziekte is daar nooit sprake. Maar als iemand wat zijn lichaam betreft moet sterven, weet hij dat al geruime tijd van tevoren en bereidt hij in deze tijd, die voor hem de meest verlichte periode van zijn hele leven is, alles op passende wijze en doelmatig voor met het oog op het moment, dat hij naar het zuiver geestelijke zal overgaan. - Wanneer de tijd al dicht nadert, wordt er gewoonlijk een groot dankfeest gegeven, en op dit dankfeest volgt een vriendschappelijke maaltijd. Daarna staat diegene, wiens tijd gekomen is, op en groet al zijn verwanten en vervolgens de hele gemeenschap, die daar in een met bomen omgeven cirkel bij elkaar woont. Dan verlaat hij vlug het gezelschap en begeeft zich heel snel naar een heuvel, die door het hele gezelschap gezien kan worden. Wanneer hij zich daar bevindt, gaat hij met zijn gezicht naar boven gekeerd op de grond liggen; en binnen een tijdsbestek van enkele minuten verdwijnt hij dan zo volkomen, dat er niet het minste spoor van hem achterblijft.
Hoofdstuk 71: Voortplanting, huwelijk en sterven op het zevende gordelpaar - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[3] Want bij de zon moeten jullie steeds voor ogen houden, dat daarop alleen maar wezen van primitieve of solaire aard bestaan - terwijl die op de planeten van secundaire of antisolaire aard zijn. Als jullie naar de vorm kijken, dan drukt deze zich natuurlijk wel op dezelfde wijze uit als op de planeten; maar wat de innerlijke gesteldheid en de grondslag ervan betreft, staan deze in scherpe tegenstelling tot alles, wat zich van deze aard op de planeten bevindt.
Hoofdstuk 72: De inwendige zonnen en hun bewoners. - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[4] We kunnen dus wel een blik op de bewoners van deze inwendige zonnen werpen. - Ze verschillen net zo van elkaar als de kleuren van de regenboog. Eigenlijk zien we hier dus noch aardmannetjes, noch lucht-, water-, aarde- en vuurgeesten, en nog minder werkelijk natuurlijke, lichamelijke mensen, maar geestelijke mensen, die pas mettertijd in een natuurlijk leven op het oppervlak van de zon of, in minder gunstige gevallen, ook in het leven van de uiterlijkheid op de planeten over kunnen gaan.
Hoofdstuk 72: De inwendige zonnen en hun bewoners. - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[7] Als de geesten van de inwendige zon deze toestand van intelligente vrijheid echter gebruiken op een manier, die niet met Mijn orde overeenstemt, dan krijgen ze ook een wanordelijke vorm, waarbij hun vormen onuitsprekelijk verschillend van aard zijn. Als zij dan het vertrek van de ordelijke geesten zien, scholen de wanordelijken met triljoenen en triljoenen in grote groepen samen, willen zich eveneens verheffen en met geweld datgene bereiken, wat de ordelijke geesten via de kortste en juiste weg bereiken - namelijk het uiteindelijke oppervlak van de zon en daarmee de meest absolute vrijheid, die ze gewend zijn.
Hoofdstuk 72: De inwendige zonnen en hun bewoners. - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[11] Dat weten we nu. - En hoe gebeurt het opklimmen? Het opklimmen door de inwendige zonnen heen is meer een geestelijke en derhalve voor het grootste deel ook onmerkbare opklimming. Er zijn dus ook geen gewelddadige uitbarstingen mee verbonden. - Het opklimmen vanaf de laatste inwendige zon naar het eigenlijke oppervlak van de zon uit zich echter altijd op buitengewoon gewelddadige wijze.
Hoofdstuk 72: De inwendige zonnen en hun bewoners. - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[11] Maar nu zullen sommigen zeggen: Waar gaat dat uiteindelijk heen met zo’n oneindige veelheid van schepselen? - Maar Ik stel de wedervraag: Hoe zou een nog zo groot, maar uiteindelijk toch begrensd aantal schepselen en wezens zich verhouden tot een oneindige God?
Hoofdstuk 73: Geordend en ongeordend opklimmen van de grondlicht-geesten van de zon. Het lot van de zonnemuiters. Ontwikkeling van kometen en planeten. Het eeuwige, onmetelijke scheppingswerk. Besluit - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[13] Dit overzicht moet jullie echter de geruststelling geven, dat jullie goede, heilige Vader groter, machtiger en volmaakter is dan een zwakke geest van de aarde zich zelfs in zijn innigste, helderste ogenblikken kan voorstellen.
Hoofdstuk 73: Geordend en ongeordend opklimmen van de grondlicht-geesten van de zon. Het lot van de zonnemuiters. Ontwikkeling van kometen en planeten. Het eeuwige, onmetelijke scheppingswerk. Besluit - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[13] Deze geestelijke wezens van de ongeordende soort verzamelen zich, zoals reeds gezegd, met talloos vele triljoenen het meest op een streek bij de evenaar van de laatste inwendige zon. Als ze zich sterk genoeg voelen, verheffen ze zich in grote massa’s en dringen aldus naar boven tot aan het inwendige vlak van de eigenlijke zon en proberen daar op hun gevoel uit te zoeken waar deze het zwakste is. Hebben ze zo’n plek gevonden, die tegelijkertijd ook aan alle kanten aders en kanalen heeft, dan dringen ze daar snel binnen en beginnen steeds meer met grote intensiteit te ontbranden. Daardoor brengen ze tevens geleidelijk het vlak tot gloeien, waar ze zich hebben vastgezet, verbinden zich bovendien nog met de in de materie gebonden geesten en oefenen, steeds sterker ontbrandend, een steeds geweldiger kracht uit, zodat de enkele duizenden mijlen dikke, buitenste korst van de zon voor hen moet wijken, zich op de reeds bekende wijze moet laten opstuwen en tenslotte zelfs moet laten doorbreken.
Hoofdstuk 72: De inwendige zonnen en hun bewoners. - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[4] Wat zal echter het gevolg van deze tweede toestand zijn? - Het zal niemand veel moeite kosten de gevolgen te raden. Want als iemand in staat zou zijn zelfs een tijger volledig uit te hongeren en vervolgens diep te laten inslapen, zal het hem niet moeilijk vallen dit woedende dier te vangen - aangezien het zich als gevolg van zijn zwakte niet zal kunnen verweren en als gevolg van zijn slaap ook niet zal merken dat hij de prooi van een jager wordt. - Kijk, zo ongeveer is ook het zekere gevolg voor zulke absoluut vrij geworden geesten uit de zon! Ook zij vallen ten prooi aan de overal op hen loerende aantrekkingskracht van de planeten, waarvoor zij dus als welkome verzadiging dienen.
Hoofdstuk 73: Geordend en ongeordend opklimmen van de grondlicht-geesten van de zon. Het lot van de zonnemuiters. Ontwikkeling van kometen en planeten. Het eeuwige, onmetelijke scheppingswerk. Besluit - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
...  1023 - 1024 - 1025 - 1026 - 1027 - 1028 - 1029 - 1030 - 1031 - 1032 - 1033 - 1034 - 1035 - 1036 - 1037 - 1038 - 1039 - 1040 - 1041 - 1042 - 1043 - 1044 - 1045 - 1046 - 1047 - 1048  ...