Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1384 van 1490

...  1372 - 1373 - 1374 - 1375 - 1376 - 1377 - 1378 - 1379 - 1380 - 1381 - 1382 - 1383 - 1384 - 1385 - 1386 - 1387 - 1388 - 1389 - 1390 - 1391 - 1392 - 1393 - 1394 - 1395 - 1396 - 1397  ...
[1] Wat de maatschappelijke betrekkingen van de bewoners van deze gordel betreft, deze zijn, zoals gezegd, vrijwel precies hetzelfde als op de overeenkomstige planeet. Alleen zijn hier nergens woonhuizen en dus ook geen dorpen, zoals op de planeet. maar de mensen wonen in bepaalde gebieden toch steeds in groepen bij elkaar en maken gebruik van een algemeen grondbezit van het gebied, dat wil zeggen, dat de hele grote streek het eigendom van niemand in het bijzonder is.
Hoofdstuk 67: Levensomstandigheden en geestesgesteldheid van de bewoners van het zevende paar gordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[19] Nu zouden sommigen kunnen vragen: Om welke reden moeten bij de planeet Miron de hoofdmanen nog bijmanen hebben, terwijl dat bij geen andere planeet zo s? - Op deze vraag wil Ik eigenlijk geen antwoord geven, maar Ik benader die slechts voorwaardelijk. - Wie het uit geleerde kritische behoefte wil weten, nodig Ik uit om Mij eerst vanuit zijn geest te vertellen, waarom bijvoorbeeld de planeten Mercurius, Venus en Mars en de vier kleine planeten helemaal geen manen hebben? Waarom heeft verreweg de grootste planeet Jupiter slechts vier manen en de kleinere planeet Saturnus er, behalve zijn ringen, zeven? - Wie Mij dat grondig duidelijk kan maken, aan diens geest zal Ik ook de oorzaak van de bijmanen van de planeet Miron onthullen.
Hoofdstuk 65: Innerlijke, vreugdevol actieve religie op Miron. Voortplanting en begraven van de doden. Sterrenkunde als middel tot Godskennis - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[4] De poolstreken van de zon, of liever de polen, zijn net als de polen van de planeten voor alle tijden der tijden onbewoonbaar. Daarom zijn ze ook van deze laatste bewoonbare gordel afgesneden door een buitengewoon steile en hoge ring van witte bergen. De bergen zijn zo hoog, dat ze met hun toppen niet zelden zelfs uitsteken boven de glanzende zonnelucht, die zich gemiddeld zo’n zeshonderd mijl boven de eigenlijke bodem van de zon bevindt. Dit aangegeven getal moet echter niet als vaste norm beschouwd worden. Want evenals er reeds op jullie aarde grote verschillen zijn in de hoogte van de lucht boven jullie aarde, des te meer zullen dergelijke verschillen ook voorkomen op de zon, die in haar innerlijke wezen nog veel levender is dan welke planeet ook.
Hoofdstuk 66: Het zevende paar gordels en de reusachtige bewoners ervan - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[6] Wat de inwoners betreft, dat wil zeggen van deze gordel, die verschillen in bijna niets anders van hun overeenkomstige broeders op de planeet Miron dan enkel in hun voor jullie werkelijk fabelachtige grootte. Want de mensen van deze gordel zijn zo groot, dat zij op aarde de hoge bergen van de Himalaya en Chimborasso zeker als wandelstok zouden kunnen gebruiken. Jullie moeten je evenwel niet voorstellen, dat alle mensen hier precies even groot zijn. Want op vrijwel geen gordel en op geen planeet zijn er zoveel verschillen in grootte onder de mensen als hier. - Desondanks worden mensen van zo’n twee- tot driehonderd klafter lang door de eigenlijke bewoners als onooglijke dwergjes beschouwd. Want de eigenlijke grootte van een volmaakt mens van deze gordel is van zijn hoofd tot zijn voeten niet zelden vier-, vijf- tot zesduizend klafter. - Dergelijke reuzen zijn echter ook geen normale mensen op deze gordel, maar de lengte van de normale mensen varieert tussen de acht- en twaalfhonderd klafter.
Hoofdstuk 66: Het zevende paar gordels en de reusachtige bewoners ervan - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[8] Als jullie de grootte van de kleinste schatten op heel Azië en Europa bij elkaar, zou jullie maatstaf tamelijk juist zijn. Deze eilanden zijn meestal door landtongen met het vaste land verbonden; maar ze kunnen alleen door onze dwergen gepasseerd worden. De groter bewoners van dit land zouden niet zo gemakkelijk over zo’n landtong, of liever landengte heen komen, ten eerste omdat die voor hun voeten te smal zou zijn; en ook al zou dat niet zo zijn, dan zou ten tweede de bodem ervan te weinig stevig zijn om een wandelend gewicht van vele duizenden centenaars zodanig te dragen, dat hij niet zou inzakken. - Daarentegen kunnen de dwergmensen hun voeten heel goed op het vaste land zetten en daar reizen naar de grote reuzen maken, door wie zij altijd buitengewoon vriendelijk en hartelijk worden opgenomen. Daar kan men met recht zeggen: Ze worden door de groten werkelijk op handen gedragen.
Hoofdstuk 66: Het zevende paar gordels en de reusachtige bewoners ervan - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[9] Evenals op deze gordel de grootte verschilt, verschilt ook - veel meer dan ergens anders, met name op de zon - de huidkleur van de mensen. Met als enige uitzondering de kleur zwart kunnen jullie hier alle kleurschakeringen wel aantreffen. - Zo zijn bijvoorbeeld de heel grote reuzen donker vuurrood, aflopend naar heel lichtroze rood. Zo zijn er ook groen en blauw gekleurde mensen, welke kleur zelfs helemaal in bleekgeel overloopt. En zo zijn er nog een groot aantal gemengde kleuren, waarbij het een heel boek zou vereisen om die allemaal te vermelden. - Weliswaar zijn er ook op de andere zonnegordels kleine afwijkingen in kleur; maar toch is er qua kleur overal één en dezelfde grondtoon zichtbaar. Hier zien jullie echter niet slechts een chromatische49, maar een werkelijk enharmonische50 toonladder van kleuren.
Hoofdstuk 66: Het zevende paar gordels en de reusachtige bewoners ervan - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[10] Hoe is de taal van deze mensen? - Deze is hier tweeledig, namelijk de gebarentaal en de mondtaal. - Het is een merkwaardig gezicht, wanneer een reus met een dwerg praat. Zodra hij merkt dat de dwerg iets tegen hem wil zeggen, tilt hij hem direct op en houdt hem bij zijn oor. Als de reus echter iets tegen de dwerg zegt, houdt hij hem zover hij maar kan van zijn mond weg en praat dan zo hoog en zachtjes als hij maar kan, om te zorgen dat de dwerg door zijn klank geen kwaad geschiedt. Want als de reus met de gewone diepte en sterkte van zijn stem zou praten, zou de dwerg het woord alleen al door de lage toon ervan niet horen, en zouden de afzonderlijke vibraties van de stem hem te sterk schokken. Om dat te vermijden, nemen deze groten in hun omgang met de kleinen de grootste voorzichtigheid in acht. - Als zo’n reus op jullie aarde een tamelijk luid woord zou uitspreken, zou dat zo’n sterke aardbeving teweegbrengen, dat door de schok ervan verscheidene landen al hun steden kwijt zouden raken; en ook de bergtoppen zouden daardoor buitengewoon grote schade oplopen.
Hoofdstuk 66: Het zevende paar gordels en de reusachtige bewoners ervan - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[4] Om deze reden is ook het klimaat van deze gordel beduidend koeler dan dat van de andere gordels. De lucht van deze gordel is constant vol van allerlei vruchtbare dampen, waaruit tenslotte allerlei goede dingen in lichamelijke vorm verschijnen - welke verschijnselen de bewoners van deze gordel niet minder welkom zijn dan de Israëlieten de regen van manna in de woestijn. - Wat de lucht dus zomaar oplevert, behoort toe aan degene die het het eerst heeft gevonden en het vervolgens in bezit nam; maar hij mag altijd de helft aan de gemeenschap ten goede laten komen. - Daaruit bestaan de maatschappelijke regels van deze bewoners.
Hoofdstuk 67: Levensomstandigheden en geestesgesteldheid van de bewoners van het zevende paar gordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[9] Zo zijn ook de verschillende lengten van de mensen op deze gordel een belangrijke reden voor wederzijdse achting; want deze worden net zo beschouwd als de kleuren.
Hoofdstuk 67: Levensomstandigheden en geestesgesteldheid van de bewoners van het zevende paar gordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[10] Zijn de bewoners van deze gordel ook zo bedrijvig als die van de planeet? - Niet echt. Want veel dingen, die voor de bewoners van de planeet nodig zijn, hebben zij niet nodig; omdat ze namelijk geen huizen en zelfs geen kleren hebben, vallen daarmee ook veel takken van materiële bedrijvigheid weg.
Hoofdstuk 67: Levensomstandigheden en geestesgesteldheid van de bewoners van het zevende paar gordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[12] Bovendien zijn deze mensen bij al hun massaliteit buitengewoon teergevoelig, en dus is hun manier van lopen en hun doen en laten buitengewoon zacht en teder. Onder elkaar leven ze buitengewoon vreedzaam, en als ze ergens heen lopen, doen ze in verhouding tot hun grootte heel korte en tegelijkertijd ook heel langzaam op elkaar volgende stappen; daarbij zetten ze hun voet altijd heel zacht op de grond, als waren ze bang om iets onder hun voet te vernielen. - Daarom letten ze bij iedere stap ook zorgvuldig op de grond, of daar soms iets beweegt. Wanneer ze zoiets merken, buigen ze direct naar beneden en onderzoeken wat het is; en als zich daar iets levends bevindt, dan wordt het met de grootste behoedzaamheid opzij gezet en wordt er door hen pas na zo’n ontruiming weer behoedzaam een stap verder gedaan.
Hoofdstuk 66: Het zevende paar gordels en de reusachtige bewoners ervan - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[14] Nu zouden jullie graag willen weten, waar deze mensen van leven en waar hun voedsel uit bestaat? - Deze mensen leven van boomvruchten, die in grote hoeveelheden aan reusachtig grote, vormbestendige bomen voorkomen, en ook van producten, die zij met hun wil (evenals veel andere zonnebewoners, die wij al kennen) uit de zonnebodem doen opgroeien. Want de begroeiing door de wil is op deze laatste gordel algemeen verbreid. - Een derde voedselbron is op deze gordel de zonnelucht, die buitengewoon rijk is aan allerlei meteoren. Want hier is het met de lucht bijna net zo gesteld als met die van de overeenkomstige planeet Miron; alleen natuurlijk alles in reusachtig grotere afmetingen dan op de planeet. Zo bestaat er ook hier een vliegend brood; waarbij je met gemak zou kunnen denken dat zo’n vliegend stuk een kleine satelliet van een planeet was.
Hoofdstuk 66: Het zevende paar gordels en de reusachtige bewoners ervan - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[3] Jullie zullen je nog kunnen herinneren, dat de lucht van de planeet Miron niet zelden op wonderbaarlijke wijze levensmiddelen voortbrengt, die alleen maar gevangen en naar de mond gebracht hoeven te worden. - Nog sterker is dat op deze gordel van de zon het geval, en heel speciaal op de noordelijke. Want omdat de poolstreken van de zon die plaatsen zijn, van waaruit het hele leger van planeten zijn rijkelijke voeding krijgt, kunnen jullie je gemakkelijk voorstellen dat er bij zulke rijke gaven niet zelden een groot aantal kruimels boven de gebergten van de poolgebieden in de zevende gordel verdwalen. - En zo valt er voor de bewoners van deze gordel ook altijd iets te snoepen.
Hoofdstuk 67: Levensomstandigheden en geestesgesteldheid van de bewoners van het zevende paar gordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[5] Aangezien deze grootste mensen van de zon geen huizen hebben, is de vraag: Hoe wonen ze dan? - Zij zoeken op de heuvels, die behoorlijk groot zijn, die vlakke en zachte stukken uit. Hierop laten ze een dicht soort gras groeien, dat heel elastisch is en niet zelden een hoogte van verscheidene klafter bereikt. Zo’n grasvlakte, die vaak één tot drie vierkante mijl in beslag neemt, beplanten ze rondom met buitengewoon hoog opgroeiende, reusachtige vruchtbomen. Zo’n vlakte, omringd door zulke bomen, is dus het algemene woonhuis, waarvan een gedeelte door de mannen en een gedeelte door de vrouwen bewoond wordt. Dit soort woonhuizen, of liever woonplaatsen, zijn nooit helemaal regelmatig van vorm, maar richten zich naar de vlakte van zo’n heuvel.
Hoofdstuk 67: Levensomstandigheden en geestesgesteldheid van de bewoners van het zevende paar gordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[8] Welke betrekkingen hebben zulke gezelschappen onderling? - Buitengewoon vriendschappelijke, wanneer ze samenkomen. Want bij hen bestaat er geen verschil, en wel allerminst op de manier zoals de bewoners van de aarde daarover oordelen, aangezien zij met hun donker gekleurde broeders handel drijven zoals met dieren. Integendeel, op deze zonnegordel wordt een mens door iemand met een andere huidskleur steeds hoger geacht dan iemand met dezelfde kleur, en wel om reden dat de bewoners geloven, dat de grote Schepper in de verschillende kleuren een nieuw bewijs van Zijn ontoegankelijke wijsheid heeft willen geven. Daarom speuren deze mensen dan ook ijverig na, of ze misschien een aanwijzing kunnen vinden om daaruit of daarin te weten te komen, welke zeer wijze bedoeling de grote, almachtige Schepper wellicht met deze kleuring gehad zou kunnen hebben. Om die reden spreken zij ook heel zorgvuldig met zo’n anders gekleurd mens, om eventueel door zijn uitlatingen de innerlijke wijsheid op het spoor te komen. En dan is ieder woord uit de mond van zo’n anders gekleurd mens als een gevonden schat, die aan alle kanten zorgvuldig bekeken, ontleed en tot in zijn diepste kern geteld wordt.
Hoofdstuk 67: Levensomstandigheden en geestesgesteldheid van de bewoners van het zevende paar gordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
...  1372 - 1373 - 1374 - 1375 - 1376 - 1377 - 1378 - 1379 - 1380 - 1381 - 1382 - 1383 - 1384 - 1385 - 1386 - 1387 - 1388 - 1389 - 1390 - 1391 - 1392 - 1393 - 1394 - 1395 - 1396 - 1397  ...