Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1047 van 1490

...  1035 - 1036 - 1037 - 1038 - 1039 - 1040 - 1041 - 1042 - 1043 - 1044 - 1045 - 1046 - 1047 - 1048 - 1049 - 1050 - 1051 - 1052 - 1053 - 1054 - 1055 - 1056 - 1057 - 1058 - 1059 - 1060  ...
[1] We bevinden ons reeds hoog in het gebergte dat we voorheen op grote afstand stralend voor ons zagen liggen. Zie nu het iets lager gelegen onbeschrijfelijk mooie landschap, dat zich vanaf dit gebergte prachtig en wonderbaarlijk gevarieerd als het ware eindeloos ver uitstrekt. Heerlijke brede dalen, afgewisseld door heuvelruggen, doorkruisen elkaar in alle richtingen en de mooiste beken doorsnijden de dalen. Het water in deze beken is als doorzichtig, zuiver goud, en het beweegt zich ten opzichte van elkaar in een goedgeordende levendigheid. Waar de ene beek in de andere stroomt vormt zich, zoals jullie zien, altijd een rond meertje dat op zijn kleine golvende oppervlak een prachtig stralenspel te zien geeft. Aan de oever van zo'n meer zien jullie prachtige paleizen met roodachtig blinkende daken, die niet bedoeld zijn om beschutting tegen regen te bieden maar alleen om tengevolge van hun doorzichtigheid het licht in de meest verschillende kleuren naar binnen te laten vallen.
Hoofdstuk 99: Nog een zware beproeving - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[2] Bekijk verder eens de bouw van deze paleizen. Elk afzonderlijk wordt gesierd door een verheven mooie architectuur en uit elk van de vele ramen stroomt een andere kleur licht. Rondom de paleizen zien jullie wondermooi aangelegde tuinen, waarin lieflijke boompjes met de heerlijkste vruchten in keurige rijen te bewonderen zijn. Dan weer stralende bloemen van een nooit vermoede pracht. Daartussen allerlei tuinpaviljoenen, die er deels uitzien als kleine hangende tuinen, deels als torens met prachtige koepels, deels als tempels met allerlei stralende zuilen, die nu eens met ronde dan weer met piramidevormige daken zijn gesierd. Zie verder nog de prachtige omheiningen van de tuinen, die uit de mooiste arcaden en pergolas bestaan, waar men overal doorheen kan wandelen.
Hoofdstuk 99: Nog een zware beproeving - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[4] Deze klokken klinken niet als aardse klokken, maar hun klanken lijken op de zachte tonen van jullie zogenaamde windlier, alleen zijn zij onzegbaar zuiverder en ondanks hun liefelijkheid draagt de klank toch tot over grote afstand. Jullie kunnen de zuivere harmonische verhoudingen van de laagste tonen met de hogere en omgekeerd heel goed onderscheiden.
Hoofdstuk 99: Nog een zware beproeving - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[5] Kijk nu eens naar de rechte weg, voor ons, die er niet bepaald uitziet als een straatweg op jullie aarde, maar eerder als een verscheiden meters brede, prachtige fluwelen met goud en gladde edelstenen doorweven band, waarlangs aan beide zijden bomen staan die steeds vol zitten met geurige bloesems, maar ook tegelijkertijd rijpe, heerlijk smakende vruchten dragen. Op deze weg zullen jullie zien hoe een processie, weliswaar zonder kruis of vlag, maar wel met stralende palmtakken in de hand, ons tegemoet komt. De vrouwelijke wezens dragen korfjes die gevuld zijn met allerlei hemelse vruchten om de komende gasten dadelijk liefdevol en gastvrij te onthalen.
Hoofdstuk 99: Nog een zware beproeving - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[6] Kijk, de processie komt steeds dichterbij en de vrouwelijke engelgeesten haasten zich met hun korfjes naar voren om des te eerder bij ons te zijn. Twee zijn er al. Kijk eens naar die onbeschrijfelijke tederheid en die wondermooie vorm, die geheel uit stralende, licht etherische rondingen bestaat. Van hun gezichten straalt een waarachtige, hemelse zaligheid en opgewekte vriendelijkheid, en hun buitengewoon fijne kleding getuigt van de grote onschuld van deze wezens. Maar zie, er komen er steeds meer en alsmaar mooier en mooier worden hun gestalten.
Hoofdstuk 99: Nog een zware beproeving - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[11] Als echter deze hele geschiedenis misschien slechts een beproeving zou zijn, en men zou in deze appel bijten zoals Adam en Eva deden in het paradijs, waarna deze wonderbaarlijke streek dan na de beet wellicht onmiddellijk in een andere zou veranderen, waarvoor God ons in alle eeuwigheid moge behoeden, dan zou zo'n hemelse toverhap iemand toch beduidend duurder komen te staan dan de allerbeste raad uit de geschiedenis! Ja, wist ik maar zeker dat dit werkelijk eeuwig blijft bestaan, dan zou ik, ik durf het nauwelijks te denken, toch zo heel stiekem op dit hemelse voorstel van onze allerheiligste, liefdevolste Vader mijn `ja' uitspreken.
Hoofdstuk 99: Nog een zware beproeving - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[13] De prior zegt: ja broeder, je hebt me uit de droom geholpen; je hebt gelijk. Zo klinkt het ook diep in mijn hart en zo zal ik spreken tegen de Heer, want Hij is meer dan al deze hemelse heerlijkheden!
Hoofdstuk 99: Nog een zware beproeving - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[6] Vraag niet of Ik hier voortdurend zichtbaar zoals nu, of onzichtbaar aanwezig zal zijn, want zichtbaar of onzichtbaar, Ik ben toch altijd volkomen aanwezig. En wanneer je naar deze zon zult kijken, denk dan, daarin woont jouw Vader. En deze zon, die zo mild deze streek verwarmt en alles zo heerlijk verlicht, gaat hier nooit onder; je zult haar altijd zien en het oog van jouw liefde nooit van haar afwenden.
Hoofdstuk 100: De hemelse bestemming - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[8] In jouw nieuwe huis in deze hemel zul je echter een wit bord aantreffen. Bekijk dit van tijd tot tijd, naargelang jouw liefde je daartoe aanzet, dan zul je daarop Mijn wil geschreven zien.
Hoofdstuk 100: De hemelse bestemming - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[9] Heb de vrouw die Ik je hier zal geven, echter lief als jezelf. Wees één met haar zodat je met haar een volkomen mens vormt, dat zich in volmaakte hemelse waarheid en weldadige liefde bevindt. In deze vrouw zul je de macht van jouw liefde voor Mij voelen en de vrouw zal in jou de macht van Mijn wijsheid voelen; en zo zullen jullie één zijn in Mijn eeuwige liefde en wijsheid. De hoogste graad van jullie gelukzaligheid zal er dan steeds zijn wanneer jullie volkomen één zijn in de liefde voor Mij.
Hoofdstuk 100: De hemelse bestemming - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[10] Je hoeft je hier geen zorgen te maken over voeding noch over enige andere behoefte, want voor dat alles is door Mij al voor alle eeuwigheden gezorgd. Want dit is het rijk dat Ik vanaf het begin bereid heb voor hen, die Mij lief hebben; dit is het grote, heilige erfdeel voor al Mijn kinderen, dat lk voor hen aan het kruis heb bereid! Neem het daarom aan van Mij, de enige gever van alle goede gaven en geniet voortaan eeuwig van deze overgrote heerlijkheden en schatten.
Hoofdstuk 100: De hemelse bestemming - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[10] De prior en zijn broeders kijken nu eens naar de omgeving, dan weer naar de Heer en dan weer, en bijna het meest naar de mooie hemelse bruiden. De prior is daarom ook niet zo vlug klaar met zijn antwoord en overlegt bij zichzelf als volgt: hier zou het goed toeven zijn aan de zijde van zo'n hemelse bruid en in zo'n prachtig eigendom, waar je bovendien als het ware de gebraden vogels in de mond vliegen! Werkelijk, het is toch voor een onsterfelijke geest eeuwig volkomen onmogelijk om zich de hemel nog hemelser voor te stellen. Voorwaar, en nog eens driemaal voorwaar, als hier een echte goede raad niet duur is, dan is hij het in eeuwigheid niet. Als ik eraan denk, hoe het voor iemand zou zijn om zo'n hemelse bruid te omarmen en aan zijn onsterfelijk hart vol hemelse, vurige liefde te drukken, dan begint het me te duizelen en zou ik heel graag, ja, ik zou zelfs oneindig graag voor de Heer mijn krachtigste `ja' uitspreken, vooropgesteld dat deze eindeloze heerlijkheid in alle opzichten ook duidelijk een stevige basis heeft.
Hoofdstuk 99: Nog een zware beproeving - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[12] Maar nu komt de andere, ons reeds bekende monnik naar de prior toe en zegt: luister eens broeder, hoe lang wil jij onze allerliefdevolste heilige Vader nog op een antwoord laten wachten? Als ik zou moeten antwoorden dan was ik, en verscheidene anderen met mij, daar al lang mee klaar. Ik zeg je slechts wat mijn innerlijk gevoel me zegt en dat luidt als volgt: o Heer en Vader, in al Uw oneindige liefde en ontferming, met U en bij U is het overal, dus ook hier in deze wondermooie, hemelse heerlijkheid buitengewoon goed toeven. Blijft U hier, dan zal ik me hier allerzaligst voelen. Maar blijft U als de allerheiligste Oerbron van al deze heerlijkheden niet hier en is hier voor U nog geen blijvende woonplaats, dan wil ook ik hier niet blijven, maar als het Uw heilige wil is, met U verder trekken tot de plaats waar U zult zeggen: hier ben Ik thuis! Wat denk jij broeder, zou dat niet een goed antwoord zijn?
Hoofdstuk 99: Nog een zware beproeving - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[1] Nu wendt de prior zich tot de Heer en zegt: o almachtige, liefdevolle heilige Vader, hoor mij genadig aan. Hoewel U precies ziet en weet hoe het met mij gesteld is, wil ik toch voor U spreken omdat U het zo wenst. Wat Uw liefdevolle en heilige voorstel van daarnet betreft, twijfel ik er nu absoluut niet meer aan of U mij en mijn broeders dit alles zou hebben gegeven als we Uw voorstel hadden aangenomen, want U bent toch overal de eeuwige Liefde, Trouw, Waarheid en Wijsheid! Het is waar, wanneer ik deze zuiver hemelse engelachtige wezens aanschouw, waarvan de een nog mooier is dan de andere en ieder op haar manier niet te overtreffen, en ik daarna mijn hart vraag of het tevreden zou zijn met zo'n onbeschrijfelijke genade van U, dan moet ik evenwel met de hand op het hart zeggen: o Heer, die uitzonderlijke genade ben ik helemaal niet waard, want zo'n loon zou te hemels en overheerlijk zijn voor een armzalige, uitgedroogde celibataire, aardse leegloper. Werkelijk, in het door U gezegende bezit van een dergelijke zuiver hemelse wederhelft of eeuwige levensgezellin moeten aardjaren, als ze hier nog zouden tellen, toch voorbijvliegen als montere sprinkhanen op een hete zomerdag. En van verveling zou in zulke bijna bovenhemelse omstandigheden in alle eeuwigheden zeker geen sprake zijn.
Hoofdstuk 100: De hemelse bestemming - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[3] Kijk, twee waarden liggen hier voor je, een hemels heerlijke, namelijk deze hemel, en een oneindige, namelijk Uzelf o Heer! Wanneer het jou, arme zondaar (zo klinkt het in mij) vrij stond om tussen deze twee waarden te kiezen, dan moet ik - of het nu eigenbelang is of wat dan ook - eerlijk bekennen: Heer, ik blijf bij U en laat uit liefde voor U deze buitengewoon heerlijke hemel en ook eventueel nog veel mooiere, varen; vooropgesteld dat voor U, o Heer, zo'n keuze van mij arme zondaar aangenaam is. Ik wil namelijk daarmee voor U, o Heer en Vader, niet de indruk wekken dat ik met zo'n hemel niet tevreden zou zijn. 0, dat zeker niet, want ik, als de alleronwaardigste voor zo'n oneindige genade, zou U daarvoor met al mijn krachten eeuwig loven, liefhebben en prijzen!
Hoofdstuk 100: De hemelse bestemming - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
...  1035 - 1036 - 1037 - 1038 - 1039 - 1040 - 1041 - 1042 - 1043 - 1044 - 1045 - 1046 - 1047 - 1048 - 1049 - 1050 - 1051 - 1052 - 1053 - 1054 - 1055 - 1056 - 1057 - 1058 - 1059 - 1060  ...