Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 1151 van 1166

...  1139 - 1140 - 1141 - 1142 - 1143 - 1144 - 1145 - 1146 - 1147 - 1148 - 1149 - 1150 - 1151 - 1152 - 1153 - 1154 - 1155 - 1156 - 1157 - 1158 - 1159 - 1160 - 1161 - 1162 - 1163 - 1164  ...
[26] 'Ja, hoogste meester,' zei de jonge spreker, 'dat is een zeer netelige zaak! Ik denk dat ik hem een paar jaren geleden heb gezien, en wel in gezelschap van verscheidene jongens, maar die leken nog meer op elkaar dan tweelingbroers ! Weliswaar heeft men mij gezegd: die daar, en gene of deze is het, maar doordat die jongens toen ook nog eens druk door elkaar heen stoeiden, kon ik onmogelijk de jongen waarom het ging goed in het oog houden! Ik heb hem dus gezien, maar ook weer niet gezien !
Hoofdstuk 11: Nachtelijk overleg van de tempelheren. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[34] Dit is, kort samengevat, alles wat mij over die jongen aan merkwaardigs is bijgebleven. Meer weet ik niet van hem. Maar, hoe en met wat voor middelen die jongen al die wondere dingen tot stand brengt, daarvan gaat de beoordeling de grens van mijn kennis en mijn al te beperkte wijsheid verre te boven; dat laat ik graag over aan u die de oudste en wijste leiders bent van de tempel. Dit was wat ik te zeggen had.' (Zie voor meer details hierover het 'Jacobus Evangelie' over de jeugd van Jezus (binnenkort bij dezelfde uitgever).
Hoofdstuk 11: Nachtelijk overleg van de tempelheren. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[36] Een van de oudsten stond nu inderdaad op en zei: 'Naar mijn opvatting kent u Beëlzebub op die manier toch wel wat al te veel macht toe! En, strikt onder ons, die Beëlzebub is overigens maar een allegorische persoonlijkheid, waaronder men zich een algemene samenvattende voorstelling maakt van alle boosheid en slechtheid, die simpelweg zijn gelegen in een verkeerde gerichtheid van de menselijke wil.
Hoofdstuk 11: Nachtelijk overleg van de tempelheren. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[57] Nu sprak de wijsgeer: ' Als Mozes daar op de top van de berg niet binnen drie dagen tot leven terugkeert maar dood blijft, heb jij het van mij en mijn geloof gewonnen; ik wil dan mijn leven lang jouw slaaf zijn.'
Hoofdstuk 11: Nachtelijk overleg van de tempelheren. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[63] 'Helaas heb je gelijk. Maar het blijft voor ons mensen toch een treurige zaak dat Jehova zelfs voor Zijn grootste profeet geen uitzondering maakt en hem tenslotte, net als ieder gewoon dier, om het leven brengt! Hij had Mozes best kunnen sparen om het volk te tonen, dat Satan over Zijn toegewijde heilige profeet geen macht meer heeft!'
Hoofdstuk 11: Nachtelijk overleg van de tempelheren. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[65] Terwijl die twee daar zo met elkaar stonden te discussiëren, stelde zich plotseling Mozes' geest tussen hen in, die zei: 'Vrede zij met u! Gods bestel is onveranderlijk, en alles wat Hij doet is goed! Want als het lichaam dan al sterft, sterft de geest nog niet! Houdt u aan de geboden en ruziet niet om mijn lijk, want ik, Mozes, leef nu voor eeuwig, zelfs al zou het lichaam waarin ik geleefd heb duizendmaal gestorven zijn!'
Hoofdstuk 11: Nachtelijk overleg van de tempelheren. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[68] 'Ja ja,' antwoordde de opperpriester, 'daar zit wel wat in, en het klinkt beslist goed ook, maar dat neemt niet weg dat die lezing volledig berust op geloof, en er is niets dat daar bovenuit tot bewijs kan strekken! Maar, hoe dan ook, er zal aan deze zaak toch wel iets zijn dat niet klopt, want als het eenmaal zo ver is, dat je het uitsluitend en alleen maar kunt geloven, maakt het per saldo ook maar weinig uit of je dit gelooft of dát, en bovendien is iets van natuurlijke aard toch altijd nog gemakkelijker te geloven dan iets bovennatuurlijks. Maar, laten we erover ophouden! De nacht is verstreken, ze zullen ons al wel in de vergaderzaal verwachten!'
Hoofdstuk 11: Nachtelijk overleg van de tempelheren. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[70] De opperpriester weer: 'Heb daarover maar geen zorg, mijn zoon, we zullen niet nalaten te doen wat mogelijk is, want vandaag kennen we ons eigen standpunt beslist beter dan wat we gisteren meenden te moeten poneren!'
Hoofdstuk 11: Nachtelijk overleg van de tempelheren. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[4] Bovendien bestaat dit gebruik bij ons in Galilea niet, en voor Mij bestaat het nog minder! Gij laat u steeds zeer overdreven groeten en eren, omdat de wereld van u wereldse heren heeft gemaakt! Overigens ben Ik in Mijn soort ook een heer, en wel een heel bijzondere! Waarom hebt gij Mij derhalve niet ook op voorkomende wijze begroet?
Hoofdstuk 12: De tweede dag van de bijeenkomst van de examencommissie in de tempelzaal. Mislukte poging de zitting op te heffen. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[5] Gelooft u gerust van Mij, dat Ik heel precies weet wie Ik groeten moet, maar aan u ben Ik zeker geen groet schuldig! Een nadere reden daarvoor kunt u Mijn Romein vragen, als u die althans per se weten wilt. Trouwens, het is vandaag na-sabbat, waarop het evenals op de sabbat volgens uw eigen voorschriften streng verboden is te groeten en eer te betonen, omdat zulks de sabbat zou ontheiligen en de mens bovendien voor de hele dag zou verontreinigen! Hoe komt u er dan toe Mij iets te willen laten doen wat tegen uw voorschriften indruist?'
Hoofdstuk 12: De tweede dag van de bijeenkomst van de examencommissie in de tempelzaal. Mislukte poging de zitting op te heffen. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[10] De rechter nu: 'Nu goed dan, luistert! Deze jongen is zelf die wonderjongen uit Nazareth, die hij gisteren slechts scheen te vertegenwoordigen! Hoe bevalt u deze mededeling? Wie hem één haar zou krenken, staat mijn hevigste toorn te wachten!'
Hoofdstuk 12: De tweede dag van de bijeenkomst van de examencommissie in de tempelzaal. Mislukte poging de zitting op te heffen. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[14] Nu Ik echter niet slechts de verdediger van die wonderjongen ben, maar de wonderjongen zelf, heeft de plotselinge en onvoorziene wending die de zaak heeft genomen, u in de war gebracht en uw slechte plan verijdeld, zodat u daar nu staat vol angst en schrik en er geen gat meer in ziet. Zegt u eens eerlijk hoe deze zaak u bevalt!'
Hoofdstuk 12: De tweede dag van de bijeenkomst van de examencommissie in de tempelzaal. Mislukte poging de zitting op te heffen. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[22] Doodernstig kwam evenwel de rechter overeind en die sprak: 'Deze zitting wordt voortgezet, en gij zult spreken! De jongen van vandaag is geheel en al dezelfde als voor wie de grote premie werd betaald, alleen zijn zedelijk karakteristieke persoonlijkheid is een andere geworden. Volgens onze wetgeving verandert deze spitsvondige omstandigheid niets aan het recht van deze jongen, zodat mijn rechtsgeldige uitspraak blijft: deze zitting wordt heden en morgen voortgezet, wat er ook verder gebeuren moge! Of jullie nu vragen stelt, dan wel antwoorden geeft, dat maakt geen verschil! Dixi! (Ik heb gezegd!)
Hoofdstuk 12: De tweede dag van de bijeenkomst van de examencommissie in de tempelzaal. Mislukte poging de zitting op te heffen. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[4] Mijn antwoord luidde echter: 'Zorgt u daar maar liever zelf voor en ook u allemaal, past ervoor op dat het Huis des Heren door u niet helemáál tot een moordhol wordt gemaakt! Ik ontheilig de tempel geenszins door het stellen van de vraag wat u zoudt doen als Ik ten slot te toch de beloofde Messias zou blijken te zijn! Immers, een dergelijke vraag kan iedereen in eer en deugd aan jullie stellen! Als Ik u dus een hypothetische vraag stel, kunt u Mij ook best een hypothetisch antwoord geven!'
Hoofdstuk 13: Voortzetting van de zitting. Vraag van de jeugdige Jezus aan de tempelheren: 'Wat zoudt u doen, gesteld dat Ik toch de Messias zou zijn?' Voorzichtig antwoord van de talmoedist Joram inzake de Messias. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[11] 'Van heel uw college vind Ik u ook verreweg de aardigste', antwoordde Ik, 'want vannacht hebt u voor Mij tegenover de hogepriester ook al een goed woordje gedaan, waardoor de ogen van de hogepriester door u enigszins geopend werden met betrekking tot de identiteit van Satan, en waardoor hij voor het eerst in zijn leven althans een zweem heeft ervaren van de uiterst belangrijke leer der gelijkenissen. Daardoor begon hij in te zien, dat daden, zoals Ik ze stel, onmogelijk tot stand kunnen komen met behulp van een slechte macht en of kracht!
Hoofdstuk 13: Voortzetting van de zitting. Vraag van de jeugdige Jezus aan de tempelheren: 'Wat zoudt u doen, gesteld dat Ik toch de Messias zou zijn?' Voorzichtig antwoord van de talmoedist Joram inzake de Messias. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
...  1139 - 1140 - 1141 - 1142 - 1143 - 1144 - 1145 - 1146 - 1147 - 1148 - 1149 - 1150 - 1151 - 1152 - 1153 - 1154 - 1155 - 1156 - 1157 - 1158 - 1159 - 1160 - 1161 - 1162 - 1163 - 1164  ...