2758 resultaten - Pagina 111 van 184
... 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110 - 111 - 112 - 113 - 114 - 115 - 116 - 117 - 118 - 119 - 120 - 121 - 122 - 123 - 124 ...
[6] Maar op de wereld dacht ik: de dood van het lichaam is het einde van ieder bestaan. Dat was mijn heimelijke, vaste geloof, en alle wijsheid van de wereld had mij geen ander geloof kunnen geven! Dit beschouwde ik als de enige waarheid, en zie, ook dat is een leugen; want ik leef verder, hoewel ik wat mijn lichaam betreft gestorven ben.Hoofdstuk 8: Een paus verlaat deze aarde - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[3] Maar opdat het tere knaapje het bij de zware studie van het Latijn toch maar niet te moeilijk zou hebben, werd hij ten eerste in een heel goed kosthuis ondergebracht, opdat hij behoorlijk te eten zou hebben en in natuurlijk opzicht zou toenemen -natuurlijk niet in wijsheid en genade voor God en de mensen, maar alleen wat zijn lichaam betreft. En om te voorkomen dat het ingespannen studeren hem al te veel uit zou putten, mocht hij ieder jaar doubleren, ingeval hij niet in staat zou zijn, natuurlijk met heel weinig inspanning, een leergang in één jaar te doorlopen. Voor dat doel werden ook telkens de professoren, met name op de lagere scholen, op passende wijze gepaaid en werd er voor ieder onderwerp een zachtmoedige huisleraar aangenomen.
Hoofdstuk 5: De vroege dood van een bon-vivant - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[23] Maar voor zo'n schijnleven, dat -wiskundig juist -ook wel eeuwig moet voortduren, omdat de uitgaande lichtstraal nooit op een eindige grens kan stuiten en daarom nooit volledig kan ophouden, ben ik mij nu te helder van mijzelf bewust, ja duizendmaal helderder dan ooit in mijn hele aardse leven. Alleen, zoals gezegd, ik hoor en zie niets behalve alleen mijzelf. -Aha, aha, stil nu! Ik heb de indruk dat ik een zacht gemompel hoor, een gefluister! En ook wil als het ware een zachte, heel zoete slaap zich van mij meester maken. En toch is het geen slaap nee, nee, maar het is, alsof ik uit een slaap wakker moet worden. -Maar nu stil, stil; ik hoor stemmen uit de verte, bekende stemmen, heel bekende stemmen! Stil, ze komen naderbij!'
Hoofdstuk 3: Een geleerde neemt afscheid van deze wereld - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[6] Zo mogen de zielen door de erbarmende liefde en wijsheid van de hemelse Vader innerlijke, geestelijke ervaringen opdoen, die deels een aangenaam en vreugdevol en deels een pijnlijk en schrikwekkend karakter hebben, terwijl zij als in een droom in de laagste of middelste regionen van de geestelijke wereld leven. Dit alles duurt voort totdat de ziel door dit geestelijke 'vagevuur' gelouterd is en uit haar droomleven ontwaakt om naar de lichte, zuivere sferen van de zaligen op te stijgen.
Hoofdstuk 0: Voorwoord - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[5] En zie, zo jong als hij is, is hij toch vol van de hoogste wijsheid die een vrij mens ooit kan bevatten en hij bezit nu een grote macht en kracht, die hij verkregen heeft door zijn even machtige liefde tot Mij!
Hoofdstuk 3: Lamech en Ghemela door de Heer tezamen gebracht - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[6] Als jij je echter wilt overtuigen van Ie ware wijsheid in hem, die voortkomt uit zijn liefde tot Mij, dan sta Ik je toe hem een willekeurige vraag te stellen, zodat hij je dan vanuit zijn eigen hart pan antwoorden.
Hoofdstuk 3: Lamech en Ghemela door de Heer tezamen gebracht - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[18] Ik zeg je, en ook aan jullie allen: draag alleen zorg voor de reinheid van jullie harten en voor de ware innerlijke liefde tot Mij! Wat echter het besturen van de hemellichamen betreft, maak je daarover absoluut geen zorgen, want die te besturen en behoorlijk te onderhouden versta slechts Ik alleen en Mijn macht, kracht en gezag en Mijn wijsheid is eeuwig voldoende voor de hele oneindigheid!
Hoofdstuk 7: De aanwijzing van de Heer voor het vervaardigen van ijzer en staal. Het enige wat nodig is: vertrouwen en liefde tot de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[16] De Heer, ons aller almachtige Schepper, onze heilige Vader, Jehova de Eeuwige, de Oneindige in Zijn liefde en wijsheid, Hij, het Licht van al het licht, de Kracht aller krachten, de eeuwige Macht aller machten, Hij Hijzelf heeft ons allen nu getoond dat voor Hem alleen de nederigheid van de ware deemoed telt, verbonden met de reine liefde tot Hem; en dat al het andere geen enkele waarde heeft.
Hoofdstuk 9: Sethlahem spreekt woorden van dank en prijst de deemoed - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[19] 'Waar zijn jullie toch, jullie mooie sterren, waar ik zoveel van hield? Schamen jullie je soms voor mij, dat jullie je lieflijke aangezicht voor mij verbergen? 0, schaam je niet voor mij! Jullie wacht immers hetzelfde lot dat mij nu getroffen heeft. ook jullie zullen sterven, zoals ik nu gestorven ben! Maar koester daarom geen wrok tegenover de zwakke Schepper, zoals ik gedaan heb. Want kijk, hij was beslist van goede wil, maar had te weinig wijsheid en kracht, en daarom zijn al zijn werken zo broos en vergankelijk. Hij zou er weliswaar beter aan gedaan hebben als hij nooit iets had geschapen waarvoor hij zich tegenover ons, zijn wijze schepselen, alleen maar moet schamen; want in een onvolmaakt werk zie je niet de hand van een volmaakte meester! Laten we dus geen wrok meer koesteren tegen die arme stakker van een Schepper, die er op de duur nog moeite mee zal hebben om bij de totale vergankelijkheid van al zijn werken zichzelf in stand te houden.
Hoofdstuk 3: Een geleerde neemt afscheid van deze wereld - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[3] Dit wil Ik jullie zeggen: In het binnenste van de aarde bevindt zich een soort gesteente dat er roodachtig uitziet en niet zo hard is als ander gesteente. Als men het echter oppakt, heeft het een gewicht dat opmerkelijk groter is dan het gewicht van een andere, even grote steen. Dit gesteente ontstaat uit de door de aarde opgenomen stralen van de zon en is bijna overal in de bergen voorhanden, omdat zich juist alleen in de bergen meestal holle gangen bevinden, waarin de door de aarde opgenomen kracht van de zonnestralen zich concentreert in het vocht dat daar voortdurend aanwezig is. Met behulp van de inwerking van de andere nachtelijke sterren aan het uitspansel ontstaat er in dat gesteente een eigen uitgaande en tegenwerkende kracht (polariteit) en tenslotte wordt het geleidelijk aan vaster en steviger. En zo vaak, bij het terugkeren van de zon op de helft van haar baan om de 13.555 jaar, de wateren der aarde hun kracht en tegenkracht wisselen en het ontstane stralen gesteente gesteente in de holle gangen van het gebergte flink met zout doortrokken is, wat ongeveer 7000 jaar geduurd heeft, is er dan dit gesteente door het opnieuw terugtrekken van de wateren reeds zo rijkelijk en gedegen voorhanden, dat het in de volgende 13.555 jaar niet licht verbruikt bruikt wordt. Het achtergebleven, onverbruikte deel van dit stralengesteente, ook al heeft het meerdere duizenden wisselingen van het waterpeil doorgemaakt, wordt daardoor niet slechter, maar juist beter.
Hoofdstuk 7: De aanwijzing van de Heer voor het vervaardigen van ijzer en staal. Het enige wat nodig is: vertrouwen en liefde tot de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[14] De overigen wisten alles bij elkaar genomen niets! Het is jou immers pas gisteren door de lieve Henoch duidelijk geworden, hoe ver wij het met onze wijsheid en voorzegging gebracht hebben!
Hoofdstuk 10: Kisehels woorden over Jehova als mens - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[8] Want zij hebben geen leidsman in de wijsheid nodig, daar zij allemaal in ruime mate van wijsheid voorzien zijn; zij hebben geen leidsman nodig in de liefde, - want zij allen kennen Mij en hebben een voldoende ruim hart om Mij boven alles te beminnen; zij hebben geen leidsman nodig in kracht, - want die hebben zij net als jij ontvangen; zij hebben geen leidsman nodig in macht, - want Ik heb niemand een kleiner deel gegeven.
Hoofdstuk 11: Het wezen van de ware deemoed - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[13] De eigenlijke allergrootste vrijheid van het leven bestaat in de ware deemoed en daardoor ontstaat ook de grootste volkomenheid van dat leven. Door de deemoed kunnen jullie zelfs in Mij de onaantastbare heiligheid van Mijn goddelijkheid naderen, - ja, de ware deemoed is de grootste wijsheid van de mens, de grootste liefde, de grootste kracht van alle leven, de macht en het hoogste gezag, waarvoor de hele oneindigheid vol eerbied beeft!
Hoofdstuk 11: Het wezen van de ware deemoed - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[13] En de hoge Abedam zei daarop tegen hem: 'Luister, Abedam, je instelling is goed, en waardig zich in Mijn grote welgevallen te verheugen; maar jouw besef van Mijn ordening der dingen staat nog erg ver achter bij jouw zuivere instelling. Want zie, er kan toch immers in de ordening der dingen geen ambt zijn dat niet met de vereiste mate van aanzien verbonden is; want zonder zo'n aanzien zou dat ambt geen ambt zijn, maar slechts een onbeduidende vrijplaats voor tegenspraak, waar iedereen liever voor zijn eigen dwaasheid vecht, dan de wijsheid van zijn broeder te volgen.
Hoofdstuk 13: Aanzien en leidersambt - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[21] Wie je in Mijn naam de handen oplegt, die zal zoals jij een leider van de broeders worden met al de liefde en wijsheid uit Mij.
Hoofdstuk 13: Aanzien en leidersambt - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)