Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1073 van 1490

...  1061 - 1062 - 1063 - 1064 - 1065 - 1066 - 1067 - 1068 - 1069 - 1070 - 1071 - 1072 - 1073 - 1074 - 1075 - 1076 - 1077 - 1078 - 1079 - 1080 - 1081 - 1082 - 1083 - 1084 - 1085 - 1086  ...
[3] Kijk, hij buigt zich naar de grote bol en raakt hem aan. En kijk, op de plaats waar hij hem heeft aangeraakt, ontstaat onmiddellijk een sterk licht; het licht concentreert zich, ontwikkelt zich tot een vorm en deze vorm lijkt op een mens. En zie verder: de leraar raakt de bol opnieuw aan, waarna fijne stof uit de aangeraakte plek opstijgt, dat de eerdere lichtgestalte omhult; deze straalt nu geen licht meer uit, want zij is al met een aards kleed van gelijke vorm omhuld.
Hoofdstuk 72: Leszaal van de scheppingsgeschiedenis van de mens Schoolgebouw van de 12 goddelijke geboden - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] Kijk, ook in het midden van deze immens grote zaal bevindt zich een enorm grote globe, waaromheen een galerij is aangebracht. Ook deze zaal is weer een grote ronde hal, waarvan de ronde wand van veel aanzienlijk grote kapellen is voorzien. In deze kapellen zien we ook nog een groot aantal kleinere globes, die een bepaald doel dienen.
Hoofdstuk 72: Leszaal van de scheppingsgeschiedenis van de mens Schoolgebouw van de 12 goddelijke geboden - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[20] Anderzijds staat er ook wel: 'Mijn juk is zacht en Mijn last is licht'. Deze passage kan degenen tot troost zijn die de waarheid wel vol overtuiging bezitten, maar daarnaast toch ook zoveel van de wereld hebben dat dit hun de moed ontneemt om de waarheid openlijk voor de wereld te belijden. Zij hebben dan werkelijk aan de in hen voorhanden zijnde waarheid van het eeuwige leven een zacht juk en een lichte last. De weinigen echter die al het wereldse uit zich hebben verbannen, verkrijgen dan de Geest van kracht en sterkte, vrezen geen wereld meer, belijden openlijk de in hen eeuwig levende waarheid en trekken het huis van de Vader naar zich toe door het geweld van hun geloof en hun liefde voor de Heer.
Hoofdstuk 71: Over de heilige school van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[19] Als het echter zo gezegd is, dan komt daarin zeker niets anders tot uiting dan enerzijds hetgeen door het woord van de Heer wordt weergegeven dat luidt: 'Velen zijn geroepen, maar weinigen uitverkoren'! Of duidelijker gezegd: velen zullen in het hiernamaals weliswaar het eeuwige leven verkrijgen, maar slechts zeer weinigen zal het grote geluk ten deel vallen om als kinderen in het eigenlijke vaderhuis te worden opgenomen. Want het verkrijgen van deze genade vraagt geweld en zij die het niet met geweld naar zich toe trekken, zullen het niet verkrijgen.
Hoofdstuk 71: Over de heilige school van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[15] Zoek in de tegenwoordige tijd maar eens de martelaren! Hier en daar zijn er nog wel echt dappere verdedigers van de heilige levensschool van Christus, de Heer, maar deze verdedigers lijken op kippen in een boom, die zich vrolijk maken over de beneden hen ronddansende vos, omdat hun instinkt hun zegt dat de vijand hen zo toch niet kan pakken. Maar als de kippen op de grond lopen en de vos komt eraan, dan is het gedaan met de vrolijkheid over de vijand en doodsangst dwingt onze dappere gevederde helden om haastig op de vlucht te slaan.
Hoofdstuk 71: Over de heilige school van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[10] Wie deze school niet daadwerkelijk op de daarin aangegeven manier wil volgen, heeft het aan zichzelf te wijten als hij daardoor het leven van zijn geest verspeelt.
Hoofdstuk 71: Over de heilige school van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[23] Dat de leerlingen op deze manier het ontstaan van een wereld en hier met name van de aarde, zo praktisch mogelijk leren langs de weg van dit leerzame aanschouwen, spreekt vanzelf. Zo kunnen we dus verdergaan naar de volgende zaal, waar de schepping van de mens wordt uitgebeeld en waarmee dus ook de historische en geestelijke ontwikkeling van de aarde begint.
Hoofdstuk 70: Onderricht over het wezen en het ontstaan van de aarde - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[16] Zo is het vandaag de dag ook gesteld met de standvastigheid in het geloof. Zolang iemand zich in een of andere hoek van de aarde veilig weet voor de klauwen van de heers- en hebzuchtige groten der aarde, zolang spreekt hij ook als een Mozes op de Sinaï. Hebben echter deze grote en machtige vrienden van de wereld en vijanden van de waarheid onze Mozes ontdekt en maken zij aanstalten om hem op een wereldse, hoogst onaangename manier tegemoet te treden, dan kijkt onze waarheidsprediker om zich heen of er niet ergens een poortje openstaat om te ontsnappen. Zou dit gebarricadeerd zijn, dan wordt na een streng wereldlijk onderzoek door de sterk bedreigde profeet dezelfde zogenaamde moedige beslissing genomen die de sterrenkundige Copernicus met betrekking tot jullie wetenschap nam toen hij tot zijn grote schrik de brandstapel voor zich zag. Ook sommige werkelijk vrome mensen in Spanje hebben zo gehandeld. Zij wilden ten tijde van de inquisitie ook menige, door de Heer Zelf meegedeelde leerstelling liever verbranden dan grote narigheid over zich heen laten komen.
Hoofdstuk 71: Over de heilige school van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Alle mensen zijn er trouwens door de Heer op gewezen, uitsluitend deze ontwikkeling en geen andere te volgen. Maar zij laten de heilige school van het leven rusten, weten absoluut niet wat ze er mee aan moeten en tobben zich liever hun hele leven af met onbeduidende kennis over de dode natuur en haar verhoudingen. En als zij zich dan aan het einde van hun leven afvragen: wat hebben we nu eigenlijk met onze moeizame studie voor belangrijks of groots bereikt, dan zal hun eigen gevoel hun als antwoord geven: we hebben het zo ver gebracht dat wij nu op het allerbelangrijkste moment van ons leven in alle ernst niet eens weten waar we aan toe zijn; we weten niet of ons nu nog een leven te wachten staat of niet.
Hoofdstuk 71: Over de heilige school van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[22] Hoever echter zouden deze kapellen in de tijd gezien wel uit elkaar liggen? Ik zeg jullie: hoewel deze tijdruimten niet helemaal gelijk zijn, zullen jullie er niet ver naast zitten wanneer jullie aannemen dat zij van kapel tot kapel wel miljoenen jaren duren. Want als jullie de grootte van de aarde beschouwen, zullen jullie ook kunnen begrijpen welke tijdsfactoren ervoor nodig zijn om uit de volkomen nietige lichtether een dauwdruppel te winnen, deze daarna door gestadige en steeds verder toenemende groei tot de tegenwoordige omvang van de aarde te zien uitdijen en tenslotte vaste vorm te zien aannemen. Meer hoef ik jullie nauwelijks te zeggen.
Hoofdstuk 70: Onderricht over het wezen en het ontstaan van de aarde - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[19] Weer verder van kapel tot kapel voortgaand, komen we al bliksemschichten tegen die, uiteraard op kleine schaal, ontstaan in de dampen, welke de eigenlijke bol al zozeer bedekken dat men deze nog slechts met moeite kan waarnemen.
Hoofdstuk 70: Onderricht over het wezen en het ontstaan van de aarde - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[18] Nog verderop zien we reeds aanzienlijke vuurstralen die van binnenuit het wateroppervlak uiteenscheuren, waardoor geweldig golven ontstaan; door dit golven spoelen nieuwgevormde kleine kristalletjes in de binnenste gleuven en op deze manier wordt de binnenste, ondoorzichtige bol steeds steviger en ook ronder zoals het oppervlak van het water.
Hoofdstuk 70: Onderricht over het wezen en het ontstaan van de aarde - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[15] Gaan we verder, dan zien we ook dat deze nieuwgevormde kristallen alweer door een nieuw, blauwachtig weefsel zogezegd vastgebonden zijn, en ook dat er vanuit de steeds donker wordende klomp naar alle kanten nog een heleboel luchtbelletjes opstijgen, waardoor er zich boven de waterbol reeds een soort atmosferische lucht begint te ontwikkelen. En jullie zien dat deze ontwikkeling, naarmate we verder gaan, steeds groter en duidelijker wordt.
Hoofdstuk 70: Onderricht over het wezen en het ontstaan van de aarde - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[14] Bij het voortgaan door deze kapellen ontdekken we in het midden van de waterbol al geleidelijk aan een grijsachtige, ondoorzichtige klomp, waaromheen zich, zoals in een koude winter rondom een boomtak, weer nieuwe, heldere kristallen vastzetten, die als diamanten door de waterbol heen glinsteren.
Hoofdstuk 70: Onderricht over het wezen en het ontstaan van de aarde - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] In elke daarop volgende kapel wordt deze vorm steeds bestendiger en in zekere zin ook solider. Zo doorlopen we honderd kapellen. Na de honderdste zien we door de licht doorzichtige nevelbol heen al een kristalheldere waterdruppel zweven. Als we dan weer een paar honderd kapellen zijn doorlopen, zien we, dat in elke volgende kapel de waterbol groter is, totdat hij uiteindelijk de omvang van de vroegere nevelbol krijgt.
Hoofdstuk 70: Onderricht over het wezen en het ontstaan van de aarde - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
...  1061 - 1062 - 1063 - 1064 - 1065 - 1066 - 1067 - 1068 - 1069 - 1070 - 1071 - 1072 - 1073 - 1074 - 1075 - 1076 - 1077 - 1078 - 1079 - 1080 - 1081 - 1082 - 1083 - 1084 - 1085 - 1086  ...