Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

4159 resultaten - Pagina 135 van 278

...  123 - 124 - 125 - 126 - 127 - 128 - 129 - 130 - 131 - 132 - 133 - 134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139 - 140 - 141 - 142 - 143 - 144 - 145 - 146 - 147 - 148  ...
[7] In Gods wil leeft echter ook de hoogste wijsheid; daarom kan en wil hij ook niets tot stand brengen wat in strijd met Gods wijsheid zou zijn. Wie zich dus Gods wil eigen heeft gemaakt door ernaar te handelen, heeft zich ook Gods wijsheid eigen gemaakt, zonder welke de wil tot niets in staat zou zijn; en zo is een mens, die in overeenstemming met Gods wil handelt, vol van het ware levenslicht en vol van wijsheid, die levend is door de liefde voor God en de naaste. Kijk nu eens, Mijn allerliefst dochtertje, daar heb je nu een volkomen oprechte en alles inhoudende waarheid op de vraag die je aan Mij stelde; en zeg Mij nu of je die ook begrepen hebt!'
Hoofdstuk 108: Over de kracht van de geest (13.1.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[14] Ik zei: 'Vrouw, bemoei je niet met wat Ik voor jullie doe! In de wijn die de wijnstok jullie geeft zit wel een verdovende en de mens verontreinigende geest, die de ziel niet verlicht maar wel verduistert. Maar in de wijn die Ik jullie hier uit de hemelen geef, bevindt zich de geest van de ware en levende liefde en wijsheid; want die is eigenlijk Mijn woord en Mijn wil. Daarom moeten jullie die ook zonder enige vrees of schroom drinken, opdat jullie de kracht krijgen om in jullie land in Mijn naam de andere mensen Mijn woord en Mijn wil bekend te maken!'
Hoofdstuk 108: Over de kracht van de geest (13.1.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[26] Daarop vroeg de waard aan Mij: 'Heer en Meester! Is het eigenlijk wel juist van de overste van de synagoge om mij tegen betaling van een offer voor ontheffing van het schenden van de sabbat - wat voor hem als een meer dan grote en strafbare zonde geldt - toe te staan die zonde met mijn hele gezin te begaan, en wel zonder enige bezorgdheid, alsof ik daarvoor nooit enige straf te vrezen heb?'
Hoofdstuk 109: De ware sabbatsheiliging - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[27] Ik zei: 'Vriend, als de overste het schenden van de sabbat volgens zijn geweten en vanuit zijn geloof werkelijk als een zonde beschouwt, komt de zonde voor zijn rekening, aangezien hij die voor geld door anderen laat begaan; maar als hij geen geloof heeft en tegenover het volk toch doet alsof hij vast en zonder twijfel gelooft wat hij volgens de Schrift voor de schijn als een uiterst strafbare zonde zegt te beschouwen en daar scherpe strafpreken over houdt, dan is hij door zijn voor geld gegeven toestemming om een zonde te begaan niet alleen een even frequente sabbatsschender als de velen aan wie hij voor geld toestemming heeft gegeven de sabbat te schenden, maar hij begaat daardoor de nog veel grotere zonde van leugen, huichelarij en inhaligheid, omdat hij zijn geloof ter wille van zijn hebzucht heeft opgegeven.
Hoofdstuk 109: De ware sabbatsheiliging - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] De waard zei: 'Beste vrienden, daar hadden jullie echt niet zoveel woorden voor hoeven te gebruiken; want ik zal direct voor alles laten zorgen. Er bevindt zich nu wel een vooraanstaand en uitstekend Arts in mijn huis, die de zieke man op slag voor altijd zou kunnen helpen; maar van degenen die hulp bij Hem zoeken, verlangt Hij een volledig geloof zonder enige twijfel, volgens onze oude Joodse traditie. Maar jullie geloven alleen aan bepaalde door mensen bedachte goden, die nooit iemand kunnen helpen, en niet in de ene, ware en levende God van de Joden, die als enige almachtig is en ook iedereen kan en wil helpen die Hem daarom vraagt; ik weet dus niet of de genoemde Arts in mijn huis jullie zieke vriend wel zal willen helpen.'
Hoofdstuk 111: De Heer geneest de zieke leider van de kooplieden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[11] Nu zei Ikzelf tegen de tolk: 'Vrienden, laten we de waard de moeite besparen om jullie voor te stellen aan die arts, die alles kan! Ik ben het Zelf en ben omwille van jullie nog hier gebleven; want Ik wist allang van tevoren dat jullie Mij nodig zouden hebben. Ik heb jullie aankomst al een uur geleden aan de waard aangekondigd, met de bedoeling dat jullie vandaag, terwijl het zelfs een nieuwemaanssabbat is, waarop geen enkele Jood zonder toestemming van een priester iets mag doen, toch naar wens verzorgd zouden worden.
Hoofdstuk 111: De Heer geneest de zieke leider van de kooplieden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[13] De tolk zei:'O wonderbare meester in de hoogste en belangrijkste kunst en wetenschap op aarde! Door uw woorden zijn wij er in ons hart nu volledig van overtuigd geraakt dat voor u niet gauw iets onmogelijk is -en dus geloven wij ook vast en zonder twijfel dat u onze vriend zeker en zonder mankeren zult helpen, als u dat wilt. En in onze troostvolle overtuiging dat u onze vriend zult helpen, vragen wij u om in uw goedheid van tevoren te bepalen met welk offer wij u daarvoor kunnen betalen.'
Hoofdstuk 111: De Heer geneest de zieke leider van de kooplieden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] Ik zei tegen de waard: 'Ik ben nu een hele tijd bij je gebleven, en die tijd was vruchtbaar voor Mij en ook voor jou. Je zult in Mijn plaats door de Perzen goed bedacht worden; denk dan echter ook in Mijn naam aan degenen die werkelijk arm zijn, zoals je dat ook zonder buitengewone aardse middelen steeds hebt gedaan, dan zal Mijn zegen niet van je wijken!
Hoofdstuk 113: De Heer vertrekt uit Kana De Heer in Kis aan het meer van Galilea - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] Goed te doen, ook op een sabbat, is Mijn leer en Mijn wil; maar zonder noodzaak op een sabbat vis in het meer te vangen, is noch volgens de wet noch volgens Mijn leer juist. Laat jullie zin om te vissen dus voorbij gaan! Ik heb jullie tot vissers van mensen gemaakt, en als jullie tijd binnenkort komt, zullen jullie ook op sabbatten kunnen werken.'
Hoofdstuk 114: De ontmoeting van de Heer met Philopold (22.1.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] De zuivere waarheid te verkondigen en er ook naar te handelen zou het beste, mooiste en prachtigste zijn onder de mensen op aarde. Maar wat kan men nu doen, als men zichzelf ter wille van de waarheid alle denkbare vervolgingen, straffen en zelfs de dood aan het kruis op de hals kan halen? Als het met de omstandigheden zo erg gesteld is moet men zelf een vervolger van de waarheid worden om te kunnen leven, omdat men nu eenmaal -zonder het ooit gewild te hebben - in deze wereld moet leven.
Hoofdstuk 118: Het gesprek tussen de tempeldienaren en de Heer (30.1.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[13] Opdat de mens zich echter bewust wordt waarom hij geschapen en in deze wereld geplaatst is, heeft God hem dat in alle tijden allemaal getrouw geopenbaard en hem ook zulke levenswetten gegeven, dat hij zonder mankeren het voor hem gestelde doel moet bereiken, als hij zich aan die wetten houdt, wat heel goed mogelijk is.
Hoofdstuk 118: Het gesprek tussen de tempeldienaren en de Heer (30.1.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] 'Mensenkind, profeteer tegen de profeten van Israël en spreek tot degenen die vanuit hun eigen hart en inzicht profeteren: Hoor het woord des Heren! Zo spreekt de Here Here: wee de dwaze profeten die hun eigen geest volgen, zonder nog ooit een visioen gehad te hebben en een roep te hebben gehoord!
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[16] Of bestaan er bij jullie soms geen instellingen, volgens welke een mens zich door rijke offers, natuurlijk en met name aan de tempel gebracht, voor een bepaald aantal jaren voor de toekomst volledig vrij kan kopen van het houden van Gods geboden? Hij kan dan liegen, stelen, roven, moorden, hoererij bedrijven, echtbreken en de sabbat schenden zoveel hij maar wil en kan, zonder daardoor een zonde te begaan!
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[18] Zijn zulke leringen en valse profetieën van jullie niet te vergelijken met die dochters, die vanuit hun slechte hart profeteren en zeggen: 'Hier heb je zachte kussens als aangename steun voor je armen, waarmee je nu goed kunt rusten, en bovendien zachte kussens voor je hoofd, opdat je zonder zorgen kunt slapen, in plaats van moeizaam te bedenken en te onderzoeken wat volgens die lastige wetten in de ogen van God en de mensen goed is?'
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[16] Wie God werkelijk lief wil hebben, moet ook weten hoe wonderbaar Hij ook in Zijn werken is.Wij mensen staan wel temidden van louter wonderen Gods, en wijzelf zijn daarvan nog het grootste wonder; als wij naar onszelf kijken, hoe wij geboren worden, dan zien we dat wij zwak zijn, hulpeloos, geen taal hebben en zonder enige gedachte zijn. Als een kind niet gedurende lange tijd zorgzaam verzorgd zou worden, zou het er veel slechter met hem voorstaan dan zelfs met het meest beklagenswaardige dier. Pas door de liefdevolle zorg van de ouders wordt een kind mens.
Hoofdstuk 123: Samaritanen zoeken de Heer (9.2.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
...  123 - 124 - 125 - 126 - 127 - 128 - 129 - 130 - 131 - 132 - 133 - 134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139 - 140 - 141 - 142 - 143 - 144 - 145 - 146 - 147 - 148  ...