Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 1048 van 1112

...  1036 - 1037 - 1038 - 1039 - 1040 - 1041 - 1042 - 1043 - 1044 - 1045 - 1046 - 1047 - 1048 - 1049 - 1050 - 1051 - 1052 - 1053 - 1054 - 1055 - 1056 - 1057 - 1058 - 1059 - 1060 - 1061  ...
[3] De nieuwe naam was en is nog steeds 'Landschnur'. Hiervan hebben later de Fransen die zich daar ophielden 'Landjour' gemaakt. Het woord 'Staff betekende in deze oude taal uit de bergen als het ware een gericht en 'Hochstaff een hoog gericht en wel daarom, omdat elke onbevoegde, die in de tovermysteriën van deze berg niet was ingewijd, dadelijk op de vreselijkste manier, natuurlijk door de heksenmeester, werd berecht als hij het waagde de berg te bestijgen tot daar waar de bebossing ophield; zo' n mens werd dan door onzichtbare handen beetgepakt en met de snelheid van de bliksem, zoals de sage luidt, op de hoogste bergtop neergezet. Daar werd hij door eveneens onzichtbare krachten vele uren lang op de meest pijnlijke en gruwelijke manier gekweld en met donderende stem werd hem te kennen gegeven, dat hij tot de heksenbond moest toetreden. Wilde hij dat niet, dan werd hij van het hoogste punt, dat daarom de 'Hohe Freiung' heette, op de 'Untere Freiung' geworpen, maar met zo'n magische kracht, dat hij niet werd gedood. Op de Untere Freiung kwamen de betoverende bekoorlijke Sylphiden hem dan met hun verleidelijke gestalten bedwelmen. Had hij zich dan aan hen overgegeven, dan werd hij plotseling weer op de Hohe Freiung gezet en daar in hun mysteriën ingewijd. Maar als hij zich niet door de bekoorlijkheden van deze Sylphiden wilde laten betoveren, dan kwam hij op de duivelsglijbaan en moest dan een afschuwelijke reis naar beneden in het dal maken, waarbij al zijn ledematen, kompleet, zoals men zegt, uit hun voegen gingen. Als hij echter tijdens de bekoringen van Sylphiden had laten zien, dat hij wel enigszins toegankelijk was geweest, dan werd hij op de gouden hoek gezet waar hij werd verblind door de enorme rijkdom die bestond uit massa's blank goud. En was dat dan ook nog niet genoeg, dan werd hij zuidwaarts gevoerd in de streek van het zilveren graf, naar een wondermooi feeëriek gedeelte van deze berg, dat deze nieuwaangekomene zo betoverde, dat het voor hem alleen nog maar mogelijk was zich volkomen bij deze heksenbond aan te sluiten.
Hoofdstuk 37: Bergen met beruchte namen - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[16] Juist deze Hochstad is ook zo'n vrij gelegen berg en daarom een geliefde verblijfplaats van zulke vrij geworden natuurgeesten, die met de aan de voet van deze berg wonende boeren vaak in conflict kwamen. Dat aan de naam van deze berg en zijn uitlopers veel treurige hekseninquisitie geschiedenissen verbonden zijn, behoeft geen nadere verklaring; want aan de Drau is nog heden ten dage de terechtstellingsplaats van heksen van het oude landgoed Flaschberg te zien, wiens naam al een voldoende beschrijving in zich sluit van wat hier eens bedreven werd.
Hoofdstuk 37: Bergen met beruchte namen - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[3] Waarom zegt men hier 'geestelijk' en niet gewoon 'geest'? Omdat in deze regio de geestelijke, dus ook de enkelvoudige specifieke intelligenties van de ziel, elkaar pas geleidelijk aan vastgrijpen, zich verenigen en elkaar in één gehele, volkomen geestelijke vorm weer kompleet als één wezen, dat zichzelf bewust is, moeten vinden.
Hoofdstuk 38: De eerste, onderste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[5] Overal is er een bepaald centrum gegeven voor de complete vereniging van alle geestelijke specifica. Dit centrum is de eigenlijke stevig gevangen genomen oergeest of de liefdesvonk uit Mij. Deze trekt krachtig al datgene naar zich toe wat tot zijn wezen behoort; en al is dat nog zo verstrooid, dan zal het zich toch bij dat geestelijk centrum voegen waar het bij hoort en zal, al is het van een gelijke hoedanigheid, toch bij elk centrum andere eigenschappen verkrijgen.
Hoofdstuk 38: De eerste, onderste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[9] Dus concentreren de ziele intelligenties zich om het geestelijk centrum, dat speciaal bij hen hoort of ze stromen daarheen, waar hun geestelijke centrum is, grijpen elkaar vast tot een intelligente vorm en krijgen eigenschappen volgens het grondwezen van hun geestelijk centrum, wat gewoonlijk binnenin de mens plaatsvindt, omdat het eigenlijke centrum pas in de mensenvorm wordt teruggegeven.
Hoofdstuk 38: De eerste, onderste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[11] Een woord wordt gegeven en dit woord, zoals het is gegeven, trekt op dat ogenblik al datgene naar zich toe, wat nodig is om te voldoen aan het begrip.
Hoofdstuk 38: De eerste, onderste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[12] Nemen we het woord 'gebod'. Dit woord is een centrum, maar trekt naar zich toe en verenigt in één moment datgene, wat voor de vervulling van het begrip 'gebod' noodzakelijk is.
Hoofdstuk 38: De eerste, onderste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[14] Kijk eens wat een oneindig aantal begrippen, grondideeën en krachten met dit ene begrip 'gebod' verbonden is, zoveel, dat iemand zou kunnen zeggen: ,Ja. als het woord 'gebod' dit alles als kenmerk in zich sluit, hoe zit het dan met een en ander niet minder betekenend woord?'
Hoofdstuk 38: De eerste, onderste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[15] Nu komt de belangrijkste uitleg: Elk woord vormt op zichzelf een bepaald geestelijk centrum, trekt uit eenzelfde onmetelijke hoeveelheid begrippen diegene naar zich toe, die voor hem kenmerkend zijn en neemt deze in zich op, zodat dezelfde begrippen zich in dit woord tot iets heel anders moeten kwalificeren dan tot de kwalificatie die ze kregen bij een ander, eerder genoemd woord.
Hoofdstuk 38: De eerste, onderste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[2] Het is waar dat hier eigenlijk alleen maar de verzamelplaats is waar de enkelvoudige en verspreide ziele intelligenties zich als het ware instinctmatig om een geestelijk centrum verzamelen, omdat ze dit als tot hen behorend herkennen. Maar deze verzameling zou toch erg onbehouwen en onordelijk uitvallen, als ze niet volgens een vastgestelde, bepaalde ordening plaats vond. Het zou zijn alsof iemand het materiaal dat voor de bouw van een huis was bestemd, op een hoop liet gooien. Daardoor zouden stenen, kalk, specie, hout, vensterluiken, dakpannen en alles wat bij een huis hoort, op één hoop komen te liggen. Maar wat voor een verschil zou er dan wel zijn tussen zo'n onordelijke hoop en een goed gebouwd huis, waar elk materiaal zijn juiste plaats inneemt volgens het bouwplan.
Hoofdstuk 39: De leidende geesten van de laagste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[3] Zoals het bij een te bouwen huis waar het materiaal aanwezig is het geval is, zo gaat het ook in geestelijk opzicht in de onderste bouwsfeer. Hier is het materiaal, intelligentie-zielespecifica en geestelijke centra, in overvloed voorhanden. Maar hoewel in elk partikel een eigen levende intelligentie aanwezig is, kan het materiaal zich toch niet zelf tot een volkomen mensenwezen opbouwen, omdat elke aparte intelligentie maar één enkele uit velen herkent. Pas als de talloze, voor één wezen benodigde intelligenties tot één vorm en één wezen zijn verbonden door de geestelijke bouwmeesters, kan zo'n wezen langzamerhand tot een algemeen inzicht komen, dat de hele ordening overziet. Dit kan echter pas langzamerhand gebeuren zoals eigen ervaring leert en daar komt het gezegde vandaan: er is nog nooit een geleerde uit de hemel komen vallen, en nog minder een wijze.
Hoofdstuk 39: De leidende geesten van de laagste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[5] Hoe meer iemand zulke intelligenties door vlijt en ijver in zich opgewekt en met elkaar verbonden heeft, des te geleerder is hij en des te meer weet hij. Maar deze geleerdheid is nog lang geen wijsheid, want de wijsheid is de opwekking van de geest, die als hij eenmaal geheel gewekt is, al de talloze intelligenties van zijn ziel in één ogenblik doordringt, ze opwekt en ze allemaal in zichzelf tot een volkomen weten verenigt, dat de gelijkenis heeft met het weten van God.
Hoofdstuk 39: De leidende geesten van de laagste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[7] Als echter voor degene, die zich in het museum bevindt, opeens de zon opgaat en alle zalen geheel verlicht worden, zal het dan nog wel nodig zijn rond te tasten om de voorwerpen te herkennen? O neen, hij overziet nu opeens met één blik alles wat zich in het museum bevindt en niet alleen maar bij gedeelten. En zijn de voorwerpen in het museum dan geordend, dan zal hij ook gemakkelijk het hoofddoel van de in dit museum opgestelde kunstvoorwerpen, en ook het speciale doel van elk voorwerp apart, heel gemakkelijk kunnen beoordelen.
Hoofdstuk 39: De leidende geesten van de laagste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[8] Kijk, dan komt de eerst beschreven vorming overeen met het mechanische leren. En het zich door middel van dit leren zoveel mogelijk eigen maken van de voorwerpen in het museum is dan gewoonlijk de geleerdheid van de mensen.
Hoofdstuk 39: De leidende geesten van de laagste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[10] Daaruit volgt echter, dat met de ordelijke samenvoeging van alle intelligentiedeeltjes, die bij de ziel van een wezen horen, nog lang niet het algemene inzicht is verbonden, dat noodzakelijk is om in de onderste regio, waar de wezens gebouwd worden, de aparte ziele intelligenties zodanig om een geestelijk centrum te ordenen en te verbinden, dat daaruit mettertijd werkelijk een volkomen inzicht kan voortvloeien. Daarom is het ook begrijpelijk dat de bovengenoemde intelligentiedeeltjes van de ziel zich niet vanzelf kunnen ordenen, maar er moeten voortdurend van zulke wezens aanwezig zijn, die de orde bij de bouw van de wezens moeten bewaken en leiden.
Hoofdstuk 39: De leidende geesten van de laagste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
...  1036 - 1037 - 1038 - 1039 - 1040 - 1041 - 1042 - 1043 - 1044 - 1045 - 1046 - 1047 - 1048 - 1049 - 1050 - 1051 - 1052 - 1053 - 1054 - 1055 - 1056 - 1057 - 1058 - 1059 - 1060 - 1061  ...