Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 117 van 1166

...  105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110 - 111 - 112 - 113 - 114 - 115 - 116 - 117 - 118 - 119 - 120 - 121 - 122 - 123 - 124 - 125 - 126 - 127 - 128 - 129 - 130  ...
[5] Ik kan dit zeggen en doen; want Ik zeg je; Alle dingen zijn door de Vader in Mijn hand gegeven! Maar niemand kent Mij, de Zoon, behalve de Vader; en zo ook kent niemand de Vader dan alleen maar de Zoon, en na Hem degene aan wien de Zoon het wil openbaren. ' (Matth. 11;27)
Hoofdstuk 149: De opwekking tot het eeuwige leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Ik zeg: ' Jullie kennen Mij weliswaar voor zover Ik Mij aan jullie geopenbaard en getoond heb. Maar jullie missen nog veel. Pas wanneer jullie de Vader zult herkennen, zul je ook Mij helemaal kennen, en dat zal gebeuren wanneer Ik van deze aarde weer naar Mijn hemelen zal zijn opgevaren. Vanaf dat moment zal de Vader jullie naar Mij optrekken, zoals Ik jullie nu naar de Vader trek. En wie niet door de Vader getrokken wordt, die zal niet tot Mij, de Zoon, komen. Waarlijk Ik zeg je; In die tijd zal iedereen van God Zelf moeten leren Wie de Zoon is. En wie niet door God zal zijn geleerd, die zal niet tot de Zoon komen en zal niet het eeuwige leven in Hem hebben.
Hoofdstuk 149: De opwekking tot het eeuwige leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[11] Mijn juk is zacht en de last, die Ik je te dragen geef, is licht; want Ik weet waartoe je in staat bent' (Matth. 11 :30)
Hoofdstuk 149: De opwekking tot het eeuwige leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Als jullie dus in je overgrote blindheid en kwaadaardigheid tot steeds hardere maatregelen tegen Mij en Mijn leerlingen overgaat, dan weet Ik wel wat Ik voordien nog tegen jullie zal ondernemen!
Hoofdstuk 150: De bestraffing van de Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Johannes noemde jullie 'slangengebroed' en 'opgefokte adders'! Ik heb jullie nog nooit zo genoemd; maar nu noem ik jullie ook zo en geef je te verstaan, dat je hier moet verdwijnen, anders Iaat Ik beren uit de wouden komen en laat met jullie dat gebeuren, wat ten tijde van Eliza gebeurde met de ondeugende knapen die deze profeet bespotten! Want voor jullie is nu wel ieder glimpje medelijden uit Mijn hart verdwenen.
Hoofdstuk 150: De bestraffing van de Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Als jullie Mij hoe dan ook belasterd zouden hebben dan zou Ik het jullie vergeven. Maar jullie zijn hoogmoedig geworden en hebt je bewapend tegen Mijn geest, die liefde heet en eeuwig Mijn Vader is en deze zonde zal je niet vergeven worden, niet hier en nog minder in het hiernamaals! Verdwijn dus, zodat Ik die paar dagen hier bij Mijn vriend Kisjonah zonder verdere storing kan doorbrengen!'
Hoofdstuk 150: De bestraffing van de Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] U noemt uzelf wel volgelingen van Mozes; maar met uw doen en laten staat u verder van Mozes af dan dat deze aarde van de hemel verwijderd is! Onderzoek uzelf dus, of u waardig bent om met ons mijn berg te beklimmen!'
Hoofdstuk 151: De berg beeft. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] De vijf dochters ontbraken niet en liepen als kuikens om Mij heen, ondervroegen Mij over zeer verschillende dingen van de oorspronkelijke schepping en over het ontstaan van zulke bergen, en Ik legde hun alles zodanig uit dat ze het begrijpen konden, Ook de vele leerlingen en veel mensen die ons begeleidden, luisterden als ze maar even konden mee naar Mijn uitleggingen en dat deed hun bijzonder veel genoegen.
Hoofdstuk 151: De berg beeft. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Maar Nathánaël, die het meest doordrongen was van Mijn goddelijkheid, sprak zo nu en dan met de berg en zei: '0 berg! Voel je, Wie er nu Zijn voeten op je zet?' En iedere keer als Nathánaël zo'n diepzinnige vraag stelde aan de berg, trilde de berg zodanig dat allen het voelden.
Hoofdstuk 151: De berg beeft. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Ik zeg: 'Beste vriend en broeder, ook zij leven in de geestenwereld; maar opdat al die millioenen en millioenen geesten hun niet de een of andere goddelijke verering zullen geven, worden ze op een speciale plaats, die voorportaal der hel heet, afgezonderd gehouden van alle andere geesten, en daar verblijven ze in de algehele verwachting dat Ik hen nu in deze tijd vrij zal maken en ze dan binnen zal voeren in de hemelen van het oorspronkelijke verblijf van Mijn engelen, -hetgeen dan ook weldra zal gebeuren.
Hoofdstuk 152: De geestenwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] Omdat noch het westen en nog minder het noorden overeenstemt met hun innerlijk, zien ze het westen niet en het noorden nog minder. Alleen als ze helemaal gelijk worden aan Mijn engelen, dan zullen ze ook alles zo kunnen zien, zoals jij dat nu ziet.'
Hoofdstuk 152: De geestenwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Na een poosje zegt Kisjonah: 'Volgens mijn berekening zou middernacht nu al voorbij zijn?!'
Hoofdstuk 153: Drie maangeesten spreken over de maanwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Er is echter nog een veel groter verschil tussen jouw aarde en de maan, en dat is, dat de maan slechts aan één kant, die je echter niet zien kunt, bewoond wordt door wezens van mijn soort, terwijl de aarde aan alle kanten bewoond wordt of voor het grootste deel bewoonbaar is.
Hoofdstuk 153: Drie maangeesten spreken over de maanwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Maar Ik zei tegen hen: 'Bedek je en ga snel naar beneden, naar de plaatsen waar Mijn twaalf apostelen vertoeven! Ze hebben Mijn opdracht vervuld, en dat is voldoende; haal ze daarom en breng ze hierheen!'
Hoofdstuk 154: De terugkomst van de twaalf apostelen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Kisjonah zegt: 'Ja Heer, U heeft gelijk; maar ik ben ook maar een mens. Is het geen oordeel voor mijn ziel, dat ik nu zonder enige twijfel niet alleen geloof, maar ook heel zeker weet Wie U bent?'
Hoofdstuk 155: Het verschil tussen wetenschap en geloof. (28.2.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110 - 111 - 112 - 113 - 114 - 115 - 116 - 117 - 118 - 119 - 120 - 121 - 122 - 123 - 124 - 125 - 126 - 127 - 128 - 129 - 130  ...