Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1321 van 1490

...  1309 - 1310 - 1311 - 1312 - 1313 - 1314 - 1315 - 1316 - 1317 - 1318 - 1319 - 1320 - 1321 - 1322 - 1323 - 1324 - 1325 - 1326 - 1327 - 1328 - 1329 - 1330 - 1331 - 1332 - 1333 - 1334  ...
[5] De wijze laat deze raadgeving door de reeds bekende tekenen naar buiten meedelen. Binnen enkele ogenblikken komen van alle kanten tegen tekens, dat deze raad goed is begrepen en alom dankbaar en bereidwillig werd aangenomen, en dat men er zo nauwkeurig mogelijk en moedig naar zal handelen.
Hoofdstuk 176: De opkomende vijandelijke vloed - Opbeurende woorden van Petrus aan allen - Zijn belangrijke vraag aan de zonnemensen: 'Willen jullie kinderen van God worden of niet?' - Het antwoord van Uhron - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] Als de wijze dit weer aan Petrus mededeelt, zegt deze:
Hoofdstuk 176: De opkomende vijandelijke vloed - Opbeurende woorden van Petrus aan allen - Zijn belangrijke vraag aan de zonnemensen: 'Willen jullie kinderen van God worden of niet?' - Het antwoord van Uhron - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[10] Uit deze getrouw afgeschilderde levensomstandigheden hebben jullie gemakkelijk kunnen opmaken, hoe heel anders jullie er op deze grote lichtwereld in elk opzicht aan toe zijn. Tevens echter ook, wat het vereist om vanuit enkel schepsel als zodanig, een kind Gods te worden dat in de hoogste mate vrij is.
Hoofdstuk 176: De opkomende vijandelijke vloed - Opbeurende woorden van Petrus aan allen - Zijn belangrijke vraag aan de zonnemensen: 'Willen jullie kinderen van God worden of niet?' - Het antwoord van Uhron - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[11] Er doet zich nu allereerst de vraag voor: 'Willen jullie - en wel met behoud van alle voordelen van jullie levensomstandigheden, voorzover deze niet door wetten dienaangaande worden beperkt, dat jullie er terwille van het Godsrijk zelf afstand van doen, - kinderen van God worden gelijk wij zijn, of niet?' Bedenk echter wel, wat jullie willen doen; zeg mij pas ja of nee na rijp overleg!
Hoofdstuk 176: De opkomende vijandelijke vloed - Opbeurende woorden van Petrus aan allen - Zijn belangrijke vraag aan de zonnemensen: 'Willen jullie kinderen van God worden of niet?' - Het antwoord van Uhron - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[13] Weliswaar zal niemand iets verlaten, dat hem in het Godsrijk niet duizendvoudig voor eeuwig zal worden vergoed. Maar deze vergoeding zal niet al te duidelijk voor zijn wijsheid merkbaar zijn, doch slechts zo ver, als de kracht van zijn geloof in staat zal zijn te reiken.
Hoofdstuk 176: De opkomende vijandelijke vloed - Opbeurende woorden van Petrus aan allen - Zijn belangrijke vraag aan de zonnemensen: 'Willen jullie kinderen van God worden of niet?' - Het antwoord van Uhron - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[16] Want het kunnen is een hoofdvoorwaarde bij het doen of handelen, daar God Zelf toch zeker van geen schepsel meer kan verlangen, dan het op grond van de in hem aanwezige eigenschappen en krachten tot stand kan brengen. Dus ben ik ook hierin zelf er duidelijk van overtuigd, dat de Heer van ons onmogelijk méér zal verlangen dan wij tengevolge van onze natuurlijke en geestelijke positie op deze aarde in staat zijn te doen.
Hoofdstuk 176: De opkomende vijandelijke vloed - Opbeurende woorden van Petrus aan allen - Zijn belangrijke vraag aan de zonnemensen: 'Willen jullie kinderen van God worden of niet?' - Het antwoord van Uhron - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[1] PETRUS zegt: 'Beste vriend, je hebt als het er op aan komt mijn lezing niet begrepen! Zie, de vraag luidde immers: 'willen jullie - en wel met behoud van alle voordelen van jullie levensomstandigheden, voorzover deze niet door wetten dienaangaande worden beperkt, dat jullie er terwille van het Godsrijk zelf afstand van doen, (het spreekt vanzelf: alleen die levensvoordelen die voor het leven zelf niet absoluut noodzakelijk zijn) - kinderen van God worden gelijk wij zijn, of niet?' Als ik over een voorbehoud spreek, dan geloof ik toch dat je de zaak zo zult begrijpen, als ik ze je heb voorgesteld!
Hoofdstuk 177: Nogmaals verduidelijking van de vraag over het kindschap Gods door Petrus - Zijn kritiek met betrekking tot de bloedschande onder de zonnemensen - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[3] Maar jullie hebben bepaalde, door jullie zelf gemaakte wetten die eigenlijk helemaal geen wetten zijn, omdat ze niets anders voorschrijven dan de meest losbandige willekeur in handel en wandel! Op grond van deze wetten zouden jullie ook je oude, wijze oerwetten kunnen verwerpen en de totaal onbeduidende nieuwe in haar plaats stellen. Ik vraag jullie: rekenen jullie een dergelijke willekeur ook onder de eigenlijke voordelen van jullie leven?
Hoofdstuk 177: Nogmaals verduidelijking van de vraag over het kindschap Gods door Petrus - Zijn kritiek met betrekking tot de bloedschande onder de zonnemensen - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] Zo'n voordeel van ons leven is, dat wij aan de bodem van deze aarde alles kunnen onttrekken wat wij maar willen, zoals heerlijkheden zonder tal en maat - en ook alle denkbare noodzakelijkheden ter verzorging van ons lichaam.
Hoofdstuk 177: Nogmaals verduidelijking van de vraag over het kindschap Gods door Petrus - Zijn kritiek met betrekking tot de bloedschande onder de zonnemensen - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[1] PETRUS zegt: 'De almacht van de Heer is Zijn eeuwige ordening, waaruit jullie evenals de gehele oneindigheid zijn voortgekomen. Zou de Heer nu uitsluitend jullie willen omvormen, dan zou Hij eerst Zijn hele orde moeten omvormen, wat Hij in eeuwigheid wel nooit zal doen, daar Hij juist deze orde Zelf is!
Hoofdstuk 178: Petrus' voorstel om te danken en te bidden - Uhrons veelzeggende afwijzing van een smeekbede tot God - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[8] Werkelijk, vriend, liever dan dat ik het zou wagen met een verzoek bij de alwijze, algoede en almachtigste Schepper te komen, waardoor ik Hem toch duidelijk te kennen zou geven, dat ik mijn behoeften beter ken dan Hij, - en liever dan dat ik iets zou willen vragen voor anderen en Hem daardoor zou tonen, dat ik kennelijk beter en barmhartiger ben dan Hij, zou ik er de voorkeur aan geven niet te bestaan! O vriend, hoe zouden we op deze wijze onze achting voor God, de meest wijze en almachtige Geest, kunnen uitdrukken?
Hoofdstuk 178: Petrus' voorstel om te danken en te bidden - Uhrons veelzeggende afwijzing van een smeekbede tot God - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] Zo is het bij de mens niet, want deze weet wat hij nodig heeft. Als de mens zich verzadigd heeft, dan weet hij dat hij weer zal moeten eten om zich te verzadigen. Hij kent echter ook de Gever. Daarom dient hij niet alleen te danken, wanneer hij zich heeft verzadigd, doch moet veeleer nog de dank met de smeekbede gepaard laten gaan. Daardoor erkent hij de Schepper des te meer en betuigt hij dat hij alles slechts van Hem krijgt en ook voor de toekomst het goede en noodzakelijke van Hem verwacht.
Hoofdstuk 179: Petrus als leraar in het bidden van het Onze Vader - Waarom het bidden hoger staat dan het danken - Petrus' belangrijke vraag aan Uhron in opdracht van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[9] Ik meen dat deze redenen voor jullie wijsheid wel toereikend zijn om in te zien, dat het gebed voor elke vrije geest veel en veel noodzakelijker is dan de beste en nog zo veel verschuldigde dank!
Hoofdstuk 179: Petrus als leraar in het bidden van het Onze Vader - Waarom het bidden hoger staat dan het danken - Petrus' belangrijke vraag aan Uhron in opdracht van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] Ik zie wel uit alles, wat jij en je voorganger ons hebben gezegd, dat wij nu onze tot nu toe vrije, scheppende wilskracht, door middel waarvan wij tot dusverre onze tuinen bewerkten en onze huizen en woningen grotendeels bouwden, helemaal in de handen van de Heer terug zullen moeten leggen. Maar dat doet er juist daarom niets toe, omdat wij langs de weg van het gebed deze vaardigheid toch weer volledig terug kunnen krijgen.
Hoofdstuk 180: Het bevestigend antwoord van de wijze zonnemens aan Petrus - Zijn kritiek op de beloften van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] Wie voor een ontvangen gave dankt, maar daarbij geen behoefte voelt aan een verder benodigde gave in de toekomst, is in zijn levenssfeer nog heel stompzinnig en heeft nog veel dierlijks in zich. Want ook dieren danken door hun blij genot instinctief de Gever, ook al zijn ze niet in staat om Hem te kennen. Maar een dier kan niets begeren, omdat het zijn behoeften niet kan beseffen! Als het hongerig is zoekt het voedsel. Heeft het dit gevonden en zich verzadigd, dan rust het zo lang tot het weer hongerig wordt. Deze rust is een onbewuste dank voor het voedsel, dat het ter verzadiging heeft gevonden; maar als het dier verzadigd rust, heeft het geen verder besef dat het in de toekomst weer hongerig zou kunnen worden en een maaltijd nodig zou hebben.
Hoofdstuk 179: Petrus als leraar in het bidden van het Onze Vader - Waarom het bidden hoger staat dan het danken - Petrus' belangrijke vraag aan Uhron in opdracht van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
...  1309 - 1310 - 1311 - 1312 - 1313 - 1314 - 1315 - 1316 - 1317 - 1318 - 1319 - 1320 - 1321 - 1322 - 1323 - 1324 - 1325 - 1326 - 1327 - 1328 - 1329 - 1330 - 1331 - 1332 - 1333 - 1334  ...