Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 115 van 1110

...  103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110 - 111 - 112 - 113 - 114 - 115 - 116 - 117 - 118 - 119 - 120 - 121 - 122 - 123 - 124 - 125 - 126 - 127 - 128  ...
[13] De HOOFDMAN zegt daarop: "Dat heet bij ons Romeinen: Ars longa, vita brevis! ('De kunst duurt lang, het leven kort!'), ofwel, men wil om bepaalde redenen de zaak op de zogenaamde lange baan schuiven, om niets te hoeven doen. Dat zeg ik jullie openlijk waar het volk bij is, want voor een Meester, zoals Jezus van Nazareth er een is, zou jullie beste getuigenis nog veel te armzalig en slecht zijn! Als jullie het zouden wagen in de tempel ook maar het een of andere onjuiste bericht over Jezus aan jullie huichelachtige collega's over te brengen, dan zal ik op datzelfde ogenblik een bericht naar de keizer in Rome laten gaan en hem daarin haarfijn, voorzien van honderd getuigenissen, uit de doeken doen hoe jullie en jullie collega's op jullie bevel de beruchte belastingroof hebben uitgevoerd! Geen jaar later zal jullie hellenest zo verwoest zijn, dat men dan vrijwel niet meer kan zien waar het eens gestaan heeft! Denk daar wel aan! Want wat een Romein zegt, dat houdt hij, ook al zouden daardoor hemel en aarde te gronde gaan 'Fiat iustitia, pereat mundus!' (Het recht geschiede al zou de wereld te gronde gaan!) -Hebben jullie mij begrepen?"
Hoofdstuk 123: De geestelijk doden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] De HOOFDMAN zegt: "Ja, dat doet Hij wel, en er zal Hem niets kwalijks overkomen! Onthoud dat, ellendige geldwolven! Hier heb ik het voor het zeggen, maar één verdachte beweging van jullie en ik laat je in stukken hakken en in zee werpen als voer voor de draken, zo waar ik Julius heet! Moet je die booswichten zien! De geschiedenis wijst uit dat de tempelpriesters al meer dan driehonderd jaar geen mens iets goeds hebben gedaan. En als er zo nu en dan een hoogstaande ziel onder hen was, dan deden ze daarmee wat zij naar mijn weten voor nauwelijks dertig jaar met de vrome rechtschapen Zacharias deden. Als er onder hun geloofsgenoten iemand vol waarheid, eerlijkheid en kracht van God opstaat en de arme mensen met alle soorten weldaden overlaadt, dan zijn deze booswichten er ook meteen bij om hem te vernietigen! Oh, aan jullie miserabele praktijken moet snel een eind gemaakt worden!
Hoofdstuk 124: Julius trekt fel van leer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] En als dank dat jullie overal als wolven voor niets vreet, willen jullie ook nog onze grootste weldoener vernietigen! Een mens, aan wie jullie het alleen te danken hebt dat Cyrenius niet meteen de hele legermacht in Azië liet oprukken en jullie afschuwelijke rovers en hoerennest tot op de grond liet verwoesten! Nee, het is te erg als men over jullie schanddaden nadenkt! Om te voorkomen dat jullie bedriegerijen, die je als goddelijke zaken aan het volk verkoopt, verraden zouden worden, proberen jullie met alle listen van satan zelfs je grootste vrienden en weldoeners uit de weg te ruimen als jullie bij hen het een of andere goddelijke licht vermoeden! Zeg zelf eens of je niet veel slechter bent dan satan zelf!?"
Hoofdstuk 124: Julius trekt fel van leer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Van de laatste woorden: 'Jullie blijven!' schrokken de Farizeeën dan ook zodanig dat ze allen doodsbleek werden, begonnen te beven en geen woord meer konden uitbrengen.
Hoofdstuk 125: De drie documenten.(28.1.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] Toen de hoofdman zag, dat zijn toespraak een ontzettende indruk op hen had gemaakt, zei hij verder: "Vóór ik jullie laat vertrekken, zullen wij nog veel met elkaar te bespreken hebben en eerst zullen jullie nog in het bijzijn van het volk een paar contracten en een getuigenis met jullie handschrift moeten ondertekenen. Maar zowel de contracten als het getuigenis zijn zaken van leven en dood! Goed begrepen! Want als ik door mijn scherp oplettende spionnen te weten zou komen dat jullie ook maar één punt van de contracten niet zouden houden, dan zijn jullie dezelfde dag nog dood, ook al zouden jullie je achter duizend tempels verbergen!"
Hoofdstuk 125: De drie documenten.(28.1.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] DE HOOFDMAN zegt: "Ja, het is de zuivere waarheid! Willen jullie dat echter niet, dan staan daar reeds de gerechtsdienaars voorzien van roeden, gesels en scherpe bijlen!" - Toen keken de Farizeeën om en ontdekten de schrikaanjagende mannen. Daarop vroegen ze ook meteen zonder tegenspraak om schrijfgerei. De hoofdman wees ze er nog op, met hun ware naam te ondertekenen, omdat een valse naam ieder de dood zou brengen. Vervolgens ondertekenden zij met hun ware namen en degenen uit het volk die schrijven konden moesten als getuigen ondertekenen.
Hoofdstuk 125: De drie documenten.(28.1.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[13] Toen aldus de drie documenten in orde waren zei de HOOFDMAN: "Nu heb ik wat ik al lang zo graag van jullie wilde hebben, en jullie weten wat ik heb. Waar je op te letten hebt weten jullie ook en dus zijn we klaar. Nu mogen jullie wel gaan waarheen je wilt! Tot aan de grens krijgen jullie een vrijgeleide!"
Hoofdstuk 125: De drie documenten.(28.1.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] EBAHL zegt: "Mijn lieve kind, dat is een grote genade voor ons, die wij allen tesamen niet waard zijn, want Hij is een Heer van hemel en aarde! Wat Hij doet en doen wil, ligt in Zijn eeuwig ondoorgrondelijk raadsbesluit verborgen, volgens hetwelk iedere haar op ons hoofd net zo geteld is als het zand van de zee, en wij mensen kunnen daar niets aan veranderen. Maar ik ben ook van mening dat het bij Hem, voor wie duizend jaren zijn als een dag, nu juist niet op een dag zal aankomen om korter of langer bij ons te blijven. Houd jij Hem daarom maar vast en laat Hem niet gaan, want Hij heeft jou van ons allen het liefst!"
Hoofdstuk 126: De Heer waarschuwt voor de wraak der Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] IK zeg: "Ja, daar heb jij weer gelijk in, want met de liefde kan men bij Mij alles gedaan krijgen! De liefde tot jullie mensen trok Mij toch naar deze aarde! Wie zo'n liefde heeft als jij, kan daarom met Mij echt doen wat hij wil! Want die liefde is Mijn geest in de harten der mensen. En wat die liefde verlangt en wil, komt uit het diepst van de goddelijke orde, en je kunt Mij daarom met je hart behoorlijk vasthouden en Ik zal Mij nooit en nimmer scheiden van jouw hart!
Hoofdstuk 127: De Heer spreekt over de geest der liefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] IK zeg: "Ja, zij zullen zwijgen, maar hun toorn zal des te groter zijn, want dat wat zij hier in zo overvloedige mate hebben ontmoet, zal geen van hen ooit vergeten. Pas allen echter goed op, want hun geheime boosheid is groot en heeft geen grenzen! In hun hart wonen duivels en daarvoor is geen middel te slecht om zich te wreken op degene die hen beledigd heeft! Pas daarom op! Zij zullen nu broeden en broeden! Het getuigenis dat zij moesten ondertekenen is echter het beste middel om hen te binden! Daarom zullen zij wel stil zijn, maar zij zullen jullie meer kwaadwillende boodschappers op de hals sturen dan jullie hen, en zij zullen valse getuigen tegen jullie aanstellen. Pas daarvoor dus op, daarom zeg ik het jullie vooraf!"
Hoofdstuk 126: De Heer waarschuwt voor de wraak der Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] Maar Mijn zichtbare persoon is niet belangrijk, alles gebeurt door Mijn geest! Wat Ik doe, dat doet Mijn persoon niet, maar alleen Mijn geest, maar voor jou zal Ik toch een paar dagen hier blijven, -want morgen is het sabbat en overmorgen een na sabbat! Die beide dagen zal Ik hier nog blijven, dan zal Ik verder trekken, en wel naar Sidon en Tyrus, - Ik zal daarna weer terugkomen en misschien de halve winter bij jullie doorbrengen. "
Hoofdstuk 127: De Heer spreekt over de geest der liefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] JARAH zegt: "Dat de mens geen God is, weet ik al sinds mijn prille jeugd, maar de mens kan door zijn ware liefde tot God een meester van zijn vlees en bloed worden dank zij de zekere hulp van God. Wie God helpt, die helpt hij helemaal en niet voor de helft, wat jullie vanmorgen vroeg zelf aan jullie zieke vlees en bloed hebben ondervonden! Want dat was geen mensenhulp, maar dat was Gods hulp!" -Na deze woorden van Jarah verstommen de ouden en niemand durft meer een woord tegen haar te zeggen.
Hoofdstuk 127: De Heer spreekt over de geest der liefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] IK zeg: "Zijn jullie dan ook nog zo onnozel? (Matth. 15: 16) Hoe lang zal Ik jullie dan nog zo moeten verdragen? Merken jullie niet dat alles, wat de mond in gaat, in de buik komt en van daar langs de natuurlijke weg wordt uitgeworpen? (Matth. 15:17) Maar wat de mond uit gaat, komt uit het hart en verontreinigt de mens! (Matth. 15:18) Want uit het hart komen slechte gedachten: moord, echtbreuk, hoererij, diefstal, leugens en laster. (Matth. 15:19)
Hoofdstuk 128: Gesprek tussen Essenen en Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] Dat zijn dingen die de mens verontreinigen, maar met ongewassen handen brood eten, verontreinigt de mens niet! (Matth. 15:20) - Begrijpen jullie het nu?"
Hoofdstuk 128: Gesprek tussen Essenen en Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[18] De ESSENEN zeggen: "Dat denken wij ook! Want met zo'n puur goddelijke wijsheid en zo'n overvloed aan verborgen goddelijke kracht, zal men ten aanzien van de slechte wereld toch wel weten wat te doen! Als wij slechts het honderdduizendste deel van Zijn macht en wijsheid hadden, dan zouden wij binnen drie jaar heer van de gehele wereld zijn! Daarom zitten wij over Hem niet in angst! Tenzij Hij Zichzelf vrijwillig aan de slechte wereld over zou geven en zou zeggen: "Hier ben Ik, leef jullie boosheid uit op Mij, jullie Schepper Zelf, opdat des te sneller het oordeel van boven over jullie kome!' -En dan zou Hij nóg niets verliezen! Hij zou wel toe kunnen laten dat de slechte mensen, om de maat vol te maken, Zijn lichaam letsel toe zouden brengen, ja het zelfs zouden doden, maar wie zal Zijn eeuwige onverwoestbare en almachtige geest iets kunnen doen? Zoals gezegd, wij twijfelen er helemaal niet aan dat Hij ook zoiets zou kunnen doen, maar dat zal Zijn vijanden weinig baten, want voor men er op bedacht is, zal Hij als een onverwoestbare rechter opstaan en hen met vuur en zwaard uit de hemelen richten! Wee dan al Zijn vijanden en alle duivels! Die zullen dan pas heel pijnlijk ondervinden, wie Degene was die zij overal vervolgd hebben! -Wat denken jullie allen over deze gedachte van ons?"
Hoofdstuk 128: Gesprek tussen Essenen en Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
...  103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110 - 111 - 112 - 113 - 114 - 115 - 116 - 117 - 118 - 119 - 120 - 121 - 122 - 123 - 124 - 125 - 126 - 127 - 128  ...