Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 1401 van 1490

...  1389 - 1390 - 1391 - 1392 - 1393 - 1394 - 1395 - 1396 - 1397 - 1398 - 1399 - 1400 - 1401 - 1402 - 1403 - 1404 - 1405 - 1406 - 1407 - 1408 - 1409 - 1410 - 1411 - 1412 - 1413 - 1414  ...
[1] Deze derde luchtregio, die, zoals boven al werd opgemerkt, de meest zuivere en doorzichtige is, rust als een etherische olie op de tweede luchtregio en heeft naast de al genoemde eigenschappen ook deze heel bijzondere dat ze bij een of andere storing gemakkelijk ontvlamt. Heel licht ontvlambaar is ze op die plaatsen, waar een lichaam, bijv. een meteoor, in haar belandt en dan een grote afstand in deze regio aflegt. Dit ontvlammen is van een heel bijzondere aard, omdat daarbij geen verbranding plaatsvindt. Het is een oplichten, maar geen verbranding. Om dit oplichten en deze heel bijzondere manier van onsteken aan jullie uit te leggen, zal voor jullie begrippen wel wat moeilijk zijn; maar desalniettemin zullen we proberen de zaak zo duidelijk mogelijk te maken.
Hoofdstuk 25: Het wezen van het vuur - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[9] Een dergelijk ontsteken is bijvoorbeeld het terugstralen van het zonlicht op een wateroppervlak. Door het liefdelicht van de zon worden de vreedzame geesten van het water zeer geprikkeld, maar ze vernielen in deze opwinding niets. Weliswaar wordt de hele oppervlakte van het water ontstoken en kaatst wijd en zijd de stralen weer terug, maar toch verbrandt daarbij niets.
Hoofdstuk 25: Het wezen van het vuur - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[12] Dit verschijnsel in de derde luchtregio is dus een heel bijzondere eigenschap speciaal van deze luchtregio, omdat een dergelijk verschijnsel in de onderste luchtlaag niet kan voorkomen; de lucht is daar namelijk te zwaar en valt te snel weer samen achter een haar doorkruisend lichaam, terwijl de zeer lichte lucht van de derde regio zich maar geleidelijk aan weer sluit. Daarom is achter zo'n vliegende meteoor nog een lange staart te zien die lijkt op die van een draak.
Hoofdstuk 25: Het wezen van het vuur - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[4] Dit is nu alles over de bijzondere verschijnselen in onze derde regio en tevens over de speciale eigenschappen van deze regio. We hoeven nu alleen nog maar uiteen te zetten, hoe deze lucht en de in haar optredende verschijnselen vanaf de aarde worden gezien. Hoe de meteoren worden gezien, behoeft geen verklaring meer. Maar er zijn nog andere verschijnselen die uit deze luchtlaag stammen en die moeten we ook nog aanroeren, zodat we dan alles kennen wat tot de materie van de aarde behoort.
Hoofdstuk 26: Verschijnselen in de derde luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[8] Deze boven beschreven wit-blauwe strepen zijn dus niets anders dan als het ware rustig bijeen zijnde scharen van geesten en wel op de oppervlakte van de derde en zuiverste luchtregio, die op de voren beschreven wijze zelfs door het menselijk natuurlijke oog waargenomen kunnen worden.
Hoofdstuk 26: Verschijnselen in de derde luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[9] Geestelijk ingestelde mensen, die tevens met hun geestelijk oog kunnen waarnemen, zullen zeker méér zien dan alleen maar witblauwe strepen. Maar dergelijke mensen zijn in deze tijd, waarin men alles uit ijzer begint te vervaardigen, nog zeldzamer geworden dan diamanten in de noordelijker streken van de aarde; deze komen daar weliswaar voor, maar - zoals al gezegd werd - uiterst zelden; en als ze voorkomen zijn ze klein, onaanzienlijk en dus niet van bijzonder grote waarde - of anders gezegd: er zijn tegenwoordig nog maar bijzonder weinig Paulussen en Petrussen meer.
Hoofdstuk 26: Verschijnselen in de derde luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[11] Nu we eenmaal het gebeuren van het ontsteken begrijpelijk uiteengezet hebben, is het gemakkelijk om het ontsteken van deze etherlucht in de derde luchtregio, als deze in haar normale rust wordt gestoord, te verklaren. Een door deze derde luchtsfeer vallende of vliegende meteoor scheurt de lucht natuurlijk uit elkaar. In deze lucht ontstaat dan door deze gewoonlijk zeer snelle beweging van zulke lichamen een lege ruimte. Deze holle ruimte vormt dan een spiegelvlak, waarin zich in een ogenblik van tijd de lichtstralen van talloze sterren als in een holle spiegel of nog beter als in een cilinder spiegel concentreren en deze stralenreflex lijkt dan van de aarde uit gezien op een vuur; maar het is helemaal geen vuur, maar alleen de reflecterende, bovenbeschreven werking van het sterrenlicht in de pasgevormde luchtcilinderspiegel.
Hoofdstuk 25: Het wezen van het vuur - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[2] Een bijzonder verschijnsel bij het ontsteken of nog beter bij het lichten van de door de derde luchtregio vallende meteoren is vooral, dat de kop van zo' n meteoor het meest lichtend is. Dit licht geven van de kop tijdens het doorschieten van de derde luchtregio is van dezelfde aard als het lichten van zijn staart. Het is een geconcentreerde stralenreflex, omdat het vaste, gewoonlijk ook nog ronde lichaam, de hem omgevende lichte, etherische lucht uiteen drijft en om zich heen, vooral aan de voorkant van de kop, een luchtomhulsel vormt, dat op zijn beurt om het lichaam een glanzend vlak vormt als van een holle spiegel, die het licht van de lichtgevende hemellichamen opneemt en het dan verder naar de aarde omlaag stuurt. Als iemand een ronde steen heel hard in helder water zou gooien, zou hij zich van dit verschijnsel in het klein een voorstelling kunnen maken, want al zou die steen ook zwart zijn, toch zal men hem onder water met een geheel witte kop naar beneden zien schieten. Dit witte aan de kop is niets anders dan een door de snelle beweging van de steen gevormde holle spiegel van water, die de in het water vallende stralen geconcentreerder opneemt en weer terugkaatst. Om deze reden lijkt ook het schuim van het water wit, omdat de luchtbellen als het ware louter holle spiegels zijn, die heel veel stralen in zich opnemen en ze dan geconcentreerd weer terugzenden. Wat hier het water laat zien, dat laat daar het lichten van een meteoor zien, namelijk niets anders dan een geconcentreerde reflex van het licht.
Hoofdstuk 26: Verschijnselen in de derde luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[3] Als echter een meteoor van een groter volume in de tweede regio naar beneden komt, dan ontsteekt hij vaak werkelijk en wel door wrijving in de zwaardere luchtlaag. Is de beweging heel snel, dan kan zo' n meteoor zelfs nog brandend op de aarde neerkomen, wat echter uiterst zelden gebeurt. Bij een vertraagde beweging, die door de dichtere luchtregio gemakkelijk te verklaren valt, treedt dan weldra het uitdoven op en het lichaam valt dan geheel donker op de aarde neer. Toch zou zelfs een grotere meteoor bij een zeer snelle beweging niet ontsteken, als hij van te voren niet met de zeer gemakkelijk brandbare, etherische lucht van de derde regio zou zijn verzadigd. Deze etherische lucht is dan eigenlijk het brandbare wezen van zo'n meteoor als deze in de dichtere luchtregio is aangekomen.
Hoofdstuk 26: Verschijnselen in de derde luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[5] Jullie zullen wel vaak hele witte, fijne, krullige wolken hebben gezien, de zogenaamde schapenwolkjes. Deze zijn heel subtiel en zo doorzichtig, dat ze zelfs het licht van de sterren bijna ongehinderd door zich heen laten schijnen. Deze schapenwolken zijn de hoogste wolken die boven de aarde voorkomen. Ze ontstaan door een soort verbinding van de zuivere ether met de oppervlakte van de derde luchtregio. Eigenlijk zijn ze geen wolken, maar slechts golfachtige bewegingen op de hoogste oppervlakte van de derde luchtregio. Deze worden daardoor veroorzaakt, als door de wijde etherruimte bepaalde lichtwezens de aarde beginnen te naderen, welke lichtwezens langs de jullie al bekende weg van de zonnelichamen afstammen. Daar deze fijn lichamelijke wezens toch wel een zeker gewicht hebben, brengen ze door het neerkomen op de zeer gevoelige oppervlakte van de derde luchtregio daar een golvende beweging teweeg. Deze beweging laat de invallende zonnestralen niet meer rechtlijnig, maar wel zeer gebroken door, en deze verschillende soorten breking op de golven van de derde luchtregio veroorzaken dan juist dat verschijnsel, dat zich als witte, fijn gekrulde schapenwolkjes vertoont.
Hoofdstuk 26: Verschijnselen in de derde luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[7] Tenslotte is er nog een verschijnsel, dat wel minder vaak wordt gezien, maar toch zeer de moeite waard is om te worden opgemerkt, omdat het zogezegd een zuiver geestelijk verschijnsel is, dat echter toch met het lichamelijk oog kan worden waargenomen. Dit verschijnsel vertoont zich slechts op zeer warme dagen en is te zien als een soort wit-blauwe strepen. Deze strepen zijn een moment, waarop de zalige geesten als het ware allen gemeenschappelijk samenkomen, zich in de rust verheugen en dan beraadslagen wat te doen en hoe aan de nieuwe geesten bestuurlijke taken voor te leggen. Op zulke dagen is het dan ook op de aardbodem bijna doodstil. Geen blaadje beweegt, geen gewone wolk is te zien en op aarde is het drukkend heet. Deze toestand duurt echter niet lang. Wordt als het ware deze zitting opgeheven, dan komt alles weer gauw in beweging, vooral als er nieuwe geesten voor het beheer van de lucht, de bergen en de zeeën worden aangesteld. Dan is het niet zelden het geval dat de nieuwe bezems schoner vegen dan de oude. Daarom komen er na zulke verschijnselen allerlei winden en de barometers zullen aanhoudend op 'veranderlijk' staan, zodat het bij dergelijke verschijnselen met de bestendigheid van het weer een tijdlang is afgelopen.
Hoofdstuk 26: Verschijnselen in de derde luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[3] Geen materie die je bekijkt is ooit volkomen vast, maar elke materie is deelbaar, omdat zij uit deeltjes bestaat en tussen deze deeltjes zijn nog altijd kleine ruimten, poriën genaamd.
Hoofdstuk 27: Ontstaan en doel van de materie - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[5] Deze eindeloos kleine deeltjes zijn oorspronkelijk niets anders dan alleen maar ideeënkracht uit Mij, de Schepper van alle dingen. Deze idee krijgt vorm en de vorm ontvangt leven uit het leven van de Schepper.
Hoofdstuk 27: Ontstaan en doel van de materie - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[7] Heeft de vorm zich dan zo herkend, dan wordt haar een ordening - een wet voor al hetgeen bestaat - gegeven en mét deze ordening het innerlijke vuur van de Godheid, een vonk van eeuwige liefde; hieruit komt de wil voort. Nu heeft de tot leven geroepen vorm licht, zelfkennis, zelfbewustzijn, ordening en wil en hij kan zijn wil volgens de ordening aanwenden of daar tegenin handelen.
Hoofdstuk 27: Ontstaan en doel van de materie - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[13] Maar zo'n schepsel kan vrijwillig uit Mijn ordening treden en dat betekent zoveel als voor Mij ophouden te bestaan; want wie niet vóór Mij is, is tegen Mij. Op deze manier zou zich na verloop van tijd naast Mij een tegengestelde kracht en machtspotentie vormen, die in Mijn vrije werken storingen zou veroorzaken wat met andere woorden niets anders zou betekenen dan: Ik, de allerhoogste volkomenheid, zou Zelf onvolkomen moeten zijn om een onvolkomenheid naast Mij te dulden.
Hoofdstuk 27: Ontstaan en doel van de materie - Jakob Lorber - Aarde en Maan
...  1389 - 1390 - 1391 - 1392 - 1393 - 1394 - 1395 - 1396 - 1397 - 1398 - 1399 - 1400 - 1401 - 1402 - 1403 - 1404 - 1405 - 1406 - 1407 - 1408 - 1409 - 1410 - 1411 - 1412 - 1413 - 1414  ...