Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 1129 van 1166

...  1117 - 1118 - 1119 - 1120 - 1121 - 1122 - 1123 - 1124 - 1125 - 1126 - 1127 - 1128 - 1129 - 1130 - 1131 - 1132 - 1133 - 1134 - 1135 - 1136 - 1137 - 1138 - 1139 - 1140 - 1141 - 1142  ...
[13] Maar nu roep ik jou en al je andere waardeloze vrienden uit pure edelmoedigheid toe: Kruip maar ergens weg in een hol, anders zullen jullie allemaal wat te proeven krijgen van de goede en zeer warme spijs die in mijn grote pan zo dadelijk helemaal gaar zal zijn.
Hoofdstuk 185: Vreugdewoorden en woorden van dank van de wijze - De overstroomde boomgaarden - Verdrijving van Satana door Petrus en Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[14] Dat is niet om mij op jullie nullen te wreken, want een machtige leeuw vangt geen vliegen. Wat ik hier doe, doe ik noodgedwongen tot behoud van mijn schepping! Vluchten jullie maar, opdat jullie nullen daarbij niet te gronde gaan en heb nooit meer de brutaliteit, mij nog eens te bedreigen! Stel mijn grote geduld niet tot het uiterste op de proef! Wee jullie, als het op is!'
Hoofdstuk 185: Vreugdewoorden en woorden van dank van de wijze - De overstroomde boomgaarden - Verdrijving van Satana door Petrus en Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[16] PETRUS echter vermaant hem en zegt: 'Broeder, ergeren mag je je beslist niet, want dan doe je juist, wat hij eigenlijk wil. Hem moet je heel anders aanpakken! Let op, ik zal hem dadelijk dwingen om te wijken, en dat in de grootste rust! Ik zal alleen maar heel zachtjes tegen hem zeggen: 'Satana, de Heer Jezus Christus zij ook met jou!' - En zie, de vloed trekt zich al terug en het vuurgezwel zakt in elkaar tot niets. Hij meldt zich niet meer en moet zich uitermate vertoornd tevreden stellen met wat mijn hemels gezag over hem heeft beschikt. '
Hoofdstuk 185: Vreugdewoorden en woorden van dank van de wijze - De overstroomde boomgaarden - Verdrijving van Satana door Petrus en Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[4] Het is immers maar al te waar, dat U, o Heer, alwetend bent en U in eeuwigheid niet iets hoeft te laten vertellen, om kennis te verkrijgen van een of andere zaak of handeling. Maar toch heb ik de natuurlijke neiging en domme drang, U - zoals op aarde aan een vriend - iets te willen vertellen, alsof U daar nog niets van af wist!
Hoofdstuk 186: De zuivere vreugde van de kinderen is ook de vreugde van de hemelse Vader - Een heilige liefdes - en Godsgeheim - Over de kinderlijke eenvoud - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[5] Maar ik heb daarbij toch ook de stellige verwachting, dat U, o Heer, zo'n aardse domheid genadig door de vingers zult zien. Want in het vervolg zal ik me wel beter beheersen en dergelijke dwaasheden met al mijn kracht vermijden!'
Hoofdstuk 186: De zuivere vreugde van de kinderen is ook de vreugde van de hemelse Vader - Een heilige liefdes - en Godsgeheim - Over de kinderlijke eenvoud - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] IK zeg: 'Nu, Mijn beste zoon Martinus, er is niet zo'n grote fout gemaakt als jij wel denkt, als men Mij wat beschrijft of vertelt. Want alle kinderen praten graag en met Mij wel heel erg graag.
Hoofdstuk 186: De zuivere vreugde van de kinderen is ook de vreugde van de hemelse Vader - Een heilige liefdes - en Godsgeheim - Over de kinderlijke eenvoud - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] Als Ik Mij niets zou laten vertellen door Mijn kinderen, omdat Ik alwetend ben, dan zou er tussen Mij en jullie in eeuwigheid wel nooit een woord worden gewisseld. Juist omdat Ik niet wil, dat Mijn kinderen in eeuwigheid ooit een vreugde zal worden bedorven, moeten ze me ook alles vertellen, wat ze hier en daar voor ervaringen opdoen.
Hoofdstuk 186: De zuivere vreugde van de kinderen is ook de vreugde van de hemelse Vader - Een heilige liefdes - en Godsgeheim - Over de kinderlijke eenvoud - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[8] Want Ik verzeker jullie bij de eeuwige trouwen liefde van Mijn Vaderhart: Mij geeft alleen dat vreugde, wat Mijn kinderen vreugde geeft. Niet Mijn Godheid, niet Mijn wijsheid en almacht, ook niet Mijn alwetendheid, maar alleen de grote liefde tot Mijn echte kinderen die Mij liefhebben, zoals jullie allemaal die nu om Mij heen verzameld zijn, maakt de hoogste gelukzaligheid van Mijn hele wezen uit.
Hoofdstuk 186: De zuivere vreugde van de kinderen is ook de vreugde van de hemelse Vader - Een heilige liefdes - en Godsgeheim - Over de kinderlijke eenvoud - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[9] Geloof Mij, Ik was oneindig zaliger aan het kruis, dan toen Ik door Mijn almachtig Woord hemel en aarde vorm begon te geven! Want als Schepper stond Ik als een onverbiddelijk rechter temidden van Mijn eeuwig ontoegankelijke Godheid. Aan het kruis echter hing Ik als de meest toegankelijke Vader vervuld van de hoogste liefde, reeds omgeven door zoveel kinderen - die in Mij de Vader weliswaar nog niet ten volle herkend hadden, omdat de gekruisigde Zoon, het lichaam van de Vader, hun in de weg stond, maar Mij toch met alle kracht als de Zoon van de allerhoogste Vader boven alles liefhadden.
Hoofdstuk 186: De zuivere vreugde van de kinderen is ook de vreugde van de hemelse Vader - Een heilige liefdes - en Godsgeheim - Over de kinderlijke eenvoud - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[13] Als dus een aardse moeder dat al zou doen, hoeveel temeer dan Ik, die voor Mijn kinderen alles ben in volheid als vader en als moeder; als Vader in Mijn hart en als een Moeder in het geduld, de zachtmoedigheid en oneindige goedheid.
Hoofdstuk 186: De zuivere vreugde van de kinderen is ook de vreugde van de hemelse Vader - Een heilige liefdes - en Godsgeheim - Over de kinderlijke eenvoud - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[14] Schroom dus niet, Mijn geliefde kinderen, en praat en vertel Mij, wat jullie horen en zien! Geef lucht aan de liefde van jullie hart, want de schitterendste voortbrengselen van Mijn schepping verheugen Mij pas dan, als ze jullie vreugde geven!
Hoofdstuk 186: De zuivere vreugde van de kinderen is ook de vreugde van de hemelse Vader - Een heilige liefdes - en Godsgeheim - Over de kinderlijke eenvoud - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[17] Laat daarom ook jij, Mijn lieve zoon Martinus, je in de toekomst niet van de wijs brengen wat de drang van je hart betreft en eveneens ook jullie allen niet. Jullie kinderlijke eenvoud staat bij Mij eindeloos hoger dan de hoogste wijsheid van de meest diepzinnige cherubijn. Daarom gaf Ik dat op aarde reeds te kennen, toen Ik tegen Mijn leerlingen zei: 'Onder allen die van het begin van de wereld tot nu toe uit vrouwen werden geboren, was er niemand groter dan Johannes de Doper. Maar in de toekomst zal de kleinste van Mijn Rijk van liefde groter zijn dan hij!'
Hoofdstuk 186: De zuivere vreugde van de kinderen is ook de vreugde van de hemelse Vader - Een heilige liefdes - en Godsgeheim - Over de kinderlijke eenvoud - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[18] Nu echter hebben onze gastheren de tafels vol gezet en de wijze nadert om ons voor de maaltijd uit te nodigen. Daarom willen wij ook naar behoren naar hem luisteren, hoe hij ons zal uitnodigen! Maar letten jullie hierop: Zoals hij het zal indelen, zullen wij ook aan de grote tafel plaats nemen. Zo zij het, Mijn lieve kinderen!'
Hoofdstuk 186: De zuivere vreugde van de kinderen is ook de vreugde van de hemelse Vader - Een heilige liefdes - en Godsgeheim - Over de kinderlijke eenvoud - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[4] O Heer, ik heb slechts een enkel verzoek, dat U hier Uw heilige wil in geen enkele zaak verborgen zou willen houden, doch deze aan ons openbaart om hem nauwgezet te kunnen opvolgen. Wij zullen hem als het heiligste kleinood in onze hanen opnemen en ons inspannen, hem naar onze beste krachten getrouw te vervullen!
Hoofdstuk 187: Liefdesmaal van de Heer bij de zonnemensen - Waar de juiste plaats van de Heer is - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] IK zeg: 'Je hebt nu weer goed en juist gesproken. Dat heeft jouw liefde tot Mij je ingegeven. Maar als je Mijn wil als het heiligste kleinood van je hart erkent, moet je ook de aan jou en aan de huisbezitter gegeven opdracht erkennen en ernaar handelen! Anders spreek je wel terecht over Mijn wil, maar als Ik je wat te doen geef, geloof je dat je Mij beledigt, als je zou doen wat Ik je opdraag! Doe daarom wat Ik wil. Dan pas zul je inzien, waarom Ik zoiets van je verlang!'
Hoofdstuk 187: Liefdesmaal van de Heer bij de zonnemensen - Waar de juiste plaats van de Heer is - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
...  1117 - 1118 - 1119 - 1120 - 1121 - 1122 - 1123 - 1124 - 1125 - 1126 - 1127 - 1128 - 1129 - 1130 - 1131 - 1132 - 1133 - 1134 - 1135 - 1136 - 1137 - 1138 - 1139 - 1140 - 1141 - 1142  ...