Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3934 resultaten - Pagina 128 van 263

...  116 - 117 - 118 - 119 - 120 - 121 - 122 - 123 - 124 - 125 - 126 - 127 - 128 - 129 - 130 - 131 - 132 - 133 - 134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139 - 140 - 141  ...
[9] Vriend, als die kiem niet ook in jou zou bestaan - waar jij als uiterlijk zintuiglijk georiënteerd mens weliswaar niets van weet -zou jij de Schepper jouw verwijten niet hebben gemaakt; want alleen de onverwoestbare levenszin in jou heeft je, onbewust voor jezelf, daartoe aangezet, en Ik ben Voornamelijk ter wille van jou naar deze streek gekomen, om je in woord en daad te tonen hoe ver en laag je nog achter de pijler van leven en licht staat! En nu hebben we voorlopig genoeg woorden over en weer gebruikt, en we zullen ter wille van jou ook tot enkele feitelijkheden overgaan.'
Hoofdstuk 171: Over het werken van krachten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Als ze daartoe aangemaand wordt wil ze mettertijd wel in haar huis rondkijken en raakt ze daar erg bezorgd om; ze ziet dat het hier en daar al mankementen heeft, wil dat herstellen en in orde maken en verenigt zich dan uiteindelijk zelf met de materie van haar innerlijke en uiterlijke woonhuis.
Hoofdstuk 172: Het verkeer met gene zijde Het innerlijk geestelijk gezicht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Dan zoekt ze evenwel de geest in haar huis, die haar door af en toe lawaai te maken bij zich in huis wilde roepen; maar dikwijls hoorde ze dat lawaai niet door het wereldse tumult. Af en toe wierp ze wel een vluchtige blik in het inwendige van haar huis, waar ze echter maar weinig en onbetrouwbare dingen zag. Dan keerde ze zich na zo'n klein onderzoek al gauw weer naar buiten, waar het haar beter beviel dan in de donkere vertrekken van haar huis, waarin ze niets duidelijks meer kon ontdekken, omdat haar gezichtsvermogen door het uiterlijke licht teveel verblind en haar innerlijke vermogen om te horen door het harde wereldse tumult te sterk verdoofd was.
Hoofdstuk 172: Het verkeer met gene zijde Het innerlijk geestelijk gezicht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] Maar kijk, Ik als ware Heer des levens heb de gave omjou in je innerlijk terug te brengen en je innerlijke gezicht gedurende enkele ogenblikken sterker te maken, en dan kun je je er onmiddellijk zelf van overtuigen hoe het gesteld is met het voortbestaan van de ziel na de dood van haar lichaam!
Hoofdstuk 172: Het verkeer met gene zijde Het innerlijk geestelijk gezicht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] Zeg Mij wie jij uit je vroegere tijd nu wilt zien en spreken, dan zal diegene op hetzelfde ogenblik komen en je te woord staan, en je zult hem ook herkennen als degene die je tijdens zijn leven hebt gekend!'
Hoofdstuk 172: Het verkeer met gene zijde Het innerlijk geestelijk gezicht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] De vader zei: 'Nu geloof je het wel, omdat ik gedwongen ben zo aanjou te verschijnen door de macht van Hem die bij jou is, en je ziet mij nu omdat Hij jouw innerlijke gezicht heeft geopend; waarom heb je je nog levende moeder en je drie zusters niet geloofd, die mij kort na mijn heengaan hebben gezien en gesproken? Daarbij heb ik hun in korte bewoordingen onthuld dat het leven van de ziel na de dood van het lichaam er heel anders uitziet dan het oordeel dat de mensen er in dit korte aardse leven, hoe dan ook, over hebben!
Hoofdstuk 173: Een geestverschijning - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Voor mensen van jouw soort is dat inderdaad nauwelijks mogelijk, want die zijn vanaf het eerste begin te werelds ontwikkeld; ze hebben wel zoveel mogelijk hun natuurlijke gezichts- en begripsvermogen gescherpt, maar daardoor hun innerlijk geestelijk gezicht op de achtergrond geplaatst. Want het gaat hun met dat innerlijke geestelijke gezicht ongeveer zoals iemand die glazen ruiten in zijn huis heeft aangebracht. Hij bevindt zich echter buiten en hoort plotseling een hard geluid in het huis. Hij gaat dus onmiddellijk naar een venster en wil het inwendige van het huis zien; maar ondanks al zijn inspanning kan hij vrijwel niets ontdekken, want de weerspiegeling van het daglicht op de ruiten maakt dat onmogelijk. Als hij dus de oorzaak van het geluid te weten wil komen, blijft hem niets anders over dan de voordeur van het huis en alle tussendeuren open te doen en naar binnen te gaan, om te zien Wat de oorzaak van het geluid was; of hij moet een ruit kapotslaan en, als dat te weinig is, nog meerdere, om beter naar binnen te kunnen kijken naar wat het geluid heeft veroorzaakt.
Hoofdstuk 172: Het verkeer met gene zijde Het innerlijk geestelijk gezicht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] Als je meer thuis was gebleven zou je allang dezelfde levenservaringen hebben opgedaan als heel veel anderen die jou daar wel over verteld hebben, maar wier verhaal jij steeds tot een lichtgelovige zelfbedrog verklaard hebt. Daardoor heb jij je ook steeds meer alleen maar buiten je huis opgehouden en er slechts zelden een vluchtige blik in geworpen; daarbij heb je je altijd maar meer geërgerd, omdat je als gevolg van de verblinding van je innerlijke gezicht door het licht van het uiterlijke wereldse verstand steeds minder en slechter kon onderscheiden wat er in jouw levenshuis aanwezig was. En je hebt jezelf gestraft doordatje met je uiterlijke wereldse licht de eeuwige dood en het eeuwige niet-zijn als de grootste weldaad beschouwde, en nog beschouwt, voor een wezen dat nu eenmaal tot een zelfbewust bestaan is geroepen.
Hoofdstuk 172: Het verkeer met gene zijde Het innerlijk geestelijk gezicht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] De vader zei: 'In ons rijk is er helemaal geen plaats waarvan men zou kunnen zeggen: 'Kijk hier is het, of daar, en zo ziet het eruit, en zo is het ingericht!'; want bij ons is iedereen zelfde plaats waar hij woont, en de aanblik en de hoedanigheid van die plaats komt in alle opzichten overeen met de innerlijke hoedanigheid van de mens.
Hoofdstuk 174: Belevenissen aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Je moet dus met je gedachten, je streven en willen teruggaan in jezelf en in jezelf beginnen te zoeken, te denken en te vormen; dan pas zul je een plaats vinden die overeenkomt met jouw denken, vormen, willen en jouw liefde! Doe dus alsof je deze zandsteppe niet ziet, evenals de grauwe nevel boven je, maar begeef je in de fantasie van je innerlijke gemoed, dan zal weldra alles een andere vorm voor je krijgen! Ik heb me door jou laten vinden om je dat te vertellen.'
Hoofdstuk 174: Belevenissen aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] Na die verwijding werd ook al gauw de omgeving weidser, levendiger en mooier, en ik werd daar steeds gelukkiger en meer verlicht; en naarmate het innerlijke licht zich meer in mij uitbreidde en mij dingen voor de geest riep, waren die er ook heel snel.
Hoofdstuk 175: Leiding in de wereld aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Ik zei: 'Maak je daar maar niet zoveel of helemaal geen gedachten over! De boze geesten, die men duivels noemt, keren uiteindelijk ook in zichzelf, maar daar vinden ze enkel uiterst kwade dingen, die hun eigenlijke liefde zijn. Hieruit scheppen ze voor zichzelf oorden die volkomen gelijkenis vertonen met hun innerlijke karakter, en geleidelijk aan zonderen ze zich af in bepaalde groepen -al naargelang de mate van hun boosaardigheid -en proberen iedereen te schaden. Als ze onder de mensen op deze aarde soortgelijke karakters bespeuren, vinden ze ook al gauw wegen om hen op bijna dezelfde manier te benaderen als jouw vader jou heeft benaderd, nemen dan eerst het vlees in bezit en vervullen het met van alles wat men maar slecht en boosaardig kan noemen.
Hoofdstuk 176: De vraag naar de hel en haar geesten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] Toen de waard dat tegen zijn vrouw had gezegd wilde zij aanvankelijk niet toestemmen; maar zijn oudste zoon, die een vrijdenker was, zei hardop: 'Vader, dat had ik met jouw toestemming allang willen doen - alleen, het geloof van de vrouwen hier is zo hardnekkig als steen en er valt geen verstandig woord mee te praten, hoewel ze zouden moeten inzien dat al die afgoden ten eerste niets anders dan dode materie zijn, en ten tweede zo slecht en armzalig gemaakt zijn, dat ze de menselijke kunstzin regelrecht te schande maken; want zo'n Diana van Efeze ziet er immers niet anders uit dan een verdroogde kikker, en van die Jupiter kan men maken wat men wil!
Hoofdstuk 177: De afgodsbeelden in het huis van de waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] De zoon zei: 'Laat mij dan maar het woord doen, dan zal ik hun zeggen dat de Heer en Meester, die in ons huis zulke grote tekenen heeft gedaan, al je afgoden met één gedachte heeft vernietigd, en dan zullen ze niets meer kunnen zeggen. Bovendien hebben wij onze strenge en rechtvaardige opperstadsrechter aan onze kant, en dan zullen de buren er wel wijselijk voor oppassen hun ongenoegen tegen hem te uiten.'
Hoofdstuk 181: De huisgoden in de herberg worden vernietigd (27.4.1864) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] En de waard zei: 'Dat is veel meer waard om in ons bedrijf te gebruiken dan al je vroegere afgodsbeelden; maar de grootste waarde heeft toch altijd het woord dat wij van deze Heer en Meester hebben ontvangen en misschien, als wij het waardig zijn, nog meer zullen ontvangen. Laten we dus jouw zilveren munten rusten en de Heer en Meester vragen of Hij ons hart en gemoed van zulke geestelijke gouden en zilveren munten wil voorzien, die wij weldra in het andere leven zullen gebruiken!'
Hoofdstuk 181: De huisgoden in de herberg worden vernietigd (27.4.1864) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  116 - 117 - 118 - 119 - 120 - 121 - 122 - 123 - 124 - 125 - 126 - 127 - 128 - 129 - 130 - 131 - 132 - 133 - 134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139 - 140 - 141  ...