Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1103 van 1490

...  1091 - 1092 - 1093 - 1094 - 1095 - 1096 - 1097 - 1098 - 1099 - 1100 - 1101 - 1102 - 1103 - 1104 - 1105 - 1106 - 1107 - 1108 - 1109 - 1110 - 1111 - 1112 - 1113 - 1114 - 1115 - 1116  ...
[17] Wij hebben nu echter genoeg inzicht verkregen om de manier van bidden van deze mensen te begrijpen. De bidders staan inmiddels rond het altaar en we zullen daarom nog een tijdje aandacht aan hun verdere gedrag schenken, waarna we ons dan op deze, onze wereld weer verder begeven.
Hoofdstuk 24: Gebed vanuit het verstand en gebed vanuit het hart - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Zijn er eigenlijk op deze centraalzonnenwereld niet ook zulke mensen? O jawel, we hebben er al twee gezien en dat zijn zij die hun handen op het altaar hebben gelegd. Want de handen op het altaar leggen wil nu juist zeggen dat een mens zijn grote armoede in zichzelf heeft ontdekt, maar daarnaast ook een helder schijnend lampje, dat vóór een beschreven bord in het eigen hart staat en waarop in duidelijk leesbaar schrift geschreven staat:
Hoofdstuk 24: Gebed vanuit het verstand en gebed vanuit het hart - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[16] De mensen op deze centraalzonnenwereld is weliswaar niet de eindeloze genade ten deel gevallen, waarin hun door de Heer zelf de juiste en kortste weg door middel van Zijn eigen heilige mond geleerd en aangetoond werd, en waarbij hun niet slechts een zwak schijnend lampje maar een hele centraalzon voor hun bordje werd geplaatst, maar desondanks is het voor hen niet onmogelijk om het bordje van het eeuwige leven in hun hart te vinden en daarnaar hun leven in te richten. Zij leven trouwens ook lang genoeg om zich daarvan innerlijk bewust te kunnen worden, want er zijn daar mensen die zo oud zijn als een half mensengeslacht op jullie aarde. Bovendien zijn zelfs de zielengeesten van de gestorvenen, als zij dat willen, tot dezelfde 'incarnatie' in staat als in hun lichamelijke leven. Tussen beide levens van de mensen op deze wereld bestaat er sowieso al geen al te groot verschil, want ze kunnen elkaar altijd, zo vaak ze maar willen, zien en spreken.
Hoofdstuk 24: Gebed vanuit het verstand en gebed vanuit het hart - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[13] En kijk nu, als iemand van deze mensen dit in zichzelf gevonden heeft, dan wordt hij een stille wijze en streeft nergens zo vurig naar dan op de weg te komen die naar het doel leidt dat hij op het verlichte bord in zijn hart heeft gevonden. Weliswaar heeft ieder mens op deze wereld zo'n bordje in zich, maar niet iedereen laat het brandende lampje erop schijnen maar verplaatst het meestal naar het midden van zijn hersenen. Daardoor komt het dan ook dat er van de talloos vele bewoners van deze wereld maar heel weinig zover komen dat ze hun handen op het altaar zouden willen leggen.
Hoofdstuk 24: Gebed vanuit het verstand en gebed vanuit het hart - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[6] Maar ik zeg jullie: dat is wel juist gedacht voor iemand die het grote wereld-gebeuren niet kent, maar wanneer men dit wel kent, zal men overal de heilige orde van de Heer herkennen en zeggen, dat ook deze mensen op hun manier voor God volkomen rechtvaardig bidden, omdat deze wijze van bidden in hun ordening ligt besloten.
Hoofdstuk 24: Gebed vanuit het verstand en gebed vanuit het hart - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Kijk, dat is in het algemeen het gebed bij de mensen van dit hemellichaam, maar heel in het bijzonder bij degenen die tot de patriarchale huizen behoren. Jullie zeggen nu weliswaar: waarom wenden deze mensen zich niet liever tot de Heer opdat Hij hun de ware wijsheid moge tonen? Ze moeten immers inzien dat de Heer oneindig wijzer is dan zij met al hun verstand en dat Hij hun ook zeker datgene kan en zal geven, waarom ze Hem vragen.
Hoofdstuk 24: Gebed vanuit het verstand en gebed vanuit het hart - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[9] Kijk, volgens deze ordening leven en bidden de mensen van deze wereld. Met welk deel van het wezen van de mens stemmen ze echter overeen? Omdat ze bewoners van een centraalzon zijn, stemmen ze met de hersenen overeen; hoewel slechts met één enkele zenuw daarvan. Deze zenuw ligt vlak bij de uitloper van de gezichtszenuw, dicht bij het hersenvlies. Daarom is hun aard en hun ordening ook zodanig, dat ze meestal volkomen tevreden zijn met wat ze hebben; ongeveer op de manier zoals de verstandsmensen bij jullie, die ook met niets anders zo tevreden zijn als met hun verstand, terwijl eenieder van hen denkt dat hij het beste heeft. En vaak is het zo: hoe minder verstand iemand bezit, des te tevredener hij ermee is.
Hoofdstuk 24: Gebed vanuit het verstand en gebed vanuit het hart - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[8] Deze mensen erkennen en zeggen: als we ons tot God zouden wenden opdat Hij ons de ware wijsheid moge geven, dan zouden we God daardoor een verwijt maken en Hem grote smaad berokkenen. We zouden daardoor jegens God toch beweren dat Hij, de Allerwijste en Allerrechtvaardigste ons zou willen bedriegen. Daarentegen moeten wij de wijsheid die God, de Heer van hemel en aarde (de bewoners van dit hemellichaam evenals die van alle andere, noemen hun ondergrond ook aarde, net als jullie) in ons heeft gelegd, hoog in ere houden en haar volgens Zijn ordening gebruiken. Als we deze wijsheid in ons hebben uitgeput en dan de behoefte aan een hogere wijsheid hebben, dan pas mogen wij God vragen om hetgeen ons ontbreekt doordat wij het onze hebben opgebruikt.
Hoofdstuk 24: Gebed vanuit het verstand en gebed vanuit het hart - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[3] Bij deze mensen is het gebed meer een gebed van gebaren dan een innerlijk gebed vanuit het hart. Het is ongeveer hetzelfde als wanneer jullie werken met het verstand, waarbij jullie je onbewust bewegen zoals het door de gedachten wordt ingegeven. Zo is het gebed van deze mensen geen gebed van het gevoel, dat uit het hart komt, maar een gebed van het verstand, dat uit het verstandelijk denken van de ziel voortkomt. In deze houding overleggen deze mensen, eenieder naar de graad van zijn wijsheid, wat wel het verstandigst zou zijn.
Hoofdstuk 24: Gebed vanuit het verstand en gebed vanuit het hart - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] De houding die ze daarbij aannemen, getuigt niet zoals bij jullie van een zekere deemoedige en berouwvolle aandacht van het hart, maar het is slechts een teken dat ze elkaar in deze toestand niet in het geringst moeten storen. Ieder van hen overlegt ongestoord bij zichzelf wat het verstandigst is en wenst daarbij dat God de Almachtige dit mag laten gebeuren. Heeft iemand op zijn manier de meest wijze oplossing gevonden, dan mag hij ook weer heel rustig opstaan en in de vlam lezen in hoeverre zijn standpunt in het schrift in de vlam is terug te vinden. Is het terug te vinden, dan blijft de overeind gekomen bidder ook staan; maar is zijn standpunt in de vlam niet terug te vinden, dan legt de bidder zich meteen weer op zijn aangezicht en bidt of beter gezegd denkt verder na, over wat er in zijn sfeer wel het verstandigst mag zijn.
Hoofdstuk 24: Gebed vanuit het verstand en gebed vanuit het hart - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[17] Wanneer derhalve zulke mensen, die zich met hun wijsheid verdienstelijk hebben gemaakt, naar ons paleis komen om zich een betere bruid te verwerven, is het dan niet volkomen terecht en billijk dat hun de meest waardevolle ten deel valt? Ja, mijn lieve kinderen en kindskinderen, alleen wat God de Almachtige doet, is welgedaan. Bijgevolg is het toch ontegenzeggelijk beter dat we tot vreugde van Gods vrienden aan hen onze dochters geven, dan dat wij hun deze onthouden en hen behouden voor onze eigen grote domheid.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[14] Ik zeg jullie: zoals wij het doen is het eigenlijk verkeerd, maar gelet op het feit dat de almachtige God van hemel en aarde Zich ook van onze domheid weet te bedienen, is het volkomen terecht wat er gebeurt, en heel in het bijzonder bij het wegschenken van een bruid, wanneer onze domheid ons parten speelt en de alwijze God een bloem uit ons hoofdpaleis wegneemt, voor wie nu juist ons paleis onwaardig is, evenals wij het zelf niet waard zijn dat deze heilige vlam nog even sterk op het altaar van God blijft branden.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[13] Al zouden we ook nimmer de bijzondere moed hebben om onze handen op het altaar te leggen, dan vragen we God de Almachtige toch dat Hij ons, tenminste op deze wereld, zodanig door Zijn oneindige wijsheid mag opwekken dat we dan voor altijd als waarachtige wijze voorbeelden voor de grote menigte onderdanen van dit hoofdpaleis kunnen dienen, want zij beschouwen het als het hoogste geluk om van dit hoofdpaleis een of andere gunst of zelfs een bruid te ontvangen. Maar wij zijn zoals nu blijkt, met al onze wijsheid dom genoeg om, als het om een bruid gaat, zeker altijd de meest wijze weg te geven, terwijl we denken juist die weg te schenken, die voor ons paleis het minst deugt. Maar is het ook juist, dat wij zo handelen?
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Wie van jullie kan deze uitspraak van mij daadwerkelijk weerleggen? Wie van jullie heeft nog de moed om zijn hand op het altaar te leggen, waarop de vlam nog brandt? Ik zie niemand van jullie opstaan en naar voren gaan, maar jullie trekken je allemaal terug en niemand van jullie geeft mij antwoord.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[12] Wat moeten we dan doen, nu de vlam nog brandt? Ik zal jullie een goede raad geven en deze luidt als volgt: val allemaal voor het altaar van God ter aarde, loof en prijs de almachtige God, opdat Hij ons allen ten minste in zoverre dieper mag wekken dat we daardoor in het diepst van ons hart mogen inzien hoeveel ons nog ontbreekt om te worden wat onze zuster, onze wijze maagd geworden is.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
...  1091 - 1092 - 1093 - 1094 - 1095 - 1096 - 1097 - 1098 - 1099 - 1100 - 1101 - 1102 - 1103 - 1104 - 1105 - 1106 - 1107 - 1108 - 1109 - 1110 - 1111 - 1112 - 1113 - 1114 - 1115 - 1116  ...