Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3216 resultaten - Pagina 141 van 215

...  129 - 130 - 131 - 132 - 133 - 134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139 - 140 - 141 - 142 - 143 - 144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154  ...
[5] Hebben ze weer zo'n vijftig hoogten overwonnen, dan wordt aan de geestelijke gevraagd of men na zo'n lange reis niet wat mag uitrusten. Dan geeft de geestelijke hun het volgende antwoord: `Bid zonder ophouden'. In de geestelijke wereld betekent dat, dat men nooit mag rusten als men eenmaal op weg is naar de hemel. Want men moet heel goed weten dat de trage en de lauwe door de mond Gods wordt uitgespuwd en niet wordt binnengelaten in het hemelrijk. Daarom moeten ze maar al hun krachten verzamelen en verder gaan totdat ze gelukzalig de poort van de hemel hebben bereikt. Na zulke vermanende woorden trekt de stoet weer verder.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[12] Nu is de eerste psalm gelezen en onze geestelijke neemt de monstrans weer op maar zegt tegen de vier hemeldragers dat zij, omdat ze toch al heel dicht bij de ware hemel zijn, deze kleine erehemel gevoeglijk ter plaatse kunnen laten staan.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[20] Het gebeurt zoals de geestelijke gezegd heeft. En werkelijk, als hij de derde keer klopt gaat de deur open en Petrus met de aartsengel Michaël verschijnen, onderzoeken ons gezelschap nog en laten het dan ook zonder uitzondering de hemel binnengaan. Alleen de specifieke attributen van Petrus en de aartsengel Michaël worden weggelaten opdat tenminste de eerste al te materiële vonk in hen die de hemel binnengaan, wordt uitgedoofd.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[21] Jullie zouden graag willen weten of het werkelijk Petrus en de aartsengel Michaël zijn? Ik zeg jullie: dit alles is slechts een verschijningsvorm die in naam van de Heer door engelgeesten tot stand wordt gebracht. Zo is ook deze hele hemel ontstaan en dat moet allemaal ook zo zijn, want anders zou het niet mogelijk zijn om vat te krijgen op geesten die zich hebben gebaseerd op iets dat onjuist is.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[26] Wat echter deze (katholieke) hemel betreft, hij is geen belemmering voor het leven van de geest en kan hier als een goede, levendige school worden beschouwd waarin de geesten de ware hemel pas beginnen te herkennen. Hoe dat echter in deze hemel in zijn werk gaat, zullen we bij de volgende gelegenheid zo grondig mogelijk in de geest beschouwen. Hiermee genoeg voor vandaag.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[15] Wat moet hij nu doen? Hij wordt hierover door zijn medehemelbestijgers met vragen bestormd; tevens wordt hem ook gevraagd waar dan de treden naar de hemel zijn. En de priester zegt: ik denk dat deze geweldige bergterrassen de treden zijn, vandaar dat jullie nu zelf ervaren hoe gezuiverd van elke zonde men moet zijn, wil men er op deze enorme hemeltreden niet door belast worden. Verder zegt hij nog: we zullen ons hier moeten opsplitsen, want het zou wel eens kunnen zijn, dat we op de volgende trede, omdat de ruimte steeds krapper lijkt te worden, niet meer allemaal een plaats kunnen vinden om daar tijdens het lof voor de Heer en de goddelijke drie-eenheid uit te rusten. Daarom gaan jullie, die het dapperst zijn, vooruit. Rust boven zolang uit totdat jullie zien dat wij hier opbreken en beklim dan onmiddellijk de volgende trap, als er nog een mocht zijn.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[18] Eindelijk na veel moeite en inspanning hebben gelukkig allen deze laatste hoogte beklommen, loven nu de geestelijke en zeggen: dit is toch een duidelijk bewijs dat niemand zonder zo'n geestelijke leidsman in de hemel kan komen. Maar de geestelijke zegt: ja, geliefde kinderen, dat is wel waar omdat God het Zelf zo heeft bepaald, maar niet mij, alleen God komt de eer toe! Want als ik naar mezelf kijk dan heb ik jullie in zekere zin eerder door vroom bedrog dan door mijn inzicht naar hier gebracht. Daar echter de Heer Zijn apostelen zelfs heeft aangeraden om slim te zijn, ben ik daardoor voor jullie gerechtvaardigd en het welslagen van mijn leiding toont jullie nu aan, dat ik jullie volgens de leer van onze alleenzaligmakende kerk volkomen redelijk en getrouw heb geleid. Laten we ons hier dus weer in de bekende volgorde opstellen en op weg gaan naar het eeuwige doel.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[2] Jullie kennen de velerlei voorstellingen van de hemel die vooral in de katholieke kerk gangbaar zijn. Zouden jullie niet volledig in die voorstellingen zijn ingewijd, dan worden jullie dat hier wel degelijk. Kijk dus naar voren; ons talrijke gezelschap volgend, naderen we al de eerste scène.
Hoofdstuk 49: Aan Abrahams tafel bij het aanschouwen van de heilige drievuldigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[7] Kijk, Petrus en Michaël wijzen nu een ieder van het gezelschap een plaats aan en zeggen tegen hen: nemen jullie in het hemelrijk nu plaats aan de tafel van Abraham, Isaäk en Jacob en geniet daar in bovenaardse overvloed van de vruchten van de aardse werken die jullie altijd onverdroten uit grote liefde voor de hemel en ter ere van God hebben volbracht. Met stralende gezichten gaat ons gezelschap aan tafel en begint al spoedig heel monter de spijzen en dranken te nuttigen. We laten ons gezelschap nu echter ongestoord en welgemoed zijn honger stillen en gaan weer wat verder.
Hoofdstuk 49: Aan Abrahams tafel bij het aanschouwen van de heilige drievuldigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[9] Hoor maar, daar vraagt een reeds oververzadigde gast, die volgens jullie tijdrekening al ongeveer vier weken aan deze tafel zit te eten, aan de tafeldienaar: beste vriend, hoe lang zal deze heerlijke maaltijd nog duren? Waarop de bediende aan de gast vraagt: allerbeste vriend, waarom vraag je me dat? De gast zegt wat verlegen: goede vriend, ik zou het je niet vragen - ja, als ik op aarde zou zijn, dan zou ik zeker denken dat ik met zo'n vraag een zonde zou begaan, maar omdat ik nu in de hemel ben, waar men niet meer kan zondigen, weet ik ook dat zo'n vraag geen zonde is.
Hoofdstuk 49: Aan Abrahams tafel bij het aanschouwen van de heilige drievuldigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[13] De bediende zegt: mijn beste vriend, denk je dan dat de Goddelijke drieeenheid vlak voor je neus moet zitten? Kijk eens omhoog daar boven Abraham, Isaäk en Jacob, dan zul je dadelijk God in Zijn drievuldigheid in het ontoegankelijke licht aanschouwen. Je zult toch op aarde vaker hebben gehoord dat God in de hemel woont, waar alle zaligen Hem van aangezicht tot aangezicht kunnen zien, dat wil zeggen van het aangezicht van de Vader tot aan het aangezicht van de Heilige Geest, maar eigenlijk woont de Goddelijke drie-eenheid in het ontoegankelijke licht! Wel beste vriend, wil je misschien een nog volmaaktere hemel?
Hoofdstuk 49: Aan Abrahams tafel bij het aanschouwen van de heilige drievuldigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[15] De tafeldienaar zegt: lieve vriend, wat hoor ik daar uit jouw mond? Het lijkt wel of jij ontevreden bent over hetgeen God jou in de hemel heeft toebedeeld. Je praat over bewegen en rondwandelen in deze tuin; heb je dan zelf niet altijd gebeden: God, geef hun de eeuwige rust en de eeuwige vrede? Heb je hier geen eeuwige rust en geen eeuwige vrede? Wat wil je hier dan voor beweging?!
Hoofdstuk 49: Aan Abrahams tafel bij het aanschouwen van de heilige drievuldigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[17] De tafeldienaar zegt: ik zie wel, dat je ontevreden bent met de hemel. Maar wat moet ik met je beginnen? Omwille van jou kan de hemelse orde toch niet verstoord worden!
Hoofdstuk 49: Aan Abrahams tafel bij het aanschouwen van de heilige drievuldigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[4] Maar helaas ging ons pas bij het bereiken van al wat we geloofden een ander licht op en ten gevolge van dit licht hebben we ook het vermoeden gekregen dat er ergens een ander soort hemel zou moeten zijn, want de hemel waarin we ons nu bevinden is immers letterlijk en figuurlijk gesproken niets anders dan je reinste gevangenschap. Waartoe dient een eeuwig goedvoorziene tafel, waartoe de eeuwige aanschouwing van de drie goddelijke personen als er door de eeuwen heen nooit eens een weldadige verandering optreedt? En dan, neem me niet kwalijk beste vriend, dat eeuwig moeten zitten! Deze gedachte moet mettertijd toch elke nog zo beschroomde geest tot wanhoop brengen!
Hoofdstuk 50: Onhoudbaarheid van deze materiële voorstelling van de hemel - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[6] De dienaar zegt: ja, ja, lieve vriend, ik begrijp dat allemaal evengoed als jij; alleen begrijp ik niet, zoals ik je al eerder heb gezegd, waarom jij op aarde niet tot een betere voorstelling van de hemel wilde komen, terwijl je je toch vaak tijdens een langdurige mis ontzettend zat te vervelen en vaak vurig verlangend zat te wachten op het 'Ite missa est'.
Hoofdstuk 51: De ware drie-eenheid. De zonde tegen de Heilige Geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
...  129 - 130 - 131 - 132 - 133 - 134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139 - 140 - 141 - 142 - 143 - 144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154  ...