Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3934 resultaten - Pagina 126 van 263

...  114 - 115 - 116 - 117 - 118 - 119 - 120 - 121 - 122 - 123 - 124 - 125 - 126 - 127 - 128 - 129 - 130 - 131 - 132 - 133 - 134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139  ...
[16] Jullie Romeinen, die toch heel verstandig zijn en veel ervaring hebben, kunnen dat gemakkelijk inzien en begrijpen, en zo zullen jullie ook inzien en begrijpen dat niet de tekenen die de Heer nu doet de hoofdzaak voor ons mensen zijn, maar Zijn woord en Zijn leer, die ons de weg naar het eeuwige leven toont. Het woord uit Gods mond is daarom voor ons allemaal alles in alles; daardoor zullen wij eeuwig bestaan en leven en daar zijn, waar Hij is, en Werken doen door Zijn woord en Zijn wil in ons.'
Hoofdstuk 104: De leerling Andréas spreekt over de werken en woorden van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] Nu kwam er een bode uit de stad om ons mee te delen dat het ochtendmaal klaarstond; van louter verbazing over de totaal veranderde omgeving kon hij echter nauwelijks een woord uitbrengen. Daarom zei Ik tegen de waard waarom deze man, ook een door Mij genezen dienaar van het huis, naar ons toe was gekomen, waarop wij ons direct naar de stad begaven. De priesters volgden ons op de voet de stad in, omdat de liefde voor Mij, die in hen was ontwaakt, hen met alle geweld naar Mij toe trok.
Hoofdstuk 105: Het wonderbaarlijke ochtendmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Toen wij allemaal het huis van de waard binnenkwamen en ook direct aan tafel gingen zitten, zei de ene hoofdpriester tegen Mij, toen hij zag dat Ik het ochtendmaal tot Mij nam: 'O Heer, Almachtige en hoogst Wijze! Het is toch ook een wonder dat U aards voedsel tot U wilt nemen, aangezien immers alles wat op deze aarde voeding heet, ook een werk is van Uw woord en wil! U zou hier toch ook kunnen zeggen: 'Deze tafel worde in alle reinheid met spijs en drank uit de hemelen gedekt!', en dan zou gebeuren wat U wilde! Want kijk, ons heidense voedsel is in de ogen van een streng mozaïsche Jood onrein, en toch eet U er samen met Uw leerlingen naar hartelust van!'
Hoofdstuk 105: Het wonderbaarlijke ochtendmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Maar omdat je al gelooft dat Ik door Mijn woord en Mijn wil een tafel met rein voedsel en reine drank vanuit de hemelen kan laten dekken en klaarzetten, kun je aan de tafel hiernaast gaan zitten, dan zal gebeuren zoals je gelooft!
Hoofdstuk 105: Het wonderbaarlijke ochtendmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] Maar Ik zei tegen hem: 'Vriend, wees daar niet al te gretig naar; want wat je aan onze tafel eet, heeft een en dezelfde oorsprong, dezelfde smaak en dezelfde kracht - want ook deze spijzen zijn Mijn woord en Mijn wil.'
Hoofdstuk 105: Het wonderbaarlijke ochtendmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] Als Ik nu in één ogenblik door de macht van Mijn woord en wil al jullie afgodsbeelden zou vernietigen, zou dat nog deze zelfde dag onvermijdelijk een volksoproer teweegbrengen, dat jullie moeilijk zouden kunnen bezweren, ook al zouden jullie overal in de hele stad nog zo luid en scherp over de grote toorn van de beledigde goden gaan preken; want het volk zou tenslotte heel kwaad gaan vragen waarmee het, terwijl het voortdurend dezelfde offerbereidheid en deugdzaamheid toont, zozeer tegen de goden gezondigd heeft dat dezen zelfs hun beelden, die het volk steeds hoog in ere hield, hebben weggenomen, dat dezen zelfs hun beelden, die het volk steeds hoog in ere hield, hebben weggenomen.
Hoofdstuk 106: Over het uitroeien van het heidendom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Ik zei: 'Kijk, deze aarde en de hele zichtbare hemel met alles wat die bevat zullen vergaan, maar Mijn woorden en Mijn beloften zullen eeuwig niet vergaan! Ik zal jullie gerechtvaardigde beden ook nooit onverhoord laten; maar in deze tijd heeft het rijk Gods geweld nodig, en alleen zij zullen het in alle volheid bezitten, die het met geweld naar zich toe trekken. Daarom zal het Volledig bereiken ervan nog heel veel innerlijke en uiterlijke strijd kosten.
Hoofdstuk 110: De commandant vraagt naar de hel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] Ik zei: 'Mijn vriend, je hebt wel gelijk datje Mij dat vraagt; maar nu is het nog moeilijk omjou daar iets begrijpelijks over te zeggen, omdat jouw innerlijke liefde levensgeest nog niet volkomen in je ziel is overgegaan. Maar Ik wil je wel zoveel zeggen als jij en de anderen kunnen begrijpen, dus luister en let goed op!
Hoofdstuk 110: De commandant vraagt naar de hel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Overgangen van het onvolmaakte naar het volmaakte zijn heel goed mogelijk, omdat God daardoor -op menselijke wijze gesproken -Zijn grote gedachten en ideeën vrije zelfstandigheid wil verschaffen; die overgangen zijn echter geen vernietigingen, maar slechts schijnbare vernietigingen op het meest uiterlijke, natuurlijke gebied. Slechts de materiële vormen, waarin de geestelijke levenskracht een tijdlang in zekere zin afgezonderd en gescheiden van het algemene, goddelijke, geestelijke wezen sluimerend en verborgen is, kunnen vernietigd worden, maar hun innerlijke wezen nooit.
Hoofdstuk 111: Waarom uiterlijke vormen vernietigd dienen te worden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] In de toekomst zal Ik tot aan het einde van de wereld Mijn boden vanuit de hemelen zenden, opdat Mijn woord niet vernietigd zal worden en al te zeer zwart gemaakt wordt door de slechte kinderen van deze wereld; maar ook zij zullen omwille van Mijn naam min of meer vervolgd worden, tot de tijd dat Ik zal wederkomen als een bliksem, die van het oosten tot het westen alles wat er op aarde is en goede of kwade dingen doet heel helder zal verlichten.
Hoofdstuk 115: Een voorspelling van de Heer over de Laatste Tijd - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Dit verschijnsel verdoofde de Romeinen, en ze vroegen Mij of Ik de hemel voor hun nog te onwaardige ogen weer wilde sluiten. Ik sloot dan ook onmiddellijk hun innerlijke gezicht, en zij zagen geen engelen op lichte wolken meer; maar naast Mij zagen ze Rafaël in zijn bekende gestalte van een jongeman, gehuld in vlees en bloed.
Hoofdstuk 116: De geestelijke omgeving van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] Aanvankelijk was er natuurlijk wel flink verzet; maar omdat het volk door de priesters en bij tijd en wijle ook door de commandant zelfheel goed onderricht werd, zag het ook al gauw de oude dwalingen in en voelde het zich uitermate gelukkig in het kennen van de zuivere waarheid, en Ik liet zeker niet na om iedere trouwe belijder van Mijn leer in woord en daad Mijn kracht te schenken.
Hoofdstuk 118: Het vertrek van de Heer uit Afek De Heer onderweg naar Bethsaïda - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] In jullie puur wereldse dingen, waarmee de innerlijke geest geen enkele binding mee heeft, kan jullie wereldse verstand wel oordelen en beslissen; maar in de goddelijke dingen oordeelt en beslist alleen een levend geloof in God en de zuivere liefde voor Hem en daardoor voor de naaste.'
Hoofdstuk 120: De Heer richt enkele woorden tot de karavaan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] En zo zie je, beste vriend, al ziet het er bij ons aan de buitenkant nog zo armzalig en verlaten uit en zou je kunnen denken dat God Zijn zegeningen ver van ons houdt, dat dat toch niet zo is; want wij hechten veel meer waarde aan de innerlijke en uiterlijk zelden zichtbare zegeningen, dan wanneer onze streek een waar Eden zou zijn en de gebraden duiven ons vanzelf in de mond zouden vliegen.
Hoofdstuk 123: Het geloof en het vertrouwen van de waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] Omdat U, o Heer en Meester, ons al zo genadig bent geweest dat U ons steeds grotere verlangen naar U hebt bevredigd en persoonlijk naar ons toe bent gekomen in een tijd dat wij dat niet konden verwachten, hopen wij nu allen overeenkomstig Uw heilig woord met vast vertrouwen dat U ons nooit meer zult verlaten met Uw genade, liefde en zegen, nu wij Uw welbekende wil van nu af aan zeker nog veel trouwer in acht zullen nemen dan tot nu toe het geval was en kon zijn.
Hoofdstuk 127: De geestelijke alomtegenwoordigheid van de Heer en de leiding van Zijn genade - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  114 - 115 - 116 - 117 - 118 - 119 - 120 - 121 - 122 - 123 - 124 - 125 - 126 - 127 - 128 - 129 - 130 - 131 - 132 - 133 - 134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139  ...