Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1228 van 1490

...  1216 - 1217 - 1218 - 1219 - 1220 - 1221 - 1222 - 1223 - 1224 - 1225 - 1226 - 1227 - 1228 - 1229 - 1230 - 1231 - 1232 - 1233 - 1234 - 1235 - 1236 - 1237 - 1238 - 1239 - 1240 - 1241  ...
[4] Zou zo'n schepping voor Mij groot genoeg zijn, dan zou Ik eeuwig aan geen tweede meer denken. Maar jullie zien dat dit grote beeld zijn grenzen heeft, zonder welke het geen beeld zou zijn. Buiten dit beeld zien jullie niets anders dan een oneindige, voor deze grote mens lege ruime, die voor ons echter niet leeg, maar reeds tamelijk gevuld is.
Hoofdstuk 152: Verhouding tussen materiële en geestelijke grootheid. Gelijkenis van de kunstmatige reuzenkorrel en het natuurlijke tarwekorreltje. Door de derde deur in de zuidelijke wand straalt het licht van een nieuwe schepping van eeuwige liefde. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[7] Robert zegt: 'Heer, dan ben ik zeker geen kind van U! Want bij Uw heiligste naam, ik vind mezelf nu heel verschrikkelijk klein en denk dat er onder en boven mij niets nog kleiners kan bestaan. Ik mag aan al het grootse dat ik nu gezien heb helemaal niet denken, anders verga ik nog tot niets. Tenslotte komt er nog de zeker tienmiljoenmaal tien miljoen zonnen en andere werelden omsluitende huls bij, waartegenover deze zon qua grootte in geen enkele verhouding staat en die bovendien ook nog bewoond wordt door machtige legers van geesten! O Heer, 0 Vader! Daar blijft mijn verstand bij stilstaan.
Hoofdstuk 150: Verdere werkzaamheden van de vuurreuzen op de hoofd- en oermiddenzon. Geboorte van een grote al-middenzon. De omhullende schil van de grote verzameling van werelden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[8] Ik heb me in mijn beperktheid de gehele oneindigheid nauwelijks groter dan één zo'n hulsglobe voorgesteld. Maar U zegt dat er in de oneindige ruimte ontelbaar veel van zulke hulzen bestaan! O Heer, dat is wel het meest fabelachtige dat er bestaat. Ik denk dat mijn gedachten aan deze nu opgenomen kost voor eeuwig genoeg te verteren hebben. Hier kan men niets anders meer doen dan zeggen: Heer God Zebaoth, groot bent U en groot zijn de werken van Uw handen! Daarom bent U echter ook heel alleen alles in alles en is alles in U en uit U, goede, eeuwige, heilige Vader! Wij, Uw kinderen zijn echter slechts groot in Uw liefde, die ons leven is. Maar wat onszelf betreft zijn wij je reinste nullen voor U, o heilige Vader!'
Hoofdstuk 150: Verdere werkzaamheden van de vuurreuzen op de hoofd- en oermiddenzon. Geboorte van een grote al-middenzon. De omhullende schil van de grote verzameling van werelden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[2] Nu gaan allen tot aan de rand van het grote balkon. Robert overziet eerst het grote glanzende beeld en zegt: 'Allermerkwaardigst! Dat is toch een volmaakte mensengestalte! De knie iets gebogen. De handen hangen onverschillig naar beneden. En het hoofd, iets voorovergebogen en voorzien van lang Absalom-haar, kijkt als dat van een treurende in de bodemloze diepte. De lendenen zijn met een gescheurde voorschoot maar nauwelijks bedekt. Om kort te gaan, de hele gestalte maakt op mij een weemoedige indruk! De kolossale grootte zou iemand op het idee kunnen brengen, dat dit de uiterlijke vorm van de alom werkende geest uit U zou zijn, o Heer. Maar de treurende gestalte zegt mij, dat dit onmogelijk het geval kan zijn. Ook zou er in Uw geest, o Heer, leven te bespeuren moeten zijn, maar van zoiets is bij deze kolossale gestalte geen spoor te ontdekken. Het lijkt eigenlijk slechts op een fosforescerend beeld dat door Uw almachtige ademtocht, o Heer, aan het onmetelijke firmament is geplaatst. Dit alles zal wel een belangrijke reden hebben, die behalve U zeker niemand zal kennen. Heer, alstublieft, verklaar ons dit beeld!'
Hoofdstuk 151: Uitzicht vanuit de tweede deuropening in de zuidelijke wand. Het totaalbeeld van de materiële schepping. De grote Scheppingsmens als de verloren zoon. Diens wezen en bestemming. Gods eindeloze scheppingsvermogen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[5] Ik zeg: 'Nou goed, kijk dan goed en zeg Mij, wat je nu ziet.' Robert zegt: 'Ik zie nu hoe de hele reusachtige gestalte, die nu bijna alle diepten van de eindeloze ruimte lijkt op te vullen, uit louter kleinste glinsterende, dicht op elkaar gestrooide zandkorreltjes bestaat. Het aantal van deze glinsterende puntjes is kennelijk oneindig of in ieder geval toch zo groot, dat geen geschapen geest het zich meer kan voorstellen. De hele gestalte ziet er nu veel beter uit, want dit glinsteren verleent haar een aparte majesteitelijke glans. Maar de vraag is nu weer: wat betekent dit allemaal?'
Hoofdstuk 151: Uitzicht vanuit de tweede deuropening in de zuidelijke wand. Het totaalbeeld van de materiële schepping. De grote Scheppingsmens als de verloren zoon. Diens wezen en bestemming. Gods eindeloze scheppingsvermogen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[10] Juist in deze globe, en daarin alleen op het stipje aarde, is nu het hele leven van deze grootste oergeschapen geest gekluisterd. Wil hij zich daar verdeemoedigen en tot Mij terugkeren, dan zal zijn oerleven weer worden vrijgegeven en deze grote mens zal dan zijn alsof er een totaal vrij leven door heen waait. Maar wil deze oergeest van Mijn schepping in zijn hoogmoedige koppigheid volharden, dan kan deze ordening, zoals ze nu is, ook voor eeuwig blijven bestaan. Of tenminste zo lang, totdat de hele materie zich in een nieuw, eindeloos verveelvoudigd zielen- en geestenleven zal hebben opgelost.
Hoofdstuk 151: Uitzicht vanuit de tweede deuropening in de zuidelijke wand. Het totaalbeeld van de materiële schepping. De grote Scheppingsmens als de verloren zoon. Diens wezen en bestemming. Gods eindeloze scheppingsvermogen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[2] Robert vraagt natuurlijk dadelijk, wat dit allemaal wel mag voorstellen. En Ik zeg: 'Hier heb je de eerste en de tweede schepping naast elkaar! De grote lichtmens stelt de nieuwe schepping voor, een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Hier bevindt zich de aarde niet meer in de kleinste teen van de voet zoals bij de eerste, materiële schepping, maar in het centrum van het hart van deze nieuwe schepping. Het machtige licht uit de hartstreek komt uit de nieuwe aarde, die een eeuwige woning van Mijn liefde en van al Mijn kinderen zal blijven.
Hoofdstuk 153: Uitzicht vanuit de derde deur in de zuidelijke wand. De grote, schitterende Lichtmens van de nieuwe schepping. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[4] Deze tweede mens stelt echter in diepste wezen Mijzelf voor in Mijn werken op een reeds bebouwde akker.
Hoofdstuk 153: Uitzicht vanuit de derde deur in de zuidelijke wand. De grote, schitterende Lichtmens van de nieuwe schepping. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[5] Je ziet echter, dat ook de vorm van deze tweede mens noodzakelijkerwijze een begrenzing moet hebben, anders zou je daaruit geen mens kunnen zien. Wat zie je echter boven deze vorm uit, die in al haar delen puur leven is?'
Hoofdstuk 153: Uitzicht vanuit de derde deur in de zuidelijke wand. De grote, schitterende Lichtmens van de nieuwe schepping. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[7] Maar nu, Mijn lieve kinderen en broeders, weten we voor het eerste uur van jullie aanwezigheid in Mijn huis genoeg! Daarom zullen we de drie deuren aan de oostzijde nu ook niet openen, want wat deze verbergen zouden jullie nog niet verdragen. Wanneer jullie echter eenmaal met alle inrichtingen van Mijn vaderhuis vertrouwder zullen zijn, zullen jullie ook de inhoud van deze drie deuren op het oosten kunnen beschouwen.
Hoofdstuk 153: Uitzicht vanuit de derde deur in de zuidelijke wand. De grote, schitterende Lichtmens van de nieuwe schepping. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] Nu weten jullie voorlopig genoeg en bijna alles wat iedere engelgeest van deze bovenste van alle hemelen moet weten. De bijzondere inzichten echter, die samengaan met een eeuwig stijgende interesse voor afzonderlijke dingen, neemt hier pas een begin, duurt eeuwig voort en brengt ook steeds grotere zaligheden met zich mee.
Hoofdstuk 153: Uitzicht vanuit de derde deur in de zuidelijke wand. De grote, schitterende Lichtmens van de nieuwe schepping. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[1] Ik zeg: 'Alles wat jullie nu gezien hebben is groot voor alle hier in Mijn eeuwige rijk nog jonge bewoners, die nog te weinig in de eigen vertrekken van hun leven hebben kunnen schouwen. Maar raken zij eenmaal met hun innerlijke leven, dat is Mijn liefde in hen, meer vertrouwd, dan zal hun alles wat tot de gerichte materie hoort, heel klein lijken. Want de kleinste vonk van Mijn liefde overtreft al deze materie in een niet te berekenen verhouding, zowel wat betreft de werkelijke grootte als de hoedanigheid. - Een klein voorbeeld zal jullie deze zaak duidelijk maken.
Hoofdstuk 152: Verhouding tussen materiële en geestelijke grootheid. Gelijkenis van de kunstmatige reuzenkorrel en het natuurlijke tarwekorreltje. Door de derde deur in de zuidelijke wand straalt het licht van een nieuwe schepping van eeuwige liefde. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[2] Kijk, een beeldend kunstenaar op aarde bekeek door een goede microscoop een tarwekorrel en maakte deze toen uit een speciaal materiaal van porie tot porie na in sterk vergrote vorm, zodat hij op die manier een ware reuzentarwekorrel voor zich had, die de grootte van het origineel miljoenenmaal overtrof. Hij stelde dit reusachtige product van zijn kunst ten toon en legde daarbij de kunstzinnige bouw van zijn tarwekorrel uit. Toen kwam er een wijze man om deze kunstzinnige reuzenkorrel te bekijken. Nadat hij deze bekeken had en de kunstenaar had geprezen zei hij vervolgens: “Vriend, u hebt naast de grote nagemaakte korrel ook verscheidene natuurlijke gelegd. Welke denkt u is in werkelijkheid groter, uw nagemaakte of een natuurlijke in al zijn nietigheid?' De kunstenaar zegt: “Vriend, als uw ogen meten kunnen, vergelijk dan de ene met de andere, dan zult u zelf heel gemakkelijke in staat zijn een antwoord te geven!' Waarop de wijze zegt: 'Welaan, luister dan! Elk van de kleine tarwekorrels is oneindig groter dan uw nagemaakte. Want in iedere kleine korrel woont in het kiemhulsje Gods kracht, die in staat is uit elke korrel ontelbaar vele korrels te scheppen, die allemaal bij elkaar uw dode reuzenkorrel in ieder opzicht eindeloos overtreffen. Want al het grote, dat geen leven in zich heeft, is toch heel klein, ook al zou de uiterlijke vorm nog groter zijn dan een hele wereld. Het kleinste dat Gods kracht en leven in zich draagt, is echter groter dan een hele, dode oneindigheid. '
Hoofdstuk 152: Verhouding tussen materiële en geestelijke grootheid. Gelijkenis van de kunstmatige reuzenkorrel en het natuurlijke tarwekorreltje. Door de derde deur in de zuidelijke wand straalt het licht van een nieuwe schepping van eeuwige liefde. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[3] Wat deze wijze tegen de kunstenaar zei, zeg Ik ook tegen jullie. Deze materiële schepping is werkelijk groot en wie op de juiste wijze achting voor haar heeft, zal grote vreugde aan haar beleven. Maar in het hart van elk mens ligt iets oneindig groters dan alles wat jullie hier nu zien, want dit zal nooit groter worden dan het is. Jullie echter zullen in jullie harten eeuwig groeien in liefde, inzicht en wijsheid. Jullie kunnen nu reeds deze grote scheppingsmens overzien en hem berekenen en begrijpen. Hij echter is dood en tot niets in staat. Bovendien weten jullie ook nog dat dit grote beeld hier reflecteert vanuit jullie zelf. Als dat allemaal in jullie en niet buiten jullie is, hoe groot moeten jullie dan zijn, dat zoiets in jullie harten een plaats vindt? Verwonderen jullie je daarom niet te zeer over zulke afmetingen, want jullie moeten weten dat er voor Mij niets groters kan bestaan dan alleen de liefde in de harten van Mijn kinderen tot Mij, hun Vader.
Hoofdstuk 152: Verhouding tussen materiële en geestelijke grootheid. Gelijkenis van de kunstmatige reuzenkorrel en het natuurlijke tarwekorreltje. Door de derde deur in de zuidelijke wand straalt het licht van een nieuwe schepping van eeuwige liefde. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[3] Als je deze enorm grote mens vol van het helderste licht nauwkeuriger bekijkt, zul je gemakkelijk ontdekken dat ook hij bestaat uit ontelbaar vele prachtige sterren; zowel zijn gewaad als zijn gehele lichaam. Elk van deze sterren is onmetelijk groter dan de hele door de tweede deur geziene mens met zijn talloze hulsglobes. Want deze sterren zijn gemeenschappen, die bewoond worden door de zaligs te geestmensen, van wie iedere kleinste duizend keer groter en machtiger is dan die eerste mens, die je hier geestelijk gezien ten opzichte van deze tweede hemelmens, ziet afgebeeld als een gekromd wormpje onder diens kleine teen. Hij is ten opzichte van de werkelijke grootte van deze tweede mens nauwelijks, wat een aardse zandkorrel is ten opzichte van de grootte van de hele hulsglobe-mens.
Hoofdstuk 153: Uitzicht vanuit de derde deur in de zuidelijke wand. De grote, schitterende Lichtmens van de nieuwe schepping. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
...  1216 - 1217 - 1218 - 1219 - 1220 - 1221 - 1222 - 1223 - 1224 - 1225 - 1226 - 1227 - 1228 - 1229 - 1230 - 1231 - 1232 - 1233 - 1234 - 1235 - 1236 - 1237 - 1238 - 1239 - 1240 - 1241  ...