15542 resultaten - Pagina 142 van 1037
... 130 - 131 - 132 - 133 - 134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139 - 140 - 141 - 142 - 143 - 144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 ...
[8] Maar waarom heeft de Heer jou en je vier metgezellen zo hard aangepakt?! Ik kan me toch niet zo goed voorstellen dat de uitzending naar Samaria om de Samaritanen tot het geloof van Jeruzalem te bekeren enkel en alleen de reden zou kunnen zijn van zo'n lijdensweg! Daar moet iets anders achter hebben gezeten!"Hoofdstuk 236: De omgang met de Heer in het hart. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[15] Met goedheid, zachtmoedigheid en aanwijsbare rechtvaardigheid kan Hij alles met mij doen, Hij kan mij een lam der lammeren maken, maar met Zijn toorn daarentegen tot een duivel der duivels! Tot nu toe heeft Gods almacht mij slechts een leven vol kwellingen gegeven, waarvoor ik haar eeuwig niet zal bedanken. Maar als het haar misschien eens in zal vallen barmhartiger tegen mij te worden en aan mij goed te maken wat zij mij in haar almachtige humeur heeft aangedaan, dan zal ik haar op dát moment dankbaar zijn! Maar zoals de zaken nu staan ben ik de grootste vijand van Jehova! Want in Zijn naam trok ik in alle ernst van Jeruzalem naar Samaria om daar Zijn eer en Zijn lof te verkondigen en als beloning liet Hij mij door duivels grijpen en overweldigen!
Hoofdstuk 235: De ontmoeting van Mathaël met de geest van Abraham. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[1] Toen vroeg MATHAËL het Mij in zijn hart en ik gaf hem meteen heel duidelijk het volgende antwoord in zijn hart, dat hij direkt hardop voor de drie voordroeg: "De Heer beschermde de Samaritanen, omdat zij zich afgewend hadden van de bedorven leer van Jeruzalem en teruggekeerd waren naar de zuivere leer van Mozes en Aäron. - Jij, Mathaël was een ervaren, duchtig spreker en je week niet af van hetgeen je je had voorgenomen. De Heer wist dat en zag, dat je Hem bij de zuivere, gelovige Samaritanen grote schade zou berokkenen als zij met jouw onderwijs in aanraking zouden komen. Daarom liet de Heer Je met jouw metgezellen terechtkomen bij de beruchtste straatrovers, omdat HIJ wel wist dat je niet eerder van hen af zou komen dan nadat je onbuigzame wil helemaal week en meegaand zou zijn geworden. Zolang je, in het bezit van je volle bewustzijn, zelf een rover onder de rovers was, liet je wil zich zeker niet buigen. Integendeel, je had een heel sluw plan bedacht en alle vijftig rovers met hun vrouwen en kinderen zover gekregen dat zij de totaal verkeerde leer van Jeruzalem heel gunstig gezind werden, omdat zij daarin zelfs zekerheid en een veilig toevluchtsoord voor hun rovershandwerk vonden.
Hoofdstuk 237: De oorzaak van het lijden van Mathaël. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] Zelfs je vijftig roofapostelen ontvluchtten die streek en werden fatsoenlijke mensen en omdat zij duidelijk inzagen welk verschrikkelijk lot jou en je vier metgezellen -vanwege het voorgenomen kwade plan om de Samaritanen te bekeren -had getroffen, taalden zij er niet meer naar om de Samaritanen voor Jeruzalem te bekeren.
Hoofdstuk 237: De oorzaak van het lijden van Mathaël. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[10] In de hel van de geesten en zielen van deze aarde moest jij, net als de zielen van de kinderen van deze wereld, een zekere rijping doormaken. Zodoende moest je door de nauwste doorgang gaan om als een veredeld levenssap naar de hogere regionen van het leven op te kunnen stijgen. Als zodanig sta je daarom nu reeds voor God, de Heer van al het leven."
Hoofdstuk 237: De oorzaak van het lijden van Mathaël. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] Om ons mensen van deze aarde, jullie engelen van alle hemelen, en alle schepselen van de gehele oneindigheid een des te grotere zaligheid te bereiden, kwam Hij Zelf als mens naar ons op deze aarde om Zich letterlijk Zelf als mens van vlees en bloed aan de andere mens te openbaren. Vriend, schepsel of engel van eeuwigheid, of mens zoals ik ben, dat doet de Heer niet alleen terwille van ons, maar dat doet Hij ook terwille van Zichzelf. Want Hij zou in de loop der tijden van verveling vergaan als Hij met Zijn alwetendheid Zelf heel duidelijk gewaar moest worden, dat Hij als een in de hoogste graad vormloze, eeuwige, ofschoon volmaakte intelligentie, door Zijn schepselen nooit gezien en nog minder aangesproken zou kunnen worden en daardoor ook onherkend moest blijven!
Hoofdstuk 238: De reden voor het mens worden van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[11] Ik meen daarom dat mijn veronderstelling niet te veel uit de lucht gegrepen is, als ik zeg: De Heer heeft niet alleen voor ons, maar ook voor Zichzelf, vlees en bloed aangenomen en Zich zo op de aarde naar ons, Zijn natuurlijk nog erg onbeschaafde kinderen, begeven! Hij had dat, wat Hij zou doen, ál eeuwen van tevoren gezien en wij zijn nu getuigen van de uitvoering van het eeuwige, grote plan! - Raphaël, zeg jij nu of ik nu goed of fout heb geoordeeld!"
Hoofdstuk 238: De reden voor het mens worden van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] Wat zou een zanger aan de ontroerende klank van zijn stem hebben, wat aan het klinken van zijn goed gestemde harp, als hij er eeuwig alleen naar zou moeten luisteren?! Als een vogeltje eenzaam in het bos van boom tot boom hipt en met zekere klagende, vragende geluiden zijn soortgenootjes zoekt en niet vindt, wordt het angstig, het verstomt weldra, wordt treurig en verlaat al gauw het verlaten, voor hem lege, bos.
Hoofdstuk 239: De gedachte dat God Zich verveelt. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] Reeds het dier bezit zoveel liefde dat het zichtbaar verlangt naar zijn soortgenoten, hoeveel te meer dan een met diep gevoel, geest en rede begaafd mens! Wat baten hem alle grote kundigheden en talenten als hij daarmee niemand dan alleen maar zichzelf zou kunnen helpen?!
Hoofdstuk 239: De gedachte dat God Zich verveelt. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[12] God heeft Zich echter op de daartoe meest aangewezen wegen altijd zeer duidelijk geopenbaard aan Zijn naar de ware levensvrijheid zoekende wezens, die met alle rede en verstand begaafd zijn, en hij heeft ze voorbereid op deze komst van Hem. Met deze komst is nu echter ook al het beloofde vervuld. De schepselen zien Hem zoals zichzelf in vlees en bloed, Hij gaat geheel als mens onder hen rond en leert hen als eeuwige Vader hun grote en eeuwige bestemming kennen.
Hoofdstuk 239: De gedachte dat God Zich verveelt. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] De mens moet bij zichzelf nagaan of hij, wanneer hij een arme broeder of een arme zuster ziet of wanneer deze naar hem toe komen om hulp, in zijn hart een drang voelt die hem zichzelf doet vergeten en waarbij hij met veel vreugde en zonder beperking liefdevol wil geven! Voelt hij dat, en dat natuurlijk oprecht en levendig, dan is hij als een echt kind van God reeds rijp en klaar, en de gegeven beloften die een op die wijze gereed kind van God kan verwachten, beginnen dan volle werkelijkheid te worden en wonderbaarlijk in woord en daad zichtbaar te worden, en daardoor zal jullie leraarschap bij je leerlingen gerechtvaardigd zijn.
Hoofdstuk 241: Het rijk van God in het hart van de mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] De liefde tot God en het vrijwillig volgen van Zijn onderkende wil, zijn in het hart van de mens het eigenlijke, hemelse element. Dit element is het vertrek en de woonkamer van de goddelijke geest in ieder mensenhart. De naastenliefde is de deur naar deze heilige woonkamer .
Hoofdstuk 241: Het rijk van God in het hart van de mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] Als jullie degene die jullie naar de nog niet gekomen vervulling der belofte zal vragen, zo zullen antwoorden, zal hij je wel met rust laten en zich in gaan spannen om in zijn hart waarachtig tot daden te komen.
Hoofdstuk 243: Hinderpalen voor de vervulling der beloften. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[1] MUREL zegt: "Dat zou allemaal wel heerlijk, goed en mooi zijn, als je maar wist waarover! Wat zou je er van denken als onze goede, hemelse vriend ons iets vertelde over de morgenster? Want als wij leraren worden van het levende werk van God, kunnen wij nooit teveel over alle mogelijke zaken weten! Want wij zullen te maken krijgen met allerlei soorten mensen, die van alles aan ons zullen vragen. Als wij niet in staat zijn hun voldoende opheldering te geven, zullen zij bij ons weggaan en ons bespotten en verachten, maar als wij hun alles voldoende uit kunnen leggen, zullen zij daarna ook naar andere zaken luisteren en ons evangelie aannemen! Philopold, wat zou jij iemand antwoorden die je vroeg, wat nu precies de morgenster was?"
Hoofdstuk 244: De vrije wil van de engel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] Naar mijn mening doen wij genoeg, als wij de mens de enig ware en duidelijke levensweg laten zien. Al het andere komt dan wel vanzelf, zoals ook onze hemelse vriend zo mooi heeft aangetoond dat men in zekere zin slechts de juiste vrucht in een akker behoeft te leggen, waarop deze dan uit zichzelf voortbrengt en tot wasdom komt. Maar voor ons zelf en voor ónze bemoediging kan de hemelsbode ons net zo goed de ogen openen voor het zien van de morgenster, als hij eens door de gal van een vis de oude Tobias de ogen heeft geopend, want hij lijkt mij dezelfde Raphaël te zijn, die eens de jonge Tobias heeft geleid!"
Hoofdstuk 244: De vrije wil van de engel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)