Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1127 van 1490

...  1115 - 1116 - 1117 - 1118 - 1119 - 1120 - 1121 - 1122 - 1123 - 1124 - 1125 - 1126 - 1127 - 1128 - 1129 - 1130 - 1131 - 1132 - 1133 - 1134 - 1135 - 1136 - 1137 - 1138 - 1139 - 1140  ...
[3] Na deze woorden zet Robert zijn beide handen als een spreekbuis aan zijn mond, haalt diep adem en roept uit alle macht:
Hoofdstuk 13: De roep van Robert. De komst van Jezus. De afgescheiden ziel vindt weer vaste grond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] 'Jezus, grote meesterleraar van alle volkeren der aarde! Als jij het bent en je mijn stem hoort, kom dan naar me toe met je jonge aarde! Waarlijk, je zult aan mij je grootste vereerder hebben! Ik waardeer je om je eenvoudige en toch buitengewoon grote wijsheid, waarin je al je voorgangers en volgelingen hemelhoog overtreft! Verder waardeer ik je omdat ons beider aardse lot bijna hetzelfde was. En tenslotte waardeer ik je bijzonder, omdat je de eerste was en nog bent, die me in deze onverdraaglijke duisternis het eerste licht heeft gebracht, waar ik je eeuwig dankbaar voor zal blijven.
Hoofdstuk 13: De roep van Robert. De komst van Jezus. De afgescheiden ziel vindt weer vaste grond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] Jij, meester der liefde, die de liefde tot enig en alles omvattend gebod hebt gemaakt! Als jij je grote liefde behouden hebt net als ik, kom me dan tegemoet met je liefde, die je zelf onderwezen hebt! En met deze liefde zal ook ik jou voor eeuwig tegemoet komen!'
Hoofdstuk 13: De roep van Robert. De komst van Jezus. De afgescheiden ziel vindt weer vaste grond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] Na deze krachtige roep schuift de kleine, vaag lichtende, heuvelachtige wereld snel onder de voeten van onze man. En wel zo, dat hij voor de eerste keer na zijn gewelddadige overgang precies aan Jezus' rechter zijde op de hoogste berg weer vaste grond onder zijn voeten voelt.
Hoofdstuk 13: De roep van Robert. De komst van Jezus. De afgescheiden ziel vindt weer vaste grond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Maar hoe hard moet tevens de godheid zijn, jouw zo vaak boven alles geprezen en aanbeden Vader als Hij bestaat, dat Hij jou, de edelste, volmaaktste en beste van alle mensen, nu al bijna 2000 jaar in deze donkere leegte laat rondzweven in dezelfde behoeftige armoede, waarin je van kindsbeen af opgroeide tot de reinste en alleredelste mensenvriend!
Hoofdstuk 14: Hoe Robert de Heer aanspreekt. Jezus antwoord. Een belangrijke levensvraag - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Robert zegt verder: 'Dat eigenaardige landschap komt steeds dichterbij! Die ene berg, waarop de grootmeester van de schitterendste moraal staat, is nog tamelijk hoog. Hij zou wel enkele honderd voet hoog kunnen zijn en is aan de ene kant echt rotsachtig en ontoegankelijk Maar de andere omliggende heuveltjes zou men best voor wat grotere hopen zand kunnen houden, waarvan de grootste nauwelijks dertig voet hoog zijn. Ook de belichting van dit heuvelachtige landschap is eigenaardig. De heuvels zien er uit alsof ze met fosfor overgoten zijn. Maar de voet van de heuvels en de daartussen liggende dalen en vlakten zijn helemaal niet te zien. Je ziet slechts een eigenaardige donkergrijs groenachtige nevel en je kunt helemaal niet onderscheiden hoever deze zich over dit heuvellandschap uitstrekt.
Hoofdstuk 13: De roep van Robert. De komst van Jezus. De afgescheiden ziel vindt weer vaste grond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Robert zegt: 'Edelste vriend! Dat ik op het moment dat deze liefdeloze tiran mij behandelde als een gemene misdadiger ziedend werd van woede en wraaklust, dat, geloof me, moet iedere redelijk denkende geest terecht vinden. Maar nu heb ik hem allang vergeven. Ik verlang dus werkelijk niets anders voor deze blinde, dan dat hij ziende mag worden en mag inzien of hij juist of onjuist met mij heeft gehandeld.
Hoofdstuk 15: Goed antwoord van Robert. Vrome wensen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] Ik Jezus) zeg, terwijl Ik Robert de hand reik: 'Wees van harte welkom, beste en dierbare lotgenoot in het lijden! Ik zeg je, wees blij dat je Mij gevonden hebt en maak je verder nergens zorgen over. Het is voldoende dat je Mij liefhebt en naar je verworven inzicht Mij voor de edelste en wijste mens houdt. Laat al het andere van nu af maar helemaal aan Mij over. Ik geef je de heilige verzekering dat, wat ons ook mag overkomen, alles tenslotte heel goed zal aflopen. Want Ik heb hier in deze eenzaamheid alles doordacht, en kan je met grote zekerheid zeggen dat Ik in het gebruik van de jou zo zwak voorkomende wilskracht het zo ver heb gebracht dat Ik, als Ik wil, alles ten uitvoer kan brengen wat Ik me maar kan denken en voorstellen. Dat Ik jou hier zo verlaten en eenzaam toeschijn, ligt alleen aan jouw gebrekkig inzicht in deze wereld. Wordt dit meer en meer gesterkt door jouw liefde tot Mij, dan zul je ook spoedig inzien hoe ver Mijn wilskracht kan reiken.
Hoofdstuk 14: Hoe Robert de Heer aanspreekt. Jezus antwoord. Een belangrijke levensvraag - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[11] Deze vraag luidt als volgt: Kijk, beste vriend en broeder, je hebt op aarde een redelijke instelling gehad, namelijk je broeders te bevrijden van de bovenmatige druk van hun strenge en harteloze regeerders. Hoewel je daartoe nu juist niet de geschiktste middelen gekozen hebt, kijk Ik alleen naar het doel en minder naar het middel. Als dit maar niet als wreed kan worden betiteld, dan is het voor Mij reeds goed en billijk. Maar zo ver Mij bekend is, ben je halverwege het verwezenlijken van je goede doel door je vijanden opgepakt en spoedig daarop terechtgesteld. Dat dit treurige gebeuren je tot in je diepste wezen razend moet hebben gemaakt en je hart vervuld heeft met een redelijk verlangen naar wraak, vind Ik zo natuurlijk dat daar niets tegen in te brengen is! Als je nu echter die Oostenrijkse veldheer die jou ter dood veroordeelde in je nu reeds krachtig geworden handen zou krijgen, en behalve hem ook al zijn handlangers, zeg me dan eens heel eerlijk wat je met hen zou doen?'
Hoofdstuk 14: Hoe Robert de Heer aanspreekt. Jezus antwoord. Een belangrijke levensvraag - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Robert zegt: 'Vriend, toen ik me nog op aarde bevond, wilde ik mijn leven alleen voor de mogelijke vooruitgang van de arme, op velerlei wijze onderdrukte mensheid opofferen. Daarbij ging ik echter door veel ervaringen van mijzelf en van anderen zien, hoe de aristocratische, rijke onmensen zich vetmesten ten koste van het zweet en het bloed van de armen! Zoals de meeste tronen en paleizen uit het bloed van de arme mensheid zijn opgebouwd! En toen ik in Oostenrijk maar al te duidelijk waarnam, dat men van de kant van de hogere adel weer alles in het werk ging stellen om het oude, ijzeren absolutisme weer in te voeren en de arme mensen driedubbele slavenkettingen aan te leggen, was dat opeens te veel voor een mensenvriend, zoals ik met inzet van al mijn krachten meen te zijn! Werkelijk, als ik honderdduizend levens had, dan zou ik ze allemaal geven als ik de mensen daarmee zou kunnen helpen. Deze groten van de wereld zullen er geen grijze haren van krijgen ook al worden er honderdduizenden afgeslacht, als zij maar stijgen in aanzien en luister!
Hoofdstuk 16: De Heer belooft de vervulling van rechtmatige wensen, maar maakt kritisch voorbehoud. Roberts vurige rede tegen tirannen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Ik zeg: 'Luister, beste vriend en broeder, Ik kan je denk- en handelwijze volstrekt niet afkeuren. Waar tussen vorsten en de hun ondergeschikte volkeren verhoudingen bestaan zoals jij me deze zojuist hebt afgeschilderd, heb je natuurlijk volkomen gelijk om zo te spreken en te handelen. Maar als de zaken nu eens anders lagen dan jij ze naar jouw begrippen hebt opgevat, hoe zou je dan oordelen over de veelsoortige betrekkingen tussen heersers en hun ondergeschikte volkeren?
Hoofdstuk 17: De Heer brengt naar voren: 'Wees onderdanig aan de overheid'. Robert trekt dit gebod in twijfel. Hij wenst opheldering over de God-menselijke natuur van Jezus - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Andere, hogere overwegingen moeten de anders zo buitengewoon wijze Paulus aanleiding hebben gegeven zo'n verordening af te kondigen. Maar met gezond verstand bezien, lijkt deze zaak streng genomen onzin. Want aan de ene kant wordt gezegd: 'Jullie zijn allemaal broeders en Eén is jullie Heer!' Aan de andere kant echter staat het gebod om wereldse overheden, bij wie de broederschap de reinste aanfluiting is, in alles streng te gehoorzamen.
Hoofdstuk 17: De Heer brengt naar voren: 'Wees onderdanig aan de overheid'. Robert trekt dit gebod in twijfel. Hij wenst opheldering over de God-menselijke natuur van Jezus - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[12] Of wij juist of onjuist hebben gehandeld, hoop ik nu van jou volledig naar waarheid te vernemen. Eveneens of er iets waar is aan jouw goddelijkheid, die heel speciaal door een zekere Swedenborg in de 18de eeuw zelfs wiskundig bewezen zou zijn. Wat trouwens een pure filosoof moeilijk aanvaarden zal, omdat deze zaak naar het schijnt er dan toch wat al te komisch uitziet.
Hoofdstuk 17: De Heer brengt naar voren: 'Wees onderdanig aan de overheid'. Robert trekt dit gebod in twijfel. Hij wenst opheldering over de God-menselijke natuur van Jezus - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Ik zeg: 'Mijn geliefde broeder! Kijk, als men zoals jij deze zaak met puur wereldse ogen en even werelds verstand bekijkt en daarbij genoegen neemt met elke vertaling van de vier evangelisten en de brieven van Paulus, ook al is die nog zo vrij en mist die vaak iedere normale betekenis, en als men bovendien nog de wereldse filosofie van verschillende Duitse atheïsten met volle teugen in zich heeft opgenomen, dan kan het wel niet anders gaan dan zoals het nu met jou gesteld is.
Hoofdstuk 18: Rede van Jezus over de noodzaak van een aardse overheid. Geen menselijke samenleving zonder orde en gehoorzaamheid - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] Wij burgers van deze aarde kennen alleen jouw verheven wetten der liefde, die we verplicht zijn trouw na te leven, zelfs ten koste van ons eigen leven! Het overige gaat ons weinig aan. Het is wel mogelijk dat er op een zonnewereld andere wetten gelden, die misschien wijzer of ook dommer zijn dan die jij, beste mensenvriend, ons hebt gegeven? Maar voor iedere burger van deze aarde zou het zeker al te gek zijn als hij zijn leven zou willen richten naar wetten die ergens op verre zonnen bestaan. Wij aanvaarden maar één wet als goddelijk waar en geldig, waaronder, naar het oordeel van het onbevooroordeelde zuivere verstand, iedere menselijke samenleving zo goed mogelijk moet kunnen bestaan. Wat een of ander fatum daar echter tussen strooit, is niets anders dan slecht onkruid tussen de heerlijke tarwe die jij, edele mensenvriend, op de ondankbare aarde hebt uitgestrooid. En dit onkruid verdient niets anders dan dat het wordt verbrand in de vuuroven van een volkomen rechtvaardig gericht!
Hoofdstuk 16: De Heer belooft de vervulling van rechtmatige wensen, maar maakt kritisch voorbehoud. Roberts vurige rede tegen tirannen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  1115 - 1116 - 1117 - 1118 - 1119 - 1120 - 1121 - 1122 - 1123 - 1124 - 1125 - 1126 - 1127 - 1128 - 1129 - 1130 - 1131 - 1132 - 1133 - 1134 - 1135 - 1136 - 1137 - 1138 - 1139 - 1140  ...