Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

4159 resultaten - Pagina 146 van 278

...  134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139 - 140 - 141 - 142 - 143 - 144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159  ...
[12] En zo iemand zal zelfs onder de meest bedreigende omstandigheden op deze materiële beproevingswereld niet zwak worden of gaan wankelen in zijn werkelijk levende geloof en vertrouwen, maar hij zal alles met alle geduld en in volle overgave aan de hem bekende goddelijke wil zonder veel angst en vrees verdragen; en tenslotte zal hij God voor alles danken, omdat hij inziet dat God alle gebeurtenissen in deze wereld alleen maar voor het echte heil van de mensen heeft ingesteld. En wie God zo heeft gevonden, heeft zeker de hoogste en meest waardevolle schat van zijn leven gevonden!
Hoofdstuk 78: De commandant spreekt over hoe men God dient te zoeken - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Kijk, vriend, alles in de wereld gebeurt binnen een bepaalde tijdgebonden orde, zonder welke er niets kan gebeuren; en als er hier en daar iets niet volkomen binnen de juiste chronologisch volgorde gebeurt, heeft dat steeds een daarmee samenhangende verstoring tot gevolg.
Hoofdstuk 80: De naweeën van de storm en de aardbeving - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] In de stad aangekomen, troffen we de heidense priesters aan, die al volop bezig waren de mensen te vertellen dat zij het alleen aan hen te danken hadden dat deze stad voor de ondergang gespaard was gebleven. De dag, die er 's ochtends nog zo schrikwekkend en vol dreigend gevaar had uitgezien, was door de goden, die door hun priesterlijke, geheime beden en beloften milder gestemd waren, opeens in een prachtige en ieder menselijk gemoed verblijdende dag veranderd -en daarom moesten de inwoners van deze en ook van de andere steden zich als tegenprestatie zonder uitstel en met alle ijver inzetten om de tempel rijkelijk van offers te voorzien.
Hoofdstuk 82: De terugkeer naar de herberg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] Daarop zei de commandant: 'Je hebt nu wel heel goed gesproken, en jouw woorden waren heel verstandig; maar voor mij hebben ze toch maar een heel geringe waarde, omdat de inhoud ervan en de waarheid in jouzelf ver uit elkaar liggen. Want kijk, ten eerste heb jijzelf geen vonkje geloof en vertrouwen in de goden, wat ik jou evenals al je collega's vanuit mijn ervaring overduidelijk zou kunnen bewijzen -en omdat jijzelf geen enkel geloof in een god hebt, is ten tweede jouw betoog voor mij niets anders dan een zinloos pronken met woorden zonder enige waarde.
Hoofdstuk 86: De commandant onderricht de priesters over de nutteloosheid van de afgodendienst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] Niemand heeft ooit meegemaakt dat een van onze vele goden een echt wonder heeft gedaan. Wat tegenover het blinde volk als wonder gedaan werd onder het aanroepen van een of andere god, dat deed niet die aangeroepen God, maar -zoals wij wel weten -slechts een in de kunst der magie bedreven priester met behulp van de hem ten dienste staande middelen; zonder zulke middelen heeft voorzover wij weten zelfs de pontifex maximus* (* Titel van de opperpriester, hoofd van het hoogste priestercollege in Rome, dat de verantwoording had voor de godsdienstzaken in het rijk.) in Rome nog nooit een wonder gedaan.
Hoofdstuk 87: De priesters worden door hun collega's ondervraagd. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] Maar als die Man, over wie ik spreek, zonder enig tastbaar middel, maar enkel door Zijn woord en door Zijn wil alle machten van de hemelen en de aarde beveelt en zij Hem gehoorzamen, dan is zo'n Man geheel als enige een ware God; dan is alles wat wij met het woord God aanduiden niets anders dan een gewrocht van de menselijke fantasie, dat voortaan door geen enkel weldenkend en de waarheid zoekend mens als werkelijk bestaand geaccepteerd dient te worden.
Hoofdstuk 87: De priesters worden door hun collega's ondervraagd. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] Kijk naar Mij, en neem allen een voorbeeld aan Mij! Ik ben ongeroepen uit zuivere liefde voor jullie hierheen gekomen en heb jullie direct ook alle liefde bewezen, zonder van iemand enige vergoeding te verlangen; maar omdat jullie Mij herkend hebben en Mij nu met alle liefde tegemoetkomen, neem Ik die liefde van jullie ook met een blijmoedig hart aan en versmaad het niet om met Mijn leerlingen aan jullie tafel te eten en te drinken. Als Ik dat niet zou doen, zou dat jullie in je hart dan blij maken?Vast niet! Bewijs de mensen dus eerst liefde zonder vergoeding, en als de mensen op hun beurt jullie dan met alle liefde tegemoet komen, neem dan -maar altijd met mate van hen aan wat ze jullie aanbieden!
Hoofdstuk 84: Het belang van de liefde (7.11.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] Kijk, hoge gebieder, omdat deze dingen zo liggen, hebben we er deze nacht van ware verschrikking echt niet verkeerd aan gedaan om inderdaad onze gerechtvaardigde vrees voor de almacht van de goden aan het volk te laten blijken! Maar aangezien de vertoornde goden zich door ons priesters weer milder hebben laten stemmen vanwege de aan hen gedane beloften, is het nu tijd om het volk ervan in kennis te stellen wat het samen met ons moet doen om de beloften, die wij priesters getrouw aan de goden hebben gedaan, zonder terughoudendheid of strafbaar verzuim ook geheel en al na te komen; want anders zou er bij een toekomstige gelegenheid, waarbij de goden zich nog meer vertoornd zouden kunnen betonen, nauwelijks meer op enige verzachting daarvan gehoopt kunnen worden. Want de goden hebben slechts zeven keer geduld met de voornaamste zwakheden van de mensen; bij de achtste keer vindt men waarschijnlijk geen toegevendheid en geduld meer bij hen.
Hoofdstuk 85: De heidense priesters verdedigen hun gedrag in de stormnacht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] O, die lange geestelijke nacht, die reeds onze aartsvaders en nu ook ons met.ijzeren boeien gevangen hield! De Heer en enig ware God zonder begin of einde, in wie alle machten en krachten verenigd zijn, zij alle eer, alle lof en alle dank, omdat Hij Zich zo diep vernederd heeft dat Hij Zichzelf in een lichaam van vlees en bloed heeft gehuld om ons uit de oude nacht van de dood te verlossen! Want iemand die over alle dingen en verschijnselen die hem omringen in de grootste dwaling en volslagen geestelijke blindheid verkeert, is er welbeschouwd uiteindelijk veel erger aan toe dan welk dier dan ook, en hij is eigenlijk zo goed als dood.
Hoofdstuk 89: De dank van de priesters - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] Aan onze droomtoestand is nu door de genade van de Heer een einde gekomen, wij zijn wakker geworden en leven nu in de werkelijkheid. En wat een zaligheid is dan het leven waarin men tot het volledige bewustzijn komt dat men werkelijk, waarachtig leeft en het leven ook niet meer kan verliezen, als men met de juiste liefde in Hem blijft, die Zelf eeuwig het oerleven van al het leven zonder begin of einde is. O, wat voelen wij ons nu reeds gelukkig in de volle tegenwoordigheid van God, de eeuwige Heer over alle dingen, hoewel de zwaarte en het gericht van ons lichaam nog op ons drukt; hoe eindeloos gelukkig zullen we ons echter voelen, als de Heer ons weldra ook van die last bevrijdt!
Hoofdstuk 89: De dank van de priesters - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] Wat voor nut zou het hebben voor de mens om in zichzelf te zeggen en te belijden: Heer, Heer, God van hemel en aarde, ik geloof zonder twijfel dat U de, enige, eeuwige enige ware, alwijze en almachtige Schepper van alle materiële en geestelijke werelden bent, en dat alles wat leeft, denkt en wil alleen vanuit U leeft, denkt en wil!'
Hoofdstuk 90: Hoe ware leerlingen van de Heer zich dienen De Heer in Afek - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] De waard zei: 'Heer, Heer, Uw woorden zijn diep in mijn ziel doorgedrongen en hebben daar een leven in wakker geroepen dat ik nog nooit eerder gevoeld heb, en daarom moet alles wat U tegen mij hebt gezegd waar zijn! Ik geloof dan ook zonder twijfel dat U al mijn zieken zeker zult genezen.
Hoofdstuk 93: De gedachten van de waard over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] Toen de priester dat hoorde werd hij minder brutaal, wendde zich tot Mij en zei: 'Vergeef mij dat ik de vrijheid neem u met alle eerbied en bescheidenheid te vragen hoe u zonder enig hulpmiddel de zieken hebt kunnen genezen! Ik begrijp veel dingen en heb veel ervaring, en weet dan ook te beoordelen wat iemand die heel vertrouwd is met de geheime krachten van de natuur, tot stand kan brengen. Zonder bepaalde geheime middelen heeft voorzover ik weet nog geen enkele magiër of priester ooit een wonder gedaan dat alleen de goden zouden kunnen doen - als ze naar waarheid en in werkelijkheid zouden bestaan; maar bij u lijkt het toch zo te zijn, dat u enkel door uw woord en uw wil daden kunt volbrengen, en u hebt daar geen hulpmiddel bij nodig?
Hoofdstuk 94: De Heer geneest de zieken in de herberg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Als je Mij nu ook zo ziet werken, zal Ik toch zeker ook wel door en met God werken. Jullie Romeinen zeggen immers zelf dat er zonder goddelijke inspiratie en aandoening geen grote wijze zou bestaan? Dan zal ook Ik wel zeer sterk door de ene, enig ware God van de Joden geïnspireerd en aangedaan zijn!'
Hoofdstuk 95: De Heer vertelt de ontwikkelingsgang van de priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Ik zei: 'Kijk, ook dat kan ik door de hulp van de ene, enig ware God van de Joden, die van eeuwigheid almachtig en ook alwetend is, zonder begin en zonder einde!'
Hoofdstuk 95: De Heer vertelt de ontwikkelingsgang van de priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  134 - 135 - 136 - 137 - 138 - 139 - 140 - 141 - 142 - 143 - 144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159  ...