Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1137 van 1490

...  1125 - 1126 - 1127 - 1128 - 1129 - 1130 - 1131 - 1132 - 1133 - 1134 - 1135 - 1136 - 1137 - 1138 - 1139 - 1140 - 1141 - 1142 - 1143 - 1144 - 1145 - 1146 - 1147 - 1148 - 1149 - 1150  ...
[1] De vierentwintig mooie danseressen blijven voor de wellustige Weense vrienden echter veel te lang in huis. Daarom komen ze voor de deur van Roberts kamer en roepen: 'Zeg, hoe lang denken die meisjes met hun vlugge voetjes nog bij jullie te blijven? We zouden bijna geloven dat jij ze voor jezelf en voor je vriend daar wilt achterhouden! Niet slecht bekeken, als je het beste voor jezelf houdt, en wij als je vrienden genoegen mogen nemen met die magere en lelijke scharminkels hier buiten. Wij bedanken je feestelijk voor zo'n fijne vriendschap! Luister, we willen redelijk zijn; omdat jij Blum bent, kun je één dozijn voor jezelf houden, maar het andere dozijn van deze mooie Engelse of Franse dames moet je meteen aan ons afstaan, anders gaan we flink herrie schoppen! En als dit ook nog niet genoeg maakt dat je onze wensen vervult, dan slaan we hier alles kort en klein!'
Hoofdstuk 50: Het Weense gezelschap vraagt naar de danseressen. Roberts donderpreek. Zielenredding aan de afgrond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Na wat ik door dit raam van jullie gezien heb, ben ik van mening dat jullie je daar buiten in de tuin toch naar hartelust moeten hebben uitgeleefd. Werkelijk, ik ken geen dier op aarde dat zijn natuurlijke driften op zo'n schandelijke manier laat blijken, zoals jullie het hier als verstandige mensen in het Godsrijk daadwerkelijk aan de dag hebben gelegd! Is het nog niet genoeg dat jullie je reeds tot in het centrum van de diepste hel hebben bezondigd en gelijk duivels zijn geworden; nog niet genoeg dat jullie lust die arme vrouwelijke wezens, in plaats van ze te helpen, nog veel ellendiger heeft gemaakt dan ze al waren; nog niet genoeg dat jullie deze zuivere, geestelijke Godsaarde met het schandelijke kwijl van werkelijk helse ontucht en hoererij smadelijk hebben bezoedeld! Nee, dat alles is voor jullie onverzadigbare lust nog veel te weinig!
Hoofdstuk 50: Het Weense gezelschap vraagt naar de danseressen. Roberts donderpreek. Zielenredding aan de afgrond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Deze arme wezens die nu jarenlang honger, dorst en ander leed, volgens de wijze beslissing van de Allerhoogste, te verduren hadden, heeft God nu Zelf opgenomen! Die wezens, die daar in dat hoekje voor het eerst sinds dertig jaar van een stukje voedzaam brood genieten en daarvoor God, die ze helaas nog nauwelijks kennen, met tranen danken, die willen jullie ook nog mee de hel inslepen! Wat een grenzeloze laaghartigheid!
Hoofdstuk 50: Het Weense gezelschap vraagt naar de danseressen. Roberts donderpreek. Zielenredding aan de afgrond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] Die arme wezens daar buiten, die jullie daarnet op gewetenloze manier onteerd hebben, die nu vol pijn, weeklagend er halfdood bijliggen, weten jullie wel wie dat zijn? Welnu, dat zijn op aarde jullie eigen dochters geweest! Ze kwamen deels door natuurlijke ziekten en deels bij de beschieting van Wenen om het aardse leven. Verstoken van iedere geestelijke ontwikkeling kwamen ze hier in deze wereld aan en wisten zich geen raad. Door een welwillende beschikking van God vernamen zij toen, dat jullie als hun aardse vaders je in deze streek moesten bevinden. Vol vreugde en in de hoop hun treurig lot te verbeteren, snelden ze hier naar toe. Toen ze hier aankwamen en jullie zagen en herkenden en jullie met de kinderlijke uitroep 'vader' aan hun hart wilden drukken, sprongen jullie als woedende hyena's op hen af en begonnen als vaders met hun eigen dochters de meest schandelijke ontucht en hoererij te bedrijven. Tevergeefs riepen de stakkers: 'In Gods naam, we zijn toch jullie dochters! Wat doen jullie met ons?! Jezus, Jezus! Wat doen jullie toch!' Maar dat hoorden jullie helemaal niet! Want jullie vervloekte, duivelse bronst heeft jullie blinder gemaakt dan een auerhaan in de baltstijd. Jullie hebben die stakkers in je blinde begeerte gewoonweg verscheurd! O jullie laaghartige, gemene boosdoeners! Daar, kijk naar buiten, naar jullie fraaie werk; wat voor naam moet daaraan gegeven worden? Waarlijk, ik kan er geen woorden voor vinden!
Hoofdstuk 50: Het Weense gezelschap vraagt naar de danseressen. Roberts donderpreek. Zielenredding aan de afgrond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Toen ik echter met mijn vriend mijn huis binnentrad en Hem daarop mijn blijdschap te kennen gaf, sprak Zijn wijze mond: 'Vertrouw hen niet te veel; het zijn louter grofzinnelijke genotsmensen! Ik zeg je, verscheidene van hen zullen naar de hel moeten afdalen en hun genezing zal een zware opgave worden!' O, wat een grote waarheid! Ik zeg jullie, jullie hoeven nu niet meer naar de hel te gaan; jullie zitten er al midden in! Want deze kwaadaardige, onverzadigbare genotzucht van jullie verdorven harten, kan God alleen nog maar verbeteren door het gericht van de hel!
Hoofdstuk 50: Het Weense gezelschap vraagt naar de danseressen. Roberts donderpreek. Zielenredding aan de afgrond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] Nu heb ik jullie gezegd, wat God mij in het hart heeft gelegd. Jullie weten nu wat je gedaan hebt en wat je nog wilt doen, en wat daarvan het onvermijdelijke gevolg zal zijn. Doe nu wat je wilt! Nog zijn jullie vrij! Echter maar al te snel zal het gericht van God jullie grijpen en jullie je loon geven! Maar niet alleen jullie, ook allen die in deze tijd nog op aarde leven en zich de vermaningen van God, waar deze tijd zo vol van is, niet willen laten welgevallen!
Hoofdstuk 50: Het Weense gezelschap vraagt naar de danseressen. Roberts donderpreek. Zielenredding aan de afgrond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[11] Na deze indringende woorden van Robert staan de bijzonder getroffen toehoorders totaal versteld en de een na de ander trekt zich terug. Niet één heeft de moed om Robert ook maar iets terug te zeggen. Ze mompelen alleen maar onder elkaar, dat ze de verandering van Robert niet begrijpen en dat zijn ernst hun voorkomt als een donderslag en zijn toespraak als een verwoestende stormvloed!
Hoofdstuk 50: Het Weense gezelschap vraagt naar de danseressen. Roberts donderpreek. Zielenredding aan de afgrond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[13] Daarop wendt Robert zich in zijn hart tot Mij en zegt: 'O, heilige, waarachtig en liefste Vader, vergeef me als ik deze Weense vrienden misschien toch wat al te hard en te scherp heb aangepakt. U ziet immers in mijn binnenste, dat ik hun allen alleen maar het beste toewens en door die scherpe toespraak niets anders wilde bereiken dan hun zo mogelijk het allertreurigste gericht van de hel te besparen. Want ik ben van mening, dat een nog zo scherpe berisping toch altijd nog onnoemlijk milder is dan het kleinste vonkje van het helse gericht! En dus ging ik met al mijn innerlijke kracht tegen deze broeders, die iedere vorm van beschaving missen, tekeer, en ik heb schijnbaar bij enkelen een duidelijk zichtbaar effect teweeggebracht.
Hoofdstuk 50: Het Weense gezelschap vraagt naar de danseressen. Roberts donderpreek. Zielenredding aan de afgrond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[15] Ik zeg: 'Mijn beste vriend en broeder en nu ook zoon! Ik zeg je: Niet één woord meer of minder heb je gesproken dan Ik Zelf in je hart gelegd heb. Want wat je gezegd hebt, heb ik in jouw hart gedacht en gewild. Daarom moet je je volstrekt geen verwijten maken, alsof jij uit jezelf zo hard geweest zou zijn tegen deze van geestelijke ontwikkeling verstoken gebleven mensen. Wees daarom nu maar heel gerust!
Hoofdstuk 50: Het Weense gezelschap vraagt naar de danseressen. Roberts donderpreek. Zielenredding aan de afgrond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Ik zeg verder: 'Er was al eerder sprake van je drie vrienden, Messenhauser, Jellinek en Becher. Je vrienden gaven hen geen al te fraai getuigenis. Hoe plomp en grof dit getuigenis op zichzelf ook was, toch zat er iets waars in. Want alle drie werden ze heimelijk door een heel andere geest gedreven dan jij. Jij had volgens je verstand en inzicht een naar aardse begrippen goed doel voor ogen, dat je probeerde te bereiken. Maar je vrienden streefden niet naar zo'n achtenswaardig doel op aarde. Terwijl jij als een echte mensenvriend bezig was, werkten deze drie met geringe verschillen alleen maar voor het bereiken van een zeer kwalijke alleenheerschappij van het volk. Of, als dit zou mislukken, dan toch tenminste van een goed gevulde beurs, waarmee ze dan bij een gunstige gelegenheid met de noorderzon hadden kunnen vertrekken.
Hoofdstuk 51: Drie strijdmakkers van Robert bij de Heer. Ook zij moeten beter gemaakt worden. De dankbare danseressen als werktuigen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Met hun val verlieten deze drie helden ook het toneel- en de beproevingsplaats van de zichtbare wereld. Nu zijn ze evenals als jij in deze eeuwigdurende, nieuwe wereld beland, natuurlijk onder het uiten van talrijke verwensingen aan die machthebbers, die hen per expresse hierheen hebben gestuurd. Ze zijn dus zonder enige twijfel hier in de geestenwereld en zeker niet al te ver hier vandaan.
Hoofdstuk 51: Drie strijdmakkers van Robert bij de Heer. Ook zij moeten beter gemaakt worden. De dankbare danseressen als werktuigen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Deze Fortuna was de twee anderen evenwel niet zo gunstig gezind, hoewel ze al het mogelijke deden om in de gunst van deze godin te komen. Ze vochten met de wapens van de ganzenveer en bewerkten daarmee een tijdlang dapper en zonder pardon de hoofden van de zogenaamde reactionaire burgers. Maar niemand stierf er aan de verwondingen, die ze hun vijanden met de scherpe pennen toebrachten. En ook Fortuna was eigenzinnig en wilde hun geen vriendelijk gezicht laten zien. Dat ergerde hun zo verschrikkelijk dat zij daarop de eerste wapensoort al gauw loslieten en bij Mars een andere leenden. Maar toen ging het spoedig nog slechter met die twee. Fortuna werd kwaad en wierp tenslotte zoveel kogels onder hun voeten, dat het onmogelijk voor hen werd zich verder nog staande te houden. En hun ode aan Fortuna was daarmee ook volledig ten einde.
Hoofdstuk 51: Drie strijdmakkers van Robert bij de Heer. Ook zij moeten beter gemaakt worden. De dankbare danseressen als werktuigen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Voordien willen we echter nog een paar woorden wisselen met onze danseressen, en hen enigszins voorbereiden op onze te nemen maatregelen. Want je kunt je nog helemaal niet voorstellen hoe goed we deze danseressen in het vervolg kunnen gebruiken.'
Hoofdstuk 51: Drie strijdmakkers van Robert bij de Heer. Ook zij moeten beter gemaakt worden. De dankbare danseressen als werktuigen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] Deze zuivere geest uit Mij kan daarom ook in Mijn diepten doordringen en daar Mijn gedachten en Mijn wil aanschouwen en doorgronden. Dat is bij jou nu al sterk het geval; vandaar dat je nu al zo precies in je hart waarneemt wat Ik denk en wil, alsof je hier reeds duizend jaar in deze heilige bezigheden was ingewijd! Ga zo maar door, dan zul je binnen korte tijd een bekwaam werktuig voor Mij worden.
Hoofdstuk 52: Het goede werk van Roberts geest. De minzaamheid van de Heer ontroert zijn hart. Zijn medelijden komt de danseressen ten goede - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] Ik zeg: 'Heel goed, Mijn allerbeste Robert, zoals jij het wenst, zal het ook gebeuren! Kijk, daar tegen de muur staat een kast. Open hem, en toon de inhoud aan de danseressen die volgens jou voor een verfraaiing in aanmerking komen. In deze kast zullen ze een hoeveelheid kleren vinden, die hun goed zullen staan, die moeten ze aantrekken!'
Hoofdstuk 52: Het goede werk van Roberts geest. De minzaamheid van de Heer ontroert zijn hart. Zijn medelijden komt de danseressen ten goede - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  1125 - 1126 - 1127 - 1128 - 1129 - 1130 - 1131 - 1132 - 1133 - 1134 - 1135 - 1136 - 1137 - 1138 - 1139 - 1140 - 1141 - 1142 - 1143 - 1144 - 1145 - 1146 - 1147 - 1148 - 1149 - 1150  ...