17481 resultaten - Pagina 1097 van 1166
... 1085 - 1086 - 1087 - 1088 - 1089 - 1090 - 1091 - 1092 - 1093 - 1094 - 1095 - 1096 - 1097 - 1098 - 1099 - 1100 - 1101 - 1102 - 1103 - 1104 - 1105 - 1106 - 1107 - 1108 - 1109 - 1110 ...
[7] Daarom zal ik ook gaan, waarheen de weg mij voert! Jij wijze boekenstofsnuiver kunt echter in mijn plaats door al deze twaalf deuren de hogere astronomie bestuderen en daarbij verliefd worden op een mooie Mercuriaanse of zelfs op een mooie zonnebewoonster, mits je met jouw ogen ook dat kunt zien, wat ik er heb gezien. Vaarwel en doe wat je wilt. Ik ga en zal een plaatsje zoeken, dat meer duurzaamheid heeft dan deze astronomische zaal!'Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[9] Zie, daarin heb je het helemaal mis! Ik kwam alleen maar bij je om je gezelschap te houden en voor jou een dienaar en knecht in alles te zijn. Wat haal je alles toch door elkaar! Ik wil alleen van jou, die nu aan de zijde van de Heer zeker wel de grootste ervaringen zult hebben opgedaan, iets leren; maar niet, dat jij van mij iets zou moeten aannemen. Als de zaken er zo voorstaan, hoe kun je dan zo opspelen bij mijn verschijnen hier?
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[15] Laat je daarom niet verblinden door mijn bekoorlijkheden en wandel volgens de orde van die allerhoogste Geest van God, Wiens eeuwige wijsheid jou en mij zo mooi heeft gevormd.
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[16] Zie, ook jij bent voor mij onbeschrijflijk mooi. Er straalt uit jou de echte majesteit van de allerhoogste geest Gods. Maar toch moet ik me bedwingen en van je wegvluchten, zodra ik merk dat mijn beeld in jou begint te gloeien.
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[19] Doe dat zo en je zult daarvoor in mijn hart dat vol warme gevoelens voor jou klopt een eeuwige, zoete dank vinden: ach, een dank, waarvan de zoetheid jou nog volledig vreemd is!'
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[23] BISSCHOP MARTINUS zegt heel geƫrgerd: 'Eh, maak dat je wegkomt! Heb ik je soms geroepen? Waarom kom je dan, als je mijn knecht bent en ik je heer, als ik je niet roep! Onthoud dat in het vervolg en kom pas, als je geroepen wordt; anders kun je gaan, waar je vandaan bent gekomen!'
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[39] Zeg nu vrijuit zonder iets achter te houden, wat je wilt doen. Maar spreek de volle waarheid! Want ik zeg je in Naam van de Heer: iedere leugenachtige gedachte in jou zal door mij heel snel worden herkend en bestraft worden door mijn verwijdering van jou, en wel door het plotseling wegnemen van alles, wat je nu nog het jouwe mag noemen! Denk hierover na en zeg dan oprecht wat je nu wilt doen; wil je me volgen of niet volgen?'
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] ( Iets luider tegen Borem:) Mijn beste vriend, zo langzamerhand trek je heel behoedzaam het masker van je gezicht en laat je duidelijker zien, in welke hoedanigheid je naar mij toe bent gestuurd. Goed, heel goed, handel jij maar naar je opdracht, maar ik zal de opdracht opvolgen die mijn verstand me voorschrijft!
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[19] De Heer spreekt wel van een opwekking op de jongste dag, maar die begint echter bij iedereen meteen na de dood van zijn lichaam. Maar over een oordeel spreekt Hij alleen maar als volgt: 'Ieder heeft echter al in zich wat hem zal oordelen, namelijk Mijn Woord!' Als nu echter zo het woord van de Heer luidt, waar blijf je dan met je onheilspellend 'Dies irae, dies illa'. Dat zou dus beter kunnen luiden: 'O dag van mijn naakte dwaasheid en mijn hevige boosheid!'
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[24] Denk jij nu, dat mijn wijze les jou ook maar enigszins van nut zou zijn? O, ik ken je! Wat voor nut heeft de werkelijk wijze les van het kleine maanwezen voor jou gehad? Zie, jij werd zelfs in de zichtbare tegenwoordigheid van de Heer alleen maar bozer, des te wijzer de maanpriester Piramah je tegemoet trad. Ook al zou ik je nu ook de meest grondige uiteenzetting geven op de vraag, die je stelt om je trots te voeden, dan zul je daardoor niet beter, doch alleen maar bozer en slechter worden.
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[17] BISSCHOP MARTINUS zegt ietwat nadenkend: 'Nu, als dat zo is, dan trek ik pro primo* (ten eerste) mijn kiel weer aan, zodat ik er niet uitzie als een huisknecht, doch minstens zo goed en eerlijk als een boer.En pro secundo** ( ten tweede) laat mij nu zien, jij reeds vreselijk wijze hemelse boekhandelaar, wat mijn vermeende dwaasheden zijn die ik uit het geschrevene op dit bord moet herkennen. Maar ik kan ze werkelijk niet herkennen, omdat al deze zinnen beslist voor iedereen ernstig en ook heel wijs zijn, daar ze allemaal door zulke verheven en wijze kerkvaders werden gegeven, dat wij beide nog lang niet waard zijn hun schoenveters los te maken - en dat waarschijnlijk ook nooit zullen zijn!'
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[4] Mijn roomse collega's houden wel conclaven en concilies. Maar de reden daarvan is niet de Heer en de Geest van het evangelie, doch alleen de aller verwerpelijkste heerszucht die daar in het geheim overlegt, door welke schandelijke middelen ze het snelst haar doel zou kunnen bereiken!
Hoofdstuk 54: Martinus' alleenspraak - Kritiek op de kerk - Ontdekking van een vesperhoek - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] De hoge bisschoppelijke Anglicaanse Kerk in Engeland geeft zich ook heel veel moeite om de leer van het geven door allerlei schandelijke middelen binnen haar gemeente sterk uit te breiden. Maar zelf geeft ze een dode kat nog geen gat in de grond om hem te begraven!
Hoofdstuk 54: Martinus' alleenspraak - Kritiek op de kerk - Ontdekking van een vesperhoek - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[8] Ik ben ook werkelijk een heel slecht loeder van een geest hier in dit pseudo-hemelrijk, maar wat kan ik doen? Misschien zal mijn slechtheid wel na ongeveer 2000 echte jaren verdwijnen, wanneer al het aardse uit mij verdwenen zal zijn? O, ik stuk rund, ik stuk rund!'
Hoofdstuk 54: Martinus' alleenspraak - Kritiek op de kerk - Ontdekking van een vesperhoek - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[23] Als ik nu mijn hoofd buiten het deurkozijn steek, dan zie ik niets van het huis, maar ook niet het minste spoor van een wand, een dak of een of ander fundament. Kortom, het is helemaal leeg. Alleen als ik mijn hoofd weer terug trek, dan zie ik weer mijn zaal, zoals die er altijd heeft uitgezien. Dus van een gat in je hoofd vallen kan al helemaal geen sprake zijn, want er is daar nergens een voorwerp waarop je zou kunnen vallen. En al zou het er wel zijn, ik ben toch immers een geest, wiens gewicht behoorlijk licht hoort te zijn! Laat ik daarom moedig naar buiten springen; wie weet wat ik tijdens zo'n oneindige luchtreis allemaal voor ervaringen zal opdoen!
Hoofdstuk 54: Martinus' alleenspraak - Kritiek op de kerk - Ontdekking van een vesperhoek - Jakob Lorber - Bisschop Martinus