Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1196 van 1490

...  1184 - 1185 - 1186 - 1187 - 1188 - 1189 - 1190 - 1191 - 1192 - 1193 - 1194 - 1195 - 1196 - 1197 - 1198 - 1199 - 1200 - 1201 - 1202 - 1203 - 1204 - 1205 - 1206 - 1207 - 1208 - 1209  ...
[13] O Heer, dat is heel hard! Wie plantte er dan zo'n verderfelijke angel in mijn vlees? Ikzelf zeker niet! Ik was toch slechts het ellendige slachtoffer van deze angel! Ik werd als door gloeiende roeden gedreven, en vaak als ik mij juist ernstig had voorgenomen dit kwaad omwille van Uw heilige naam niet meer te begaan, ontwaakte de begeerte nog heftiger en viel ik erger dan daarvoor aan deze drang ten prooi. Na zo'n satanische, stomme bevrediging kwam vrijwel steeds het berouwen dit deed iedere opwelling van hoop op beterschap in mij teniet. 0 Heer, 0 heilige Vader, waarom moest juist ik zo ongelukkig worden?
Hoofdstuk 92: Vervolg van Mathildes levensgeschiedenis. Onthullingen van de treurigste soort. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[11] De officier haast zich nu met Mathilde naar Mij toe en zegt: 'Heer, allerheiligste, beste Vader, ik hoef U zeker niet te vertellen wat dit wezen scheelt, want U, aan wie alle dingen al van eeuwigheid bekend zijn, weet het het allerbeste. Ik kan daarom niets anders doen dan U met een hart vol medeleven te vragen om deze arme vrouw genadig en barmhartig te willen zijn! Uw heilige Vaderwil geschiede!'
Hoofdstuk 92: Vervolg van Mathildes levensgeschiedenis. Onthullingen van de treurigste soort. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[3] Na deze woorden wendt de officier zich weer vriendelijk tot Mathilde en zegt: 'Luister eens, lieve vriendin, zou je me niet in vertrouwen willen zeggen hoe het eigenlijk kon gebeuren, dat jij met jouw ziel toch zo aan lagerwal bent geraakt? Ik herinner me jou in de bloei van jouw aardse leven hier in Wenen ergens te hebben gezien. Toen was je een toonbeeld van vrouwelijke volheid en weelde, en nu...! Als je je er niet teveel voor geneert, vertel me dan waarom jouw ziel, ondanks het bezit van zo'n prachtige geest, toch zo verkommerd is!'
Hoofdstuk 92: Vervolg van Mathildes levensgeschiedenis. Onthullingen van de treurigste soort. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[15] Mijn vader, wat verstoord door deze zuiver hemelse woorden van mijn goddelijke leraar, nam het geld en wilde het de goede leraar met geweld opdringen. Deze wees het echter beslist van de hand en ging de deur uit om het huis voorgoed te verlaten. Dat was het einde van de geschiedenis met mijn leraar, die ik helaas nooit meer terugzag.
Hoofdstuk 91: Een gedenkwaardige levensgeschiedenis, die ook de officier interesseert. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[14] Houdt u dit geld maar en doet u ermee wat u wilt! Wat ik met Gods genade uw dochter gaf, is meer waard dan een hele wereld vol goud. Ook al zou ze alle schatten van deze wereld, die toch maar ijdele hersenschimmen zijn, verliezen, dan zal ze met de schat van de geest, die ze van mij kreeg, gelukkiger zijn dan een Croesus, die zich gouden paleizen bouwt. 0 mensen, wat zijn jullie toch blind en zwak! Daarom verlangen jullie naar de dwaallichten van de nacht, die verblinden, maar niet verwarmen. Vaarwel! Misschien zien wij elkaar in de andere wereld terug.'
Hoofdstuk 91: Een gedenkwaardige levensgeschiedenis, die ook de officier interesseert. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[10] De Officier zegt: 'Zeg me eens, lieve vrouw, heeft uw leraar deze geschiedenis dan zonder meer aanvaard? Vertel me dat, want uw verhaal begint me te interesseren.'
Hoofdstuk 91: Een gedenkwaardige levensgeschiedenis, die ook de officier interesseert. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[8] U zult wel begrijpen, dat wij het meisje onder deze omstandigheden niet langer onder uw leiding kunnen laten, maar het aan iemand anders moeten toevertrouwen. Verlaat daarom vandaag nog ons huis en onrvang hierbij de vergoeding voor de aan ons kind bestede moeite, welke niet aan onze verwachtingen beantwoorde. Probeert u echter ons kind niet meer te benaderen, want zo'n brutaliteit zou u duur komen te staan! Hier is uw geld, God zegene u!'
Hoofdstuk 91: Een gedenkwaardige levensgeschiedenis, die ook de officier interesseert. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[2] Het oudje zegt: 'Beste meneer de officier, het leven op aarde was voor mij steeds een kwestie van grote ernst. Ik had in mijn huishouding alles zo georganiseerd, dat iedereen die ook maar in mijn huis aangesteld was, zijn leven aldaar naar deze ordening moest inrichten. Het personeel morde wel in het begin, maar als zij er eenmaal aan gewend waren, konden ze het nergens zo goed uithouden als juist bij mij.
Hoofdstuk 91: Een gedenkwaardige levensgeschiedenis, die ook de officier interesseert. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] Nu weet u alles en zult u gemakkelijk kunnen begrijpen waardoor ik tot deze ellendige gestalte ben gekomen. Had mijn leraar bij mij kunnen blijven, dan zou ik er nu zeker anders voorstaan. Waarschijnlijk beliefde het God de Heer niet om een engel in een huis vol hoogmoed te gronde te laten gaan. Daarom ontnam Hij het huis zijn beschermengel. Het huis der groten verviel daarna tot allerlei kwaad en ik, hun enige dochter, met hen. Ik ben hier weliswaar nu zo ellendig als maar mogelijk is, maar waar mijn ouders zich bevinden en hoe zij en mijn echtgenoot het maken, dat zal alleen onze Vader in de hemel weten. Ik wens hun allen beslist een beter lot toe dan het mijne, maar waarschijnlijk zal het hun wel nauwelijks beter vergaan dan mij. Als ze maar niet geheel en al verloren zijn!'
Hoofdstuk 92: Vervolg van Mathildes levensgeschiedenis. Onthullingen van de treurigste soort. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[4] Mathilde zegt: 'Edele vriend, u lijkt veel medelijden met mij te hebben. Ik heb beslist geen reden meer mij hier in deze geestenwereld, waar van de daken verkondigd wordt hoe iemand op aarde in het vlees heeft geleefd, in een of ander opzicht beter voor te doen dan ik ben. Het is waar/dat mijn geest er een was en is, die werkelijk niet tot de slechtste behoort, maar aan deze geest werd helaas een te weelderige vleesmassa gegeven, die naarmate deze zich ontwikkelde, ook steeds zinnelijker werd! Mijn stand veroorloofde mij niet mijn lichaam te bevredigen op de natuurlijke manier, waarop meisjes van lichte zeden dat plegen te doen. Ik had ten dele door de verderfelijke omgang met meisjes van mijn stand en ten dele door mijn zeer zinnelijk geworden natuur een manier gevonden om mij kunstmatig te bevredigen. Dat schaadde mij echter zodanig, dat ik in korte tijd de zogenaamde bleekzucht kreeg. De ene dokter na de andere werd erbij gehaald en geconsulteerd. Het regende recepten en medicijnen, waardoor mijn natuur nog opgewondener werd dan ze al was, zodat ik mezelf steeds vaker kunstmatig moest bevredigen om niet wanhopig te worden.
Hoofdstuk 92: Vervolg van Mathildes levensgeschiedenis. Onthullingen van de treurigste soort. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[2] De officier, die deze woorden ook in zichzelf hoort, zegt bij zichzelf: 'O, wat een prachtige geest in deze toch zo vreselijke ziel! Kon ik er maar achter komen waar dat aan ligt. Hoe kan zo'n prachtige geest zijn ziel toch zo hebben verwaarloosd? Men zou toch denken dat een zuiver hart vol liefde, waarheid, verdraagzaamheid en deemoed al voldoende was voor de volledige voltooiing van de ziel. Maar dat is hier ogenschijnlijk helemaal niet het geval. Eigenaardig! Er moet naderhand iets met haar zijn voorgevallen, anders kan ik deze toestand onmogelijk verklaren. Als ik er toch aan terugdenk, hoe dit wezen als meisje op aarde nog wel zo' n gevuld en weelderig lichaam had! En hier, O God, is zij een toonbeeld van de grootste ellende en het grootste gebrek. Schamele lompen bedekken haar skeletachtig uiterlijk en verbergen haar schaamdelen amper. Mijn God, wees dit arme wezen toch genadig en barmhartig!'
Hoofdstuk 92: Vervolg van Mathildes levensgeschiedenis. Onthullingen van de treurigste soort. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[20] Na deze woorden wendt de officier zich weer tot Mathilde en zegt hardop: 'Ik heb over jouw verzoek nagedacht en ben die bewuste man werkelijk op het spoor gekomen. We zullen hem zeker vinden, alleen moet je het. nodige geduld opbrengen en alles wat ook maar enigszins op hartstocht lijkt, uit jezelf bannen. Alle liefde moet je echter op de Heer richten en Peter laten voor wat hij is. Dan zal de Heer ervoor zorgen, dat je gelukkig wordt, want bij God zijn alle dingen mogelijk! Je hebt eens God gevreesd en dat was goed want vrees voor God is de eerste trede naar de wijsheid. Nu moet je echter God boven alles liefhebben en dat zal je voor eeuwig de hoogste zaligheid en een hemelse schoonheid geven!'
Hoofdstuk 91: Een gedenkwaardige levensgeschiedenis, die ook de officier interesseert. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[18] De officier wendt zich nu een beetje af en zegt bij zichzelf: 'Zou het dan toch mogelijk zijn? Zou dit armzalige vrouwtje de op aarde zo heerlijke Mathilde zijn? De bijna hemelse dochter van een bekrompen aartsaristocraat, hier in zo'n miserabele toestand! O God, beste Vader, wat heeft deze engel dan misdaan, waardoor zij hier zo armzalig moest aankomen? De stem en haar manier van doen zijn nog te herkennen, maar die gedaante! O jij arme Mathilde, de Heer moge je genadig en barmhartig zijn! Waarschijnlijk zal haar huwelijk, dat zeker ongunstig voor haar was, haar zover hebben gebracht. Ergernis, wrevel over aristocratische domheden, een onzachtzinnige behandeling, ontrouw en ruwheid van haar echtgenoot zullen wel tot zo'n vermagering van haar anders zo mooie ziel hebben bijgedragen. Wel, bij God zijn alle dingen mogelijk! Zij hoort nu toch ook bij de door de Heer geroepenen; Hij zal haar wel weer in orde brengen!
Hoofdstuk 91: Een gedenkwaardige levensgeschiedenis, die ook de officier interesseert. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[7] Ik zeg u, meneer de officier, het was eerder mijn ergernis over deze oude schurk die me heeft omgebracht dan het kraambed! En denkt u dat hij enig verdriet om mij had? Hij was heel blij dat hij op zo'n onschuldige manier van mij afkwam! Nou, ik ben nog zo kwaad op hem, dat ik hem zou kunnen verscheuren als ik hem te pakken kon krijgen. Als ik met hem naar de hel kon gaan, dan zou ik me van de hele hel niets meer aantrekken!'
Hoofdstuk 90: Nog enkele levensgeschiedenissen. Het geduld van de officier wordt wederom op de proef gesteld. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[10] Het oudje zegt: 'Nou, nou, ik vraag u om vergeving, heer officier! Ik wist toch niet dat bidden zoiets verkeerd was. Ik weet ook wel dat bidden bepaald geen pretje is, maar juist omdat bidden iets onaangenaams is, dacht ik dat men zichzelf moet verloochenen, het kruis van het bidden op zich moet nemen en Christus de Heer moet navolgen. Ik meende dus, dat als wij op weg daar naartoe ook nog zo' n kruisje hadden gedragen, we ons dan ook nog een beetje verdienstelijk hadden gemaakt. Maar ik zie nu al, dat u, heer officier, deze heilige zaken beter begrijpt, dus doen we wat u, heer officier, wilt!'
Hoofdstuk 89: Vragen en wensen van het volk. Het geduld van de officier wordt op de proef gesteld. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
...  1184 - 1185 - 1186 - 1187 - 1188 - 1189 - 1190 - 1191 - 1192 - 1193 - 1194 - 1195 - 1196 - 1197 - 1198 - 1199 - 1200 - 1201 - 1202 - 1203 - 1204 - 1205 - 1206 - 1207 - 1208 - 1209  ...