Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 1142 van 1166

...  1130 - 1131 - 1132 - 1133 - 1134 - 1135 - 1136 - 1137 - 1138 - 1139 - 1140 - 1141 - 1142 - 1143 - 1144 - 1145 - 1146 - 1147 - 1148 - 1149 - 1150 - 1151 - 1152 - 1153 - 1154 - 1155  ...
[12] Opdat dit echter zo min mogelijk zal voorkomen en alleen op weinig plaatsen, hebben deze geesten weer een hogere en meer volkomen geest boven zich staan, die een veel groter territorium heeft te overzien. Zo' n geest is als het ware als een landheer en heeft al velen onder zich. Stel je de afzonderlijke geesten als onderdanen voor en de boven hen staande als landheer, dan heb je een tamelijk goede verhouding, - of zoals een districtshoofd, dat verschillende zaken onder zich heeft en in elke zaak apart is ingewijd; zijn arbeiders verrichten ieder maar één enkele bezigheid, maar hij overziet alles en verdeelt het werk onder hen volgens hun talenten.
Hoofdstuk 44: Geesten als opzichters in de natuur - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[2] Er bestaat eigenlijk noch een mineraal -, noch een plantenrijk. Want zowel het mineraal - als het plantenrijk is in de grond van de zaak ook een dierenrijk; elk mineraal bestaat uit net zoveel infusorische diersoorten als er in hem door de geestelijke wijsheid afzonderlijke psychische speciale intelligenties zijn te ontdekken, wat voor een gewoon verstandsmens wel ondenkbaar is. Maar voor iemand die ook maar iets van de ware wijsheid en het verstand van de geest bezit, zal het niet moeilijk zijn om in elk mineraal, zowel als in elke plant, de intelligente, psychische basis specifica te ontdekken en wel langs de tot nu toe gewezen weg.
Hoofdstuk 45: Mineraal, plant en dier - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[13] Om een zo goed mogelijk inzicht te krijgen in deze ordening zullen we hierna door aanschouwelijke voorbeelden deze zaak toelichten en het werk en de wijsheid bewonderen van de geesten, die aangesteld zijn om dit werk te leiden.
Hoofdstuk 47: De samenstelling van de intelligentiespecifica in de levende wezens 2 - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[15] Uit dit alles volgt iets dat op het eerste gezicht voor een mens merkwaardig lijkt. Want in de grond van de zaak is er noch een mineraal -, noch een planten-, noch een dierenrijk, maar er is slechts één rijk en dat is het rijk van de wezens die allerlei vormen hebben; alles is oorspronkelijk dier en geen mineraal of plant. Dat is de reden, waarom het onderscheid tussen de drie vermeende rijken steeds op losse, onhoudbare grond staat.
Hoofdstuk 48: De grenzen tussen de natuurrijken - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[11] Is de ziel, geholpen door de wil van de geesten, met dit werk klaar, dan worden haar weer nieuwe specifica toegevoerd, waaruit weer allerlei dingen in het menselijk lichaam geordend worden. Hier hoeft niet gemaakt of geschapen te worden, alles maakt zichzelf, als de weg van de ordening maar wordt gewezen. En zo worden hier vlees, kraakbeen, spieren, pezen en beenderen gevormd en wat bij elkaar hoort voegt zich vanzelf samen. Maar het zou de verkeerde kant opgaan, als de geesten door hun wijze wilskracht de intelligentiespecifica niet de juiste weg wezen, want dan zou ook de vorm verkeerd worden. Dit kan soms gebeuren als de moeder terwijl ze een kind draagt, in haar gemoed zich in de hel begeeft, waar Mijn goede geesten en engelen geen goede hulp kunnen bieden. Het gevolg van zo'n euvel is gewoonlijk een misgeboorte of ook vaak een uit de hel ertussen geschoven kind dat het zgn. gewone volk een wisselkind noemt. - Het is daarom elke moeder aan te raden zich gedurende de zwangerschap zo deugdzaam mogelijk te gedragen.
Hoofdstuk 50: Invloed van geesten bij het verwekken van mensen - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[3] Dit onderscheid is wel al aangegeven, en voor verlichte gemoederen zou het reeds gezegde voldoende zijn om het wezen van geest en ziel goed van elkaar te onderscheiden, maar voor jullie, die nog niet de juiste beschouwelijke kijk of visie hebben op het gebied van het innerlijke leven, moet de zaak nog wat duidelijker uitgewerkt worden, zodat jullie daardoor tot een juist inzicht kunnen komen.
Hoofdstuk 52: Ziel en geest in de mens - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[11] En om deze reden koos Ik, als de Heer, juist deze aarde als toneel van Mijn grootste erbarming en schiep op haar bodem alle hemelen opnieuw.
Hoofdstuk 53: De ziel van Satana - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[18] Het is waar dat bijvoorbeeld, voornamelijk op de jullie bekende oercentraalzon Urka, menselijke wezens hebben bestaan vóórdat de aarde van haar zon was afgescheiden. Maar deze menselijke wezens hebben ook een andere levensduur dan de mensen van deze aarde. Want als zo' n Urkamens nog maar tien Urkajaren oud is, dan is hij al ouder dan deze hele aarde, waaruit echter heel gemakkelijk te begrijpen is dat de eerstgeborenen van dit hemellichaam, nog heel goed tot op dit ogenblik ( * 1847) kunnen leven en nog anderen, die nu geboren worden, zo lang zullen leven als deze aarde zal bestaan. Het is daarom niet moeilijk in te zien dat die tijd lang genoeg was voor alle engelen benevens Mijzelf, om de weg van het vlees door te maken zodat ze reeds lang als Mijn kinderen uit de grote overvloed van hun leven nemen om aan de kinderen van andere hemellichamen leven in te kunnen planten.
Hoofdstuk 53: De ziel van Satana - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[11] De zetel van deze boze geest is het eigenlijk vaste middelpunt, waar alles druk op uitoefent, opdat hij zich niet teveel zal bewegen en het wezen van de aarde niet zal verstoren; want als men hem maar een beetje ruimte zou toelaten, zou het in één ogenblik niet alleen met deze aarde, maar met de hele zichtbare schepping gedaan zijn. Want er woont een geweldige kracht in hem, die alleen door de sterkste banden kan worden bedwongen en die Ik alleen kan smeden, daar Ik de Heer ben. Maar al is hij nog zo sterk gebonden, toch laat hij nooit na zijn aartsboosheid in de opstijgende specifica te blazen en deze ademtocht van zijn wil is nog machtig genoeg om de dood in alle zielespecifica in te planten, welke dood nog in alle aardse creaturen te vinden is; want al het organische kan vernietigd worden en alle materie is in staat de dood en de vernietiging te bewerkstelligen. Dit alles is afkomstig van de adem van de wil van de boze, wiens innerlijke boosheid zo onbegrijpelijk verschrikkelijk is, dat men zich daarvan nooit het minste begrip zal kunnen maken. Want het kleinste beetje begrip van het eigenlijke boze van deze geest, zou op zichzelf zo dodelijk zijn, dat geen mens het zich zou kunnen voorstellen en in leven blijven. En zou Ik alleen maar een korte beschrijving van het eigenlijke boze van deze geest geven, dan zou dat jullie dadelijk doden. Alles wat jullie al gehoord hebben over deze geest zijn maar zeer zwakke en ver verwijderde schaduwbeelden en ze zijn aan alle kanten door Mijn beschermende genade omgeven en zijn voldoende voor jullie om zijn bestaan te vermoeden.
Hoofdstuk 55: De teruggeleiding en verlossing van Satana - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[7] Het zou een domme dwaze leer zijn, als men aan een of andere menselijke groepering een gebod gaf om alleen maar voortdurend het goede naar voren te brengen en dat bovenmatig te prijzen; maar over het kwaad zou men nooit moeten nadenken en het zelfs niet afkeuren. Het goede hoeft noch opgehemeld, noch geloofd te worden, het verheft en prijst zichzelf. Wel heel noodzakelijk is het, dat elk mens op zijn slechte gedachten en begeerten en werken jacht maakt en deze als gevaarlijk wild abrupt neervelt in het wereldse woud van de ordeloosheid, opdat in hem de spreuk wordt bewaarheid: 'En als je alles hebt gedaan, beken dan dat je onnutte knechten bent!'
Hoofdstuk 57: Het belang Van het onderscheiden van het kwaad - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[1] Jullie hebben zolang er boeken worden geschreven, merkwaardige gevallen van verschillende soorten van bezeten zijn gelezen, waarvan de toestand en sfeer je voor de geest staan. Maar weten jullie ook precies hoe deze bezetenheid ontstaat, waar hij vandaan komt en bij welke gelegenheid? Dit theoretisch te behandelen zou overbodig werk zijn, omdat jullie toch al verschillende informatie op dit terrein hebben verkregen; maar deze zaak dramatisch voor te stellen, zodat men er over kan nadenken, zal iedereen die het leest veel licht geven. Laten we zo'n gedenkwaardigheid aan onze ogen voorbij laten gaan.
Hoofdstuk 58: Spoken en bezetenheid - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[9] Maar daarna verloopt de zaak niet meer volgens het plan van de gebieder; want zodra de ziel het vlees verlaat - of ze nu goed is of slecht - wordt ze dadelijk door engelen in ontvangst genomen. De verdorven jager wordt echter gevoelig getuchtigd en moederziel alleen naar zijn heer en gebieder terugverwezen, waar dan weer een zeer sterke tuchtiging plaatsvindt; en een dergelijke geest, die zo onhandig is opgetreden, wordt dan niet zo maar weer in het jachtgebied gestuurd.
Hoofdstuk 58: Spoken en bezetenheid - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[18] Zulke geesten bevinden zich buiten zo'n ziel, daardoor ziet ze ze niet, maar door haar reukvermogen kan ze hun tegenwoordigheid gewaar worden en hun standpunt precies te weten komen en als ze dat weet, kan ze zich in haar geest terugtrekken, die haar dadelijk verlicht, waardoor ze dan ook meteen kan zien, waar haar vijanden zich bevinden en wat ze willen. En zien de helsen eenmaal het gezicht van de ziel, dan vluchten ze ijlings weg. Want alles kan een helse geest eerder verdragen dan het oog van een zuivere ziel, natuurlijk nog minder dat van een engel. En om ze voor Mijn oog te beschermen, worden er bergen aangeroepen ter dekking.
Hoofdstuk 59: Over de lusten van het vlees en de zinnen - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[4] Een strijd om de rangorde was dus het eerste, wat deze geest tegen de Godheid heeft misdreven. Daar de Godheid er niet in kon toestemmen hem de voorrang te verlenen en Zich volledig aan hem te onderwerpen, ontbrandde hij in zijn woede en wilde de Godheid letterlijk vernietigen; aan kracht daartoe had het hem werkelijk niet ontbroken, als God in Zijn eeuwige wijsheid deze muiter niet te rechter tijd geheel en al stevig had gevangen. Het klinkt wel wat raadselachtig, dat er in deze geest zo'n grote kracht voorhanden zou zijn geweest, om de eeuwige Godheid zo te weerstaan, dat deze tenslotte voor zijn kracht had moeten bezwijken en Zich uiteindelijk volledig had moeten laten gevangen nemen en daardoor voor alle eeuwigheid lamgelegd zou zijn, wat eigenlijk gelijk zou staan met vernietigd te zijn. Maar de zaak wordt begrijpelijker als men bedenkt, dat de Godheid juist in deze geest, om zo te zeggen een volkomen tweede 'Ik' had geplaatst dat, hoewel in de tijd geschapen, toch wel in alle ruimten van de oneindigheid met gelijke kracht tegenover de Godheid werd gesteld.
Hoofdstuk 56: Wezen en naam van Satana - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[15] Het beste in zo'n geval is wel, dat een zaak die zelf niet gegrond is, ook nergens een grond kan vinden, waardoor het niet zelden gebeurt dat onder de vijfhonderd toehoorders bij zo’n helse donder - en bliksempreek, minstens tweehonderd steevast slapen; tweehonderd letten toch al niet op en honderd hebben van de preek alleen het amen gehoord. Dit alles wordt echter door de geest van de preek bewerkstelligd; daarom is het goed het kwaad in de grond te herkennen, opdat iedereen, als zoiets op zijn weg komt, het dan gemakkelijk in zichzelf kan aanvoelen. En met dit doel voor ogen zullen jullie meer gedenkwaardigheden worden verteld, die hierop betrekking hebben en waarvoor jullie na deze instructie niet bang behoeven te worden.
Hoofdstuk 57: Het belang Van het onderscheiden van het kwaad - Jakob Lorber - Aarde en Maan
...  1130 - 1131 - 1132 - 1133 - 1134 - 1135 - 1136 - 1137 - 1138 - 1139 - 1140 - 1141 - 1142 - 1143 - 1144 - 1145 - 1146 - 1147 - 1148 - 1149 - 1150 - 1151 - 1152 - 1153 - 1154 - 1155  ...