Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

4159 resultaten - Pagina 108 van 278

...  96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110 - 111 - 112 - 113 - 114 - 115 - 116 - 117 - 118 - 119 - 120 - 121  ...
[8] Ik zei: 'Zoals Mijn dienaar wist waar je thuis je grote diamant had verborgen, zoveel te meer weet Ik als zijn Heer wat jullie tien jaar geleden rond deze tijd in Babylon gedaan hebben, zonder dat het voor Mij nodig was ooit in die verwoeste stad te komen.
Hoofdstuk 117: Wezen en zetel van de waarheid. Het zoeken van de drie magiërs naar de waarheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] Wie nog nooit een zon, een maan, een bewoonbare aarde, planten, dieren en mensen geschapen heeft, weet ook beslist niet hoe al deze schepselen geleid, in stand gehouden en naar hun uiteindelijke bestemming gebracht moeten worden. Maar Ik weet dat allemaal en heb een eeuwige orde vastgesteld, zonder welke niemand ooit iets kan bereiken.
Hoofdstuk 121: De leiding van de mensheid. Kennis, verstand en vrije wil - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[9] Zoek daarom v¢¢r alles Gods rijk op aarde, zoek het in je, - en met het Gods rijk in je, zal je ook al het andere gegeven worden; maar zonder het rijk van God heeft de mens -ook al bezat hij alle schatten der aarde en had hij de kennis van alle.wereldse wijzen -zo veel als niets.
Hoofdstuk 126: De juiste opvoeding van kinderen, afgestemd op hun verschillende aanleg. Het belang van innerlijke vorming voor het wekken van de geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[4] Wie God meer vreest dan de mensen, en ondanks de vervolging van de mensen Gods wil kent en ook doet, trekt Gods rijk met geweld naar zich toe; en wie dat doet, zal het ook zonder enige twijfel verwerven.
Hoofdstuk 127: Het rijk van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[5] Lazarus gaf mij toen een wenk; maar Ik zei tegen hem: 'Broeder, dat had Ik ook wel zonder jouw wenk geweten; maar vanwege de vreemdelingen was jouw wenk toch wel goed, laten we dus opstaan en naar binnen gaan om het ochtendmaal te gebruiken!'
Hoofdstuk 130: Het vertrek naar Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[11] De jongen zei: 'Daartoe dreef de honger ons en u ziet er erg vriendelijk en barmhartig uit! Als wij Nikodemus maar een keer op straat konden aantreffen, dan zouden we hem ook wel willen aanspreken; maar hij is immers meestal in de stad en daar kennen we zijn huis niet en we durven zonder kleren ook niet in de stad te komen, want er zou ons daar wel eens iets kunnen overkomen.'
Hoofdstuk 133: De bedelende kinderen uit Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[17] Maar voor de ziel zelf is het toch onnoemelijk veel beter als haar levensvervolmaking zo snel mogelijk plaatsvindt, ten eerste omdat zij dan minder hoeft te lijden, en ten tweede omdat een ziel die ijverig is, zonder meer veel voor moet hebben op een ziel die traag is, zoals ook hier op aarde de wandelaar, die zijn wandeling ijverig vele dagen eerder begint, veel voor heeft op iemand die langzaam en traag is en er heel lang over doet eer hij besluit om aan de wandeling te beginnen. Terwijl de ijverige allang volledig geniet van de grote voordelen van zijn ijver en vlijt, heeft de trage nog nauwelijks de eerste stap gezet op de lange weg die hij te gaan heeft, en heeft daarbij ook nog voortdurend omgezien en erover nagedacht of hij ook de tweede stap wel zal zetten, of misschien toch nog langer thuis zal blijven. Ja, als zo'n trage geest, die niets onderneemt dan lang in grote armoede een gebrekkig en kwijnend bestaan lijdt, terwijl zijn ijverige buurman snel voor hem uit is gegaan en belangrijke goederen in zijn bezit kreeg, dan heeft de trage beslist geen enkel benijdenswaardig voordeel vergeleken bij de ijverige, maar juist omgekeerd; want wie eenmaal Vooraan loopt, blijft dan ook wel voor eeuwig vooraan en zal door de hinkenden die achteraan komen nooit ingehaald worden.
Hoofdstuk 119: De vulkanische verschijnselen in de omgeving van de Dode Zee Agricola ziet de voormalige Sodomieten in het geestenrijk. De graden van zaligheid van de geesten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[8] Heer, vergeef mij dat ik nu zo zonder enige terughoudendheid gesproken heb; maar Uw geheimzinnig gedrag tegenover de drie magiërs heeft mij daartoe verleid! Kunnen zij er wat aan doen dat zij zijn zoals zij zijn?! Zij zoeken U al geruime tijd en kunnen U niet vinden, en nu zijn zij bij U, en U maakt Zich nog steeds niet aan hen bekend! O Heer, zeg me toch waarom dat, uitgaande van Uw onbegrensde wijsheid, zo moet zijn, terwijl anderzijds Uw vaderlijke liefde, mildheid en goedheid wel wil dat alle mensen gelukkig, wijs en zalig zullen worden! Want bij dit voortdurende razen en tieren van de mensen onderling, is het immers toch ondenkbaar dat zij ooit het levensdoel kunnen bereiken dat U hun gesteld heeft. - Heer, legt U mij dat toch eens uit!'
Hoofdstuk 120: Agricola vraagt naar de leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[17] Er is geen volk op de hele aarde dat zichzelf niet heel goed zou kunnen helpen, als het maar wilde. Maar waar is de wil? Ja, voor het kwade en slechte heeft een volk meer dan genoeg wil; maar voor het puur geestelijk goede en ware ontbreekt het aan goede wil, omdat dat niet tegemoet komt aan de zinnelijkheid van het vlees, en de ziel van iemand die die goede wil niet heeft, gaat net als de ziel van een heel volk in het gericht en in de dood van de materie over, en kan en wil dan niets meer horen, in zich opnemen en begrijpen van datgene wat van de geest is, van zijn licht en zijn leven. En als men zulke in hun vlees gevangen zielen uit hun slaap wil wakker schudden, worden zij dol en grimmig wild, vallen over degenen die hen willen wekken heen als wolven over lammeren, en wurgen en verscheuren ze meedogenloos zonder enige erbarming.
Hoofdstuk 121: De leiding van de mensheid. Kennis, verstand en vrije wil - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[12] Zelf heb ik een aantal kinderen, bij wie ik de ervaring heb opgedaan, dat een paar van hen, en wel mijn oudste zoon en een dochter, zonder mijn aansporing buitengewoon ijverig zijn in het aanleren van vaardigheden en kennis, terwijl de andere kinderen lui en traag zijn en streng aangespoord moeten worden bij het leren. Dat zijn nu kinderen van dezelfde ouders, ze zijn allemaal gezond, krijgen ook hetzelfde onderricht, en toch is er zowel in hun talenten en nog meer in hun ijver om te leren, een groot verschil. Wat is de oorzaak daarvan? Aan ons, ouders, kan het niet liggen, omdat wij al onze kinderen gelijk behandelen en er niet één op een of andere manier verwennen; aan onze en aan de natuurlijke lichamelijke gezondheid van de kinderen kan het ook niet liggen, want wij zijn volkomen gezond en sterk - U daarvoor, o Heer, alle dank! En terwijl wij ook allemaal altijd hetzelfde voedsel krijgen, zijn er toch deze zeer aantoonbare verschillen binnen één en hetzelfde gezin! Hoe moet ik dat nu verklaren?'
Hoofdstuk 125: De kritiek van de magiër op de gelijkenis van de toevertrouwde ponden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Maar als jij ondanks de verschillende talenten en begaafdheden van je kinderen wilt dat ze bijvoorbeeld allemaal kleermaker of wever worden, dan zul je natuurlijk alleen maar bij diegenen echte vlijt en ijver bespeuren, die ook talent hebben voor hetgeen ze leren. Die er weinig of helemaal geen talent voor hebben, zullen er ook weinig ijver voor tonen. Zulke kinderen zullen ook weinig goeds voor het welzijn van hun medemensen presteren, wanneer ze later zelfstandige mensen worden, omdat zij zonder het juiste talent het moeizaam geleerde nooit zo grondig kunnen beheersen als degenen die er reeds vanaf hun geboorte de juiste aanleg voor hadden.
Hoofdstuk 126: De juiste opvoeding van kinderen, afgestemd op hun verschillende aanleg. Het belang van innerlijke vorming voor het wekken van de geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[14] Maar Ik zei tegen hen: 'Mijn beste kinderen, eet en drink nu maar zonder zorgen en heb goede moed; want God heeft jullie zwaar beproefd, en jullie hebben zonder morren in volle overgave aan Gods wil alles gedragen wat over jullie is gekomen. God heeft jullie echter ook nu, toen jullie nood het hoogtepunt bereikte, op wonderbare wijze snel geholpen, en deze hulp zal bij jullie blijven, niet alleen tijdelijk tot aan het eind van jullie aardse leven, maar ook daarna voor eeuwig! Waarom jullie op deze aarde zo zwaar door God beproefd zijn, zal jullie pas duidelijk worden in het andere leven.'
Hoofdstuk 134: De Heer bij het arme gezin - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[12] Ik zei: 'Jouw middel was hier zonder meer goed en ook waar, en daarmee heb je ook een voor deze dag heel goed doel bereikt! Wie tot het volle levenslicht van de waarheid wil komen, moet eerst het terrein van de leugen en de misleiding doorkruisen; zonder dat komt niemand tot de volle waarheid.
Hoofdstuk 137: De nieuwsgierige burgers van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[13] Kijk, de hele wereld, ja zelfs het lichaam van de mens en al het lichamelijke is voor de ziel en de geest een misleiding en dus ook een leugen; maar zonder die wereld zou geen enkele ziel tot de volle waarheid van het leven kunnen komen! Maar dieper beschouwd is ook de lichamelijke wereld weer geen bedrog en geen leugen, maar eveneens volle waarheid; deze ligt echter niet bloot, maar is binnenin verborgen en kan door overeenstemmende beelden (analogieën) gevonden worden.
Hoofdstuk 137: De nieuwsgierige burgers van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Maar na een poosje zei Ik tegen de Egyptenaren: 'Mijn vrienden die uit het verre land hierheen gekomen zijn, wees hartelijk welkom! Jullie moeten en zullen Mij vandaag nog heel nuttige diensten bewijzen, tot verder onderricht van deze broeders en ter versterking van hun zielen. Maar jullie hebben al bijna twee dagen lang vrijwel zonder te eten gereisd en werden alleen door de geest gevoed; nu moet jullie lichaam ook een echte versterking krijgen door de vruchten van deze aarde en die zal jullie direct in brood en wijn gegeven worden!'
Hoofdstuk 138: De aankomst van de zeven Opper-Egyptenaren De van diep inzicht getuigende woorden van de Egyptenaar tot de Heer. Over de juiste voeding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
...  96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110 - 111 - 112 - 113 - 114 - 115 - 116 - 117 - 118 - 119 - 120 - 121  ...