17481 resultaten - Pagina 1107 van 1166
... 1095 - 1096 - 1097 - 1098 - 1099 - 1100 - 1101 - 1102 - 1103 - 1104 - 1105 - 1106 - 1107 - 1108 - 1109 - 1110 - 1111 - 1112 - 1113 - 1114 - 1115 - 1116 - 1117 - 1118 - 1119 - 1120 ...
[4] CHANCHAH zegt: 'Ach ja, dat is wel heel terecht en goed, dat er in jullie harten ook aan mijn andere broeders en zusters wordt gedacht; want de gastheren zijn er altijd beter aan toe dan de gasten. De gastheren kunnen geven, wanneer ze maar willen. De gasten mogen echter pas dan wat nemen, als hun wat gegeven wordt. En als ze het gegevene aannemen, dan moeten ze het altijd dankbaar aannemen en de gastheer veel eer bewijzen en hem de dankbaarheid nooit onthouden.Hoofdstuk 97: Chanchah's ijverig vorsen naar de naam van haar geliefde vriend - Verwijzing van de Heer naar het beste recept - Verschil tussen gastheer en gast - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] Jij, liefste vriend, zult het mij toch niet kwalijk nemen, dat ik nu zo heb gesproken? Ik zou beslist niet zo vrij hebben gepraat, als ik je niet zo onmetelijk lief zou hebben. Mijn grote liefde tot jou, mijn hemelse vriend, maakt bij mij de tong los; en als ze los gemaakt is, dan handelt ze zoals ze geworden is!'
Hoofdstuk 97: Chanchah's ijverig vorsen naar de naam van haar geliefde vriend - Verwijzing van de Heer naar het beste recept - Verschil tussen gastheer en gast - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[8] IK zeg: 'O jij lief balsemdruppeltje van Mijn hart, praat maar rustig zoals je hart het je ingeeft. Ons kun je in der eeuwigheid nooit beledigen, vooral als je zo wijs spreekt als je nu hebt gedaan. Want Ik zeg je, lieftallige Chanchah, het is precies zo als je nu hebt gezegd. Het is echt veel gemakkelijker om te geven dan om te nemen. De armelijke gever is er, als het er op aan komt, nog steeds beter aan toe dan de beste ontvanger!
Hoofdstuk 97: Chanchah's ijverig vorsen naar de naam van haar geliefde vriend - Verwijzing van de Heer naar het beste recept - Verschil tussen gastheer en gast - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[11] Ja, Ik zeg je, Mijn allerliefste Chanchah: er wordt hier wat het geven betreft zelfs zo ver gegaan, dat er bijna in de hele oneindigheid geen wezen is, aan wie niet steeds duizendvoudig meer wordt gegeven dan zijn vurigste hartewens ooit zou kunnen begeren! Wat denk je nu, Mijn geliefde Chanchah - moeten de ontvangers, als het om zulke gevers gaat, nog wel als beklagenswaardig worden beschouwd?'
Hoofdstuk 97: Chanchah's ijverig vorsen naar de naam van haar geliefde vriend - Verwijzing van de Heer naar het beste recept - Verschil tussen gastheer en gast - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[13] Ik heb er op aarde wel vaker over nagedacht, hoe de Lama toch in staat is om voor zo eindeloos veel te zorgen: voor al het gras dat overal groeit, voor de struiken en bomen en voor al de talloze dieren en mensen. Maar dan zei mijn moeder tegen me:
Hoofdstuk 97: Chanchah's ijverig vorsen naar de naam van haar geliefde vriend - Verwijzing van de Heer naar het beste recept - Verschil tussen gastheer en gast - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[15] Als mijn moeder zo tegen mij sprak, lette ik heel goed op en was dan ook al gauw tevreden. Maar nu zou ik van jou, daar je toch een dienaar van Lama bent, graag willen vernemen, of het werkelijk zo staat met Lama, als mijn moeder mij leerde.
Hoofdstuk 97: Chanchah's ijverig vorsen naar de naam van haar geliefde vriend - Verwijzing van de Heer naar het beste recept - Verschil tussen gastheer en gast - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[16] Is het voor Lama gemakkelijk, om voor al dat oneindige te zorgen, of is het ook voor Hem moeilijk? Is het gemakkelijk voor Hem, dan is Hij als gever even goed af als al die talloze ontvangers. Levert een dergelijke zorg voor de eindeloze behoeften van talloze myriaden Hem echter toch af en toe aanzienlijke moeilijkheden op, dan zou Hij bij Zijn onbegrensde vrijgevigheid werkelijk zelfs te beklagen zijn! 0 zeg het mij, mijn geliefde vriend, als je daarover iets naders weet!'
Hoofdstuk 97: Chanchah's ijverig vorsen naar de naam van haar geliefde vriend - Verwijzing van de Heer naar het beste recept - Verschil tussen gastheer en gast - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[1] IK zeg: 'O jij Mijn allerliefste Chanchah! Dat kan Ik je wel heel in het kort zeggen, luister dus. Zie, omdat Ik de Lama zo goed ken als Hij Zichzelf kent, zeg Ik tegen je: Wat het tot stand brengen en scheppen betreft, dat is voor de grote Lama werkelijk iets eenvoudigs, dat voor jou nauwelijks te begrijpen is. Want Hij hoeft, wanneer Hij in Zijn gedachten eenmaal een voorstelling heeft gevormd, alleen nog maar vanuit Zijn wil te zeggen: 'Het zij!' en dan is alles er al, wat Hij wil! Ongeveer zo - let nu heel goed op - als wanneer Ik bij Mezelf denk, dat hier voor ons een mooie boom zou staan, vol met de beste vruchten. Of stel jij je zo'n boom voor, bijvoorbeeld een hele mooie vijgeboom. Heb je die al?'
Hoofdstuk 98: Woorden van de Heer over wezen en werken van Lama – Het boomwonder - Een waarschuwing tot voorzichtigheid - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] CHANCHAH zegt: 'Ja, ja, ik stel me er nu een voor, zoals die in de tuin van mijn ouders stond.'
Hoofdstuk 98: Woorden van de Heer over wezen en werken van Lama – Het boomwonder - Een waarschuwing tot voorzichtigheid - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[5] Mijn allerliefste Chanchah, begrijp je nu Mijn uitleg? Deze vijgeboom schenk Ik je voor altijd, hij zal in eeuwigheid niet verdorren, maar steeds voor jou de rijkste en beste vruchten dragen!'
Hoofdstuk 98: Woorden van de Heer over wezen en werken van Lama – Het boomwonder - Een waarschuwing tot voorzichtigheid - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[8] Ja, ik moet bekennen, zo'n beetje almacht is toch wel een zeldzaam mooie zaak. Maar wat kan iemand zoals wij er aan doen, als hij die niet heeft en ook niet kan hebben, omdat hij er nog veel te dom voor is! In feite is het immers ook goed, dat een domme geest - zoals bijvoorbeeld die van mij - geen almacht bezit. Want als ik zoiets bezat, dan zou het met me gedaan zijn! U, heerlijke broeder, zou U Zelf verbazen over de zeldzaam domme bouwsels, waarmee ik al snel een reusachtig wereldruim zou vullen. O Heer, dat zouden karikaturen zijn zonder weerga!
Hoofdstuk 98: Woorden van de Heer over wezen en werken van Lama – Het boomwonder - Een waarschuwing tot voorzichtigheid - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[9] Daarom is het volkomen terecht, dat de wijze Lama zulke vaardigheden van Zijn almacht alleen aan diegenen verleent die de hemelse wijsheid volkomen machtig zijn, zoals het bij U in zeer grote mate het geval is. Dat voor U derhalve het geven kennelijk gemakkelijker moet zijn dan het nemen, zal nu toch wel duidelijker zijn dan de helderste middagzon op aarde? Want het nemen zou bij U - naar mijn begrip - toch al een heel vreemd bezwaar opleveren, omdat (fluisterend) immers toch alles van U is!'
Hoofdstuk 98: Woorden van de Heer over wezen en werken van Lama – Het boomwonder - Een waarschuwing tot voorzichtigheid - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[10] Ik zeg: 'Niet zo luid, Mijn liefste broeder Martinus! Jij gaat steeds verder. Denk er aan, dat er nog anderen aanwezig zijn die nog niet zo ver zijn als jij bent. In het begin heb je wel goed gesproken, maar tegen het eind zou je al gauw te ver zijn gegaan en dat zou dit gezelschap voor geruime tijd hebben kunnen schaden. Beheers je daarom goed, wees slim als een slang, daarbij echter zachtmoedig als een duif. Neem maar steeds Borem als voorbeeld, die is hier heel goed op zijn plaats en neemt de hemelse wijsheid nauwkeurig in acht. Doe jij dat ook, dan zullen wij met deze gasten gemakkelijk verder komen!'
Hoofdstuk 98: Woorden van de Heer over wezen en werken van Lama – Het boomwonder - Een waarschuwing tot voorzichtigheid - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[13] BISSCHOP MARTINUS volgt meteen Mijn raad op en zegt tegen Chanchah, die nog steeds van verwondering sprakeloos is: 'Lieflijke Chanchah, zeg ons eens of je met deze uitleg tevreden bent en of je deze wel in alle opzichten goed en duidelijk hebt begrepen. Je moet je over dit wonder hier niet zo verbazen, want hier zijn dergelijke verschijnselen bepaald niets bijzonders. Mettertijd zul je daar steeds meer aan wennen.
Hoofdstuk 98: Woorden van de Heer over wezen en werken van Lama – Het boomwonder - Een waarschuwing tot voorzichtigheid - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[14] Zie, het is mij in het begin ook geen haar beter vergaan. Als je zou weten, wat mij tijdens mijn verblijf hier allemaal voor wonderlijke dingen zijn overkomen, zou je versteld staan.
Hoofdstuk 98: Woorden van de Heer over wezen en werken van Lama – Het boomwonder - Een waarschuwing tot voorzichtigheid - Jakob Lorber - Bisschop Martinus