Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1280 van 1490

...  1268 - 1269 - 1270 - 1271 - 1272 - 1273 - 1274 - 1275 - 1276 - 1277 - 1278 - 1279 - 1280 - 1281 - 1282 - 1283 - 1284 - 1285 - 1286 - 1287 - 1288 - 1289 - 1290 - 1291 - 1292 - 1293  ...
[13] Kijk maar, nu slaan ook al hier en daar vlammen omhoog! Dat ziet er eigenlijk uit als een regelrechte publieke verbranding. Deze arme schepsels beginnen nu helemaal te branden. De zaak wordt heel bedenkelijk; maar toch beweegt zich nog niets boven, naast en onder de dames dan alleen maar sterke rook, vonken en vlammen.
Hoofdstuk 73: Martinus' opmerkingen en Borems wijze raadgevingen over de wegen van de eeuwige liefde - De brandende dames van het H. Hart - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[4] Is echter de hel een echte realiteit en is een handeling die tegen de positieve onveranderlijke goddelijke ordening indruist als echt slecht aan te duiden, dan zijn deze dames slecht en zo rijp voor de hel als een druif op aarde in de maand november!
Hoofdstuk 74: Martinus' kritiek op de aard van het kwaad - Borems toespraak over de goddelijke ordening van het leven - 'Goed' en 'kwaad' als de beide tegenpolen in God en in de schepping - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[5] Zonde en zondaars zijn volgelingen van de duivel en zijn dientengevolge slecht en hun loon is volgens de uitspraak van de Heer Zelf de hel als een verzamelplaats van al het kwaad. Uit het optreden van deze dames is naar voren gekomen, dat in hen louter kwaad was. Zij staken elkaar neer als furies en nu branden ze! Vriend, ziet de hel er dan soms anders uit?'
Hoofdstuk 74: Martinus' kritiek op de aard van het kwaad - Borems toespraak over de goddelijke ordening van het leven - 'Goed' en 'kwaad' als de beide tegenpolen in God en in de schepping - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[12] Zie, de Heer weet, hoe ver Hij voor een schepsel de cirkel van zijn vrijheid kan trekken. Binnen deze cirkel kan elk wezen, dat een vrije wil heeft ter oefening van zijn eigen vrijheid doen, wat het wil. Maar buiten deze cirkel is geen enkel schepsel in staat te handelen.
Hoofdstuk 74: Martinus' kritiek op de aard van het kwaad - Borems toespraak over de goddelijke ordening van het leven - 'Goed' en 'kwaad' als de beide tegenpolen in God en in de schepping - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[16] Wat in de druppel niet gelukt, dat gebeurt zeker in de zee, die door het giftigste druppeltje nooit kan worden vergiftigd. Wat niet vergeleken kan worden met de baan van de aarde, kan dat zeker wel met de onmetelijk grote baan van de zon. En voor wie zelfs deze nog te klein is, zijn er nog banen van centraalzonnen met hun onmetelijke verten en diepten!
Hoofdstuk 74: Martinus' kritiek op de aard van het kwaad - Borems toespraak over de goddelijke ordening van het leven - 'Goed' en 'kwaad' als de beide tegenpolen in God en in de schepping - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[17] Als een getal niet deelbaar is op een ander getal is het gevolg daarvan dan, dat er dan geen getal meer zou zijn waarin het harmonisch zou kunnen worden opgenomen? Of als in een bepaalde toonaard in de muziek een vreemde, tot een andere toonsoort behorende toon niet harmonisch klinkt, en dientengevolge een echte zonde is, denk je dan soms, dat deze toon daarom helemaal uit de muziek zou moeten worden verbannen?
Hoofdstuk 74: Martinus' kritiek op de aard van het kwaad - Borems toespraak over de goddelijke ordening van het leven - 'Goed' en 'kwaad' als de beide tegenpolen in God en in de schepping - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[18] Zie, God heeft op aarde wel aan ieder mens een bepaalde orde met 'Je zult' getoond en gegeven, maar Hij heeft hem ook al het andere gegeven. Hij weet het beste, hoe Hij de een of de ander naar het bereiken van het enige grote doel voert. Daarom heeft Hij ook het gebod gegeven om niemand te oordelen, zoals ook eens Michaël de grootste engel aller hemelen de satan niet mocht oordelen, toen deze met hem om het lijk van Mozes streed.
Hoofdstuk 74: Martinus' kritiek op de aard van het kwaad - Borems toespraak over de goddelijke ordening van het leven - 'Goed' en 'kwaad' als de beide tegenpolen in God en in de schepping - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] Maar bovendien is het bijna even ondoorgrondelijk en onnaspeurlijk, waarom ik zo lang dom blijf, terwijl jij in zekere zin met weinig geestelijke middelen in deze korte periode al een wijze engel van de Heer bent geworden. Maar het moge zijn zoals het is, ik voel nu sterk in mij, dat de Heer Jezus nu mijn enige verlangen is geworden. En dit gevoel maakt mij heel gelukkig en opgewekt. Meer heb ik ook voor de hele eeuwigheid niet nodig. Ik zeg je, lieve vriend en broeder, als ik alleen maar de Heer heb, dan is me aan al het andere weinig of niets gelegen!
Hoofdstuk 75: Martinus' verdere gadeslaan van de helse toestand van de dames van het H. Hart van Jezus - Borems desbetreffende toelichting - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[3] Ik bedoel daarom: aangezien de Heer toch al met deze onbuigzame metgezellen en metgezellinnen het beste doet en wij daarvan noch iets kunnen wegnemen noch er iets aan toe kunnen voegen, is het dus ook niet de moeite waard nog langer deze scènes aan te zien, waarin tenminste ik wat mij betreft weinig leuks of geestverheffends zie. Nu zijn deze dames wel weer tot leven gekomen en rennen gloeiend in hun tuin rond, alsof ze de ergste furies of duivelinnen zijn. Maar heeft zo'n afschuwelijk schouwspel nut voor mij, als ik het helemaal niet kan begrijpen en het ook moeilijk ooit zal kunnen begrijpen?
Hoofdstuk 75: Martinus' verdere gadeslaan van de helse toestand van de dames van het H. Hart van Jezus - Borems desbetreffende toelichting - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[4] Wat mij betreft, ging ik een miljoen keer liever naar buiten om wat in de mooie tuin te werken, dan hier deze zeer vervelende scènes nog langer aan te zien.
Hoofdstuk 75: Martinus' verdere gadeslaan van de helse toestand van de dames van het H. Hart van Jezus - Borems desbetreffende toelichting - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[5] BOREM zegt: 'Hoor eens, broeder, wat de Heer juist vindt, dat moet ook goed zijn. Want zie, de Heer leidt ook ons beiden en weet het beste waarom Hij ons juist deze weg heeft uitgestippeld.
Hoofdstuk 75: Martinus' verdere gadeslaan van de helse toestand van de dames van het H. Hart van Jezus - Borems desbetreffende toelichting - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[8] BISSCHOP MARTINUS zegt: 'Ja, ja, je hebt gelijk; de Heer leidt tevens ook onszelf; dan moeten wij natuurlijk alles nauwkeurig opvolgen wat Hij wil! En dus zal ik maar weer heel oplettend deze geestelijke klucht bekijken. Maar laat me daar bij spreken, zoals het me voor de mond komt!'
Hoofdstuk 75: Martinus' verdere gadeslaan van de helse toestand van de dames van het H. Hart van Jezus - Borems desbetreffende toelichting - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[10] BISSCHOP MARTINUS is daarmee helemaal tevreden. Hij kijkt nu weer in het achterhoofd van de H. Hart dames en zegt: 'O jeminee, broeder, het ziet er daar werkelijk opeens heel wild en slecht uit! Deze dames zijn nu helemaal naakt en hun vlees is door en door gloeiend als vloeibare erts. Hoe meer het gaat gloeien, des te meer rennen ze door elkaar.
Hoofdstuk 75: Martinus' verdere gadeslaan van de helse toestand van de dames van het H. Hart van Jezus - Borems desbetreffende toelichting - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[11] Dik zijn deze salamanders nu bepaald niet, maar ze hebben toch nog een tamelijk menselijk voorkomen. Het lichaam gaat nog wel, enkele hebben zelfs niet eens zo'n slechte boezem, maar de gezichten zien er ontzettend verwrongen uit. Op aarde heb ik alleen onder de apen soms zulke gezichten gezien. Ei, ei. De gezichten zijn verschrikkelijk wild en meer dan afstotend lelijk!
Hoofdstuk 75: Martinus' verdere gadeslaan van de helse toestand van de dames van het H. Hart van Jezus - Borems desbetreffende toelichting - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[13] Daar, daar, kijk eens - O jee, o jee - daar komt een andere in onze richting: die ziet er dusdanig uit, dat je met ontzetting geslagen wordt! Dat is het hoofd van een echte boa constrictor, alleen de lange ezelsoren zwakken de lelijkheid een beetje af. Die starre ogen, dat onophoudelijk heen en weer schieten van de tong! Bij de mond, bij de oren en door de neusgaten schiet bij iedere zichtbare ademtocht een dikke donkerbruine walm naar buiten! O, o, lieve vriend, dat is toch al te erg, dat is afschuwelijk! Net als bij de andere is ook bij deze het lichaam weer helemaal in orde. Als je het gloeien niet meerekent, zou je haar zelfs heel weelderig kunnen noemen. Alleen het hoofd, het hoofd, dat is verschrikkelijk! Om Godswil, dat is een lelijkheid die elke beschrijving te boven gaat!
Hoofdstuk 75: Martinus' verdere gadeslaan van de helse toestand van de dames van het H. Hart van Jezus - Borems desbetreffende toelichting - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
...  1268 - 1269 - 1270 - 1271 - 1272 - 1273 - 1274 - 1275 - 1276 - 1277 - 1278 - 1279 - 1280 - 1281 - 1282 - 1283 - 1284 - 1285 - 1286 - 1287 - 1288 - 1289 - 1290 - 1291 - 1292 - 1293  ...