Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1378 van 1490

...  1366 - 1367 - 1368 - 1369 - 1370 - 1371 - 1372 - 1373 - 1374 - 1375 - 1376 - 1377 - 1378 - 1379 - 1380 - 1381 - 1382 - 1383 - 1384 - 1385 - 1386 - 1387 - 1388 - 1389 - 1390 - 1391  ...
[7] Dat is dus een gedenkwaardig dier van deze planeet. Zijn nut ligt vooral op het bovennatuurlijke vlak, aangezien het een overgangsniveau vormt van het gewoonlijk vormveranderlijke plantenleven naar het vormbestendige dierenleven. Zijn kleur is groenachtig grijs.
Hoofdstuk 57: Het dierenrijk op de planeet Miron. De damper, de donderaar en de windmaker - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[13] Dat is dus het tweede gedenkwaardige dier van deze planeet. - We gaan dus weer naar een ander dier, dat eveneens niet minder opmerkelijk is.
Hoofdstuk 57: Het dierenrijk op de planeet Miron. De damper, de donderaar en de windmaker - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[1] Uit de reeks viervoetige dieren van deze planeet zullen we nog drie klassen, of liever soorten vermelden en kort beschouwen; daarna zullen we na een algemeen overzicht direct overgaan naar de tweevoeters.
Hoofdstuk 58: De Miron-geit. De gronddrukker - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[5] Overigens is dit dier uiterst goedmoedig van aard, maar desondanks heeft het verscheidene dieren als vijand. Deze vijanden maken zich echter niet gemakkelijk meester van dit dier, als het hen maar bijtijds genoeg heeft opgemerkt. Want bij het zien van de een of andere vijand verheft het zich snel in de lucht, vliegt dan door de lucht snel op zijn vijanden af en stoot zijn vijanden vanuit de lucht heel behendig met zijn horens. Als deze niet al te groot zijn, grijpt het hen ook wel vast met zijn stevige tanden, tilt ze duizelingwekkend hoog de lucht in en laat ze dan vallen. De vijanden weten en onthouden dat ook; daarom maken ze zich onmiddellijk uit de voeten, zodra dit dier zich in de lucht begint te verheffen.
Hoofdstuk 58: De Miron-geit. De gronddrukker - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[3] Eén dier uit de viervoetige reeks, dat de naam ‘de grote damper’ draagt, is één van de meest bijzondere dieren van deze planeet. Dit dier is zo groot, dat het vanaf de grond tot de rug dertig klafter meet, en het heeft rond de buik een lichaamsomvang van minstens zesendertig klafter. De poten zijn relatief lang en sterk en bijna net zo gebouwd als de poten van een olifant bij jullie; alleen zijn ze onderaan de poten in plaats van stompe nagels voorzien van sterke, op een berenpoot lijkende klauwen. - Dit dier heeft ook een relatief lange, sterke staart met sterk gekruld haar, ongeveer zoals de staart van een leeuw bij jullie. De kop van dit dier staat op een korte, maar des te sterkere hals en lijkt sterk op die van een rinoceros bij jullie.
Hoofdstuk 57: Het dierenrijk op de planeet Miron. De damper, de donderaar en de windmaker - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[4] In plaats van een horen op de neus heeft het een wijde, heel ruime trechter met een omtrek van verscheidene klafter. Boven de trechter, aan het voorhoofd, heeft het twee slurven, die tot dertig klafter uitgestrekt kunnen worden. Met deze slurven verzamelt dit dier wortelen en allerlei andere voor hem eetbare vruchten, die het in de wijde, ruime trechter legt; als de trechter vol is, blaast het heel gauw een heel hete damp door zijn neusgaten in deze trechter. Daardoor worden de vruchten werkelijk gekookt, en als ze zacht genoeg zijn geworden, reikt het dier met zijn slurf in de trechter, pakt het zacht geworden voedsel er geleidelijk uit en schuift het zijn tamelijk brede muil in. De muil heeft geen tanden en heeft in plaats van tanden alleen heel sterke kneusspieren, waarmee hij het zijn muil gestopte, tevoren in de trechter gekookte voedsel plat kneust en dan inslikt om zich te verzadigen.
Hoofdstuk 57: Het dierenrijk op de planeet Miron. De damper, de donderaar en de windmaker - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[6] Op geen enkele planeet als op Miron zijn er zoveel tegengestelde dierlijke polariteiten, die elkaar om die reden altijd vijandig bejegenen. En zo gebeurt het dan ook, dat onze grote damper een groot aantal dierlijke vijanden heeft, die hem naar het leven staan. - Maar alle dieren, die dit dier aanvallen, komen er in een gevecht met hem heel slecht vanaf; want hoe groot dit dier ook is, het is toch heel lenig en speciaal met zijn twee slurven pijlsnel. Wanneer er nu vijanden naderbij komen en het dier dit merkt, doet het alsof het hen niet opmerkt en laat het de vijanden zelfs tot bij zijn lichaam komen. Maar dan schiet het plotseling zijn slurven naar zijn vijanden en gooit ze in zijn wijde damptrechter, die heel stevig is, en laat onmiddellijk zijn hete damp op hen los. Als de andere, eveneens naderende vijanden dat schouwspel zien, keren ze gewoonlijk om en maken geen aanstalten meer om deze vijand aan te vallen; ze trekken zich, zoals jullie plegen te zeggen, heel bescheiden terug en bewaren hun vijandige wrok voor een betere gelegenheid, waarbij het echter zowel de een als de ander geen haar beter vergaat dan wij zojuist gehoord hebben. Alleen tegenover mensen, waar dit dier een speciale achting voor heeft, voert het nooit dit soort verdediging, maar als ze hem te sterk prikkelen, jaagt hij hen met zijn hevig zwaaiende slurven weg; maar toch laat hij bij die gelegenheid een zodanige hoeveelheid damp uit zijn trechter opstijgen, dat de mensen daardoor in een dichte wolk worden gehuld en dan niet gemakkelijk kunnen merken waar het dier heen is gegaan. Als de mensen zich nog in deze niet al te aangenaam ruikende dampwolk bevinden, gedragen ze zich net zo lang rustig, tot de wolk weer is verdwenen; is dat gebeurd, dan trekken ze zich gewoonlijk onverrichter zake terug.
Hoofdstuk 57: Het dierenrijk op de planeet Miron. De damper, de donderaar en de windmaker - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[8] Een tweede, niet minder gedenkwaardig dier is de zogeheten ‘donderaar’. Dit dier is eenderde kleiner dan het vorige en komt in zijn soort enkel en alleen op deze planeet voor. Dit dier heeft een buitengewoon grote buik, die het bovendien nog bij bepaalde gelegenheden kan opblazen door van binnen een gas te ontwikkelen, zodat het dan niet zelden een buikomvang van meer dan veertig klafter krijgt, terwijl het anders slechts een omvang van iets meer dan tien klafter heeft. Dit dier heeft veel gelijkenis met de kangoeroe, welk dier bij jullie ook de naam ‘buideldier’ heeft; alleen heeft een ronde kop, ongeveer als een aap bij jullie, en zijn poten hebben dezelfde vorm als die van een aap, maar natuurlijk sterk en stevig genoeg in verhouding tot de overige grootte van het dier.
Hoofdstuk 57: Het dierenrijk op de planeet Miron. De damper, de donderaar en de windmaker - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[10] Als dit dier door zijn vijanden wordt achtervolgd en in het nauw wordt gedreven, blaast het zijn buik op, waardoor het dan een uiterst belachelijk, afschrikwekkend uiterlijk krijgt. Als de buik opgeblazen is, gaat het onmiddellijk het water in en zwemt het snel van de oever weg. Als het nu tien of twintig klafter van de oever vandaan is, begint het, zwemmend in het water, met zijn voorpoten op zijn sterk gespannen buik te trommelen. Daardoor veroorzaakt het zo’n lawaai, dat daardoor zelfs de oever begint te trillen alsof er een aardbeving gaande was. Door dit lawaai maakt het dier zijn vijanden niet zelden zo aan het schrikken, dat deze zich niet zo gemakkelijk weer in zo’n afschuwelijke omgeving durven te begeven.
Hoofdstuk 57: Het dierenrijk op de planeet Miron. De damper, de donderaar en de windmaker - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[9] Maar waarom heeft de naam ‘gronddrukker’? - Uit deze naam blijkt grotendeels ook de bruikbaarheid van het dier. Want daar, waar het zich ophoudt, stampt het de grond helemaal vlak en rust niet eerder dan dat het een terrein, dat het als zijn woning heeft uitgekozen, volkomen vlak heeft gestampt.
Hoofdstuk 58: De Miron-geit. De gronddrukker - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[11] Dit dier voedt zich eveneens met kruiden en wortels en heeft bij uitzondering vrijwel geen vijanden, behalve enkele voorkomende insecten. - Zijn kleur is vaalgroen. En aangezien er over dit dier niets meer van belang te vermelden is, zullen wij overgaan naar het nuttigste, maar tegelijkertijd ook merkwaardigste huisdier van deze planeet.
Hoofdstuk 58: De Miron-geit. De gronddrukker - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[6] De eerste merkwaardigheden van dit dier zijn, dat het zich aan de mensen van deze planeet echt met een taal verstaanbaar kan maken. Deze taal bestaat uit tekens, die het dier met zijn voorpoten maakt en met de mimiek van zijn kop, tong en ogen begeleidt. - Jullie moeten niet denken dat dit het dier eerst geleerd moet worden, ongeveer op de manier waarop jullie op aarde veel dieren dingen leren, maar het is het dier al van stond af aan eigen. Dit vermogen wordt door een langduriger omgang met mensen natuurlijk wel zeer versterkt; maar in geen geval hoeft het geleerd te worden.
Hoofdstuk 59: De Miron-koe - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[7] Deze dieren zijn daardoor ook de meest betrouwbare profeten voor allerlei toekomstige verschijnselen. En als ze het met hun eigenaardigheid door de omgang met mensen tot een steeds grotere vaardigheid hebben gebracht, bepalen ze toekomstige verschijnselen zoals hevig onweer, grote luchtverduisteringen door allerlei vormsels vanuit de kosmos, grote aardbevingen, het toekomstige ontstaan van bliksembomen en dergelijke meer, wat deze planeet aangaat, bijna tot op de seconde van tevoren.
Hoofdstuk 59: De Miron-koe - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[14] Dit derde uitzonderlijke dier heeft de naam ‘de windmaker’. - Voordat we echter de reden voor zijn naam gaan beschouwen, zullen wij ons met zijn nogal merkwaardige gestalte bezighouden. Hoe ziet die er dan uit? - Voor jullie werkelijk komisch, zoals jullie plegen te zeggen. - Op jullie hele aarde hebben jullie niet zo’n lachwekkende dierengestalte als die van dit dier. Een ezel bij jullie zou daarentegen als een ware wijze uit het morgenland kunnen optreden. Om deze reden wordt dit dier gewoonlijk ook als huisdier gehouden, omdat het de bewoners van deze planeet veel vrolijke taferelen brengt, waar ze grote vrienden van zijn, omdat zij in geestelijk opzicht in de grote Scheppingsmens met de lachklieren van de buik overeenstemmen.
Hoofdstuk 57: Het dierenrijk op de planeet Miron. De damper, de donderaar en de windmaker - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[15] Dit dier is tien keer zo groot als een paard bij jullie. - De kleur van het dier is ongeveer zo rood als een vuile dakpan bij jullie. - De poten zijn in verhouding tamelijk lang en enigszins naar buiten gebogen, met name in het gedeelte onder het kniegewricht, en zijn vanaf de buik tot aan de twee stompe, kameelachtige hoeven sterk begroeid met grof krullend haar. De achterpoten zijn net als de voorpoten naar buiten gebogen en zijn even behaard. Aan de buik hangen twee rijen tepels, die niet zelden een halve klafter lang zijn. Het mannetje heeft evenwel wat kortere tepels, maar des te geprononceerder zijn de geslachtsdelen; met name de balzak hangt tot aan de knieën van de achterpoten. De staart is vanaf de rug eveneens rijkelijk van grof krullend haar voorzien en is er heel druk mee om eventuele insecten van zijn lijf weg te jagen. De rugstreek heeft ook rijkelijk grof krullend haar. En zo ziet het middelste deel van het lijf, met name omdat het achterste tamelijk sterk opbolt, er qua vorm ongeveer uit als een reusachtige baviaan bij jullie, op de poten en de staart na. - Op het tamelijke plompe, volumineuze lijf staat een slanke zwanenhals; op deze sierlijke zwanenhals staat een kop, die lijkt op die van jullie muilezels; alleen ziet die er nog wat stomper uit dan de kop van een muilezel en heeft hij nog veel grotere en minder puntige oren dan jullie muilezels. De randen van de oren zijn eveneens sterk behaard, op dezelfde manier als de poten. En vanaf de onderkaak hangen een paar lange, helemaal naakte, grijzige tepels, die slechts hier en daar met enkele tamelijk lange haren begroeid zijn. Bovendien heeft het dier een muil die het heel wijd open kan sperren, waaruit het naar behoefte een verscheidene klafter lange tong kan steken. - Dat is dus de gestalte van het dier.
Hoofdstuk 57: Het dierenrijk op de planeet Miron. De damper, de donderaar en de windmaker - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
...  1366 - 1367 - 1368 - 1369 - 1370 - 1371 - 1372 - 1373 - 1374 - 1375 - 1376 - 1377 - 1378 - 1379 - 1380 - 1381 - 1382 - 1383 - 1384 - 1385 - 1386 - 1387 - 1388 - 1389 - 1390 - 1391  ...