Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1130 van 1490

...  1118 - 1119 - 1120 - 1121 - 1122 - 1123 - 1124 - 1125 - 1126 - 1127 - 1128 - 1129 - 1130 - 1131 - 1132 - 1133 - 1134 - 1135 - 1136 - 1137 - 1138 - 1139 - 1140 - 1141 - 1142 - 1143  ...
[10] Je zegt: 'Mensen en volkeren kunnen er immers niets aan doen als ze zo slecht worden, want dat is te wijten aan een verkeerde opvoeding en slecht onderwijs; dat deze echter slecht zijn, is weer te wijten aan de slechte, zelfzuchtige en heerszuchtige regeerders; en tenslotte zou de Godheid zelf schuldig zijn aan de slechte regeerders'! 0, Ik wil dit helemaal niet ontkennen en zeggen: Er zijn geen slechte regeerders en er is nog nooit daardoor een volk bedorven!
Hoofdstuk 24: Troostrijk antwoord op Roberts sombere twijfel. De slechtheid van de vrije mens bestraft zichzelf. Leerzame ervaringen uit de geschiedenis - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Wat echter de invloed van de goddelijke wijsheid betreft is het zo, dat zij voor zulke ontaarde mensen juist die omstandigheden schept waardoor deze weer op de weg naar het juiste doel kunnen worden gebracht. Dat is ook wel een beïnvloeding en in zekere zin een dwang, maar deze raakt slechts de buitenkant van de mens, opdat de innerlijke des te eerder en gemakkelijker zal ontwaken en weer zijn ware bestemming zal volgen. De almacht zou echter in het andere geval de hele mens te gronde richten en doden!
Hoofdstuk 25: Zin en doel van de aardse levensschool. Tijdelijke of eeuwige gelukzaligheid? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Maar ondanks dat ik nu deze wijze beperkingen van de absolute vrijheid uiterst noodzakelijk en volgens de natuur van de menselijke orde voor het ware leven zeer redelijk vind, moet ik echter jammer genoeg nog steeds één ding openlijk bekennen: Ik kan de leer dat God de puurste liefde is, en dat men deze liefde boven alles, zijn naaste echter als zichzelf moet liefhebben, volstrekt niet verenigen met alles wat jij me tot nu toe hebt gezegd. En zeker niet, voordat je mij zult overtuigen van het bestaan van een werkelijke Godheid!
Hoofdstuk 26: Ik geef het leven terug aan Hem, van wie ik het kreeg. Bestaat er een God van liefde die Zijn schepselen zo hardvochtig behandelt? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Bij het beantwoorden van mijn vraag aan jou: Met welk recht een Windischgrätz mij liet doodschieten, kwam jij heel vlug met het excuus: Dat het nu niet het moment was er veel over te zeggen of het terecht of ten onrechte was gebeurd. Want ook jou was een dergelijk lot ten deel gevallen, alleen met dit verschil: Jou, voor God en voor het eeuwig en geestelijk welzijn van de mensen; mij echter omwille van de wereld en haar vergankelijke gelukzaligheid! En ik zou je nu meedelen, wat ik uit de voorbije tijd voor de eeuwigheid heb meegebracht? Vriend, ik ben van mening, dat het beantwoorden van deze vraag me niet zo veel hoofdbrekens zal kosten!
Hoofdstuk 26: Ik geef het leven terug aan Hem, van wie ik het kreeg. Bestaat er een God van liefde die Zijn schepselen zo hardvochtig behandelt? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] Als er toch een of andere liefdevolle Godheid zou bestaan, dan leert de duizenden jaren oude ervaring ons, dat deze Godheid de mensen, als zij hen naar de aarde stuurt, naar de zogenaamde vrijheidsschool, hun absoluut niets anders meegeeft dan slechts het naakte, onbegrepen en daarmee ook allerdomste leven. Dus absoluut niets brengt de mens mee op deze ellendige wereld! Van alle aardse schatten behoort hem niets toe, omdat hij ze aan het eind van zijn leven toch weer voor eeuwig moet achterlaten.
Hoofdstuk 26: Ik geef het leven terug aan Hem, van wie ik het kreeg. Bestaat er een God van liefde die Zijn schepselen zo hardvochtig behandelt? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Wat zou ik dan voor de eeuwigheid mee hier naartoe hebben moeten of kunnen nemen behalve, mijn verlangen en mijn wil niet meegerekend, enkel en alleen mijzelf! Alleen met dit kleine verschil, dat ik nu deze wereld als een denkend en dus als een iets meer geestelijk gevormd wezen binnenging, terwijl mijn eerste binnengaan, in de materiële wereld hoogst onbeholpen en ellendig was. Hoewel ik dat binnentreden toch zou verkiezen boven het tweede in deze, onwerkelijke wereld. Want in de materiële wereld voelde ik als zuigeling niets, behalve misschien een stille honger of een stille pijn. Maar deze beide martelingen waren voor mij bijna niet merkbaar want ik had toen immers geen bewustzijn. Zou mijn arme aardse moeder mij in die tijd niet de geringste verzorging gegeven hebben, dan zouden tengevolge van jouw goddelijke liefdevolle zorg zeker alle muizen en ratten mij wel hebben kunnen opvreten; de Godheid zou het zeker niet tegengehouden hebben!
Hoofdstuk 26: Ik geef het leven terug aan Hem, van wie ik het kreeg. Bestaat er een God van liefde die Zijn schepselen zo hardvochtig behandelt? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[12] Als ik echter toch een miserabel produkt mocht zijn van deze grote Godheid, die uit pure liefde mij zo rijkelijk bedeeld de scholingswereld inzond, kan ze dan nu meer van mij terugverlangen dan ze me op de wereldreis heeft meegegeven? Ik vind, waar niets is, daar houdt toch vanzelf ieder recht op. Of bestaat er hier in de geestenwereld wel de een of andere rechtsorde waardoor men ook voor het zuiverste niets iemands schuldenaar kan worden?
Hoofdstuk 26: Ik geef het leven terug aan Hem, van wie ik het kreeg. Bestaat er een God van liefde die Zijn schepselen zo hardvochtig behandelt? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] Als er een andere weg zou bestaan voor een zelfstandige vrije ontwikkeling van het leven, die nog minder pijnlijk zou zijn, dan zou de Godheid deze zeker in haar orde opgenomen hebben. Maar bij de verhoudingen van de levenszaken zoals die zijn en noodzakelijkerwijs moeten zijn, is nu eenmaal geen betere weg mogelijk. De weg is dus ook goed en doelmatig. En omdat de zaak zo ligt en niet anders, is ze zelf al het grootste bewijs van het zichtbare, grijpbare bestaan van God, zonder wie niets kan ontstaan, zijn en bestaan.
Hoofdstuk 27: Opheldering over de opvoeding van de mens tot zelfstandigheid. Ogenschijnlijk harde opvoedingsschool. Hoogste Goddelijke liefdewijsheid - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Kijk, in de oertijd werden de mensen in het algemeen lichamelijk veel ouder en stierven ook een zachte en pijnloze dood. Dat kwam doordat zij in hun geest niet zo gemakkelijk van God afte brengen waren als de mensen van deze tijd. En wel daarom niet, omdat de aarde voor hen veel te weinig bekoorlijks te bieden had en ze daardoor meer in zichzelf gekeerd bleven en zodoende ook sterk met God verbonden, en dus moeilijker van Hem te scheiden waren.
Hoofdstuk 28: Ook de dood van het lichaam een hulpmiddel van Gods liefde. Van het stervensleed in de oude en in de huidige tijd - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[11] De Godheid heeft deze ervaring echter niet nodig, daar zij in het bezit is van een grote, oneindige wijsheid. Zij is de enige ware goede Herder van al haar schaapjes en zij kan hen het beste beschermen tegen haar almacht, die ze enkel voor het vormen van de gerichte dingen van de materiële wereld gebruikt, echter nooit voor de vorming van de vrije geesten uit haarzelf. Deze kunnen alleen uit haar liefde en wijsheid ontstaan, daar anders voor hen eeuwig geen vrijheid, en dus ook geen leven kan worden bewerkstelligd! Want Gods almacht brengt alleen maar gericht op gericht voort!'
Hoofdstuk 28: Ook de dood van het lichaam een hulpmiddel van Gods liefde. Van het stervensleed in de oude en in de huidige tijd - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[14] Het ontbreekt ter vervolmaking van mijn geluk er alleen nog aan dat jij, beste vriend, tegen mij zou zeggen: 'Ga weg van mij, vervloekte, in het eeuwige vuur van Gods toorn en brand daar eeuwig onder de afschuwelijkste pijnen.' Dan zou daardoor werkelijk de kroon van de oergoddelijke liefde zijn gezet op het leven en zijn heerlijkheid! Vriend, als zo'n onbegrijpelijk hard en van alle liefde gespeend oordeel ook jou door je liefdevolste Vader werd gegeven, werkelijk, dan zou er van zijn eindeloze liefde niet veel goeds te verwachten zijn! Maar ik geloof dat zo'n wrede veroordeling nooit over je lippen gekomen is, maar dat deze er hoogst waarschijnlijk in later tijd door de liefdevolle ultramontanen aan is toegevoegd. Het waarom zou niet moeilijk te raden zijn! Spreek jij nu weer, want ik heb mijn antwoord beëindigd.'
Hoofdstuk 26: Ik geef het leven terug aan Hem, van wie ik het kreeg. Bestaat er een God van liefde die Zijn schepselen zo hardvochtig behandelt? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] Begrijp jij als belangrijk filosoof dan nog steeds niet: Als de Godheid een leven uit haarzelf vrij geeft, dan moet ze dat toch volkomen vrijgeven en niet gericht. Behalve wat absoluut noodzakelijk gericht moet zijn: het lichamelijke leven, opdat het stevigheid zal hebben voor het opnemen van de levensgeest uit God. Heeft deze geest eenmaal de juiste stevigheid bereikt, of wil God een nog zeer zwakke geest op een andere manier sterk maken voor het eeuwige leven zonder dat het voor deze nodig is de volledige levensproef in een lichaam door te maken, dan neemt God Zelf het gericht bij die vrije geest weg. Hij is dan helemaal vrij en hem overkomt dan niets anders dan wat hij absoluut vrij, vanuit zichzelf wil.
Hoofdstuk 27: Opheldering over de opvoeding van de mens tot zelfstandigheid. Ogenschijnlijk harde opvoedingsschool. Hoogste Goddelijke liefdewijsheid - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Als God de mensen echter naakt en in ieder opzicht volkomen hulpeloos in de wereld geboren laat worden, dan gebeurt dat om het mensenleven reeds vanaf dat moment vrij te laten, zodat het al van de geboorte af kan wennen aan het aan-zichzelf-overgelaten-zijn. Dit levens-scheidingsproces moet daarom ook beginnen bij de geboorte, daar het kind dan nog geen voorstellingsvermogen en geen begrip heeft en dus ook niet in staat is om bewust pijn te voelen. Want mocht de mens zo'n levens-scheiding in een toestand van volledig bewustzijn overkomen, dan zou hij de smart en de te grote droefheid helemaal niet kunnen verdragen. Een mens treurt immers ook als door de lichamelijke dood van een van zijn beste vrienden de levensband met hem in zekere zin verbroken wordt. Hoeveel groter zou het verdriet van de mens pas zijn als hij bij volledig bewustzijn van God, zijn eigen levensvader, zou moeten scheiden! Wat echter toch gebeuren moet, omdat zonder deze op zichzelf pijnlijke gebeurtenis, geen leven naast God vrijgesteld kan worden.
Hoofdstuk 27: Opheldering over de opvoeding van de mens tot zelfstandigheid. Ogenschijnlijk harde opvoedingsschool. Hoogste Goddelijke liefdewijsheid - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Maar ook deze pijn is nochtans geen hardheid, maar slechts de zuiverste liefde van God. Want zou de Godheid daarbij niet een beetje geweld gebruiken, wat trouwens nooit aangenaam kan zijn, dan zou de geest volkomen in het gericht overgaan en dus in de smartelijkste eeuwige dood, die de eigenlijke hel is. Maar om de geest daarvan zo mogelijk te redden, is de Godheid gedwongen een kleine machtsgreep aan te wenden. Zeg eens, verdient zij daarvoor weer gesmaad en zelfs verloochend te worden? Helaas zijn er nu maar al te veel geesten die over God niets meer willen horen zo gauw ze hun vrijheid hebben verkregen. Maar God laat het toch nooit na ze op de beste wegen naar het juiste en meest volmaakte doel te leiden.
Hoofdstuk 28: Ook de dood van het lichaam een hulpmiddel van Gods liefde. Van het stervensleed in de oude en in de huidige tijd - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Als zij de schepselen voor eeuwig vrij wil maken, moet haar grootste zorg dan niet zijn, dat deze schepselen niet hoe dan ook weer in de armen van haar almacht terechtkomen, waar het in ieder geval gedaan zou zijn met de vrijheid. Net als wanneer jij kinderen zou hebben en je hen, zo teer als ze zijn, met al je mannelijke kracht aan je borst zou drukken, wat hun natuurlijk het leven zou kosten. Wanneer jij ze echter zou hebben doodgedrukt en je zou nog andere kinderen hebben, zou je die dan niet waarschuwen voor je onbeheerste kracht, of zou je die kracht ook nog op de anderen willen beproeven? De ervaring zou je daar wel voor waarschuwen.
Hoofdstuk 28: Ook de dood van het lichaam een hulpmiddel van Gods liefde. Van het stervensleed in de oude en in de huidige tijd - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  1118 - 1119 - 1120 - 1121 - 1122 - 1123 - 1124 - 1125 - 1126 - 1127 - 1128 - 1129 - 1130 - 1131 - 1132 - 1133 - 1134 - 1135 - 1136 - 1137 - 1138 - 1139 - 1140 - 1141 - 1142 - 1143  ...