Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2682 resultaten - Pagina 131 van 179

...  119 - 120 - 121 - 122 - 123 - 124 - 125 - 126 - 127 - 128 - 129 - 130 - 131 - 132 - 133 - 134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139 - 140 - 141 - 142 - 143 - 144  ...
[2] Deze hoogverheven gast met zijn beide medegasten heeft ons echter vanuit de oerbron en vanuit de diepste grond laten zien, wat heel onze wijsheid nooit bereikt zou hebben. Wij weten nu dat God, de almachtige Schepper van alle dingen, Zelf een volmaakte mens is en altijd als Vader woont te midden van degenen die Zijn kinderen zijn.
Hoofdstuk 64: Zonnebewoners op weg naar het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[15] Kijk mijn geachte oudste, dat is nu precies de verhouding van God tot Zijn schepselen. Doe je het laatste, dan ben je een kind Gods en zul je eveneens door Hem aan Zijn rechterzijde geplaatst worden. Dat bewerkstelligt bovenal de liefde, want God kijkt niet in de eerste plaats naar het werk maar vooral naar de liefde. Vloeit het werk voort uit de liefde, dan heeft het voor God waarde; vloeit het echter alleen uit de wijsheid voort, dan heeft het ofwel geen waarde, of slechts waarde voorzover de liefde daarbij in het spel was. Nu weet je alles en hoef ik jou verder niets meer te zeggen. Wil je de jou duidelijk aangegeven weg bewandelen, dan weet je nu heel goed welk doel je kunt bereiken; blijf je echter zoals je bent, dan zul je eveneens jouw goede doel bereiken maar niet het eigenlijke kindschap Gods!
Hoofdstuk 63: Over het wezen van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] Kijk, daarin ligt het wezen van het kindschap Gods. Als je denkt dat je in het kindschap van de Heer meer zult zijn, meer kracht zult hebben en rijker zult zijn aan allerlei pracht en macht, dan zeg ik je: blijf wat je bent, want van 'meer worden' is in ieder opzicht echt eeuwig geen sprake. Hier ben je zowel lichamelijk als geestelijk een volmaakte heer. Zolang jij in jouw lichaam leeft, moet zich alle materie van het oppervlak van deze, jouw wereld gehoorzaam voegen naar de macht van jouw wijsheid. Leef je echter in de geest, dan moet deze, jouw wereld aan jou, evenals aan alle aan jou gelijke geesten, vanuit haar centrum onderdanig zijn omdat jullie als bewoners van deze wereld, geestelijk gezien gelijk van wijsheid en gelijk van wil zijn, hetgeen op het eerste gezicht al aan jullie morele en staatkundige inrichting te zien is.
Hoofdstuk 62: De ware deemoed, de ware liefde en het ware kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[13] Wanneer ik mij voor iemand verdeemoedig en hem een grote eer bewijs opdat hij mij maar vriendelijk mag bejegenen, dan ben ik al een eerste klas huichelaar. Om kort te gaan, wij kennen geen ander motief voor ons handelen dan de wederzijdse behoefte. Waar het nodig is, wordt gehandeld, ongeacht of daarop nu dank of ondank volgt. Zonder noodzaak wordt geen vinger uitgestoken en geen voet ook maar een duimbreed verzet. Daarom blijft ieder mens voortdurend gelijk in rang en niemand kan op een of andere manier de ander overtreffen dan alleen maar door een diepere wijsheid, waardoor hij in staat wordt gesteld alle mogelijke behoeften in zijn broeders te herkennen en dan zo te handelen dat het zijn broeders zonder enige tegenprestatie ten goede komt. Wanneer de broeders aan wie de weldaad bewezen werd, hun weldoener naderhand tegenkomen en hem hun dank en liefde betuigen, dan kan hij deze vanwege de vreugde van zijn broeders wel aannemen, maar absoluut niet om daardoor op de een of andere manier voor zijn handelen beloond te worden. Als je nu over onze gebruiken een beetje nadenkt, dan zul je, al zou je nog heel wat hoger staan dan nu, zeker vinden dat het helemaal niet lukt om door deemoed en liefde het kindschap Gods te verkrijgen.
Hoofdstuk 61: Deemoed en het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[8] Bij deze kwestie komt echter nog een andere vraag en wel de volgende: heeft een vrijdenkend, zelfbewust en vrij handelend schepsel het recht om onder een of ander voorwendsel ontevreden te zijn over de plaats die de allerhoogste goedheid en wijsheid Gods hem vanaf het oerbegin heeft toebedeeld? Wat is ontevredenheid? Ze is in de eerste plaats het ongenoegen over hetgeen gegeven is en juist daardoor tevens de ondankbaarheid voor hetgeen gegeven is.
Hoofdstuk 61: Deemoed en het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[2] Meest verhevene onder de afgezanten van onze grote God! Omdat jij volgens jouw getuigenis een tijdgenoot was op die aarde waarop het de grote God behaagde evenals zijn schepselen mens te zijn om daardoor voor al Zijn schepselen de poorten naar het eeuwige leven te openen, zeg ik jou dat ik heel diep over jouw woorden heb nagedacht, deze allemaal juist heb bevonden en al mijn wijsheid heb aangewend om een of andere tegenstrijdigheid te vinden. Ik was echter niet in staat om ook maar één punt te ontdekken dat de grote waarheid van jouw getuigenis ook maar in het minst verdacht zou kunnen maken.
Hoofdstuk 61: Deemoed en het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[23] Nu je dit echter vanuit de diepte van de zuiver goddelijke wijsheid en lief-de in mij hebt ervaren, probeer voortaan alle rijkdom te mijden; geef alles met de grootste liefde weer aan de oneindige liefde van de Heer terug en zoek in het bezit van Hemzelf, en verder in niets anders, de hoogste rijkdom; dan zul je het allerhoogste goed in oneindige overvloed bezitten!
Hoofdstuk 60: Over de menswording van de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[21] Ik zeg niet dat je daarom jouw grote, prachtige huis moet afbreken en in plaats daarvan onaanzienlijke hutjes moet neerzetten, maar breek het af in jouw hart en bezit het zo, alsof je het helemaal niet zou hebben. Geef de Heer alles in eigendom en wandel vol deemoed en liefde voor Hem, evenals jouw kinderen, broeders en zusters; dan zal de Geest van de Heer Zelf over jou komen en je leiden in alle wijsheid der hemelen! Kijk, dat is noodzakelijk; al het andere is voor de Heer van nul en gener waarde.
Hoofdstuk 60: Over de menswording van de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Nu spreek ik weer: luister, geachte oudste van dit huis, je hebt op jouw manier wijs gesproken, maar jouw wijsheid is niet soepel en niet vloeiend omdat zij steeds uitgaat van de stugge uiterlijke vorm. Jij beweegt je voortdurend in een kringetje om louter overeenstemmingen en daardoor blijf je ook vastzitten als een lichaamsdeel aan zijn lichaam en kun je niet van je plaats komen.
Hoofdstuk 60: Over de menswording van de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Het is mij bekend dat alle hemellichamen inclusief hun bewoners met een volledig mens in volmaakte en onveranderlijke correspondentie staan, en wel zo, dat één wereld overeenkomt met één lichaamsdeel, een andere wereld weer met een ander lichaamsdeel, en zo corresponderen de talloze werelden met de talloze delen, waaruit door de macht van de goddelijke wijsheid een volkomen mens is geschapen.
Hoofdstuk 60: Over de menswording van de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] Nu spreekt de oudste en we zullen naar hem luisteren, want hij heeft verstandig over alles nagedacht en jullie zullen je erover verbazen met welk een diepe wijsheid onze man voor de dag zal komen. Zijn woorden luiden als volgt:
Hoofdstuk 60: Over de menswording van de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[21] Maar met een zuiver, liefdevol hart zul je Hem bekoren en Hij zal jou in één ogenblik meer geven dan jij met al jouw wijsheid zelfs na onvoorstelbaar lange tijden en nog eens tijden zou kunnen bereiken.
Hoofdstuk 59: Voorwaarden ter verkrijging van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[17] Neem daarom in acht wat ik jou heb aangetoond, en dan zal er bij jullie allen een ander levenslicht opgaan. Want wezens zoals jullie zijn door de oneindige liefde van God niet voor het knechtschap, maar voor de eeuwige vrijheid geschapen! Deze vrijheid kunnen jullie echter nooit door jullie wijsheid verkrijgen, maar alleen door deemoed en liefde voor God. Je vraagt mij wat men moet doen om God boven alles lief te hebben.
Hoofdstuk 59: Voorwaarden ter verkrijging van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[16] Wat baat het jou als je met de aangeleerde wijsheid en kracht van jouw kinderen nog grotere werken liet uitvoeren dan dit gebouw dat ons draagt? Kijk, dat kan de Heer door een allersubtielste gedachte en ook Zijn kinderen kunnen dat door Zijn kracht in hen. Ja, zij zijn in staat om niet alleen dergelijke werken in een oogwenk, maar hele scheppingen door één enkele gedachte in het leven te roepen. Als je daarentegen de werken beschouwt die jouw kinderen eigenhandig en moeizaam moesten uitvoeren, zeg mij eens, wat zijn die dan daarmee vergeleken? Niets dan ijdele moeite voor datgene wat op deze manier onbereikbaar is.
Hoofdstuk 59: Voorwaarden ter verkrijging van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[14] Weet je wat de liefde voor God inhoudt? Wil je een kind van de Heer zijn, dan moet je niet de eerste en de voornaamste willen zijn, maar je moet zijn als de minste knecht onder al degenen die je leidt. Je moet hun niet de wijsheid op zich leren, maar de pure deemoed en liefde; dan zullen jij en jouw huisgenoten pas de ware wijsheid verkrijgen, waarin de basis van alle werkende krachten ligt. De hele regel luidt dus als volgt:
Hoofdstuk 59: Voorwaarden ter verkrijging van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
...  119 - 120 - 121 - 122 - 123 - 124 - 125 - 126 - 127 - 128 - 129 - 130 - 131 - 132 - 133 - 134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139 - 140 - 141 - 142 - 143 - 144  ...