Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1087 van 1490

...  1075 - 1076 - 1077 - 1078 - 1079 - 1080 - 1081 - 1082 - 1083 - 1084 - 1085 - 1086 - 1087 - 1088 - 1089 - 1090 - 1091 - 1092 - 1093 - 1094 - 1095 - 1096 - 1097 - 1098 - 1099 - 1100  ...
[15] Deze liefde echter is niet bepaald een hartstochtelijk vuur, maar eerder een zuchtje wind, dat de vrijheidssfeer van de mensen in het geheel niet verstoort, zoals ook de kinderliefde de kinderen in hun activiteiten niet in het minst stoort. Zij houden zeker buitengewoon veel van hun ouders; natuurlijk de goede kinderen wel te verstaan. Ja, zij weten vaak niet eens, hoeveel zij wel van hun ouders houden.
Hoofdstuk 50: Over verliefdheid en over de liefde voor de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[7] Een zachte schittering bekoort het oog steeds opnieuw, want bij de geringste beweging komen andere kleuren tevoorschijn en het merkwaardigste daaraan is, dat deze kleuren, die gelijk zijn aan die op onze aarde, hier een heel ander karakter aannemen. Wij kennen ook rood, groen, blauw, paars en geel en de meest verschillende overgangen van deze kleuren, maar werkelijk, wie daarover zou willen nadenken, kan dat doen en voor elke kleur een basis vaststellen en volgens deze basis de oorsprong daarvan bepalen. Ja, hij mag zeggen welk rood het oorspronkelijke rood, welk groen het oorspronkelijke groen, welk blauw het oorspronkelijke blauw, welk paars het oorspronkelijke paars en welk geel het oorspronkelijke geel is, waarvan dan alle andere kleurnuances zijn afgeleid.
Hoofdstuk 51: De oorsprong van alle dingen en verschijnselen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[8] Wanneer jullie echter over deze jongedame een volledige beschrijving van haar uiterlijk en karakter krijgen en als jullie van haarzelf bovendien langs onbekende weg nog een briefje ontvangen waarin zij een van jullie haar liefde betuigt, en wel omreden dat ook zij van jullie uit een beschrijving een zeer positieve indruk heeft gekregen, dan zal jullie liefde voor deze jongedame al gauw ontwaken en zal er een groot verlangen in jullie opkomen om zo vlug mogelijk daarheen te gaan, waar zij vol liefde op jullie staat te wachten. Jullie liefde zal heftiger worden naarmate jullie onderweg of na verloop van tijd, meer positiefs over het meisje te horen krijgen.
Hoofdstuk 50: Over verliefdheid en over de liefde voor de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[7] Probeer eens of jullie verliefd zouden kunnen worden op een of ander meisje, van wie je alleen maar de naam, ook al klinkt deze nog zo indrukwekkend, hebt gehoord. Ja, jullie zullen het met deze kennis in de liefde niet al te ver brengen, want voor iets dat men helemaal niet of veel te weinig kent, kan men geen liefde opvatten, net zo min als men iets dat helemaal niet of slechts subtiel aanwezig is met de handen kan vastpakken.
Hoofdstuk 50: Over verliefdheid en over de liefde voor de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] En als het nu derhalve van ons afhangt om hier ter plekke plotseling de grootste liefde voor de Heer op te wekken, dan zal het met de aanschouwing van de wonderbaarlijke dingen op deze galerij zeker eveneens grote problemen opleveren. Want we kunnen willen zoveel ons maar mogelijk is, toch kunnen we, ondanks al het diepste willen, ons hart op het moment van willen niet zo gemakkelijk laten ontvlammen als een kaars die we 's nachts aansteken. Dus hier, lieve vriend en broeder, zal goede raad hard nodig zijn.
Hoofdstuk 50: Over verliefdheid en over de liefde voor de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[3] Daarom denken wij dat onze liefde voor de Heer van een heel andere aard moet zijn dan de liefde die een man in de bloei van zijn leven vaak voelt voor een mooi meisje; maar als de liefde voor de Heer moet lijken op de liefde voor een meisje, dan moet deze rechtstreeks door de Heer zelf volgens Zijn grote barmhartigheid in het hart worden gegoten. Anders is het bijna onmogelijk dat de mens uit eigen kracht de Heer altijd wanneer hij maar zou willen, met de hevigste liefde zou kunnen omvatten.
Hoofdstuk 50: Over verliefdheid en over de liefde voor de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[22] Werkelijk, ik zeg niet teveel: als jullie liefde in overvloed zouden hebben, dan zouden jullie ook een sterk en levendig geloof hebben en door zo'n lief-de en zo'n geloofslicht zouden jullie de sterren van het firmament kunnen plukken! Wordt daarom wakker, dan zullen we op deze tiende galerij nog wonderbaarlijke dingen aanschouwen!
Hoofdstuk 49: Over de voornaamste sleutel tot de geestelijke mysteries - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[20] Zoals echter hier de liefde werkelijk alles in alles is, zo is ze dan ook vooral boven alles verheven in de grote kunst van het leven! Met de liefde kunnen jullie doordringen in diepten, waarvoor zelfs menige geest huivert, maar zonder liefde of met iets te weinig liefde zal iemand nooit als een volmaakt kunstenaar het daglicht van de geest betreden. Daarom zei ik ook al in het begin: willen jullie dieper in deze dingen van hoge wijsheid schouwen, dan moeten jullie de liefde in alle ernst ter hand nemen; maar het mag geen halve of kwart liefde zijn; het moet een volkomen liefde zijn.
Hoofdstuk 49: Over de voornaamste sleutel tot de geestelijke mysteries - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[18] Wek liefde, dat wil zeggen waarachtige, levendige liefde op in het hart van jouw leerling en je kunt ervan verzekerd zijn dat door dit vuur alle voor deze kunst vereiste organen zich in de kortst mogelijke tijd zo wonderbaarlijk zullen ontwikkelen dat iedere toehoorder zich daarover hogelijk zal verbazen en zal moeten zeggen: ja, daar ziet men al de ware grote kunstenaar in zijn volmaaktheid.
Hoofdstuk 49: Over de voornaamste sleutel tot de geestelijke mysteries - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[19] Kijk, zo is ook hier de liefde eigenlijk de werkelijke leraar; zij ontwikkelt bij de toonkunstenaar een gevoelsintensiteit waarvan een ander mens zich absoluut geen voorstelling kan maken; zij maakt ook het gehele verdere organisme binnen korte tijd zo onderworpen aan deze hogere gevoelens, dat daardoor alle zogenaamde technische problemen met een wonderbaarlijke zekerheid overwonnen kunnen worden.
Hoofdstuk 49: Over de voornaamste sleutel tot de geestelijke mysteries - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[17] Aha, ik zie al wat iemand wil zeggen: deze leraar heeft alleen de pech onder de vele leerlingen geen genieën te hebben. En ik zeg daarop heel onomwonden: deze leraar heeft op enkele uitzonderingen na louter genieën onder zijn leerlingen gehad en toch is er uit geen genie iets geworden, want hij had onder zijn leerlingen er niet een die van een innige, sterke liefde voor de kunst bezield was. Daarom wordt ook alleen hij een waarachtig artiest, wiens hart door zijn sterke liefde voortdurend in vuur en vlam staat voor de kunst.
Hoofdstuk 49: Over de voornaamste sleutel tot de geestelijke mysteries - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[15] Als we echter eens kijken hoeveel leerlingen zo menig ware meester kunstenaar vaak in opleiding heeft en dan daarentegen zien hoe bitter weinig ook maar enigszins opmerkelijke kunstenaars er uit de school van zo’n meester kunstenaar voortkomen, dan moeten we bij deze beschouwing tot de volgende slotsom komen:
Hoofdstuk 49: Over de voornaamste sleutel tot de geestelijke mysteries - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[12] Laten we eens op de veelzeggende toonkunst overstappen. Jullie zullen onder de mensen zeker heel veel vrienden van deze kunst vinden, die allemaal volop genieten wanneer ze een prachtige compositie van een ware kunstenaar te horen krijgen. Maar zijn zij daarom zelf kunstenaars? Ik denk, dat jullie heel goed in staat zullen zijn om te beoordelen dat er onder de genietende toehoorders slechts weinigen te vinden zullen zijn die deze naam ook maar enigszins waardig zijn.
Hoofdstuk 49: Over de voornaamste sleutel tot de geestelijke mysteries - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[14] Zou men dan niet kunnen zeggen: wat voor de ene mens mogelijk is, dat zou dan toch voor de ander ook mogelijk moeten zijn. Ieder mens zou overeenkomstig zijn aard en talenten, wanneer zijn geest, die een afstammeling van de goddelijke volmaaktheid is, volledig gewekt is, toch zeker ook iets bijzonders kunnen presteren? Zou het wel aannemelijk zijn als men daarop zou zeggen: ja, dat hangt van de leraren af. Zou deze of gene gedegen leraren hebben gehad, dan zouden ze ook zelf gedegen meesters geworden zijn; maar, 'ex trunco non fit Mercurius' zoals jullie plegen te zeggen, ofwel zo kan natuurlijk een onbekwame leraar ook nooit in staat zijn om op zijn vakgebied iemand tot meester op te leiden. Het is waar dat wie zelf niets kan, ook niet in staat zal zijn om een ander veel te leren.
Hoofdstuk 49: Over de voornaamste sleutel tot de geestelijke mysteries - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[13] Ja, maar waarom zijn al deze opgetogen toehoorders dan zelf niet ook kunstenaars, maar slechts liefhebbers van deze kunst? Waarom is dat alleen de begaafde op het podium voor hen, die met zijn aan de hemel ontkende klanken het gemoed van de toehoorders zo bijzonder blij stemt en hun zielen een ander, hoger, volmaakter leven verkondigt?
Hoofdstuk 49: Over de voornaamste sleutel tot de geestelijke mysteries - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
...  1075 - 1076 - 1077 - 1078 - 1079 - 1080 - 1081 - 1082 - 1083 - 1084 - 1085 - 1086 - 1087 - 1088 - 1089 - 1090 - 1091 - 1092 - 1093 - 1094 - 1095 - 1096 - 1097 - 1098 - 1099 - 1100  ...