Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3934 resultaten - Pagina 106 van 263

...  94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110 - 111 - 112 - 113 - 114 - 115 - 116 - 117 - 118 - 119  ...
[10] O, maar nu heeft ook ieder woord dat ik uit de meest waarachtige heilige mond van de Meester der meesters gehoord heb, voor mij ook pas zijn ware en werkelijke waarde, en ik zal mij ervoor inspannen om deze leer niet alleen bij mijzelf door middel van daden te realiseren, maar ook duizenden naar deze weg te leiden en hen erop te zetten!
Hoofdstuk 134: De droom van de hoofdman - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Kijk, in de ziel bestaan er drie goed te onderscheiden graden van schouwen en waarnemen! De eerste is puur natuurlijk, zelfs in de droom van de materiële natuurmensen bij wie de innerlijke geest nog zo passief rust als de geest van een plant in het omhulsel van de kiem in een zaadkorrel.
Hoofdstuk 135: Raphaël spreekt over het wezen van de droom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] (Rafaël:) 'De volledige tweede en goed te onderscheiden hogere graad van schouwen en voelen van de ziel treedt zowel in het lichamelijke leven als ook in de droom in, wanneer de geest in de ziel net zo actief begint te worden als de geest van een plant in de zaadkorrel, als hij begonnen is om vanuit zijn eigenlijke ziel, die in het vlees van de korrel rust, de wortels in de aarde en de kiemblaadjes boven de aarde te vormen en te doen groeien. De ziel begint zich dan tot een echte vorm te ontvouwen en dringt enerzijds in zichzelf, net zoals de wortels van een groeiende plant in de aarde dringen en uit de goddelijke kracht daarin de juiste voeding beginnen op te zuigen, terwijl anderzijds de plant zelf, aldus van binnenuit gevoed, als gevolg van die innerlijke voeding vanuit de zuivere, ware en levende goddelijke kracht, zich als de eigenlijke en echte wezensvorm van de ziel in de sfeer van het licht verheft en hoger en verder ontwikkelt naar de uiteindelijke voleinding.
Hoofdstuk 136: De hogere graden van helder bewustzijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] De mens moet het woord van God, waarin Hij de mens getrouw Zijn wil openbaart, op een gegeven moment met een vreugdevol, dankbaar en gewillig hart en verstand aannemen. Daardoor legt hij reeds het ware levensgraan in de vruchtbare aarde.
Hoofdstuk 137: Raphaël maakt zich als geest bekend - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[24] Is dan niet alles wat de mens tot voeding dient, Gods woord en Gods wil? Als jij, die nog een natuurlijk mens bent,jouw lichaam met natuurlijke kost verzadigt, neemt de ziel daarvan ook het substantieel geestelijke deel in zich op en gebruikt het om haar vorm te verstevigen; en als de onvolmaakte ziel dat doet, al gebeurt dat ook onbewust, dan zal een van zichzelf zeer helder bewuste voleindigde geest dat des te meer kunnen doen, aangezien hij in staat is om alle materie plotseling op te lossen en in haar oorspronkelijke geestelijke toestand te veranderen. -Begrijp je dat?'
Hoofdstuk 137: Raphaël maakt zich als geest bekend - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Mijn woord en Mijn leer, die jullie de weg naar het eeuwige leven toont, is echter de wil van Degene die in Mij is en die Mij gezonden heeft. Want de Vader, als de eeuwige liefde, is in Mij, en Ik, als haar licht, ben in haar .
Hoofdstuk 138: Over het wezen van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] (Rafaël:) 'Tracht daarom de mensen te onderwijzen in de hele waarheid die jullie kennen, dan zullen jullie de geestelijke geloofsakker goed bemesten en het zaad van Gods woord zal daar weldra gemakkelijk stevig wortel schieten, en de uit het zaad ontkiemende stam zal zich tot een ware, sterke levensboom ontwikkelen!
Hoofdstuk 146: De vraag naar het wezen van Raphaël. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Maar als jullie de mensen het evangelie zullen verkondigen, bevrijdt hen dan eerst van het verderfelijke veelvoudige bijgeloof, dan zullen ze daarna weldra de grote zegeningen van Gods woord gewaar worden en jullie vrienden worden!
Hoofdstuk 146: De vraag naar het wezen van Raphaël. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[13] Daarvoor zullen we evenwel niet de innerlijke zieletoestand van de derde graad van zien nodig hebben, maar slechts die van de tweede, en dan zullen jullie de aarde van de noord tot de zuidpool helemaal overzien, zoals ze is, en als ik jullie uit die geestvervoering weer wakker zal roepen, zal ik er ook voor zorgen dat jullie je datgene wat jullie gezien hebben zo helder mogelijk blijven herinneren. Als jullie dat dus willen, zal ik het nu ook doen.'
Hoofdstuk 147: Sneeuw en ijs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] Ga maar eens naar de steden van Egypte en lees daar met alle vlijt gedurende je hele leven hier op aarde al die bijna ontelbaar vele boeken en geschriften door, dan zullen jullie als uitzonderlijke veelweters weer in jullie vaderland terugkeren; maar daardoor zal jullie innerlijke geest nog lang niet één worden in jullie, en na het doorlezen van vele duizenden boeken en geschriften zullen jullie van het wezen van God, van jullie geest en van het voortleven van de ziel evenveel weten als jullie tot nu toe geweten hebben. Hier hebben jullie in een paar uur meer geleerd en overeenkomstig de volle waarheid ervaren, dan alle wijzen van de hele wereld jullie hadden kunnen vertellen en tonen.
Hoofdstuk 150: De weg tot eenwording met de Geest en tot wedergeboorte (27.4.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[16] Laat daarom voorlopig al het onnodige onderzoek naar de vele omstandigheden van de dingen en hun verschijnselen, oorzaken en gevolgen in de wereld achterwege, want dat brengt de ziel zelfs nog in geen honderd jaar ook maar een millimeter dichter bij haar ware levensdoel; want daardoor kan ze niet tot een ware, innerlijke kennis komen, maar alleen tot een uiterlijke, oppervlakkige en versnipperde kennis en een blind gissen naar alles, waaruit nooit geordende en samenhangende kennis en inzicht voort kunnen komen en waardoor de ziel dus in een voortdurend angstig zoeken verkeert, wat haar weinig echt levensheil oplevert.
Hoofdstuk 150: De weg tot eenwording met de Geest en tot wedergeboorte (27.4.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] De Romein Marcus, die heel aandachtig naar ieder woord van Mij tegen de hoofdman geluisterd had, kwam naar Mij toe en zei: 'Heer en Meester! Ik heb de betekenis van Uw woorden goed begrepen en de strekking ervan diep in mijn hart geprent; maar ik kan het toch niet laten om hier openlijk te bekennen, dat het leven van de mens onder zulke omstandigheden, waarin hij zichzelf moet ontwikkelen, absoluut geen grapje is. De regel is vlug en gemakkelijk uit te spreken, maar niet zo vlug en gemakkelijk ten uitvoer te brengen!
Hoofdstuk 152: Over de goddelijke orde op de geestelijke levensweg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] Daarop zei Ik: 'Vriend, hoe slecht het er in Rome en zijn elders gelegen landen uitziet, weet Ik wel het allerbest en Ik heb jullie ook reeds op deze slechte toestanden gewezen, met de bedoeling dat jullie, waar zulke dingen nog plaats vinden, de aan jullie toevertrouwde jeugd er verre van houden! Maar toch zijn er in Rome ook nog mensen, die net als jullie geen vreugde beleven aan al die gruwelen en ze verafschuwen; en die hoeven nu niet meer op een wonderbaarlijke wijze van tevoren bemest te worden, opdat Mijn woord wortel in hen schiet, want daar zijn zij al voor bemest.
Hoofdstuk 153: De Heer onderwijst de Romeinen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] Het zuivere woord is echter een licht op zichzelf en heeft geen tekenen nodig tot getuigenis van de waarheid in zichzelf, omdat het zelf het grootste teken aller tekenen en het hoogste wonder aller wonderen is.
Hoofdstuk 154: Het gebruiken van de kracht om wonderen te doen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Wat jullie echter nu innerlijk zo helder verlicht en ook tot leven heeft gewekt, was Mijn woord en niet de tekenen, waarvan Ik er zoveel voor jullie ogen gedaan heb. Als Ik nu nog meer tekenen voor jullie zou doen, dan zouden jullie je daarover weliswaar opnieuw verbazen, maar direct daarna aan Mij vragen: 'Heer, hoe was U in staat dit teken te doen en hoe ging het in zijn werk, dat door Uw woord en wil bijvoorbeeld brood en wijn ontstonden?' Ja, dan zou Ik Zelf toch weer naar het woord grijpen en, zoals Ik dat tegenover jullie steeds gedaan heb, het wonder op zo'n manier verklaren dat jullie met je verstand zouden begrijpen hoe Ik in staat ben een dergelijk wonder te doen!
Hoofdstuk 154: Het gebruiken van de kracht om wonderen te doen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110 - 111 - 112 - 113 - 114 - 115 - 116 - 117 - 118 - 119  ...