Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1176 van 1490

...  1164 - 1165 - 1166 - 1167 - 1168 - 1169 - 1170 - 1171 - 1172 - 1173 - 1174 - 1175 - 1176 - 1177 - 1178 - 1179 - 1180 - 1181 - 1182 - 1183 - 1184 - 1185 - 1186 - 1187 - 1188 - 1189  ...
[4] De vele miljoenen planetaire zonnen, waaromheen planeten zoals jullie aarde zich bewegen, vormen met hun gemeenschappelijke middenzon een zonnengebied. Hun middenzon is altijd zo groot dat haar inhoud die van de om haar cirkelende zonnen met hun planeten vaak honderdvoudig of zelfs duizendvoudig, ja soms ook miljoenvoudig overtreft; want er zijn grotere en kleinere gebieden. Hoe groter namelijk een zonnengebied is, des te groter moet ook in ieder opzicht zijn middenzon zijn ten opzichte van de gezamenlijke inhoud van haar nevenzonnen, om deze ondanks de grotere afstanden in de juiste banen te houden. Hoe groter het aantal en de afstand van de nevenzonnen wordt, des te groter moet ook het volume van zo'n middenzon zijn om meester van al de haar omcirkelende planetaire zonnen te zijn.
Hoofdstuk 148: De derde deur laat een al-middenzon zien. Ordening van de zonnensystemen. Grootte en lichtsterkte van de zonnen. Vuurgeesten van de al-middenzon bij hun werkzaamheden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[10] Peter zegt: 'Je kunt het wel proberen, maar het zal je wel slecht bekomen. Deze wezens kunnen jou als geest uit de bovenste hemel wellicht helemaal niet zien omdat zij toch nog min of meer door de materie van hun wereld omvangen zijn. Ik heb het sterke vermoeden dat deze mensen helemaal geen dood, d.w.z. geen verandering kennen. Zij zullen wel, zoals jij nu ziet, al vanaf hun eerste ontstaan een hun welgevallig, eeuwig leven zijn begonnen. Hun werken tonen weliswaar dat er onder hen heel veel wijsheid aanwezig is, maar als regel zou ik dit nu ook niet durven aannemen. Er zijn op aarde immers ook allerlei dieren, die dingen tot stand brengen welke een nog zo wijze kunstenaar hen nooit zal nadoen. Zou het echter juist zijn als men aan zulke dieren een Salomonische wijsheid zou toeschrijven? Eveneens kan dat ook bij deze mensen het geval zijn. Zij kunnen best meer instinctmatig ingestelde dan wijze mensen zijn en in dat geval zouden we dan bij hen nu juist niet veel aantrekkelijks vinden. Wat zeg je daarvan?'
Hoofdstuk 147: Een blik door de tweede deur van de westelijke wand. Een middenzon van hogere orde. Pracht van steden en bouwwerken. Scheppingen van het instinct of van ware wijsheid? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] O Heer, het moet voor elk van Uw kinderen toch een groot genoegen zijn om bestuurder van zo'n wereld te worden. Ja, voor Uzelf moet het een grote vreugde zijn deze overvloedig lichte landouwen te betreden. Nee, daar mag ik niet lang naar kijkén. Het zou me zo zwak maken, dat ik deze wereld zou willen betreden en met deze wondermooie mensen nader kennis zou willen maken.'
Hoofdstuk 147: Een blik door de tweede deur van de westelijke wand. Een middenzon van hogere orde. Pracht van steden en bouwwerken. Scheppingen van het instinct of van ware wijsheid? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[8] Vooral Mathilde-Eljah merkt dit op en zegt: 'O God, wat een onvergelijkelijk verschil tussen zo'n wereld en onze aarde! Daar is alles een volmaakte hemel, maar op aarde is alles vergeleken bij deze wereld de puurste hel. O, dat moeten bijzonder goede en wijze mensen zijn! Op deze wereld zal zeker geen dood bestaan. Ook lijkt het of daar niets ouder wordt. Overal straalt eeuwige lente en iedere gestalte blaakt van blijmoedige jeugdigheid. O God, o Vader, wat een wereld! Ook de dieren zien er buitengewoon goedmoedig uit en lopen samen als makke lammeren.
Hoofdstuk 147: Een blik door de tweede deur van de westelijke wand. Een middenzon van hogere orde. Pracht van steden en bouwwerken. Scheppingen van het instinct of van ware wijsheid? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[7] Nu beginnen ook alle andere constanter in het licht van deze tweede middenzon te kijken en ontdekken geleidelijk ook datgene wat Robert heeft gezien. Ja, enkelen zien nog meer. Ze worden een prachtige plantenwereld gewaar, een heleboel merkwaardige dieren van allerlei soort en in de tuinen wandelen veel onbeschrijfelijk mooi gevormde mensen. Uit hun montere bewegingen is op te maken dat ze uitermate gelukkig en tevreden moeten zijn.
Hoofdstuk 147: Een blik door de tweede deur van de westelijke wand. Een middenzon van hogere orde. Pracht van steden en bouwwerken. Scheppingen van het instinct of van ware wijsheid? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[5] Na deze woorden begint Robert, aanvankelijk flink knipperend met zijn ogen, naar deze grote middenzon te kijken en zegt na een poosje: 'Vader, ik dank U voor zo'n grote genade! Nu zie ik al vormen, maar ze zijn nog niet blijvend, want de kracht van het licht wist ze van tijd tot tijd nog uit. Toch komen ze steeds als dezelfde weer te voorschijn. O, dat moet een buitengewoon wonderbaarlijke wereld zijn! Werkelijk, zo'n wereld is ook al een hemel, want daar moet het heel heerlijk te leven zijn als men eenmaal aan het licht gewend is.
Hoofdstuk 147: Een blik door de tweede deur van de westelijke wand. Een middenzon van hogere orde. Pracht van steden en bouwwerken. Scheppingen van het instinct of van ware wijsheid? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[1] Allen gaan nu door deze tweede deur in de avondlijke wand en zien daar een tweede middenzon van een hogere orde, waar hele zonnegebieden in enorm grote banen omheen cirkelen, zoals de planeten rond hun planetaire zon.
Hoofdstuk 147: Een blik door de tweede deur van de westelijke wand. Een middenzon van hogere orde. Pracht van steden en bouwwerken. Scheppingen van het instinct of van ware wijsheid? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[8] Op aarde bestaat iets dergelijks evenwel niet. Alleen de zogenaamde fata morgana komt er als luchtspiegeling enigszins voor in aanmerking. Maar ze haalt het toch lang niet bij de spiegelbeelden hier, want zij neemt elk object op dat zich voor haar plaatst. Deze spiegelbeelden in Mijn huis nemen slechts op, wat met hen overeenstemt. Iets wat er meer op lijkt zouden wel de verschillende kleurschakeringen door een prisma kunnen zijn, :waarbij een bepaald vlak bij eenzelfde wending slechts één bepaalde kleur terugkaatst. Wat zo'n prisma echter met de vormloze kleuren doet, dat bewerkstelligt de spiegel hier met de vormen die uit de harten van de voor hem staande engelgeesten op zijn oppervlak stralen en in overeenstemming met de aard van zijn eigen oppervlak worden teruggekaatst.
Hoofdstuk 146: De avondlijke westwand. Een blik door de eerste deur. Een planetaire middenzon, moeder van talrijke planetaire zonnen. Inrichting van het geestelijke diorama. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] Als Ik nu wil dat deze of een andere spiegel er niet meer is, dan zul je door zo' n deur vanzelfsprekend slechts datgene zien, wat Mijn huis omgeeft, dat naar alle zijden vrij midden in de grote stad staat. Want het gewone aanschouwen berust hier op dezelfde grondbeginselen als het zien op aarde, maar natuurlijk in de meest zuivere potentie.
Hoofdstuk 146: De avondlijke westwand. Een blik door de eerste deur. Een planetaire middenzon, moeder van talrijke planetaire zonnen. Inrichting van het geestelijke diorama. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[7] Kijk, elk van deze deuren is in zekere zin een geestelijke, holle spiegel. Wordt de deur geopend, dan zie je datgene, wat volgens een eeuwige ordening in je eigen hart in kleinste, maar nochtans meest volmaakte vorm woont. Sta je nu voor één van deze holle spiegels, dan zie je het meest vergrote spiegelbeeld van wat zich volgens een overeenkomstige ordening uit jouw voorraad in zekere zin op de zuivere oppervlakte afspiegelt. De spiegel is hier echter niet van glas, maar bestaat uit de zuiverste hemellucht. Zij is zo gepolijst, dat ze, als het nodig is, een volkomen heldere wand vormt, waarop datgene wordt weerkaatst, wat naar de ordening van haar eigen samenstelling door haar kan worden opgenomen.
Hoofdstuk 146: De avondlijke westwand. Een blik door de eerste deur. Een planetaire middenzon, moeder van talrijke planetaire zonnen. Inrichting van het geestelijke diorama. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[3] Nu gaan wij in de deuropening staan en voor de ogen van de nieuwe bewoners van het hemelse Jeruzalem strekken zich onafzienbare landerijen uit. Grote rivieren doorstromen deze onmetelijk uitgestrekte landen en hun water straalt sterker dan al het licht van de zon van onze aarde als het op één punt zou worden samengebundeld. Grote, prachtig aangelegde tuinen worden bij het wennen aan het sterke licht der rivieren geleidelijk aan zichtbaar en in het midden schitteren indrukwekkende, prachtige gebouwen, waarin de mensen van deze lichtwereld plegen te wonen. Boven de lichtrivieren ziet men sterk stralende mensengedaanten zweven, die onbeschrijfelijk mooi gevormd zijn. Robert en nog enkele anderen houden de handen voor hun ogen omdat ze de te sterke lichtglans niet kunnen verdragen, en zij vragen Mij, wat dat toch voor een wereld is.
Hoofdstuk 146: De avondlijke westwand. Een blik door de eerste deur. Een planetaire middenzon, moeder van talrijke planetaire zonnen. Inrichting van het geestelijke diorama. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[1] Allen gaan nu weer het vertrek binnen. De eerste deur in de avondlijke westelijke wand staat al open zonder dat iemand haar met de hand heeft geopend. Dat is voor onze Robert alweer aanleiding om te vragen naar het mechanisme waardoor deze deuren als vanzelf geopend worden.
Hoofdstuk 146: De avondlijke westwand. Een blik door de eerste deur. Een planetaire middenzon, moeder van talrijke planetaire zonnen. Inrichting van het geestelijke diorama. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[22] Voorlopig weten jullie genoeg over de inrichting van dit kleine hemellichaam. Langs de weg van jullie toekomstige bezigheden zullen jullie alles door en door leren kennen. Daarom willen we ons ook niet langer bezighouden met het beschouwen van deze kleine wereld, maar ons direct naar de eerste deur van de avondlijke, westelijke wand begeven en van daar weer opnieuw de buitenwereld beschouwen.'
Hoofdstuk 145: De drie deuren in de noordelijke wand. Eindeloze uitgestrektheden van de scheppingsruimte. Blik in de middengordel van de zon en in de maan. Het bestuur door de engelen van de scheppingsgebieden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[20] We gaan het vertrek weer binnen en dan naar de derde, reeds openstaande deur. Staande op het balkon van deze deur, zien we vlak bij dit derde uitzichtbalkon een natuurlijk verlichte wereld. Vanaf hier kan men, net als eerder bij de zon, maar een kleine landstrook in één keer overzien. Robert vraagt meteen wat dat eigenlijk voor een wereld is; misschien een donkerder gedeelte van de zonnewereld?
Hoofdstuk 145: De drie deuren in de noordelijke wand. Eindeloze uitgestrektheden van de scheppingsruimte. Blik in de middengordel van de zon en in de maan. Het bestuur door de engelen van de scheppingsgebieden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[19] Ik zeg: 'Kijk, dat is de zon met haar eigenlijke bewoners. De iets donkere zijn nog in de materie; de lichtere daarentegen zijn geesten, die eveneens in de zon huizen. Later zul je alles volkomen leren kennen, nu zou het nog wat te vroeg zijn. We hebben nu gezien wat de tweede deur verborgen houdt. Laten we ons daarom naar de derde deur in deze noordelijke wand begeven!'
Hoofdstuk 145: De drie deuren in de noordelijke wand. Eindeloze uitgestrektheden van de scheppingsruimte. Blik in de middengordel van de zon en in de maan. Het bestuur door de engelen van de scheppingsgebieden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
...  1164 - 1165 - 1166 - 1167 - 1168 - 1169 - 1170 - 1171 - 1172 - 1173 - 1174 - 1175 - 1176 - 1177 - 1178 - 1179 - 1180 - 1181 - 1182 - 1183 - 1184 - 1185 - 1186 - 1187 - 1188 - 1189  ...