Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1269 van 1490

...  1257 - 1258 - 1259 - 1260 - 1261 - 1262 - 1263 - 1264 - 1265 - 1266 - 1267 - 1268 - 1269 - 1270 - 1271 - 1272 - 1273 - 1274 - 1275 - 1276 - 1277 - 1278 - 1279 - 1280 - 1281 - 1282  ...
[6] Daaruit echter kan een verstandige kerel, zoals ik de eer heb er een te zijn, altijd de conclusie trekken dat deze hemelse wereld, zoals ik die nu ken, een erg domme en nietszeggende wereld is. Ze is een pure op een droom gelijkende zinsbegoocheling, zonder de minste houdbaarheid!
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] Daarom zal ik ook gaan, waarheen de weg mij voert! Jij wijze boekenstofsnuiver kunt echter in mijn plaats door al deze twaalf deuren de hogere astronomie bestuderen en daarbij verliefd worden op een mooie Mercuriaanse of zelfs op een mooie zonnebewoonster, mits je met jouw ogen ook dat kunt zien, wat ik er heb gezien. Vaarwel en doe wat je wilt. Ik ga en zal een plaatsje zoeken, dat meer duurzaamheid heeft dan deze astronomische zaal!'
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[8] Na deze woorden wil de bisschop gaan. Maar DE BOEKHANDELAAR houdt hem tegen door de volgende goede toespraak: 'Broeder, vriend - zie, hoe kinderachtig en dwaas je bent! Waren we op aarde dan niet altijd de intiemste en vertrouwelijkste vrienden? Wist ik daar niet van al je doen en laten af? Wanneer heb ik je echter ooit aan iemand verraden? Als ik dat daar niet heb gedaan, hoeveel minder zal ik het hier dan in het hemelrijk doen, waar de Heer je toch al miljoenen malen beter kent, dan ik je ooit zal kennen! Waarom wind je je zo op en ben je vol ergernis, alsof de Meester der Eeuwigheid mij jou tot leider zou hebben gegeven!
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[12] Als hij daar aankomt, ziet hij meteen een aantal mensen van beiderlei geslacht, de bewoners van deze planeet. Onder hen ook de hem nog welbekende schoonheid, die hem al bij het eerste bezoek aan deze planeet erg is opgevallen en bekoord heeft. Als hij deze ziet, vergeet hij meteen zijn metgezel, die wij nu 'Borem' zullen noemen en gaat haar door de deur meteen tegemoet.
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[13] Als hij in haar sfeer treedt, dan ziet ook zij hem en zegt tegen hem: 'Ik ken je en houd van je, zoals wij allemaal van je houden als onze gebieder. Maar toch ontdek ik iets in je, dat mij en ons allen niet bevalt en dat is: vleselijke begeerte in jou! Deze moet je uit jezelf verwijderen, omdat je anders mij en ons allemaal nooit zult mogen naderen.
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[17] Doe ook zo, zolang je niet de volle goddelijke standvastigheid hebt. Zul je deze echter hebben, dan zul je mij en ons allemaal kunnen hebben in de volle goddelijk hemelse lust.
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[20] Na deze woorden stapt de schone Mercuriaanse achteruit en ontplooit zo pas goed zichtbaar haar zuiver hemelse bekoorlijkheid en schoonheid, die onze bisschop Martinus totaal in elkaar doet zakken.
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[24] BOREM zegt weer: 'Luister vriend, zo mag jij met mij niet omgaan! Anders zou het gemakkelijk kunnen gebeuren, dat de Heer die met jou een onnoemelijk geduld heeft, je eens zal laten zien hoe Zijn toorn smaakt voor diegene die Zijn mildheid, zoals jij nu, helemaal met voeten begint te treden! Sta daarom op en volg mij in Naam van de Heer en ook in naam van deze hemelse jonkvrouw, die jou zojuist een heel wijze les heeft gegeven, anders zou het je wel eens erg kunnen gaan berouwen!
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[28] Men hoort hier niets anders dan over hemelse vrijheid. Dat is me een mooie vrijheid, waar men niet eens uit de deur van zijn huis mag kijken zonder een zedenmeester aan zijn zijde te hebben! Ga weg en pas op, dat deze hemelse vrijheid niet van je gestolen wordt! En nog dreigen ook! Dat gaat voortreffelijk, charmant, charmant! Men kan in de hemel dus ook nog getuchtigd worden! Niet slecht, niet slecht, dat gaat goed!
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[30] Jij ezel van een hemelbewoner, denk je soms dat ik voor welke straf dan ook bang zou zijn? Probeer het maar eens, dan kun je je meteen overtuigen, hoe weinig respect deze straf mij zal inboezemen! Als de Heer mij door straf beter wil maken dan ik ben, dan moet Hij doen wat Hij belieft. Ik zal echter ook zijn zoals ik wil, zolang ik kan willen wat ik wil! Ik weet wel wat het betekent om de Heer te weerstaan en ik ken Zijn macht. Maar ik heb ook grote bewondering voor de grootheid van een geest, die de moed heeft de Heer te trotseren!'
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[35] Borem wacht een poosje op een verdere ontboezeming van de bisschop. Maar deze overlegt vanuit alle gezichtshoeken hoe hij zich nu met Borem geheel onweerlegbaar uiteen kan zetten en hem dan voor zich zou kunnen winnen; en dat vanwege de al genoemde bemiddeling van grote zaken, waar hij zo even tegenover Borem gewag van maakte.
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[38] Zeg me eens, hoe lang ben je van plan de Heer in je hart te weerstreven? Zeg me dat onverbloemd, zodat ik me daarnaar kan richten. Want geloof me: hoe eeuwig en bestendig ook alles is wat je hier ziet, toch kun je je plotseling op een plaats bevinden die je wel niet zo aangenaam als deze zal voorkomen. Want ik heb van de Heer de vaste opdracht je nu niet langer te ontzien, omdat in jou het vuur van de ontucht en de heerszucht te voorschijn is gekomen!
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[1] BISSCHOP MARTINUS begint zich na deze heel krachtige toespraak achter de oren te krabben en zegt tenslotte halfluid tegen zichzelf: 'Daar heb je het al; ik heb het immers wel geweten, dat je ook hier in de hemel op niemand kan en mag afgaan! De Heer heeft me hier reeds in zekere zin alle schatten van de hemel laten zien, maar deze man praat nu met me, alsof ik misschien het volgende ogenblik al in de hel (God sta ons bij) kan zitten! Prachtige vergelding! Ik heb hem juist zo'n beetje van het helse vuur gered! In plaats daarvan doet hij nu moeite mij in dat mooie oord binnen te loodsen. Ja, zo'n vriendschap gaat beslist niets te boven!
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] Na deze woorden staat bisschop Martinus op en gaat snel de zaal in. Borem volgt hem heel vriendelijk.
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[9] BOREM valt hem in de rede: 'Vriend, juist dáárvoor, waarvoor bij jullie op aarde de uitsluitend dogmatisch latijnse ritus goed is! Want daar begrijpt ook niemand iets van, behalve wanneer hij deze heidense taal machtig is. Opdat op aarde echter vooral niemand zal begrijpen wat er zich in de zogenaamde godsdienstige latijnse ritus gebeurt, ook al zou hij het Latijn machtig zijn, moet er tijdens de mis met orgels, pauken en bazuinen een buitensporig lawaai worden gemaakt, opdat niemand zal horen, wat er allemaal gebeden of geblèrd wordt. In het andere geval echter wordt die mis zachtjes gemompeld, zodat ook daarvan niemand iets zal verstaan. Zeg, is dat ook niet dwaas - en toch bisschoppelijk?
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
...  1257 - 1258 - 1259 - 1260 - 1261 - 1262 - 1263 - 1264 - 1265 - 1266 - 1267 - 1268 - 1269 - 1270 - 1271 - 1272 - 1273 - 1274 - 1275 - 1276 - 1277 - 1278 - 1279 - 1280 - 1281 - 1282  ...