Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1045 van 1490

...  1033 - 1034 - 1035 - 1036 - 1037 - 1038 - 1039 - 1040 - 1041 - 1042 - 1043 - 1044 - 1045 - 1046 - 1047 - 1048 - 1049 - 1050 - 1051 - 1052 - 1053 - 1054 - 1055 - 1056 - 1057 - 1058  ...
[13] De prior zegt: o vriend en broeder, dat zou verschrikkelijk zijn! Werkelijk, als dat mogelijk zou zijn, zou ik duizendmaal liever ofwel achter de vlammenkloof in de vuilste hoek zitten, of hier tenminste in de meest schamele kleding staan. Als de Heer me hier in deze kleding zou aantreffen en me misschien zelfs zou vragen: hoe kom jij, onwaardige aan dit gewaad van de hemelse eer? - Ja broeder, dan zouden honderd bergen nog te weinig zijn om me achter te verstoppen, zodat ik niet langer zo'n grote, welverdiende smaad voor het aangezicht van de Heer zou hoeven te verdragen. Als het jou misschien mogelijk is om mij een ander gewaad te verschaffen, dan zou je me zeker een grote liefdedienst bewijzen. Kleed al mijn broeders, die zeker waardiger zijn dan ik, in zulke hemelse gewaden, maar steek mij in gepaste lompen en laat mij dan helemaal achteraan staan als de Heer mocht verschijnen. Ik zal Hem dan onbespied in de grootste deemoed aanbidden, maar laat me niet op de voorgrond staan, want nu, zo gekleed, zie ik pas heel duidelijk in dat ik de allerminste onder mijn broeders ben!
Hoofdstuk 95: Verder op de proef gesteld. Het begin van de beloning - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[23] De prior zegt: lieve vriend en broeder, omwille van de almachtige Heer, breng me toch naar de volgens jouw inzicht verste uithoek van deze tuin en als het niet te veel gevraagd is, blijf dan tenminste zolang bij me totdat de almachtige Heer Zijn heilige zaak met deze broeders heeft beslecht. En zou Hij mij daarna als allerlaatste willen opzoeken, dan zal ik me helemaal alleen voor Hem op mijn aangezicht werpen en om Zijn goddelijke barmhartigheid smeken.
Hoofdstuk 95: Verder op de proef gesteld. Het begin van de beloning - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[2] Let nu goed op. De ons reeds bekende monnik komt weer heel bescheiden naar me toe en vraagt ook meteen: lieve vriend en broeder, wij allen zien jou zonder twijfel als verheven bode van de Heer, maar begrijpen nog steeds niet wie die vreemde, eenvoudige man is. Zeg ons daarom wie deze man is, want ik heb hem echt goed geobserveerd en ik moet je eerlijk bekennen dat het mij daarbij steeds warmer om het hart werd en heel veel van mijn broeders bekenden mij dezelfde ervaring te hebben. Daarom denk ik dat er achter deze man beslist geen geringe persoonlijkheid schuilgaat. Hij is Petrus of Paulus of misschien zelfs wel de lievelingsleerling van de Heer! Als ik er niet te ver naast zit, laat me dat dan op een broederlijk vriendelijke manier weten. Ik weet weliswaar nog niet wat er verder met ons zal gebeuren; komen we in de hel of op z'n minst in het vagevuur? Maar het is zeker dat ik deze vreemde, eenvoudige man zal liefhebben, waar ik me in alle eeuwigheid ook mag bevinden, en wel omdat hij zo bescheiden, eenvoudig en liefdevol is. Ik heb dat duidelijk gemerkt toen ik hem gadesloeg en zag hoe minzaam, broederlijk en liefdevol hij omging met onze prior en zo inschikkelijk was en meeging in zijn zwakheid, dat hij hem tenslotte zelfs voor de op handen zijnde verschrikkelijke aankomst van de Heer in bescherming nam.
Hoofdstuk 96: Allen moeten voor de rechterstoel van Christus geopenbaard worden. Het zalige herkennen door de prior - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[4] O vriend en broeder, je kunt beslist niet beseffen en begrijpen wat het voor een arme zondaar betekent om voor de onverbiddelijke rechterstoel van Christus te verschijnen! Ik zou me nog liever voor eeuwig zo diep mogelijk in deze grond willen laten begraven, dan slechts één ogenblik naar het aangezicht van de eeuwig onverbiddelijke, strenge maar rechtvaardige Rechter te moeten kijken. Bewijs ons, als we het ook maar enigszins waard zijn, daarom deze laatste liefdedienst, dan zullen we ons ook voor eeuwig met het uitgesproken goddelijke oordeel tevreden stellen; maar behoed ons voor de aanblik van de onverbiddelijke Rechter!
Hoofdstuk 96: Allen moeten voor de rechterstoel van Christus geopenbaard worden. Het zalige herkennen door de prior - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[5] Nu zeg ik: lieve vriend en broeder, je verlangt merkwaardige dingen van mij en bedenkt niet, dat ik niet de Heer maar slechts een dienaar van Hem ben en als zodanig niet kan doen wat ik wil, maar alleen datgene wat de Heer wil! Deze vreemde, eenvoudige man is Petrus noch Paulus noch de lievelingsleerling van de Heer, maar hij is iemand die niet ver afstaat van hen die jij noemde en die ook niet ver is van mij en van jou. Laat dat voorlopig genoeg voor je zijn!
Hoofdstuk 96: Allen moeten voor de rechterstoel van Christus geopenbaard worden. Het zalige herkennen door de prior - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[6] Dat jij je echter met je broeders voor het aangezicht van de Heer wilt verbergen, is vergeefse moeite. Als je denkt dat het oog van de Heer jou niet overal waar je ook bent zal vinden, dan vergis je je deerlijk! Als je echter van mening bent, dat je je achter de rug van deze eenvoudige man kunt verbergen zodat je het aangezicht van de Heer niet hoeft te zien, ga dan maar niet al je broeders de prior achterna, dan zal het ter plaatse wel duidelijk worden of je voor het aangezicht van de Heer veilig bent.
Hoofdstuk 96: Allen moeten voor de rechterstoel van Christus geopenbaard worden. Het zalige herkennen door de prior - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[3] Ja, dat noem ik nu een ware mensenvriend. Iemand op aarde bijstaan is makkelijk genoeg, omdat ieder mens daar volkomen vrij is, maar hier in dit huiveringwekkende, onverbiddelijke geestenrijk dat bijna geheel verstoken is van alle liefde, genade en ontferming, is het heel wat anders om zo'n edele vriend te vinden waarachter men bij zo'n naderend, ontzettend gevaar bescherming kan zoeken. Daarom vraag ik je nog eens in naam van al deze broeders, mij te willen zeggen wie deze man is. Misschien zal hij ook tegenover ons zo genadig en barmhartig zijn en ons beschermen wanneer de Heer met een schrikaanjagend, toornig gelaat als Rechter zal verschijnen!
Hoofdstuk 96: Allen moeten voor de rechterstoel van Christus geopenbaard worden. Het zalige herkennen door de prior - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[7] Denk je dan dat de Heer naar deze verlaten plek zal komen? Dat zal Hij niet doen. Hij zal zich rechtstreeks daarheen begeven waar jullie rijn, of jullie zelfs achter het struikgewas opwachten.
Hoofdstuk 96: Allen moeten voor de rechterstoel van Christus geopenbaard worden. Het zalige herkennen door de prior - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[10] Onze monnik zegt: als het zo is dan geschiede in de almachtige naam van de Heer Zijn heilige wil, want wij zijn nu na jouw woorden op alles voorbereid! Ik zeg: welnu, als dat bij jullie het geval is, laten we ons dan naar de plaats begeven waar ook de prior met de vreemde, eenvoudige man naartoe is gegaan. Daar, op de meest geschikte plek van deze tuin, zullen we op de Heer wachten.
Hoofdstuk 96: Allen moeten voor de rechterstoel van Christus geopenbaard worden. Het zalige herkennen door de prior - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[12] Kijk, hij vraagt al met verlegen stem aan zijn beschermvriend: wat heeft het in vredesnaam te betekenen dat al de anders mij zo dierbare broeders nu naar onze schuilhoek zijn gekomen? Dat is voor mij iets verschrikkelijks! Tenslotte zal nog gebeuren wat jij, lieve vriend, eerder al zei, namelijk dat de Heer juist daar waar ik me verberg, het allereerst zal verschijnen. Lieve vriend en broeder, is het dan niet beter dat we deze plaats voor een andere verruilen?
Hoofdstuk 96: Allen moeten voor de rechterstoel van Christus geopenbaard worden. Het zalige herkennen door de prior - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[13] De eenvoudige man zegt: wat zou je dat dan baten? Weet je niet wat de apostel Paulus heeft aangegeven toen hij zei: `Want wij moeten allen geopenbaard worden voor de rechterstoel van Christus!'? De prior zegt: o lieve vriend en broeder, deze angstaanjagende woorden ken ik maar al te goed! Wat kan ik er echter aan doen, dat ik mijn ontzettende angst voor de Heer desondanks niet van me af kan zetten?
Hoofdstuk 96: Allen moeten voor de rechterstoel van Christus geopenbaard worden. Het zalige herkennen door de prior - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[16] Nu zegt de eenvoudige man: kijk, mijn vriend en broeder, deze taal bevalt me heel wat beter dan de eerdere, daarom zal ik je nu ook een klein geheim onthullen. - Welnu, Degene die je zo zeer vreesde en nog steeds vreest, is dicht bij je. Zeg me eens, zou je de Heer ook zo vrezen als Hij net als Ik, heel gewoon, eenvoudig en liefdevol voor jou zou verschijnen?
Hoofdstuk 96: Allen moeten voor de rechterstoel van Christus geopenbaard worden. Het zalige herkennen door de prior - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[17] De prior antwoordt: o liefste vriend en broeder, in deze gedaante zou ik zeker niet bang voor Hem zijn, maar wat de liefde betreft, denk ik dat deze mij bijna zou kunnen doden als de Heer in jouw eenvoud voor me zou staan.
Hoofdstuk 96: Allen moeten voor de rechterstoel van Christus geopenbaard worden. Het zalige herkennen door de prior - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[2] Kijk, de ons bekende praatgrage monnik gaat hem ook al tegemoet en vraagt hem met een verschrikt gezicht: luister broeder, hoe is het mogelijk dat je in deze huiveringwekkende tijd, waarin we gezamenlijk wachten op de onverbiddelijke Rechter, met zo'n opgetogen gezicht vanuit jouw goede schuilplaats naar ons toe kunt komen? Heeft jouw eenvoudige leidsman dat bij jou bewerkstelligd of heb je jezelf moed ingesproken? Vertel mij en ons allen waarom je zo vrolijk bent geworden. De Heer zij alle lof, eer en dank dat Hij jou deze vrolijkheid toestaat. Wij arme zondaars daarentegen staan hier des te meer angst en vrees uit. Als wij toch ook een beetje geholpen konden worden, dan zou dat werkelijk voor ons angstige gemoed van het grootste belang zijn.
Hoofdstuk 97: De bekentenis van een prediker Huiswaarts - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[3] Werkelijk, hoe vaak heb ik op aarde voor het volk vanaf de kansel gepredikt, hoe verschrikkelijk het is om voor het aangezicht van de onverbiddelijke Rechter te verschijnen en hoe vreselijk het is om in de handen van de levende, almachtige God te vallen! Het is best mogelijk dat veel van mijn toehoorders door mijn preken ook innerlijk diep geschokt werden, maar ikzelf heb mijn preken zeker allerminst ter harte genomen en liet me daarna, zoals jullie weten, een lekkere hap evenals een goed glas wijn heel goed smaken. Hier is het volgende spreekwoord precies van toepassing: wie een kuil graaft voor een ander, valt er tenslotte zelf in. Daarom zit ik nu dan ook tot over mijn oren in deze kuil en voel sterk en levendig, wat ik tijdens mijn leven door mijn preken de anderen wilde laten voelen. Daarom vraag ik jou dan ook des te dringender, mij en ons allemaal een kleine troostende mededeling te doen, waarin je ons vertelt hoe het mogelijk is dat jij in de situatie waarin we ons bevinden, zo vrolijk kunt zijn.
Hoofdstuk 97: De bekentenis van een prediker Huiswaarts - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
...  1033 - 1034 - 1035 - 1036 - 1037 - 1038 - 1039 - 1040 - 1041 - 1042 - 1043 - 1044 - 1045 - 1046 - 1047 - 1048 - 1049 - 1050 - 1051 - 1052 - 1053 - 1054 - 1055 - 1056 - 1057 - 1058  ...