Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 149 van 1088

...  137 - 138 - 139 - 140 - 141 - 142 - 143 - 144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162  ...
[9] Daarna nam hij een aarden vat dat helemaal leeg was, goot de rest van de wijn erin, terwijl hij voorgaf dat het bedoeld was voor de spoedige, verre thuisreis. Maar toen ik daarna meteen het vat, dat er overigens heel rein uitzag, bekeek, bleek het niet eens nat te zijn, Iaat staan dat er iets in zat. Het rook echter wel sterk naar wijn en de tovenaar vertelde dat hij de wijn, om morsen te voorkomen, liever in een droge geestelijke vorm meenam.
Hoofdstuk 151: De overste fantaseert. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[12] Toen wij ons, al tamelijk geestdriftig door de wijn, daar buitengewoon over verwonderden, zei de magiër: 'Maar, mijne heren, wijn zonder brood gaat toch eigenlijk niet! Hier heb ik een paar stenen. Wat zou u ervan zeggen als ik die in brood veranderde?' Ik zei: 'Doe dat!' Toen streek hij met zijn handen over de stenen en zei: 'Neem een mes en snijd het brood!' Ik deed dat en zie, het was brood, goed smakelijk brood!
Hoofdstuk 151: De overste fantaseert. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[5] De ENGEL gaat verder: "Daarna liet de magiër de wijn in een ander vat verdwijnen. Kijk, ik raak het vat niet aan en toch is er nu ook geen druppel wijn meer in! (De kruik was droog en leeg.) Maar de gefingeerde magiër maakte toen alleen van de geur weer wijn. Wel, deze kruik ruikt zelfs niet meer naar wijn en toch wil ik dat hij weer vol is met uitstekende wijn! - Kijk de kruik is vol!
Hoofdstuk 152: De overste vertelt over de moord op Zacharias. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[10] Het is waar, grote, lieflijke boodschapper van de Heer, dat mijn zojuist vertelde verhaal over de magiër uit Achter-Azië zo goed als geheel door mij werd verzonnen, - maar wel naar de trant van iemand die het mij eens vertelde. Ik vertelde het slechts om je wat nader te testen, maar ik ontdekte dat je werkelijk hart en nieren doorziet en dat je wil echt het onmogelijkste spelenderwijs doet.
Hoofdstuk 152: De overste vertelt over de moord op Zacharias. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[21] Maar daarmee hebben we echt niet zo veel gewonnen, want de opvolgers van de gedode waren daarna nog honderd maal erger: v oor ons was het toen echter ook helemaal met meer uit te houden in de tempel. Ik bedacht me, speelde de aartshuichelaar en werd daardoor al gauw hierheen verplaatst als overste met alle rechten van een hogepriester . Hier liet ik mij niets te kort komen en ik was naar buiten toe streng, maar innerlijk was ik heel aardig en goedsmoeds. Zo nu weet je ook waarom Zacharias werd gedood! -Wat vind je daar nu wel van?"
Hoofdstuk 152: De overste vertelt over de moord op Zacharias. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[13] Ook staat er geschreven: 'In die tijd zullen de hemelen wijd open staan en de engelen zullen opstijgen en neerdalen naar de mensen die van goeden wille zijn en zij zullen voor hen getuigen van het vleesgeworden, eeuwige woord, dat God Zelf is!' Dat gebeurt op dit ogenblik voor uw oren en ogen! Wat wilt en kunt u dan nog meer vragen?! Of denkt u nog steeds dat ik slechts een mens ben?"
Hoofdstuk 153: Raphaël geeft uitleg over Messiasbeloften. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[16] Dan gaat Stahar meteen naar zijn nog sombere vrienden.
Hoofdstuk 153: Raphaël geeft uitleg over Messiasbeloften. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] STAHAR zegt: "Vriend, je bent dwaas als je zo praat en nog niet eens het onderscheid weet tussen een echt en een namaak wonder! Ik heb alle bezwaren naar voren gebracht en alle redelijke tegenargumenten gebruikt, maar met al mijn geopperde tegenwerpingen ben ik smadelijk; door de mand gevallen toen die jongen mij mijn geheimste gedachten begon voor te houden! Daardoor zag ik pas mijn oude, grote vergissing in en daarom kom ik nu naar jullie om jullie dat over te brengen wat ik heb gezien en gehoord!
Hoofdstuk 154: De overste bekeert zijn collega's. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[13] Als jullie nu allemaal hetzelfde willen en geloven als ik, gaan we nu gezamenlijk naar de plaats waar de opperstadhouder en de Jongen zich bevinden, daar zal ons nog meer duidelijk gemaakt worden!"
Hoofdstuk 154: De overste bekeert zijn collega's. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[14] De collega's zijn het daarmee eens en gaan naar Cyrenius, en als ze daar aankomen zegt STAHAR: "Hier zijn we dan en wij staan nu geheel en al tot uw dienst. Wat u wilt, zullen wij ook doen en zijn en niemand zal ons ooit meer tegen u opzetten! Laat de goede, almachtige boodschapper van God echter ook deze broeders van mij nog meer bevestigen in het geloof aan alles wat ik zelf in het begin moeilijk kon aanvaarden!"
Hoofdstuk 154: De overste bekeert zijn collega's. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[17] Toen beval Cyrenius zijn dienaars vijftig degelijke perkamentrollen te halen. De dienaars gingen naar de bagagezakken van Cyrenius en brachten vlug de gevraagde rollen. Toen deze op de tafel lagen, vroeg STAHAR aan CYRENIUS: "Geëerde heer, we zullen toch wel eerst onze namen aan u moeten opgeven.
Hoofdstuk 154: De overste bekeert zijn collega's. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[18] CYRENIUS zegt, terwijl hij naar de engel wijst: "Kijk, dat is mijn snelschrijver, die weet allang wat hij moet doen en kent ook uw namen. Hij zal de brieven klaarmaken waar u bij staat!" Toen vroeg Cyrenius aan Raphaël om dat te doen.
Hoofdstuk 154: De overste bekeert zijn collega's. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[19] RAPHAËL kwam snel naar de tafel waarop de vijftig rollen lagen, rolde ze, zo goed mogelijk, op de tafel uit, nam toen een met zwarte kleurstof gevulde schrijfstift, ging daarmee vervolgens bliksemsnel over alle rollen en zei toen tegen Cyrenius: "Vriend, hier heeft u de gevraagde brieven in de Romeinse, Griekse en Joodse taal, deel ze nu aan de betrokkenen uit!"
Hoofdstuk 154: De overste bekeert zijn collega's. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[17] Wij zijn nu alleen erg nieuwsgierig naar de Messias, die vrijwel zeker uit Nazareth afkomstig is! Zou het misschien diegene zijn uit het grote gezelschap, die een rozekleurig gewaad draagt met daarover een Griekse lichtblauwe merinosmantel en zeker de mooiste haren heeft die wij ooit bij een man hebben gezien?!"
Hoofdstuk 155: De overste en Hebram. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[18] STAHAR zegt: "Ja, daar zouden jullie best eens gelijk in kunnen hebben, want op hem had ik ook allang mijn oog laten vallen! Ik zag ook, dat zowel de engel als Cyrenius tijdens hun spreken en handelen steeds naar hem omkeken en hem als het ware vroegen, of het wel in orde was wat zij zeiden en deden!
Hoofdstuk 155: De overste en Hebram. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
...  137 - 138 - 139 - 140 - 141 - 142 - 143 - 144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162  ...