17481 resultaten - Pagina 1059 van 1166
... 1047 - 1048 - 1049 - 1050 - 1051 - 1052 - 1053 - 1054 - 1055 - 1056 - 1057 - 1058 - 1059 - 1060 - 1061 - 1062 - 1063 - 1064 - 1065 - 1066 - 1067 - 1068 - 1069 - 1070 - 1071 - 1072 ...
[4] Minerva zegt: 'Dat is mij te vaag! Ik begrijp je niet, verklaar die zaak nader!' Cado zegt: 'O jij vreemde draagster van alle licht en glans, die zijn uitgegoten over alle eindeloze ruimten! Als je zulke dingen, die toch zo duidelijk zijn, niet begrijpt, hoe zul je dan in staat zijn om diepere zaken uit de onuitputtelijke bron der zuiver goddelijke wijsheid te begrijpen?Hoofdstuk 27: Minerva vermoedt een list van de Godheid. Cado verklaart haar de reden. Een kleed valt uit de hemel. Minerva's nieuwsgierigheid. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[6] Met een opgeruimd gezicht zegt Minerva: 'Welnu, op dit aanbod wil ik ingaan. Als mij de terugkeer niet belet wordt wanneer de nieuwe situatie mij niet mocht bevallen, dan mag er gebeuren wat jij wilt! Maar ik ben naakt en schaam me om zo naar je toe te komen. Verschaf me een kleed, dan zal ik meteen bij je komen.' Cado zegt: 'Ook dat kan ik je niet eerder geven dan wanneer je aan mijn eerste verlangen gevolg hebt gegeven. Zojuist is er een prachtig gewaad als uit de hemel voor mijn voeten gevallen. Het is voor jou, en van een soort zoals de hemelen er nog nooit een hebben gezien! Kom dus en neem het als een waardig bruidskleed uit mijn handen aan!'
Hoofdstuk 27: Minerva vermoedt een list van de Godheid. Cado verklaart haar de reden. Een kleed valt uit de hemel. Minerva's nieuwsgierigheid. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[3] Minerva zegt: 'Zeker, als ik alleen datgene wil, wat jij wilt, zul jij aan mijn wil uiteraard gemakkelijk tegemoet kunnen komen, maar waaruit bestaat dan mijn eigen vrije wil?' Cado zegt: 'Daaruit, dat je vrijwillig datgene wilt, wat ik wil, hetgeen derhalve jouw wil met de mijne tot een eenheid maakt, want zonder die eenheid valt er nooit ofte nimmer aan een hogere, ware samenwerking te denken.'
Hoofdstuk 27: Minerva vermoedt een list van de Godheid. Cado verklaart haar de reden. Een kleed valt uit de hemel. Minerva's nieuwsgierigheid. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[2] Cado zegt: 'Waarom verlang je van mij datgene wat ik je allang en breed heb uitgelegd? Ik mag daar niet op ingaan, omdat ik je dan nooit meer vrij zou kunnen maken. Je moet je eerst zonder dwang naar mijn wil schikken en hem tot de jouwe maken, dan zal ik ook alles doen wat jij uit jezelf zult willen!'
Hoofdstuk 27: Minerva vermoedt een list van de Godheid. Cado verklaart haar de reden. Een kleed valt uit de hemel. Minerva's nieuwsgierigheid. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[13] Cado, die nu meer en meer onder de geheime invloed van de twee achter hem staande beschermgeesten komt, zegt ernstig: 'Jouw woorden zijn als zeepbellen; er schuilt geen waarheid in. Je bent van oudsher een leugenaarster geweest, maar hebt daardoor niemand méér geschaad dan juist jezelf. Wees er daarom van verzekerd dat ik slechts datgene zal doen, wat jij mij het sterkst zult afraden! Daarom, in de naam van mijn God, van mijn Heiland Jezus!'
Hoofdstuk 26: Cado krijgt nog meer bescherming van de engelen. Minerva' s tegenvoorstellen. De hel toont nieuwe schrikbeelden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[1] Miklosch doet verder verslag: 'Minerva zegt: 'Vriend Cado, werkelijk, ik heb je lief! Het is weliswaar de eerste ware liefde waardoor mijn hart ooit werd bewogen, maar doe me toch een plezier en verklaar me de reden van je hardnekkigheid, waaraan toch een groot en zeer diepzinnig plan ten grondslag moet liggen. Men heeft met mij iets voor van de allerhoogste zijde, en jij bent hun verkapte werktuig. Dat plan moet mij onthuld worden, anders krijg je me zonder dwang geen haarbreed van deze plaats. Wat heb je er ook aan om geweld tegen mij te gebruiken? Je weet met welk een hardnekkige trots ik de Godheid Zelf het hoofd kan bieden; hoeveel te meer doe ik dat daarom tegenover jou! De Godheid is eindeloos machtig en kan met mij doen wat zij wil, echter alleen door eeuwige dwang. Het hart en de wil zijn echter van mij en zij zijn in staat om iedere macht te trotseren, ook die van jou, alhoewel jij de enige bent die sedert het oerbegin mijn hart het meest nabij is gekomen. Was dat niet zo, dan zou je in plaats van mijn ware oergedaante reeds lang een allerlelijkst monster voor je hebben. Nu weet je hoe ik ben en zijn moet. Geef me daarom de reden op waarom jij tegenover mij zo onbuigzaam bent!'
Hoofdstuk 27: Minerva vermoedt een list van de Godheid. Cado verklaart haar de reden. Een kleed valt uit de hemel. Minerva's nieuwsgierigheid. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[12] Nu raapt Cado een steen van de grond op en maakt aanstalten voor een krachtige worp, maar Minerva roept angstig uit: 'Cado, bij alles wat je heilig is, doe dat 'niet! Op hetzelfde moment dat de steen uit je vuist vliegt ben je voor eeuwig verloren. De macht van deze geesten, die jij ten onrechte voor producten van mijn fantasie houdt, is onbedwingbaar. Wat zij vastgrijpen kan geen goddelijke macht hun meer ontnemen. Blijf rustig! Misschien lukt het mij om hen tot bedaren te brengen en dan mijn bevrijding met jou te bewerkstelligen !'
Hoofdstuk 26: Cado krijgt nog meer bescherming van de engelen. Minerva' s tegenvoorstellen. De hel toont nieuwe schrikbeelden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[10] Na een poosje richt Cado zich op en zegt tot de vreselijke demonen: 'Jullie macht en bedrevenheid in het bedriegen ken ik; ze is niet jullie werk! Jullie zijn zelf slechts lege schimmen en pure fantasiebeelden van deze ene, voor wie jullie zo'n nutteloze, bedrieglijke schijnvertoning opvoeren. Waren jullie echte wezens, dan zou ik jullie zelfs willen belonen voor een dienst die jullie mij hebben bewezen, want door jullie gedrag en jullie woorden raakte ik meer vertrouwd met haar karakter, en dat is voor mij van het grootste belang. Verscheur haar, als jullie kunnen! Ik zou het kunnen doen, maar dat wil ik niet omdat ze zo'n inspanning van mijn kant helemaal niet waard is.
Hoofdstuk 26: Cado krijgt nog meer bescherming van de engelen. Minerva' s tegenvoorstellen. De hel toont nieuwe schrikbeelden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[5] Cado zegt: 'Schoonste van Gods scheppingen, ik heb je oneindig lief. Om niet onaardig tegen jou te zijn, wil ik nog enkele ogenblikken wachten, maar langer mag je mijn geduld niet op de proef stellen!'
Hoofdstuk 26: Cado krijgt nog meer bescherming van de engelen. Minerva' s tegenvoorstellen. De hel toont nieuwe schrikbeelden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[16] Het voorstel luidt: beloof mij om de naam Jezus, die me bijna doet stikken, nooit uit te spreken! En gooi alle stenen weg, ook de lasso, dan zul je daarvoor mijn hart als beloning krijgen. Doe dat en ik ben voor eeuwig de jouwe en zal alleen voor jou leven!'
Hoofdstuk 25: Minerva's voorwaarden voor haar overgave. Cado's antwoord. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[17] Cado zegt: 'Bekoorlijke Minerva! Jezus of geen Jezus, dat is me eender, en zonder de stenen en deze godenlasso zou ik ook je heer en meester kunnen zijn. Daar jij echter te allen tijde de grootste kunstenares in het liegen en het in-de-steek-Iaten was en zeker nog bent, kan ik geen voorstel van jou aannemen, voordat je het door mij gedane voorstel zult aanvaarden. Maar vlug een beetje, want ik merk dat de hemelse getuigen onrustig van ons worden. Neem vlug een besluit, want mijn geduld raakt nu ook op!'
Hoofdstuk 25: Minerva's voorwaarden voor haar overgave. Cado's antwoord. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[15] Minerva zegt: 'In een paradijs werd ik al eens schandelijk bedrogen. Mijn Adam, eersteling van jouw aarde, heeft mij bedrogen op een manier, die me voor de hele eeuwigheid zal heugen! Op geen enkel hemellichaam is het de Godheid nog gelukt om mij zo om de tuin te leiden als juist op deze aarde en dat was de schuld van het smadelijke paradijs. Ik ben daar voor het eerst door de Godheid beetgenomen en pluk daarvan nu al meer dan 6.000 jaar lang de ellendigste vruchten! Kom me daarom niet aan met een paradijs, als je mij in alle ernst voor jou wilt innemen. Ik doe je echter een voorstel; als je dit aanneemt, ben ik voor eeuwig de jouwe.
Hoofdstuk 25: Minerva's voorwaarden voor haar overgave. Cado's antwoord. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[4] Minerva zegt: 'Maar beste Cado, wees toch een beetje beleefder! Ik kan toch niet op stel en sprong afstand doen van mijn oeroude, slechte gewoonten. Ik denk dat het je ook niet zou schaden wanneer je wat meer geduld toevoegt aan je heldendom. Dat ik schijnbaar niet onmiddellijk op je verlangen inging, heeft zijn redenen, want ook ik moet het recht hebben om diegene te beproeven aan wie ik, de meest verheven schoonheid van de oneindigheid, mij zou willen binden. Als ik geen behagen in jou zou scheppen, was ik allang van je weggegaan, maar jouw hoogst zonderlinge wezen boeit mij met een betoverende kracht. Ook laat ik me door jou dingen zeggen, die ik mij zelfs van de Godheid nog nooit heb laten welgevallen. Ben je daar nog niet tevreden mee?'
Hoofdstuk 26: Cado krijgt nog meer bescherming van de engelen. Minerva' s tegenvoorstellen. De hel toont nieuwe schrikbeelden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[3] De geschiedenis begint Cado blijkbaar te vervelen. Hij schraapt flink zijn keel en vraagt Minerva: 'Wel liefste, ik heb een hele poos gewacht, maar er kom t van jouw kant geen beslissing, noch een of andere stap in de door mij gewenste richting. Ik geef je nog een korte bedenktijd; loopt die echter op niets uit, dan zul je mijn vaardigheid in het gebruik van de lasso kunnen bewonderen! In jouw hele bestaan heb je onder de myriaden door jou verleide geesten er nog geen gevonden die jou de baas was. Zij waren geen van allen tegen jouw sluwheid opgewassen, maar op mij zul je je lelijk verkijken. Ik zeg je nog eens: mij vang je niet! Een Cado trekt zich niets aan van God, dood en duivel, en hemel en hel zijn hem om het even! Cado staat onder geen enkel commando! Wat hij wil doen, zal hij ook doen, omdat hij het kan! Neem daarom meteen een beslissing, anders vliegt de lasso om je mooie hals.'
Hoofdstuk 26: Cado krijgt nog meer bescherming van de engelen. Minerva' s tegenvoorstellen. De hel toont nieuwe schrikbeelden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[11] Denk je dan dat ik er vreugde aan zou beleven als je de mijne zou worden door mijn macht over jou? Als je echter mijn goedbedoelde woorden ter harte neemt, jezelf overwint en je dan aan mij geeft als eeuwig trouwe levensgezellin, ben je voor mij een oneindige zaligheid! Wat ga je nu doen? Lichtdraagster, omwille van je eindeloze schoonheid smeek ik je, verman je en laat je koppigheid varen! Je zult mij nooit ofte nimmer ontkomen, want bereik ik bij jou niets door mijn liefde, dan zal ik geweld gebruiken en je zo aan mij binden!'
Hoofdstuk 25: Minerva's voorwaarden voor haar overgave. Cado's antwoord. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)