Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2083 resultaten - Pagina 113 van 139

...  101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110 - 111 - 112 - 113 - 114 - 115 - 116 - 117 - 118 - 119 - 120 - 121 - 122 - 123 - 124 - 125 - 126  ...
[5] Daarom verkeren ze ook in de mening dat de wereld bij deze gebergten ophoudt en dat daarachter eeuwige wateren beginnen. Van hun eigen wereld hebben ze de voorstelling, dat die een grote ring is, die weliswaar rondom boven de grote wateren uitsteekt, maar van binnen hol is en enkel gevuld met de grote wateren. - Dit is dus het denkbeeld van het volk. - De voornaamste wijzen van de tempel weten echter, omdat zij ook contact hebben met de geesten, heel goed hoe het met hun wereld gesteld is, maar dat delen ze het volk niet mee; want zij zeggen: Als ons volk zou weten dat de wereld, waarop wij wonen, nog veel groter is dan het gedeelte, waar wij wonen - dan zou het een tunnel onder de ring van bergen door graven, daar doorheen reusachtige schepen naar de zee aan de andere kant brengen en het land van andere volkeren betreden. Dat is echter niet de goddelijke wil. Het volk moet dus bij zijn onschuldige wereldbeeld blijven en altijd bereid zijn daar te dienen, tot eer van de grote, almachtige God.
Hoofdstuk 52: Meer over de religie van de bewoners van het zesde gordelpaar - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[8] Nu zullen jullie zeggen: Dat is allemaal wel in orde; maar hoe brengt hij er ritme in? - Heel gemakkelijk! - Hij trekt de muzieknoten, die binnen hetzelfde tijdsbestek na elkaar gespeeld moeten worden, door middel van een lijn bij elkaar, en onder deze lijn schrijft hij dan een getal of geeft hij dit getal ook wel met punten aan. Als een noot langer aangehouden moet worden, dan staat deze op zichzelf; en met een bepaald, onder de noot aangebracht teken wordt aangegeven, hoe lang deze toon aangehouden moet worden. En aan het begin van ieder muziekstuk wordt evenals bij jullie een bepaalde tempo-aanduiding geplaatst, waar de verdere indeling van een muziekstuk zich qua ritme naar te richten heeft; en ook wordt het ritme net als bij jullie door kleine dwarsstreepjes aangegeven.
Hoofdstuk 64: Bolinstrument, muziek en muziekschrift, optica, mechanica en schrijfkunst op Miron - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[18] Zo zouden er nog heel veel enigszins grappige vragen te stellen zijn. Maar laten deze voldoende zijn om jullie en menig ander duidelijk te maken, dat Ik een groot aantal eigenaardigheden heb, waarover Ik niet altijd genegen ben rekenschap af te leggen - met name niet tegenover mensen in hun natuurlijke toestand, waarin zij - op grond van Mijn redenen, die heel specifiek en welberekend zijn - niet toegankelijk zijn voor hogere wijsheid. - Maar als deze toestand van beproeving52 volledig voorbij zal zijn, zal er altijd nog wel tijd zijn om de hele eeuwigheid door de volmaakte geesten in alle wijsheid binnen te leiden. Daarom zullen we onze grote mensen op deze mensen voorlopig maar laten zoals ze zijn. Later zal er voor de geest wel een gelegen tijdstip komen, waarop deze dat allemaal zal leren inzien.
Hoofdstuk 67: Levensomstandigheden en geestesgesteldheid van de bewoners van het zevende paar gordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[2] Als deze geesten op die gewelddadige wijze hun verlangde vrijheid verkrijgen, zwermen ze met miljoenen en miljoenen uit in de onmetelijke ruimte. - Het eerste resultaat van deze gewelddadige vlucht is weliswaar voor korte duur weldadig; want alle geesten worden in deze ruimte in zekere zin afgekoeld en derhalve ook rustiger in hun streven.
Hoofdstuk 73: Geordend en ongeordend opklimmen van de grondlicht-geesten van de zon. Het lot van de zonnemuiters. Ontwikkeling van kometen en planeten. Het eeuwige, onmetelijke scheppingswerk. Besluit - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[3] Maar wat is het tweede gevolg van deze toestand van absolute vrijheid? - Dat kan pas begrepen worden, als jullie weten dat iedere geest, van welke aard ook, voedsel moet hebben om krachtig en behaaglijk te kunnen voortbestaan. Als hij dat niet heeft, wordt hij steeds zwakker, en wel zodanig, dat hij tenslotte in een soort bewusteloosheid geraakt, die op een diepe slaap lijkt. - Een dergelijke toestand is dus ook het gevolg van de gewonnen absolute vrijheid van zulke ongeordende, gewelddadige geesten uit de zon.
Hoofdstuk 73: Geordend en ongeordend opklimmen van de grondlicht-geesten van de zon. Het lot van de zonnemuiters. Ontwikkeling van kometen en planeten. Het eeuwige, onmetelijke scheppingswerk. Besluit - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[17] Zouden jullie dit vuur echter met je geestelijk oog kunnen bekijken, dan zouden jullie een heel leger van talloze geesten ontdekken dat door Mijn wil hier wordt gehouden en wordt aangezet tot doelmatige, bepaalde handelingen.
Hoofdstuk 4: Het wezen van de materie en de geesten die haar oergrond vormen - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[19] Dit soort geesten, die zich voor het zintuiglijke oog als een vuur vertonen, bepalen dus het werkzame zwaartepunt, dat alle materie tot leven brengt.
Hoofdstuk 4: Het wezen van de materie en de geesten die haar oergrond vormen - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[13] Deze geestelijke wezens van de ongeordende soort verzamelen zich, zoals reeds gezegd, met talloos vele triljoenen het meest op een streek bij de evenaar van de laatste inwendige zon. Als ze zich sterk genoeg voelen, verheffen ze zich in grote massa’s en dringen aldus naar boven tot aan het inwendige vlak van de eigenlijke zon en proberen daar op hun gevoel uit te zoeken waar deze het zwakste is. Hebben ze zo’n plek gevonden, die tegelijkertijd ook aan alle kanten aders en kanalen heeft, dan dringen ze daar snel binnen en beginnen steeds meer met grote intensiteit te ontbranden. Daardoor brengen ze tevens geleidelijk het vlak tot gloeien, waar ze zich hebben vastgezet, verbinden zich bovendien nog met de in de materie gebonden geesten en oefenen, steeds sterker ontbrandend, een steeds geweldiger kracht uit, zodat de enkele duizenden mijlen dikke, buitenste korst van de zon voor hen moet wijken, zich op de reeds bekende wijze moet laten opstuwen en tenslotte zelfs moet laten doorbreken.
Hoofdstuk 72: De inwendige zonnen en hun bewoners. - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[4] Wat zal echter het gevolg van deze tweede toestand zijn? - Het zal niemand veel moeite kosten de gevolgen te raden. Want als iemand in staat zou zijn zelfs een tijger volledig uit te hongeren en vervolgens diep te laten inslapen, zal het hem niet moeilijk vallen dit woedende dier te vangen - aangezien het zich als gevolg van zijn zwakte niet zal kunnen verweren en als gevolg van zijn slaap ook niet zal merken dat hij de prooi van een jager wordt. - Kijk, zo ongeveer is ook het zekere gevolg voor zulke absoluut vrij geworden geesten uit de zon! Ook zij vallen ten prooi aan de overal op hen loerende aantrekkingskracht van de planeten, waarvoor zij dus als welkome verzadiging dienen.
Hoofdstuk 73: Geordend en ongeordend opklimmen van de grondlicht-geesten van de zon. Het lot van de zonnemuiters. Ontwikkeling van kometen en planeten. Het eeuwige, onmetelijke scheppingswerk. Besluit - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[5] Een gedeelte van zulke absolutisten wordt reeds bij hun doorbraak door de kracht van de geestenwereld van de zon weer tot omkeren gedwongen, waarbij een deel van hen dan in de grote zonnezeeën terugvalt om te kalmeren en af te koelen. Een groter gedeelte echter, dat zich iets verder van de zon heeft gewaagd, wordt door de machtige polariteit van de zon gegrepen en hierdoor weer naar de oertoestand teruggebracht, dat wil zeggen: naar het eigenlijke hart van de zon. Ook dat gedeelte, dat door de wateren van de zon wordt opgenomen, volgt in de loop van de tijd een teruggaande beweging door de vele poriën, aders en kanalen, dikwijls tot in de laatste inwendige zon, dat zoals jullie weten de eerste na het oppervlak van de zon is. Veel van zulke in het water teruggevallen geesten worden echter ook wel als voedsel voor en rijping van het uitwendige zonneoppervlak gebruikt.
Hoofdstuk 73: Geordend en ongeordend opklimmen van de grondlicht-geesten van de zon. Het lot van de zonnemuiters. Ontwikkeling van kometen en planeten. Het eeuwige, onmetelijke scheppingswerk. Besluit - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[6] Die geesten van de inwendige zon, die zo’n teruggaande beweging al herhaalde malen hebben gemaakt, verbinden zich niet gemakkelijk opnieuw met die geesten, die weer een nieuwe doorbraak bij de evenaar willen ondernemen, maar ze proberen zich langs zijwegen in de richting van de poolstreken in zekere zin heimelijk uit de voeten te maken. Maar omdat ze daar eveneens op verzet stoten, gebeurt het dan ook dat ze met kleinere groepen hun toevlucht tot gewelddadigheden nemen en nu eens op de ene gordel, dan weer op de andere, maar meestal toch op de zich in de buurt van de poolstreken bevindende gordels komen om hun doel te bereiken. Ik hoef jullie alleen maar opmerkzaam te maken op de bekende vulkanen, dan zullen jullie gemakkelijk inzien waar er voor deze wezens nog een gaatje overgebleven is. Maar ook dit gaatje baat hun niet veel; want daardoor kunnen ze zich meestal nauwelijks even ver van de zon verwijderen als het oppervlak van de glanzende lucht vanaf de bodem reikt. Spoedig na zulke pogingen, die bijna voortdurend herhaald worden, worden zulke liberaal ingestelde geesten door de polen van de zon weer heel dringend uitgenodigd om verder geen moeite te doen en weer een klein bezoek aan de binnenste zon - eigenlijk het zonnehart - te brengen; daar moeten ze dan weer ruim voldoende tijd nadenken over wat beter is: de goede orde te volgen, of zichzelf eigenmachtig en machteloos te gronde te richten en de ordelijke toestand voor zeer lange tijden geweldig te verslechteren.
Hoofdstuk 73: Geordend en ongeordend opklimmen van de grondlicht-geesten van de zon. Het lot van de zonnemuiters. Ontwikkeling van kometen en planeten. Het eeuwige, onmetelijke scheppingswerk. Besluit - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[6] Vanwege haar bijzondere aanleg is de aarde als een soort hermafrodiet ( als een wezen dat het mannelijke en vrouwelijke beide in zich heeft) te beschouwen. Ze lijkt in dit opzicht op de eerste mens, die oorspronkelijk ook man en vrouw in zich verenigde en ze lijkt ook op de volkomen geesten uit de hemel, die ook mannelijk en vrouwelijk volkomen één zijn.
Hoofdstuk 13: De aarde als man en vrouw - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[5] Nu weten we ook dit. Over het rijk van de fossielen hebben we onlangs al gesproken, dus rest ons voor de natuurlijke beschouwing van de aarde alleen nog de lucht, die de aarde aan alle kanten tot een hoogte van 10 Duitse mijlen (* 1 Duitse mijl is 7,420 km) in drie verschillende sferen omgeeft. En daarom willen we hierna dit buitenste deel van de aarde nog doorlopen en zullen we eindelijk, als we de ether hebben bereikt, op zijn lichttrillingen naar de wereld van de geesten overgaan.
Hoofdstuk 19: De voelende huid van de aarde - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[5] In alle materie huizen geesten. Worden die op een of andere manier geprikkeld, dan ontvlammen ze, d.w.z. dat ze in steeds grotere actie komen, waarbij hun werkzaamheid en uiting van kracht steeds groter wordt. In zo'n potentiëring van ijver en kracht ontstaan dan ook zeer levendige bewegingen, die elkaar als zeer snelle slingeringen opvolgen. Door deze beweging wordt de vaste materie vernield, want de grote actie scheurt alles in de kleinste atomen uiteen. De geesten komen eindelijk na de volledige overwinning van de materie vrij, verschijnen als opstijgende rookzuilen en vinden zo hun vrijheid, terwijl de rest van de materie als as achterblijft.
Hoofdstuk 25: Het wezen van het vuur - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[6] Daarom is het ontsteken een opwekking van het geestelijke in de materie; en het voortduren en steeds machtiger worden van deze opwinding is het eigenlijke verbranden. Het licht geven van het vuur komt door de uitermate sterke en vlugge beweging van het geestelijke, en de voortplanting van het licht van het vuur is eveneens een prikkel van gelijke geesten in alle materie en in de hele dampkring. Dit is dus het proces van ontsteken en verbranden.
Hoofdstuk 25: Het wezen van het vuur - Jakob Lorber - Aarde en Maan
...  101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110 - 111 - 112 - 113 - 114 - 115 - 116 - 117 - 118 - 119 - 120 - 121 - 122 - 123 - 124 - 125 - 126  ...