15542 resultaten - Pagina 145 van 1037
... 133 - 134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139 - 140 - 141 - 142 - 143 - 144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 ...
[12] Na dit antwoord verwijderde de bewaker zich, en het eerste wat hij deed was de dertig groschen zo snel mogelijk weer in de buidel stoppen, zodat de prinses gelijk zou hebben met de opmerking dat hij zich bij het tellen een keer vergist kon hebben. Toen hij met dit werkje klaar was, wist hij niet te bedenken wat hij bij het onderzoek zou zeggen. Het leek hem maar het beste om weer naar de prinses te gaan en haar om vergeving te smeken en daarmee aan te geven, dat hij zich werkelijk bij het tellen had vergist en de leerling onrechtvaardig had bejegend. -Zo gedacht, zo gedaan! Na een paar minuten kwam hij weer terug, legde het de prinses op die manier uit en vroeg haar tevens, omdat er nu geen misdaad meer bestond, het beloofde onderzoek te laten varen.Hoofdstuk 7: De ontrouwe dienaar van Helena. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[14] Nu begint de knecht te beven en Judas Iskariot, die van enige afstand het tweegesprek opmerkzaam had aangehoord, ging naar de knecht en zei tegen hem: "Je hebt weliswaar zonder enige reden slecht tegenover mij gehandeld, maar ik vergeef het je' Ik was inderdaad in de tent en toen ik daar nog maar net was, kwam je mij uit een hinderlaag grimmig tegemoet en ik ging weer weg. Maar er was totaal geen sprake van een zich vergrijpen aan de schatten uit de tent! En ook al zou je mij niet zo grimmig tegemoet zijn gekomen, dan zouden de door jou bewaakte schatten door mij volstrekt geen schade geleden hebben. Kortom, hoe het ook zij, - ik heb het je vergeven, maar met je meesters moet je zelf maar in het reine zien te komen"'
Hoofdstuk 7: De ontrouwe dienaar van Helena. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] De oude Marcus kwam echter uit het huis waar hij voor het middagmaal reeds voorbereidingen trof, naar Mij toe en zei heel zachtjes: "Heer, - vergeef mij als ik U met mijn verzoek even stoor!"
Hoofdstuk 9: De spionnen van Herodes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Daarop zond Marcus een van zijn zoons naar Cyrenius met de opdracht alles meteen aan de opperstadhouder te melden. Toen Cyrenius dat verhaal met verbeten woede aanhoorde, gaf hij meteen aan Julius opdracht met honderd soldaten de ongeveer dertig spionnen op staande voet gevangen te nemen en ieder, die niet direkt zijn wapens zou inleveren en zich over zou geven, onverbiddelijk te doden.
Hoofdstuk 9: De spionnen van Herodes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] De aanvoerder, die ZINKA heette, antwoordde: "Heer! Gekneveld aan handen en voeten kan ik die niet voor u uit mijn verborgen zak halen! Laat mijn boeien losmaken dan krijgt u deze, opdat u beseffen zult dat ook wij een gebieder achter ons hebben staan die ons beveelt en die wij moeten gehoorzamen, omdat hij van u, Romeinen, voor veel geld het recht heeft gekocht om in uw plaats ook heer over ons leven te zijn en -zonder aan u verantwoording af te leggen - naar believen kan laten doden wanneer hij maar wil!
Hoofdstuk 9: De spionnen van Herodes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[18] CYRENIUS denkt even na en zegt dan: "Met mijn medeweten en toestemming is aan Herodes in dit opzicht door Rome nooit zo'n volmacht gegeven. Wel is hem naar mijn beste weten slechts een volmacht gegeven om in zijn eigen huis in noodgevallen zelf het scherprecht uit te oefenen, -buitenshuis alleen maar in het geval van een of andere samenzwering tegen ons Romeinen indien het Romeinse garnizoen of een civiele rechtbank te ver van de opstandige plaats verwijderd en Herodes daar met zijn ere en lijfwacht aanwezig zou zijn. Alleen in dat geval zou hij het strenge scherprecht uit mogen oefenen!
Hoofdstuk 9: De spionnen van Herodes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[20] Deze volmacht krijgt u niet eerder terug dan wanneer zij van Rome zal terugkomen. U blijft intussen mijn gevangenen! Ook al bent u voor uzelf naar wereldse maatstaven geen misdadigers, dan bent u toch werktuigen waarmee die ene misdadiger de ene gruweldaad na de andere begaat, -en voor gruweldaden heeft Rome iemand nog nooit bevoegdheid verleend en zeker niet aan uw Herodes!
Hoofdstuk 9: De spionnen van Herodes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[23] Ik zal nu meteen twee boden uitzenden, de ene naar Rome en de andere naar Jeruzalem naar Herodes om alle volmachten van Rome op te eisen die zich in handen van Herodes bevinden. Wee hem en zijn knechten, dienaars en knechten van dienaars, als zijn volmachten niet met de inhoud van de u gegeven volmacht overeenstemmen!"
Hoofdstuk 9: De spionnen van Herodes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Als Herodes ons vroeg wat de gevangene deed en hoe hij zich gedroeg, konden wij allen alleen maar goeds over hem vertellen. Dat beviel Herodes zo goed dat hij Johannes zelf bezocht en naar zijn lessen luisterde. Het zou echt niet veel gescheeld hebben of Herodes zou hem de volle vrijheid gegeven hebben als Johannes niet, hoewel hij toch zeer wijs was, voortijdig de grote dwaasheid begaan had de wellustige heerser er op te wijzen dat zijn omgang met de mooie Herodias zeer zondig was. Ja, het lukte Johannes bijna Herodes van Herodias af te brengen.
Hoofdstuk 10: Zinka's verdediging en zijn verslag van Johannes de doper. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Als u alle engelen en God Zelf uit de hemel naar de aarde laat komen en een vernietigend oordeel uit laat spreken, dan zal dat net zo rechtvaardig zijn als de onthoofding van Johannes. Als er een rechtvaardige God is, moet Hij toch duidelijk wijzer zijn dan alle mensen! Is Hij echter wijzer en ook nog almachtig, dan begrijp ik waarachtig niet waarom Hij op de wereld zulke monsterlijke mensen laat ontstaan en ze ook nog machtig laat worden.
Hoofdstuk 10: Zinka's verdediging en zijn verslag van Johannes de doper. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] IK zeg openlijk: "Met één slag valt geen enkele boom die een beetje stevig is! Maar met een zeker geduld kan een mens veel bereiken. Ook moet men degene die men naar het licht wil brengen, niet in de volle middagzon laten kijken. Want als men hem in één keer teveellicht geeft, wordt hij voor geruime tijd blind; als men hem echter langzamerhand aan het licht went, zal hij ook in het felste licht alles heel duidelijk kunnen zien zonder blind te worden.
Hoofdstuk 11: Het vriendelijke antwoord van Cyrenius. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] CYRENIUS zegt, terwijl hij zich tot Zinka wendt: "Vriend, ik wil niet dat mijn oordeel zo uitgelegd wordt, als zou ik de dienaren en knechten van een tiran ook dan willen laten straffen wanneer zij het in hun hart in de verste verte niet met hem eens zijn. Dat gebeurt alleen als zij het wel met hem eens zouden zijn en onverzettelijk en in zekere zin reeds zelfstandig het slechte voornemen van hun heerszuchtige tiran zouden voltrekken! Maar mensen zoals jullie, die het onmenselijke van hun onmenselijke heerser maar al te goed inzien en het in hun hart diep verafschuwen, zal ik steeds naar recht en billijkheid weten te behandelen!
Hoofdstuk 11: Het vriendelijke antwoord van Cyrenius. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] CYRENIUS zegt: "Dat komt wel in orde, daar zorg ik wel voor! Kijk om je heen, dan zien jullie niets dan mensen die uit de klauwen van het verderf gered zijn! Er zullen er maar weinig onder zijn die niet volgens onze Romeinse strengheid hetzij de scherpe bijl door de hals of zelfs het kruis verdiend zouden hebben. Zie ze nu eens als ware mensen als puur goud voor ons staan en geen van hen wenst ons gezelschap te verlaten! Ik hoop dat het binnenkort met jullie ook zo zal gaan, want bij God zijn naar mijn vaste overtuiging alle dingen zonder meer mogelijk.
Hoofdstuk 11: Het vriendelijke antwoord van Cyrenius. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Wel, welk nut had daar onze liefde voor Johannes, en onze overtuiging van zijn volle onschuld, en ons medelijden? Wat baatten ons onze luide verwensingen aan het adres van de oude en de jonge Herodias? Ik moest zelf met een beulsknecht naar de gevangenis om de goede Johannes de afschuwelijke wil van de machtige heerser mee te delen, en ik moest hem binden, en hem daarna op het vervloekte blok met de scherpe bijl het eerwaardige hoofd van de romp laten slaan. Ik huilde daarbij als een kind over de grote slechtheid van de beide vrouwen en over het treurige lot van mijn vriend, die ik zo had leren waarderen! Maar wat voor nut had dat alles tegenover de duistere, verblinde en starre wil van één enkele, machtige tiran?!
Hoofdstuk 10: Zinka's verdediging en zijn verslag van Johannes de doper. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Maar sta mij nu toe nog een belangrijke vraag aan je te stellen en wel de volgende: "Je hebt ons allen een grote dienst bewezen door ons openlijk te vertellen waardoor en hoe de waardige ziener Gods door Herodes om het leven is gebracht. Wel, je was zeker ook wel bij zijn gevangenneming aanwezig? Zou je mij dan ook nog kunnen vertellen waarom, en naar aanleiding waarvan Herodes nu eigenlijk Johannes, die hem zeker geen kwaad had gedaan, gevangen heeft laten nemen? Want hij moet daarvoor toch de een of andere reden hebben gehad!"
Hoofdstuk 11: Het vriendelijke antwoord van Cyrenius. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)