Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 1037 van 1088

...  1025 - 1026 - 1027 - 1028 - 1029 - 1030 - 1031 - 1032 - 1033 - 1034 - 1035 - 1036 - 1037 - 1038 - 1039 - 1040 - 1041 - 1042 - 1043 - 1044 - 1045 - 1046 - 1047 - 1048 - 1049 - 1050  ...
[7] Heeft deze planeet ook manen? - Deze planeet heeft tien manen43, die er op verschillende afstanden omheen cirkelen en door hun verschillende posities de nachttijd van deze planeet tamelijk goed verlichten. - Ze staan tamelijk ver van de planeet af, zodat de eerste al meer dan zestigduizend mijl er vanaf staat en de laatste zich op een afstand van meer dan een miljoen mijl bevindt. - Naar de omlooptijd van deze laatste maan, die bijna dertien van jullie maanden in beslag neemt, worden daar ook de jaren geteld. ]De zonnejaren worden daar echter niet geteld, omdat ze ten eerste geen merkbare verschillen op de planeet teweeg brengen maar ten tweede ook te lang zouden zijn, en ten derde kunnen ze als gevolg van de niet zo lange levensduur van een mens ook moeilijk geteld worden, omdat zo’n zonnejaar al minstens vijf tot zes generaties mensen omvat.
Hoofdstuk 53: Het zevende gordelpaar - overeenkomend met de langdurig onbekende planeet Neptunus (Miron) - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[3] Wat de vulkanen als zodanig betreft, moet met betrekking tot hun vuur opgemerkt worden, dat de vlam en de gloed ervan niet zoals bij jullie op aarde vuilrood van kleur is, maar lichtgroen, een kleur die ten eerste veel lichter is dan rood en ten tweede als verwarming ook weldadiger werkt dan de rode kleur.
Hoofdstuk 54: Wonderbaarlijke plantengroei op de planeet Miron (Neptunus). Veranderlijkheid van de levensvormen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[2] Onder de buitengewoon vele boomsoorten van deze planeet neemt de zogeheten ‘eeuwige boom’ een unieke plaats in. Deze boom is de enige op deze planeet, die nooit van vorm en geaardheid verandert; daarom wordt hij door de bewoners van de planeet Miron ook tot een symbool van trouw gemaakt. Hij groeit buitengewoon hoog op, maakt weinig takken, die nooit ver van de slanke stam af staan. De vrucht ervan is dus ook steeds hetzelfde. - Hoe ziet die vrucht eruit, en zit erin?
Hoofdstuk 55: De trouwboom, het levende riet en de vliegende broodboom - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[4] Deze takken zijn even stevig en onbeweeglijk als de boom zelf; ze bestaan enkel uit een tamelijk ronde, sterke steel, die loodrecht op de stam staat. Aan beide zijden in horizontale richting heeft zo’n tak van een soort rooster, dat wil zeggen, hij ziet eruit alsof men aan beide zijden relatief lange sporten in de tak had gestoken. Deze sporten worden naar het einde van de tak natuurlijk korter en zwakker. - Dat zijn dus de twijgen van de tak.
Hoofdstuk 55: De trouwboom, het levende riet en de vliegende broodboom - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[7] Nu is de vraag: Waarom wordt deze boom de ‘bellenboom) genoemd? - Kijk, bij de bekende uitmondingen van de takken druppelt een kleverig soort sap door de buisjes naar buiten, en wel gedurende een bepaalde tijd; daarna droogt het sap in het inwendige van deze zwamboom op en lost op in een soort gas, waarbij dit oplossen ook hier teweeggebracht wordt door de grote activiteit van de ruimschoots aanwezige elektriciteit. - Omdat het sap zich in de trechtervormige uitmondingen van de takken heeft opgehoopt en zich meer elastisch verdicht heeft, kan het niet opgelost worden, maar verhindert zodoende dat het in het inwendige van de boom ontwikkelde gas vrij naar buiten stroomt.
Hoofdstuk 56: Bliksemende bossen. De bellenboom - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[9] Als jullie je op deze planeet zouden bevinden, zouden jullie de zon nauwelijks zo groot waarnemen als een gulden bij jullie. Maar de bewoners zien haar desondanks even groot als jullie haar vanaf de aarde zien. De reden hiervan is de grotere ontwikkeling van het oog, waardoor de pupil meer afgevlakt is en zodoende een grotere stralenbundel kan bevatten dan jullie oog. De tweede reden echter is tevens de voor deze planeet buitengewoon hoog boven het oppervlak reikende luchtregio, waardoor aan de uiterste grenzen ervan nog altijd een aanzienlijke hoeveelheid zonnestralen worden opgenomen, die volgens de bekende wet van de straalbreking steeds dichter op elkaar gedrongen op het oppervlak van de planeet vallen en daar, met name in de gebieden rond de evenaar, nog altijd een heel aangename temperatuur tot stand brengen.
Hoofdstuk 53: Het zevende gordelpaar - overeenkomend met de langdurig onbekende planeet Neptunus (Miron) - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[6] Op onze planeet Miron echter is vanwege de grote afstand en ook vanwege de grote rijkdom aan lucht precies het tegenovergestelde het geval. - De kleur groen is op deze grote afstand van het stralende lichaam, dat de zon is, noodzakelijkerwijze minder in intensiteit geworden; want jullie kunnen aannemen, dat op de hele planeet Miron niet zoveel zonnestralen vallen als alleen al op het Afrika van jullie aarde. Als deze weinige zonnestralen nu op het uitgestrekte oppervlak van de luchtregio van Miron vallen, worden deze, aangezien het weldadigste zijn, onmiddellijk opgenomen. Alleen de blauwe straal, die veel minder levenwekkend is, wordt door de zuivere lucht doorgelaten en valt op de planten - om welke reden, zoals reeds opgemerkt, de planten zich - met uitzondering van de bloemen - dan ook voor het overgrote deel in de mooiste blauwe kleuring vertonen. Maar dergelijke gedetailleerde beschouwingen zijn voor ons doel niet nodig; bovendien is er voor iedere denkende geest toch al buitengewoon veel gezegd. Daarom zullen wij ons direct naar de eigenlijke plantenwereld van deze planeet wenden!
Hoofdstuk 54: Wonderbaarlijke plantengroei op de planeet Miron (Neptunus). Veranderlijkheid van de levensvormen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[8] Zo groeit er bijvoorbeeld een vruchtboom heel weelderig tot een bepaalde omvang en hoogte van ongeveer honderd klafter, en wel tot een leeftijd van ongeveer twintig tot dertig Mironjaren - waarbij niet vergeten moet worden dat een Mironjaar bijna dertien van jullie maanden duurt en geen zonnejaar, maar een maanjaar is. Als zo’n boom helemaal volgroeid is, dan vindt er bij die boom van de ene dag op de andere een plotselinge verandering plaats. Ofwel hij verdwijnt plotseling uit het bestaan, en op de plaats van de boom ontdekt de onderzoeker een groot aantal geheel nieuwe insecten, ofwel de boom werpt zijn takken af, die zich ervan losmaken ongeveer zoals de bladeren van jullie bomen in de herfst, en nu brengt de stam volkomen andere takken voort en mettertijd ook heel andere vruchten. - Als de boom in insecten verandert, dan leven deze een tijd, maar alleen op de plaats waar de boom heeft gestaan; daarna sterven ze af en ontwikkelt zich uit hun gemakkelijk ontbindende molm binnen korte tijd een geheel nieuwe plantensoort, die evenwel absoluut geen verwantschap heeft met de voorgaande boom. - Jullie moeten niet aannemen dat bij zo’n vormverandering iedere keer dezelfde insecten tevoorschijn komen. Dat is daar veeleer afhankelijk van de steeds verschillende posities van de manen; vandaar dat zo’n te gronde gegane boom op verschillende momenten en verschillende plaatsen in verschillende soorten insecten kan overgaan, waaruit dan weer nieuwe planten kunnen ontstaan, ofwel kan de boom na het afwerpen van zijn takken al naargelang van de genoemde omstandigheden in verschillende andere boomsoorten overgaan.
Hoofdstuk 54: Wonderbaarlijke plantengroei op de planeet Miron (Neptunus). Veranderlijkheid van de levensvormen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[5] Iedere twijg loopt uit in een groot aantal kleine buisjes, waar doorheen voortdurend een zoet sap loopt, daar druppels vormt en vervolgens enigszins kleverig op de grond druppelt. Door dit sap wordt in de eerste plaats de hele boom en alle bestanddelen ervan gevormd; wat daarvan geschikt is voor het vormen van de boom wordt daardoor ook opgenomen, terwijl datgene, wat voor de boom onbruikbaar is, door de boom als zoeten en enigszins kleverige druppels wordt afgescheiden. Wanneer dit sap enige tijd aan de lucht is blootgesteld, wordt het tenslotte tot een soort meel zoals manna-dauw - en de bewoners van deze planeet verzamelen dat meel, vermengen het met de melk van hun huisgeiten en eten het dan als voedsel, dat hun bijzonder goed smaakt.
Hoofdstuk 55: De trouwboom, het levende riet en de vliegende broodboom - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[11] Een tweede gewas van bijna dezelfde soort is het zogenaamde ‘levende riet’. Dit groeit eveneens op tot een tamelijk hoge stam, soms met een hoogte van honderd klafter, en ziet er bijna net zo uit als wanneer jullie honderd trechters in elkaar zouden steken, wat er natuurlijk uitziet alsof jullie tamelijk grote ringen aan een stang hadden gedaan. Tussen deze ringen of trechters komt eveneens druppelsgewijs een zoet, kleverig sap naar buiten, dat met name bij de insecten erg geliefd is. Als de insecten zich echter vol gegeten hebben aan het sap, gaan ze aan hun maaltijd te gronde. Op deze wijze raken de ringvormige galerijen vol lijken van insecten. En heel spoedig vindt daar dan een overgangstafereel plaats en ziet men uit deze ringen allerlei kruiden opgroeien, waardoor deze in feite dierlijke boomstam dan een volkomen plantaardig uiterlijk krijgt. Hij ziet er bijna net zo uit als in jullie tuinen op aarde geknotte populieren die, zoals jullie al dikwijls gezien zullen hebben, het uiterlijk van groene zuilen hebben. - Als de eventuele vruchten van deze gemetamorfoseerde beplanting eetbaar zijn, worden die zonder meer door de bewoners in ontvangst genomen. Als de vruchten echter niet eetbaar zijn, dan worden ze natuurlijk onaangeroerd en onbeschadigd gelaten. - Deze rietboom op zichzelf is dus, enkel als stam beschouwd, eveneens onveranderlijk; maar door de metamorfose verandert zijn uiterlijk natuurlijk, doordat uit de planten, die op de hiervoor beschreven wijze uit zijn ringen ontstaan, nu eens dieren en dan weer planten kunnen ontstaan. - Kijk, dat is dus weer een gedenkwaardig gewas.
Hoofdstuk 55: De trouwboom, het levende riet en de vliegende broodboom - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[10] Dit zijn dus de meest bijzondere gewassen van deze planeet, die nergens anders voorkomen. – Ter wille van de beknoptheid zullen we ons de volgende keer dus direct naar het nog wonderbaarlijker dierenrijk wenden.
Hoofdstuk 56: Bliksemende bossen. De bellenboom - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[12] Eén van de opmerkelijkste bomen van deze soort is echter wat daar het ‘vliegende brood’ heet. Hoe is het mogelijk om een vliegende plant, ja zelfs een vliegende boom te zien? - Dit verbaast jullie in eerste instantie wel enigszins; maar het navolgende zal de kwestie begrijpelijk voor jullie maken. - In meer moerassige gebieden groeit een soort boom, die sterk op de zogenaamde koraal- of ook wel hertshoornzwammen bij jullie lijkt. Deze boom wordt niet zelden vijftig klafter hoog en heeft van onderen aan de relatief zeer korte stam een omtrek van zestig klafter. - De boom bestaat in wezen uit louter cellen en buisjes, die door hun eigen aantrekkingskracht heel stevig tegen elkaar hangen en zo een geheel vormen, ongeveer zoals de zojuist genoemde zwam bij jullie; alleen met dit verschil, dat de cellen en buisjes van jullie zwam heel teer en breekbaar zijn, terwijl ze bij deze boom van onze planeet taai en elastisch van aard zijn. - Wanneer deze boom eenmaal zijn juiste grootte en de leeftijd van ongeveer tien jaar heeft bereikt, sluiten zich van onderen de inzuigkanaaltjes (want wortels heeft deze boom niet, omdat hij ook daar tot het rijk der zwammen behoort). Als deze inzuigkanaaltjes zich gesloten hebben, dan verdroogt het sap in de cellen en buisjes. Door het opdrogen van dit sap ontwikkelt zich dan in iedere cel en ieder buisje een bepaald gas, dat als gevolg van de elastische taaiheid van de buisjes niet kan ontsnappen. Omdat dit gas veel fijner en lichter is dan de zware atmosferische lucht van deze planeet. Gebeurt het dat de licht geworden materie van de boom door zijn eigen gas in zekere zin van de aardbodem wordt losgerukt; en vervolgens stijgt de boom als een luchtballon bij jullie de lucht in en blijft soms verscheidene dagen in de lucht vliegen. - Als mettertijd het lichte gas uit de cellen en buisjes door de natuurlijk heel nauwe poriën ontsnapt is, begint de boom weer naar de aardbodem te zakken. Als de bewoners van deze planeet zo’n tamelijk laag in de lucht hangende boom ontdekken, geven ze zich alle denkbare moeite om zich met haken en stokken van deze boom meester te maken. Als ze hem te pakken hebben, wordt hij direct in stukken gesneden en in de stralen van de zon nog verder gedroogd. Als hij naar hun inzichten droog genoeg is, wordt hij onmiddellijk als een goed smakend brood met huis en haar opgegeten - dat wil zeggen: niet in één keer, maar geleidelijk, al naargelang de behoefte.
Hoofdstuk 55: De trouwboom, het levende riet en de vliegende broodboom - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[5] Nu zullen jullie zeggen: Waarom zijn er bij ons niet dergelijke verschijnselen? - Ik zeg jullie: Ten eerste is jullie aarde bij lange na niet zo rijk aan elektriciteit als de planeet Miron, en ten tweede kennen jullie de verschijnselen van jullie aardbodem en evenzo de werkingen van de elektriciteit nog veel te weinig om op goede gronden te kunnen zeggen: Waarom komen dergelijke verschijnselen op onze planeet niet voor? - Laat iemand maar eens naar de Midden-Afrikaanse streken gaan, of nog andere streken onder de evenaar, dan zal hij weldra op de meest uitzonderlijke, op hersenschimmen lijkende elektroplastische voorwerpen stoten. Maar toch is er verschil tussen de elektroplastiek van jullie aarde en die van deze planeet. Want wat bij jullie slechts op kleine schaal gebeurt, gebeurt daar in een zodanig reusachtige omvang, dat de verhouding ongeveer één op een- à tweeduizend is.
Hoofdstuk 56: Bliksemende bossen. De bellenboom - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[6] Hiermee zijn we dus ook met deze opmerkelijke boom klaar, en we zullen nog slechts één gewas noemen. Dit gewas wordt daar de ‘bellenboom’ genoemd. Deze boom groeit gewoonlijk heel groot langs de oevers van de meren, die zoals jullie weten niet al te uitgestrekt zijn. De boom heeft de volgende gedaante: Aan een dertig klafter hoge en drie klafter dikke stam met een tamelijk gladde bast bevinden zich ongeveer drie enigszins naar boven toe lopende, maar overigens rechte rijen takken; bovenaan schieten er een groot aantal van zulke rechte takken in alle richtingen uit de stam. Aan het eind van iedere tak is een soort trechter gevormd, waar zich een uitmonding bevindt van een klein kanaaltje, dat door de hele tak en ook door de hele boom loopt. Ook deze boom is meer een soort zwam dan een echte boom, omdat hij geen wortels, maar enkel een stompe, kegelvormige steel in de aarde heeft.
Hoofdstuk 56: Bliksemende bossen. De bellenboom - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[1] Van een gedeelte van de dieren is gezegd dat het tot een bepaald niveau onderhevig is aan een voortdurende wisseling van vorm, en wel afwisselend van planten naar dieren en van dieren naar planten. We zullen onze beschouwen dus niet beginnen met dit niveau van de dieren, dat zo sterk aan vormverandering onderhevig is, maar ons direct naar die hogere klasse van dieren wenden, die op dit hemellichaam al een blijvende vorm heeft.
Hoofdstuk 57: Het dierenrijk op de planeet Miron. De damper, de donderaar en de windmaker - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
...  1025 - 1026 - 1027 - 1028 - 1029 - 1030 - 1031 - 1032 - 1033 - 1034 - 1035 - 1036 - 1037 - 1038 - 1039 - 1040 - 1041 - 1042 - 1043 - 1044 - 1045 - 1046 - 1047 - 1048 - 1049 - 1050  ...