Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3216 resultaten - Pagina 123 van 215

...  111 - 112 - 113 - 114 - 115 - 116 - 117 - 118 - 119 - 120 - 121 - 122 - 123 - 124 - 125 - 126 - 127 - 128 - 129 - 130 - 131 - 132 - 133 - 134 - 135 - 136  ...
[26] Weet dan, Ik ben de Heer van hemel en aarde! Wijk daarom; want deze plek is te heilig voor jouw voeten!'
Hoofdstuk 157: De heilige Vader omringd door Zijn kinderen. Adam herkent Abel in de tweede vreemdeling. Satan, de oude leugenaar, probeert tevergeefs met de Heer te redetwisten - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[5] Hij is een verworpen geest die zich nooit wil bekeren. Hij wil Mij niet erkennen als de enige God van alle heiligheid, macht en kracht. Maar het is hem om de alleenheerschappij te doen, en daardoor is hij er steeds op uit om Mij te verzwakken en tenslotte geheel te vernietigen, om zo alle gezag over de hemel en alle werelden naar zich toe te trekken.
Hoofdstuk 158: Abba's waarschuwing voor de boosheid en sluwheid van de satan. Satans onmacht. Hoeden jullie je voor jezelf! - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[9] Zo kunnen wij ons bijvoorbeeld een volmaakte grasplant voorstellen en dat dan ook uitspreken. Daardoor is hij als het ware ook in ons geschapen; maar zo volkomen als wij hem ons voorstellen, kunnen wij hem onmogelijk buiten ons plaatsen. Ons wezen is immers afhankelijk en noodzakelijkerwijs beperkt, en wij kunnen daarom niet iets scheppen in het oneindige wezen van God, maar alleen maar in de ruimte van ons eigen wezen en dat op de kleinste schaal, zoals de Godheid het doet in de ruimte van Haar oneindige wezen.
Hoofdstuk 165: Het drievoudige wezen van Abedam, de hoge, en het wezen van Henoch als werktuig van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[11] Maar zijn Abedam en Henoch door de liefde in het hart opgenomen, dan zal dat tot een boom worden onder welks takken zelfs de geesten van de hemel zullen schuilen.
Hoofdstuk 166: Het verschil tussen de schranderheid van het verstand en de wijsheid van het hart - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[11] Je hebt thuis een tuin. Daar heb je verschillende goede planten in gezet. En als het 's zomers af en toe zeer droog is geweest, dan begiet je de planten met goed water, opdat zij niet verdrogen en afsterven in de droge aarde van je tuin. Maar ondanks je vlijtige gieten worden de planten maar miezerig en je oogst is dan even schraal als de bodem is, die behoefte heeft aan levend voedsel dat alleen maar bestaat uit een gezegende regenbui uit de wolken aan de hemel.
Hoofdstuk 167: Het woord van God als het levende water. De gelijkenis van het regenwater, dat beter is om planten te begieten dan bronwater - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[15] En de heilige Abba antwoordde hem: 'Geheel juist; beschouw nu ook Mijn woord als regen uit de hemel van alle leven, dan zal het leven van Mijn levende woordenwater helemaal geen raadsel meer voor je zijn en Abedam zal samen met Henoch heel duidelijk voor je staan in de volheid van Zijn goddelijkheid! Begrijp dat! Amen!'
Hoofdstuk 167: Het woord van God als het levende water. De gelijkenis van het regenwater, dat beter is om planten te begieten dan bronwater - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[6] Het beeld van de tuin, het water, de vergelijking van het bronwater met het regenwater en tenslotte het vergelijken van onze woorden met het reeds krachteloze bronwater, Zijn eigen woorden met de levende regen uit de wolken van de hemel en dan helemaal aan het einde nog de duidelijke aanwijzing over de aanwezigheid van Abedam, laten hij mij althans geen twijfel meer bestaan dat achter Hem - Abedam Jehova schuilgaat!
Hoofdstuk 168: De vier wereldse wijzen herkennen de Heer in de vreemdeling. De wijsheid en de liefde als de lange en korte weg voor degenen die naar God zoeken - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[2] Hij zegende hen allemaal en zei tenslotte tegen hen: 'Kindertjes, jullie allen hebben nu in Mij de ware Vader en God aanschouwd; jullie hebben Mij met liefde omringd, omdat Ik uit liefde naar jullie toekwam. Geloof nu vast in jullie hart, dat Ik alleen de ware, goede, heilige Vader ben en de enige Heer van hemel en aarde, God van alle macht, kracht en gezag, Schepper, Bestuurder en Instandhouder van alle dingen en het enige, volkomen leven Zelf, omdat Ik de eeuwige en eindeloze Liefde en Wijsheid Zelf ben!
Hoofdstuk 169: De liefde als de ware godsdienst en als het ware offer. De Heer wordt weer onzichtbaar - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[17] Vervloekt zij de dag die ons dit ellendige leven gaf! Vloek over onze verwekkers, en vloek over de schepper, die ons voor een dergelijke ellende heeft geschapen en een eeuwige vloek over jullie, die gekomen zijn om onze ellende te vergroten!
Hoofdstuk 173: De derde trap in het paleis van Lamech met de hindernissen voor de drie boden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[3] Jullie zijn nu gereinigd en vrijgemaakt en je hebt de zegen van Jehova ontvangen door ons, Zijn dienaren en boden; daardoor is het kindschap van de hel jullie ontnomen en dat van de hemel je gegeven.
Hoofdstuk 175: Sethlahems woorden en opdracht aan de geredde meisjes. De drie boden drin-gen door tot Lamech. Over de onmachtige woede van Lamech - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[4] En nu jullie kinderen van de hemel zijn geworden, moeten jullie je er altijd naar gedragen, opdat deze zegen steeds jullie deel zal blijven!
Hoofdstuk 175: Sethlahems woorden en opdracht aan de geredde meisjes. De drie boden drin-gen door tot Lamech. Over de onmachtige woede van Lamech - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[14] Maar toen Lamech vrij was, liep hij meteen naar zijn troon, nam daar in zijn koninklijke houding plaats en vroeg toen heel streng: 'Wat moet de grote koning en heerser van de hemel en de aarde dan doen?!'
Hoofdstuk 176: Kisehels krachtige woorden tot de woesteling Lamech De weerbarstige Lamech wordt door Kisehel tot gehoorzaamheid opgevoed - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[15] En Kisehel zei op deze allerdomste vraag: 'Ten eerste moet deze grote koning en heerser van de hemel en de aarde onmiddellijk van zijn troon afkomen, als hij niet op de ijzeren troon tot as wil verbranden!'
Hoofdstuk 176: Kisehels krachtige woorden tot de woesteling Lamech De weerbarstige Lamech wordt door Kisehel tot gehoorzaamheid opgevoed - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[25] Wie ons ten val gebracht zou hebben die zou ook God ten val gebracht hebben; zou echter God gevangen zijn, dan was er geen aarde meer onder onze voeten! Want de aarde is immers van God, evenals de hemel; maar de aarde is er nog, dus is God er ook nog - en wij vanuit Hem!
Hoofdstuk 177: Kisehels krachtige woorden tot Lamech. Lamech en zijn lijfwacht gaan naar de plaats van de terechtstellingen onder leiding van de drie boden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[18] Zie, daar staan maagden, vrouwen en je knechten! Dood er één van en maak die dan onmiddellijk weer volledig levend, en je kunt ervan verzekerd zijn, dat ook wij je daarom als de enige ware god van hemel en aarde zullen erkennen en allerdeemoedigst zullen aanbidden!
Hoofdstuk 179: Lamech in zijn vermeende goddelijkheid en almacht door Kisehel beproefd en verdeemoedigd - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
...  111 - 112 - 113 - 114 - 115 - 116 - 117 - 118 - 119 - 120 - 121 - 122 - 123 - 124 - 125 - 126 - 127 - 128 - 129 - 130 - 131 - 132 - 133 - 134 - 135 - 136  ...