Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 137 van 1088

...  125 - 126 - 127 - 128 - 129 - 130 - 131 - 132 - 133 - 134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139 - 140 - 141 - 142 - 143 - 144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150  ...
[10] Want wie eenmaal zijn innerlijk geheel en al kent, zal ook vroeg genoeg niet alleen kennis vergaren over de gehele aarde, maar ook over alle andere hemellichamen in de eindeloze scheppingsruimte, zowel stoffelijk als geestelijk, en dat laatste is alleen van belang en van het grootste gewicht. De uitwendige kennis over de natuur van deze aarde zal voor geen ziel de weg banen naar onsterflijkheid.
Hoofdstuk 87: De schijnzon. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] Nu kwam dan ook OURAN met zijn dochter Helena in diepe eerbied naar Mij toe en zei met een van pure eerbied wat stotterende stem: " Als alles hier om mij heen geen bedrog is en ik zelf ook geen drogbeeld ben, dan bent U een God der goden, der geesten en van alle mensen, alle dieren, alle landen, alle zeeën, alle meren, alle rivieren, beken en bronnen, en alles wat daarin is en leeft! Ook de winden, de bliksems en de verschrikkelijk rollende donder schijnen U onderdanig te zijn; ook zon, maan en sterren luisteren naar Uw wil.
Hoofdstuk 88: De vrees van de Grieken voor de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] De mooie HELENA zegt: "Zij zullen waarschijnlijk wel iets naders over Hem weten, maar dan alleen in symbolische beelden. Maar dat zij deze wonderdoener heel zeker niet daarvoor houden, waarvoor u Hem houdt, en wat Hij ook naar alle waarschijnlijkheid schijnt te zijn, daarvoor zou ik veel op het spel willen zetten! Het enige wat ik nog niet zo precies begrijp is, dat mijn hart steeds meer vervuld wordt met ware, oprechte liefde voor Hem, terwijl toch ieder mens een god slechts mag vrezen, vereren en offers brengen!
Hoofdstuk 88: De vrees van de Grieken voor de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[16] HELENA zegt: "Dat zal mij erg weinig meer helpen, want mijn hart is al te veel van Hem vervuld en ik kan Hem er niet meer uit krijgen! Maar kijk eens naar dat heel jonge meisje, dat schijnt Hem ook erg lief te hebben, en toch gebeurt er met haar, uiterlijk gezien, niets kwaads!"
Hoofdstuk 88: De vrees van de Grieken voor de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[22] Kijk maar eens naar deze onbeschrijflijk mooie omgeving! Ik vraag u, kan het Elysium nog mooier zijn?! De ene zon gaat onder en een andere komt op dezelfde plaats op, en ook de sterren ontbreken niet op de heerlijke, eeuwige ochtend! In dat geval, vader, -zou mijn liefde geen zonde meer zijn!"
Hoofdstuk 88: De vrees van de Grieken voor de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[3] OURAN zegt dan heel zachtjes tegen Helena: "Hij heeft ons al door! Nu moeten we wijs, goed, waar en passend reageren, anders gaan we nog zonder meer op een verschrikkelijke manier naar de plaats die Cerberus bewaakt en waar de onverbiddelijke Pluto heerst! Spreek weinig en langzaam, overdenk ieder woord goed, anders is het met ons gedaan!"
Hoofdstuk 89: Een echte heiden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[1] Mathaël gaat dan weer naar Mij en vraagt of hij met zijn uit zichzelf gegeven uitleg van de namen der heidense goden wel goed heeft gedaan, -of dat het misschien te vroeg is gebeurd.
Hoofdstuk 91: Mathaël als afbreker van de heidense tempelmuren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] IK zeg: "O, helemaal niet! Dat is je naar waarheid heel goed gelukt en je hebt daardoor nu werkelijk met weinig woorden meer gedaan voor het laten verdwijnen van het duistere heidendom, dan menig wijze leraar in vele jaren! Want wie een mens verstandig en wijs op wil voeden, moet eerst alle oude domheden bij hem laten verdwijnen. Als de mens daardoor een weliswaar nu nog leeg, maar schoon vat is geworden, is het niet moeilijk zo'n goed bruikbaar vat te vullen met allerlei wijsheid uit de hemelen, en dat zal bij deze twee ook gebeuren.
Hoofdstuk 91: Mathaël als afbreker van de heidense tempelmuren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] Ik zal de schijnzon nu nog een paar uur laten schijnen, waardoor veel mensen uit de stad naar buiten zullen trekken, ten dele uit verwondering en deels uit angst over zo'n dag die maar niet wil eindigen, Maar binnen dit tijdbestek zul je met deze beiden veel bereikt hebben.
Hoofdstuk 91: Mathaël als afbreker van de heidense tempelmuren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[12] Maar ook alle Romeinen, zelfs Cyrenius niet uitgezonderd, hadden veel aandacht aan de mooie"Griekse besteed, en het kostte hun behoorlijk moeite naar iets anders te kijken dan naar de mooie Helena, wier lichaam scheen te zijn gevormd uit zuiver etherisch licht en daardoor nu haast meer aantrekkingskracht bezat dan de hele wonderbare schijnzon.
Hoofdstuk 91: Mathaël als afbreker van de heidense tempelmuren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[1] Hij ging daarom ernstig naar Ouran en de mooie Helena en vroeg hun, of zij nu al goed nagedacht hadden over wat hij hun had gezegd.
Hoofdstuk 92: De schoonheid van de kinderen van God. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[10] Kijk, stel dat je een duif hebt, die wel kan vliegen, maar waarvan je, opdat zij niet steeds bij je weg zal vliegen en gezellig tam en huiselijk zal worden, de vleugels hebt ingekort. Zo kan de duif dan niet meer naar believen op en wegvliegen, maar moet bij je blijven en zich door jou tam laten maken.
Hoofdstuk 92: De schoonheid van de kinderen van God. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[11] Zeg nu eens, of de duif zolang zij gekortwiekt is minder duif is, dan daarvoor, toen haar vleugels nog niet gekortwiekt waren! Zullen de vleugels van het lieve duifje soms niet in korte tijd weer aangroeien? Ja, in korte tijd zal de duif haar vleugels weer terug hebben en net zo goed als vóór die tijd kunnen vliegen. Maar ze zal tam zijn en graag bij je blijven. En als zij zo nu en dan uit zal vliegen, behoef je haar maar te roepen, dan zal zij je in het hoge luchtruim horen en in duikvlucht naar je toekomen en zich door jou laten liefkozen.
Hoofdstuk 92: De schoonheid van de kinderen van God. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[1] "Kijk, de zon die nu aan de hemel schijnt is in rechte lijn nauwelijks zover van ons verwijderd, als de afstand, die een ervaren ruiter in een halve dag af kan leggen. De echte zon staat in rechte lijn echter zover van de aarde verwijderd, dat, als dat mogelijk zou zijn, een ervaren ruiter , als hij zonder te rusten dag en nacht door zou rijden, die ontzettend lange weg nauwelijks in tienduizend jaar zou kunnen afleggen. Hoe ver reiken de stralen van de natuurlijke zon en hoe onmeetbaar is de ruimte die zij vullen en hoe kort zijn daarentegen de stralen van deze schijnzon! Naar het oosten komen ze niet erg ver, wat ook goed te zien is aan de grotere duisternis in het oosten, en daarom is de lucht daar niet zo oogverblindend van licht doorzeefd als bij de natuurlijke zon. Het oogverblindende, doordringende licht in de lucht, die deze aarde naar alle kanten omgeeft, maakt echter juist dat wij overdag nooit een ster kunnen zien.
Hoofdstuk 94: Mathaël geeft uitleg over de beweging der sterren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[5] MATHAËL zeg!.: "Weet je, om dat voor jou allemaal goed begrijpelijk te maken zou de tijd hier wel wat te kort zijn, en je zou zeker niet het geduld ?P kunnen brengen om tot het eind naar mij te luisteren. Daarom verschuiven we dat naar een geschiktere tijd. Maar iets daarvan kan ik je wel voor je gemoedsrust meedelen, luister daarom goed naar mij.
Hoofdstuk 94: Mathaël geeft uitleg over de beweging der sterren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
...  125 - 126 - 127 - 128 - 129 - 130 - 131 - 132 - 133 - 134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139 - 140 - 141 - 142 - 143 - 144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150  ...