Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1085 van 1490

...  1073 - 1074 - 1075 - 1076 - 1077 - 1078 - 1079 - 1080 - 1081 - 1082 - 1083 - 1084 - 1085 - 1086 - 1087 - 1088 - 1089 - 1090 - 1091 - 1092 - 1093 - 1094 - 1095 - 1096 - 1097 - 1098  ...
[23] Wanneer dan iemand de vormen van het innerlijke licht oppakt en deze met zijn geest steeds meer fixeert, dan ontstaat er uit de vroegere, steeds wisselende flexibele lichtvormen een constante vorm die voortdurend een deemoedigende weerstand biedt aan het van buitenaf inwerkende licht. Daardoor is de mens dan tot een bepaalde, heldere visie op het innerlijke, eeuwige leven van de geest gekomen.
Hoofdstuk 53: Liefde tot de Heer en van daaruit tot de naaste leidt tot de volmaaktheid van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[20] Wat de voor jullie zo wonderbaarlijk lijkende chaotische vormenwisseling in de zuilen betreft, dat betekent het veranderlijke van het menselijke gemoed dat zich binnen deze wetten bevindt. Vanwaar komt dan die voortdurende golvende chaotische vormenwisseling in deze zuilen? Wat is wel de oorzaak van zo'n verschijnsel?
Hoofdstuk 53: Liefde tot de Heer en van daaruit tot de naaste leidt tot de volmaaktheid van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[19] Ik denk dat de betekenis van die plaatsing eveneens niet moeilijk te raden zal zijn. Jullie hoeven slechts het evangelie van de Heer ter hand te nemen en jullie zullen ontdekken dat Hij de gehele mozaïsche wet evenals ook alle profeten in de enige dubbele wet van de liefde heeft ondergebracht, namelijk: 'Heb God lief boven alles en je naaste als jezelf!' Deze twee geboden heeft de Heer Zelf als gelijkluidend aangemerkt; daarom zijn de twee zuilen hier in dit midden ten eerste geheel gelijk aan elkaar, en ten tweede ook nog stevig aaneengesmeed en zijn zij de enige steunpilaren van de weg naar boven. Ik denk dat jullie dat begrijpen.
Hoofdstuk 53: Liefde tot de Heer en van daaruit tot de naaste leidt tot de volmaaktheid van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Maar laten we weer naar het volgende huis gaan. Kijk, daar treffen we helemaal geen leerling aan en de slordig door elkaar liggende muziekboeken, die er verder heel verzorgd uitzien, geven ons voldoende bewijs van de ijver van onze leerling. Zal er misschien uit deze een kunstenaar groeien? Ik denk, dat eerder het hele instrument in goud zal veranderen dan dat deze leerling een kunstenaar zal worden. Laten we het volgende huis binnengaan; misschien vinden we daar zo'n aankomende kunstenaarsheld. Luister, daar zit zowaar iemand te oefenen; maar kijk eens goed naar hem, zijn ogen staan vol tranen, want hij werd net door zijn vader, die veel geld voor zijn zoon uitgeeft, met een pak slaag tot studeren aangezet. Wordt deze leerling een kunstenaar? Jullie zeggen al: ex trunco non fit Mercurius, wat zoveel wil zeggen als: moet de liefde voor de kunst er met geweld ingeslagen worden, dan zal er niet veel kunstenaarsschap tevoorschijn komen. Moeten we nog meer huizen binnengaan om soortgelijke kunstbroeders te bezoeken? Ik denk dat het niet nodig zal zijn.
Hoofdstuk 54: Elfde verdieping. Het voortschrijden van de geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[9] Laten we eens aannemen dat er in een of andere hoofdstad duizenden zijn die bijvoorbeeld muziek beoefenen. Onder deze duizenden zijn er tenminste enkele honderden die werkelijk muzikaal begaafd zijn; maar hoeveel van al deze leerlingen zullen daaruit als waarachtige musici en virtuozen naar voren treden? Misschien één, maar misschien ook zelfs geen enkele; en men kan een stad uiteindelijk gelukwensen als er uit tien jaargangen één of hoogstens twee voortkomen die zich terecht 'kunstenaar' of 'virtuoos' mogen noemen. Is dat niet een ware smaad voor de mensheid? Want iedereen kan toch zeggen: ik heb immers ook een onsterfelijke geest, een evenbeeld van God in mij! Hoe is het echter met zulke evenbeelden van de allerhoogste volmaaktheid gesteld als zich maar enkelen van hen nauwelijks boven de middelmaat weten uit te werken? Het grootste aantal blijft al zonder meer onder het vriespunt steken, alhoewel zij ook evenbeelden van God zijn. Waarom dat zo gaat zullen we zo dadelijk in de studeerkamers van onze muziekstudenten zien.
Hoofdstuk 54: Elfde verdieping. Het voortschrijden van de geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] Jullie zeggen en vragen nu: we komen dus op het eigenlijke dak van dit gebouw, dat jij een groot open plein hebt genoemd. Dat is allemaal goed en wel, lieve vriend en broeder, maar bevinden we ons hier op dit open plein nu werkelijk op de elfde verdieping ofwel de twaalfde galerij? Omdat het dak toch onmogelijk als een galerij of een verdieping kan worden beschouwd, kunnen we het uitzicht dat we vanaf het welbekende gebergte hadden niet verklaren, want we hebben toch heel duidelijk twaalf verdiepingen gezien. Waren deze twaalf verdiepingen slechts gezichtsbedrog of zit daar iets anders achter? We hebben het tijdens het beklimmen van dit wondervolle gebouw al eens over deze vreemde verhoudingen gehad, maar toen heb je ons naar een betere gelegenheid verwezen en gezegd: hoe het daarmee gesteld is, zullen we op de juiste plaats vernemen. Daarom zouden we graag alvast van jou willen horen of dit open plein misschien de juiste plaats zal zijn waar we dit antwoord zullen vernemen.
Hoofdstuk 54: Elfde verdieping. Het voortschrijden van de geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[21] De oorzaak is het sterke, van buitenaf inwerkende licht, waardoor deze lucht in een voortdurende vibratie wordt gebracht. Daar het materiaal van deze zuilen volkomen spiegelblank gepolijst en bovendien nog zeer doorzichtig is en een straalbrekend vermogen heeft, schitteren deze luchtvibraties of luchtbewegingen tamelijk levendig en wij menen daardoor dat we bepaalde vormen in de zuilen heen en weer en op en neer zien bewegen. Nu plaatsen we hier een mens, die onder de wet staat. Hij bevindt zich daardoor in het heldere licht van de wet, die van binnenuit steeds levendig op hem inwerkt, en verder bevindt zich deze mens uiterlijk in het licht van de wereld, dat echter van buitenaf eveneens steeds als het ware golvend op hem inwerkt.
Hoofdstuk 53: Liefde tot de Heer en van daaruit tot de naaste leidt tot de volmaaktheid van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[17] Zo is hier toch duidelijk zichtbaar hoe deze tien witstralende zuilen op tastbare wijze de tien geboden van de goddelijke levensordening weergeven. In de lagergelegen galerij zagen we dat de twee zuilen van de liefde nog in de buitenste ring waren ingedeeld, en in plaats daarvan bevond zich in het midden het merkwaardige kruis dat eveneens de lijdende liefde voorstelt.
Hoofdstuk 53: Liefde tot de Heer en van daaruit tot de naaste leidt tot de volmaaktheid van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[10] Begin dus maar in ieder geval het voor jullie herkenbare te beschrijven. Tel eens de zuilen van een zuilenrondeel; hoeveel vinden jullie er op deze tiende verdieping?
Hoofdstuk 53: Liefde tot de Heer en van daaruit tot de naaste leidt tot de volmaaktheid van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[3] Deze aangelegenheid verhoudt zich net zo als wanneer twee vrienden, waarvan de een de ander in zijn huis ontvangt, elkaar met een handdruk willen begroeten. Volgens de regels van de vriendschap zal de heer des huizes de hem bezoekende vriend toch het eerst de hand reiken, dan pas is de beurt aan de bezoeker.
Hoofdstuk 53: Liefde tot de Heer en van daaruit tot de naaste leidt tot de volmaaktheid van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] Daar jullie nu goed hebben rondgekeken, kunnen jullie ook wel beginnen te vertellen wat jullie hier allemaal gezien hebben. Jullie zeggen: lieve vriend en broeder, we hebben hier heel veel wonderbaarlijke dingen gezien, maar wie is in staat om deze met behulp van ons beperkte begripsvermogen en onze beperkte woordenschat zo volledig te schilderen dat iemand daaruit wijs zou kunnen worden en uit de beschrijving duidelijk zou kunnen opmaken, wat voor dingen het zijn! Daarom denken we dat het nu heel goed zou zijn als jij in zekere zin voor tolk zou willen spelen.
Hoofdstuk 53: Liefde tot de Heer en van daaruit tot de naaste leidt tot de volmaaktheid van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[14] Dat is ook het geval wanneer iemand jullie iets vraagt of jullie bij bepaalde gelegenheden een vraag in de mond legt, zoals jullie plegen te zeggen. Dan zullen jullie ook vlot antwoorden of vragen, maar niet alsof dat antwoord of die vraag van jullie zou zijn, maar van degene die deze aan jullie stelde. Want het is toch wel zeker dat jullie niemand iets vragen wat je al weet, terwijl jullie ook iemand die niets vraagt, geen antwoord geven.
Hoofdstuk 52: Tiende verdieping. Het wezen van vraag en antwoord - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[8] Een bekwaam chemicus, aan wie jullie een vloeistof laten zien die bestaat uit meerdere bij elkaar gevoegde, jullie onbekende componenten, zal de vloeistof zonder enige moeite voor jullie in haar oorspronkelijke componenten ontleden, waarna jullie deze dan spoedig zullen herkennen en weten van welke komaf zij zijn, van zwavel, kalk of wat dies meer zij.
Hoofdstuk 52: Tiende verdieping. Het wezen van vraag en antwoord - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[12] Hiermee beste vriend en broeder, zijn we dan ook al klaar met de beschrijving van de dingen hier, voorzover het tenminste in ons vermogen ligt. De vluchtige vormen echter, die zich zowel in de vaste massa van de zuilen als in de andere delen van deze galerij voortdurend afwisselend vertonen, kunnen we onmogelijk beschrijven. Ten eerst zijn ze te vluchtig en wisselen te snel en ten tweede zijn hun vormen niet intensief genoeg en daarom zijn onze ogen niet in staat daar veel meer te ontdekken dan slechts een voortdurende chaotische mengeling van vormen. Zodoende zijn we geheel en al aan het einde gekomen met de beschrijving van alles wat we hier gezien hebben. Het verklaren van de betekenis ervan laten we, lieve vriend, liever aan jou over.
Hoofdstuk 53: Liefde tot de Heer en van daaruit tot de naaste leidt tot de volmaaktheid van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Jullie zeggen: lieve vriend en broeder, als we ons bij het tellen niet vergissen zijn er hier nu twee minder dan op de vorige galerij, dus slechts tien. Daarentegen zien we in het midden van het zuilenrondeel in plaats van een of andere versiering twee geweldig sterke, stevig tegen elkaar geplaatste zuilen, die zoals de tien andere, het plafond van het zuilenrondeel, evenals dat van de hele galerij helpen dragen. Een nog hogerop leidende trap gaat niet meer langs de binnenkant van de kring van de tien zuilen, maar langs de twee zuilen in het midden. Overigens lijkt hier alles volkomen glad en we kunnen kijken zoveel we willen, maar er is nergens iets van een versiering te ontdekken. Ook is het plafond van deze galerij, voorzover we kunnen onderscheiden, niet meer gewelfd, maar geheel vlak. Alles is doorzichtig en heeft overal dezelfde meer dan sneeuwwitte kleur, alleen de vlakke binnenmuur lijkt enigszins in het roodachtig-blauwe over te gaan, terwijl de poorten van doorzichtig zilver lijken te zijn.
Hoofdstuk 53: Liefde tot de Heer en van daaruit tot de naaste leidt tot de volmaaktheid van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
...  1073 - 1074 - 1075 - 1076 - 1077 - 1078 - 1079 - 1080 - 1081 - 1082 - 1083 - 1084 - 1085 - 1086 - 1087 - 1088 - 1089 - 1090 - 1091 - 1092 - 1093 - 1094 - 1095 - 1096 - 1097 - 1098  ...