Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 1080 van 1110

...  1068 - 1069 - 1070 - 1071 - 1072 - 1073 - 1074 - 1075 - 1076 - 1077 - 1078 - 1079 - 1080 - 1081 - 1082 - 1083 - 1084 - 1085 - 1086 - 1087 - 1088 - 1089 - 1090 - 1091 - 1092 - 1093  ...
[7] Beschouw bijvoorbeeld de ontwikkeling van een mens of van meerdere mensen in een school. Honderd leerlingen hebben één en dezelfde meester, ze leren uit dezelfde boeken, ze leren allen volgens één voorbeeld schrijven en bekijk ze naderhand eens als mensen, die in deze school werden gevormd, dan zullen er geen twee dezelfde denkwijze hebben, niet twee hetzelfde schrift en dergelijke verschillen meer! En toch was de geestelijke specifieke stof voor de vorming gelijk; maar elke geest van deze scholieren heeft uit deze onderwijzerskost zijn eigen specificum precies uitgezocht, zonder dat voor dit doel de leraar er dan ook maar het minste toe heeft bijgedragen.
Hoofdstuk 38: De eerste, onderste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[11] Tengevolge van deze eigenschap van de aarde zijn er dan ook werkelijk al dwaze astronomen geweest, die meenden dat de zon hoogstens tien mijl verwijderd was en die de zon voor een meteoor hielden, die gemakkelijk binnen 24 uur om de aarde kon cirkelen. Maar tot deze dwaze mening heeft hen alleen de schijnbare aanblik geleid, waardoor het beeld dat jullie van de zon zien werkelijk niet veel verder van de aarde afstaat. Maar dat beeld is niet de werkelijkheid, maar het is slechts een klein beeld van de grote zon, die meer dan 20 miljoen mijl van de aarde afstaat. Tegelijkertijd neemt dit oog ook beelden op van de oppervlakte der aarde en geeft die door aan de andere hemellichamen, evenals die andere hemellichamen hun oppervlaktebeelden weer door hun algemene oog naar het algemene oog van de aarde voeren. Uit deze eigenschap zijn vooral in de tropische landen de zogenaamde fata morgana verschijnselen te verklaren - en met name in de tropische landen, omdat daar de derde regio soms zelfs lager komt te liggen dan de niet eens zo hoge bergen. Ook zijn de in de bergen van deze tropische landen niet zelden voorkomende balsemachtige geuren het gevolg van het feit, dat deze derde regio soms zo diep omlaag zinkt; en dan zouden jullie het daar van louter welriekende geuren niet kunnen uithouden.
Hoofdstuk 24: Het oog van de aarde - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[1] Deze derde luchtregio, die, zoals boven al werd opgemerkt, de meest zuivere en doorzichtige is, rust als een etherische olie op de tweede luchtregio en heeft naast de al genoemde eigenschappen ook deze heel bijzondere dat ze bij een of andere storing gemakkelijk ontvlamt. Heel licht ontvlambaar is ze op die plaatsen, waar een lichaam, bijv. een meteoor, in haar belandt en dan een grote afstand in deze regio aflegt. Dit ontvlammen is van een heel bijzondere aard, omdat daarbij geen verbranding plaatsvindt. Het is een oplichten, maar geen verbranding. Om dit oplichten en deze heel bijzondere manier van onsteken aan jullie uit te leggen, zal voor jullie begrippen wel wat moeilijk zijn; maar desalniettemin zullen we proberen de zaak zo duidelijk mogelijk te maken.
Hoofdstuk 25: Het wezen van het vuur - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[5] Jullie zullen wel vaak hele witte, fijne, krullige wolken hebben gezien, de zogenaamde schapenwolkjes. Deze zijn heel subtiel en zo doorzichtig, dat ze zelfs het licht van de sterren bijna ongehinderd door zich heen laten schijnen. Deze schapenwolken zijn de hoogste wolken die boven de aarde voorkomen. Ze ontstaan door een soort verbinding van de zuivere ether met de oppervlakte van de derde luchtregio. Eigenlijk zijn ze geen wolken, maar slechts golfachtige bewegingen op de hoogste oppervlakte van de derde luchtregio. Deze worden daardoor veroorzaakt, als door de wijde etherruimte bepaalde lichtwezens de aarde beginnen te naderen, welke lichtwezens langs de jullie al bekende weg van de zonnelichamen afstammen. Daar deze fijn lichamelijke wezens toch wel een zeker gewicht hebben, brengen ze door het neerkomen op de zeer gevoelige oppervlakte van de derde luchtregio daar een golvende beweging teweeg. Deze beweging laat de invallende zonnestralen niet meer rechtlijnig, maar wel zeer gebroken door, en deze verschillende soorten breking op de golven van de derde luchtregio veroorzaken dan juist dat verschijnsel, dat zich als witte, fijn gekrulde schapenwolkjes vertoont.
Hoofdstuk 26: Verschijnselen in de derde luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[4] Tot nu toe is er nog geen geleerde die precies op de hoogte is van de deelbaarheid van de materie en niemand kan bepalen tot welk kleinste deeltje uiteindelijk de materie deelbaar is. Neem bijvoorbeeld een korreltje muskus en leg dat ergens in een groot vertrek neer. In korte tijd wordt dit geheel met muskusgeur vervuld. Men kan zo' n stukje vele jaren laten liggen en het zal nog in gewicht, noch aan volume merkbaar verliezen. En toch moeten zich elke seconde vele miljoenen deeltjes van dit stukje hebben losgemaakt om het hele vertrek voortdurend met muskusgeur te vullen. We kunnen nog veel van deze voorbeelden geven, maar hier is één voldoende om in te zien dat een definitieve uitspraak over de deelbaarheid der materie zeker moeilijkheden geeft. Als nu echter duidelijk is geworden, dat tenminste voor jullie begrippen alle materie tot een bijna oneindig minimum deelbaar is, dan is het aan de andere kant ook meer dan duidelijk, dat de materie noodzakelijkerwijs uit deeltjes samengesteld moet zijn. Wie trekt deze deeltjes samen en voegt ze zo vast aan elkaar, dat ze er als een massa uitzien, die nu eens vaster, dan weer minder vast is? - Kijk, dit is al het eerste stadium waar het geestelijke begint!
Hoofdstuk 27: Ontstaan en doel van de materie - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[13] Daar er dus op deze manier een heleboel verschillend gestemde zielen in de tweede regio samenkomen, die allen hun eigen overheersende hartstocht in zich dragen en daarnaar leven en handelen, is gemakkelijk te begrijpen, dat de verschijnselen die voortkomen uit de veelzijdigheid van de zielen, volgens hun verschijningsvorm ook zeer verschillend zullen optreden. Daarom heeft elke bliksemflits een andere zigzaglijn, elke wolk of wolkje een andere vorm en beweging; daarom waaien er winden van alle kanten en dientengevolge is er nu eens een wolkbreuk dan weer een plensregen, nu eens hagel, dan weer motregen, nu eens zijn er grote, middelgrote of kleine sneeuwvlokjes en duizenden van dergelijke verschijnselen, die vooral in de tropische streken en in de poolstreken van de aarde veel voorkomen.
Hoofdstuk 30: De tweede luchtregio en haar geesten - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[9] Dus concentreren de ziele intelligenties zich om het geestelijk centrum, dat speciaal bij hen hoort of ze stromen daarheen, waar hun geestelijke centrum is, grijpen elkaar vast tot een intelligente vorm en krijgen eigenschappen volgens het grondwezen van hun geestelijk centrum, wat gewoonlijk binnenin de mens plaatsvindt, omdat het eigenlijke centrum pas in de mensenvorm wordt teruggegeven.
Hoofdstuk 38: De eerste, onderste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[16] Het is niet nodig nog meer woorden als voorbeeld te geven om de zaak nog duidelijker te maken dan ze al is; dat kunnen jullie zelf doen. Want voor de begrippen 'liefde', 'deugd', 'deemoed', 'God' en dergelijke is evenveel nodig als voor het begrip gebod, maar wat in gebod tot gebod wordt, wordt in liefde tot liefde, in deugd tot deugd, in deemoed tot deemoed en in God tot God, evenals dezelfde elementaire specifica in klaver tot klaver, in raap tot raap en in wijnstok tot wijnstok worden, enzovoort.
Hoofdstuk 38: De eerste, onderste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[18] Daar jullie dit nu goed en moeiteloos hebben opgenomen, zal het bij de volgende uiteenzetting gemakkelijk zijn om in deze sfeer verder te gaan.
Hoofdstuk 38: De eerste, onderste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[11] Wie zijn deze bouwmeesters eigenlijk? Dat is gemakkelijk te raden. Dat zijn ten eerste de engelen die de leiding hebben; dus zijn er in jullie regio vaak zeer veel engelen.
Hoofdstuk 39: De leidende geesten van de laagste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[12] De opperste leider van deze grote zaak ben IK Zelf in de eerste plaats; want Ik kan niet ver van jullie af zijn omdat juist Ik Zelf hier in jullie kunstmuseum het ene licht na het andere voor jullie ontsteek; en daar waar Ik Mij ophoud, houden velen zich op, die graag om Mij heen zijn en altijd al graag om Mij heen waren.
Hoofdstuk 39: De leidende geesten van de laagste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[4] Om jullie de zaak nog duidelijker te maken zullen we een duidelijk voorbeeld geven. Stel je eens een menselijke vorm voor, die zou zijn samengesteld uit een dun vlies dat met waterstofgas gevuld kon worden en als het gevuld was een menselijke vorm zou hebben en zeker dadelijk in de hogere regionen zou opstijgen. Als echter in deze ballonmens het waterstofgas zich plotseling zou verdichten dan zou zo'n eventueel verdicht waterstofgas, vloeibaar geworden, natuurlijk zwaarder worden en door zijn gewicht naar beneden vallen; daar hij zich echter niet buiten, maar binnen in onze ballonmens bevindt, die door de verdichting van het waterstofgas de nodige expansie heeft verloren, wordt dan ook de ballonmens naar de aarde getrokken. De vorm van de ballonmens is niet veranderd, hij is alleen maar wat ingeschrompeld, als het ware magerder geworden, en kon vanwege het nieuw gevormde zwaartepunt niet meer in hoge luchtregio blijven. Als echter beneden op de materiële grond van de aarde het tot water verdichte gas (* Dit is chemisch gezien natuurlijk niet juist, maar het is hier alleen bedoeld om aanschouwelijk te maken hoe een substantiële ziel, die haar lichaam al heeft afgelegd door materiële wensen en gedachten weer in de materie teruggetrokken wordt en zich met deze verbindt. - Noot van de uitgever) door nieuw toegevoegde warmte weer in gas wordt veranderd, dan zal de ballonmens weer opstijgen.
Hoofdstuk 32: Geesten nemen bezit van de materie - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[6] Zeer boos gezinde geesten worden vaak tot stenen verdicht en vallen dan naar beneden; het oplossingsproces zal dan heel veel langer duren dan wanneer deze verdichting alleen maar zichtbaar wordt in de vorm van bovengenoemde meteoren. Velen, die boven hoge gebergten en vooral boven de poolstreken van de aarde ten val worden gebracht, worden zelfs lang in bovengenoemde verschijningsvorm gehouden, maar het moeten dan wel heel kwaadgezinde geesten zijn, waarin veel hoogmoed te vinden is, die natuurlijk al van helse aard is. Wat na zulk een les met de geesten gebeurt, dat zal hierna nog duidelijker uiteengezet worden. Voorlopig is het echter genoeg, dat jullie er een zo duidelijk mogelijk begrip van krijgen hoe en waarom achter de natuurlijke verschijnselen die voor het vleselijke oog zichtbaar zijn, zich altijd iets geestelijks bevindt. Over het hoe en waarom volgen nog enkele beschouwingen.
Hoofdstuk 32: Geesten nemen bezit van de materie - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[4] Zulk een verzoek wordt hun toegestaan, maar gewoonlijk houden ze hun woord niet, want deze geesten worden door afschuw en haat tegen de materie boosaardig of wraakzuchtig, of ze scholen met miljoenen samen en willen naar buiten in de wijde oneindigheid ontvluchten. De boosaardigen en wraakzuchtigen worden weer gevangen genomen en onder bovengenoemde meteorische verschijnselen naar de aarde afgevoerd, waar hun de plantengebieden worden aangewezen om in te werken. Maar hebben ze daar geen zin in, dan worden ze in de verschijningsvormen van water in beken, rivieren, meren en zeeën gedreven, waar ze dan ook, wat jullie al bekend is, vaak lelijk te keer gaan. Maar zijn ze erg boosaardig geworden en hebben ze zich daar met de harde, ongenaakbare geest van de zee verenigd, dan kan het wel gebeuren en gebeurt het ook vaak, dat zulke kwaadaardige lieden weer worden terugdreven naar het binnenste van de aarde, wat een erg beklagenswaardig lot is. Maar als deze geesten vlijtig bezig zijn met de plantengroei, dan kunnen ze óf de weg van het vlees inslaan, of ze kunnen na een afgelegde dienstperiode, die op zijn hoogst twee honderd jaar of iets langer duurt, weer in hun vorige vrije toestand terugkomen, zodat ze dan in vrijheid de lucht, de bergen, het aardrijk, de bossen, vaak ook meren en rivieren kunnen bewonen.
Hoofdstuk 34: Lucht -, berg - en zwerf geesten - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[3] In de Duitse taal bestaat nog een wat verouderd woord. dat hiervan afstamt, namelijk 'schock', bijvoorbeeld een schock mensen of een schock schoven. Men noemde een bepaald groepje mensen daarom een schock, omdat men dacht dat zich onder hen wel iemand bevond, die meer wist dan de anderen, die dus zeker een schögler moest zijn en dat groepje kreeg dus door hen de naam schock. Ook zag men gewoonlijk de mensen op de bergen schockwijze samen, wat in de bergen heel natuurlijk is, omdat het niet aan te raden is dat men hier alleen gaat werken, omdat daarvoor ten eerste één mens niet voldoende kracht zou hebben en ten tweede als zijn kracht al voldoende zou zijn, hij toch gemakkelijk een ongeluk kon krijgen en er dan niemand zou zijn om te helpen. Maar de mensen uit die tijd die in het dal woonden, dachten dadelijk als ze zo'n groepje mensen op de berg zagen en ze toevallig een wolkje boven de berg waarnamen, dat deze mensen zich met tovenarij bezighielden of in elk geval bezig waren het weer te beïnvloeden, Zo ging het vroeger en ook nu nog op jullie schöckel toe, behalve wat betreft het weer maken.
Hoofdstuk 36: Toverbergen - Jakob Lorber - Aarde en Maan
...  1068 - 1069 - 1070 - 1071 - 1072 - 1073 - 1074 - 1075 - 1076 - 1077 - 1078 - 1079 - 1080 - 1081 - 1082 - 1083 - 1084 - 1085 - 1086 - 1087 - 1088 - 1089 - 1090 - 1091 - 1092 - 1093  ...